Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR417811
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR417811/1
Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland houdende regels betreffende maatschappelijke participatie voor volwassenen Beleidsregels maatschappelijke participatie volwassenen gemeente Waterland 2016
Geldend van 30-09-2016 t/m heden
Intitulé
Beleidsregels meedoen regeling gemeente Waterland 2016Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland,
overwegende dat het wenselijk is om beleidsregels vast te stellen om de maatschappelijke participatie van inwoners met een laag inkomen te stimuleren en daarmee invulling te geven aan de beleidsvoornemens in hoofdstuk 5 van het Beleidsplan armoedebestrijding en schuldhulpverlening 2016-2020;
gelet op artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht,
BESLUIT:
vast te stellen de navolgende Beleidsregels meedoen regeling gemeente Waterland 2016.
Artikel 1 Begripsbepalingen
-
1. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet.
-
2. In dit besluit wordt verstaan onder:
- a.
het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland;
- b.
maatschappelijke participatie: het deelnemen aan activiteiten met een sportief, educatief, sociaal dan wel cultureel karakter.
- a.
Artikel 2 Doelgroep
-
1. Deze beleidsregels zijn uitsluitend van toepassing op personen van 18 jaar en ouder die op de aanvraagdatum zijn ingeschreven als inwoner van de gemeente Waterland.
-
2. Tot de doelgroep voor deze regeling behoren personen die beschikken over een inkomen tot 120% van de toepasselijke bijstandsnorm en een vermogen tot de geldende grenzen genoemd in artikel 34 derde lid van de Participatiewet.
-
3. De regeling is niet van toepassing op personen die een toelage of een beurs ontvangen van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO).
Artikel 3 Aanvraag
-
1. De vergoeding in de kosten van maatschappelijke participatie wordt op aanvraag verstrekt.
-
2. De aanvraag wordt gedaan op een door het college vastgesteld formulier, onder overlegging van de op dat formulier gevraagde gegevens.
-
3. De aanvraag kan uiterlijk worden ingediend tot en met 31 december van het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.
-
4. De kosten kunnen worden gedeclareerd tot en met 31 januari van het jaar volgend op het jaar waarvoor de vergoeding is toegekend.
Artikel 4 Maximale vergoeding
-
1. De maximale vergoeding bedraagt € 125,00 per persoon per kalenderjaar.
-
2. De vergoeding is persoonsgebonden in aantoonbare kosten zoals opgenomen in artikel 5 van deze beleidsregels.
-
3. De vergoeding als bedoeld in het eerste lid wordt betaalbaar gesteld na indiening van het declaratieformulier en het betalingsbewijs van kosten in het betreffende kalenderjaar. Bij jaarlijkse kosten zoals contributies of abonnementen wordt volstaan met een betalingsbewijs van de maandelijkse financiële verplichtingen.
Artikel 5 In aanmerking te nemen kosten
-
1. Voor vergoeding komen onder andere de volgende kosten in aanmerking:
- a.
contributie van een sportvereniging;
- b.
contributie van een culturele of muzikale vereniging (toneel, zang e.d.);
- c.
abonnement bibliotheek;
- d.
abonnement sportschool, zwembad, ijsbaan;
- e.
bezoek musea, bioscoop/theater.
- a.
-
2. De lijst als genoemd in het eerste lid is geen limitatieve opsomming. De kosten die vergelijkbaar zijn met bovenstaande voorbeelden en die betrekking hebben op maatschappelijke participatie, komen voor vergoeding in aanmerking.
Artikel 6 Terugvordering
De vergoeding kan geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd indien de aanvrager onjuiste of onvolledige inlichtingen heeft verstrekt en dit heeft geleid tot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van de vergoeding. Voor terugvordering zijn de regels van de Participatiewet van toepassing.
Artikel 7 Inwerkingtreding
Deze beleidsregels treden in werking de dag na bekendmaking.
Artikel 8 Citeertitel
Dit besluit wordt aangehaald als: Beleidsregels maatschappelijke participatie volwassenen gemeente Waterland 2016.
Ondertekening
Toelichting
Algemeen
De gemeente Waterland maakt zich sterk om iedereen naar vermogen te laten deelnemen aan de samenleving. Dat geldt ook voor mensen met een laag inkomen en/of schulden. Om de deelname van volwassenen aan sociaal-culturele, educatieve en sportieve activiteiten te stimuleren en sociaal isolement te voorkomen of te doorbreken stellen wij jaarlijks een ‘meedoen budget’ voor volwassenen beschikbaar. De gemeenteraad heeft hiertoe besloten bij het vaststellen van het nieuwe beleidsplan armoedebestrijding en schuldhulpverlening 2016-2020 (d.d. 30 juni 2016). Deze regeling stelt inwoners met een laag inkomen in staat om maatschappelijk ‘mee te doen’. Voor (schoolgaande) kinderen zijn er andere regelingen en vergoedingen (waaronder de regeling voor sport- en cultuur en de computerregeling).
Artikelsgewijze toelichting
Alleen de bepalingen die nadere toelichting behoeven worden hier behandeld.
Artikel 1 Begripsbepalingen
Er is voor gekozen om begrippen die al zijn omschreven in de Participatiewet, Algemene wet bestuursrecht (Awb) of de Gemeentewet niet afzonderlijk te benoemen. Dit voorkomt dat in geval van wijziging van de betreffende definities in de betreffende wetten, ook de beleidsregels moeten worden aangepast.
Artikel 2 Doelgroep
Het beleid armoedebestrijding en schuldhulpverlening is bedoeld voor de inwoners van de gemeente Waterland. De categorie die is uitgezonderd van het recht op vergoeding (studenten) worden geacht voldoende maatschappelijk te participeren in de onderwijsinstelling waar zij studeren. De inkomens- en vermogenstoets is gebaseerd op het in 2011 vastgestelde beleid bijzondere bijstand.
Artikel 3 Aanvraag
Het college van burgemeester en wethouders draagt zorg voor de uitvoering van deze beleidsregels. Een aanvraag kan worden gedaan met behulp van een door het college vastgesteld formulier. Als afhandelingstermijn wordt op voorhand een termijn van acht weken gehanteerd (conform de Algemene wet bestuursrecht). Voor de aanvraag en declaratie van de kosten is een termijn gesteld om te voorkomen dat nog tot in lengte van dagen een verzoek achteraf kan worden gedaan.
Artikel 4 Maximale vergoeding
De vergoeding is persoonsgebonden en niet overdraagbaar tussen gezinsleden. De werkelijke kosten worden aangetoond via het declaratieformulier en een betalingsbewijs om voor de (maximale) vergoeding in aanmerking te komen. Hiervoor worden bewijzen van de totale kosten van deelname aan de activiteiten ingeleverd. Bij jaarlijkse kosten kan volstaan worden met een bewijs van de maandelijkse financiële betalingsverplichting/afboeking van de bankrekening of anderszins voor de uitbetaling van het totale bedrag op jaarbasis.
Artikel 5 In aanmerking te nemen kosten
De vergoeding beoogt sociaal isolement te voorkomen of te doorbreken door inwoners in de gelegenheid te stellen deel te nemen aan activiteiten met een sportief, educatief, sociaal en/of cultureel karakter.
Artikel 6 Terugvordering
Dit artikel maakt het mogelijk een bijdrage terug te vorderen indien sprake is van onterechte betaling.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl