Verordening adviesraad sociaal domein Goeree-Overflakkee

Geldend van 15-11-2017 t/m heden

Intitulé

Verordening adviesraad sociaal domein Goeree-Overflakkee

De raad van de gemeente Goeree-Overflakkee;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 31 mei 2016;

overwegende dat het gewenst is, naast het bevragen van uitvoeringsinstanties en direct belanghebbende inwoners die specifiek betrokken zijn met onderdelen van het beleid binnen het sociale domein, een adviesorgaan in het leven te roepen, dat de gemeente, gevraagd en ongevraagd, integraal kan adviseren binnen het sociale domein;

gelet op artikel 2.1.3, derde lid, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, artikel 2.10 van de Jeugdwet en artikel 47 van de Participatiewet;

besluit vast te stellen de volgende verordening: Verordening adviesraad sociaal domein Goeree-Overflakkee.

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      adviesraad sociaal domein: het orgaan, in het kader van cliënt- en burgerparticipatie, zoals bedoeld in de wet, ingesteld door de raad van de gemeente Goeree-Overflakkee;

    • b.

      portefeuillehouder: het lid van burgemeester en wethouders van de gemeente Goeree-Overflakkee, dat bestuurlijk verantwoordelijk is voor de uitvoering van de wet;

    • c.

      wet: de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, alsmede de Participatiewet en de Jeugdwet.

  • 2. Tenzij in deze verordening uitdrukkelijk anders is bepaald dient aan overige begrippen die in deze verordening worden gehanteerd, inhoudelijk dezelfde betekenis en invulling te worden gegeven, als omschreven in artikel 1.1.1, eerste lid, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, respectievelijk de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Goeree-Overflakkee 2015.

Artikel 2 Samenstelling en werkwijze

  • 1. De adviesraad sociaal domein bestaat uit ten hoogste dertien leden.

  • 2. Indien de gemeente besluit tot instelling van een cliëntenraad op het gebied van de Wmo 2015, de Participatiewet of de Jeugdwet, hebben de (plaatsvervangend) voorzitters van deze cliëntenraden, zonder hiertoe te zijn benoemd, zitting en stemrecht in de adviesraad sociaal domein. Deze leden tellen niet mee in het maximaal aantal deelnemers, zoals genoemd in het eerste lid.

  • 3. Indien de gemeente geen cliëntenraad heeft ingesteld op het gebied van de Wmo 2015, de Participatiewet of de Jeugdwet:

    • a.

      maakt tenminste één lid van de adviesraad gebruik van gemeentelijke diensten op basis van de Wmo 2015 of is wettelijk vertegenwoordiger van een cliënt;

    • b.

      maakt tenminste één lid van de adviesraad gebruik van gemeentelijke diensten op basis van de Participatiewet of is wettelijk vertegenwoordiger van een cliënt;

    • c.

      maakt tenminste één lid van de adviesraad gebruik van gemeentelijke diensten op basis van de Jeugdwet of is wettelijk vertegenwoordiger van een cliënt.

  • 4. De adviesraad sociaal domein is dusdanig van samenstelling dat in elk geval met betrokkenheid, integraal geadviseerd kan worden over het bereiken van in de wet genoemde doelen.

  • 5. De leden verrichten hun werkzaamheden in de adviesraad sociaal domein zonder last, maar kunnen waar nodig wel ruggespraak houden met inwoners of doelgroepen of zich anderszins laten adviseren.

  • 6. De adviesraad sociaal domein vergadert maximaal negen maal per jaar.

  • 7. Vergaderingen van de adviesraad sociaal domein zijn openbaar. Op voorstel van het dagelijks bestuur, zoals genoemd in artikel 6, eerste lid, kunnen de leden besluiten een deel van de vergadering achter gesloten deuren voort te zetten.

Artikel 3 De voorzitter

  • 1. De adviesraad sociaal domein heeft een onafhankelijk voorzitter, die affiniteit heeft met gerelateerde onderwerpen. Deze voorzitter wordt benoemd door burgemeester en wethouders, op voordracht van een daartoe in te stellen selectiecommissie.

  • 2. De selectiecommissie ten behoeve van de voordracht van een onafhankelijk voorzitter zal bestaan uit:

    • a.

      drie leden van de adviesraad sociaal domein;

    • b.

      een ambtelijk medewerker van de gemeente Goeree-Overflakkee.

  • 3. De portefeuillehouder heeft de mogelijkheid te participeren in de selectiecommissie.

  • 4. De voorzitter wordt benoemd voor een periode van vier jaar en kan ten hoogste eenmaal worden herbenoemd.

  • 5. Herbenoeming van de voorzitter vindt plaats op voordracht van een selectiecommissie zoals bedoeld in het tweede lid.

  • 6. De voorzitter bekleedt officieel niet het lidmaatschap van de adviesraad sociaal domein en heeft derhalve geen stemrecht.

Artikel 4 Benoeming en zittingsduur

  • 1. De adviesraad sociaal domein doet schriftelijk een voordracht aan burgemeester en wethouders voor kandidaten voor een (volgende) zittingsperiode van de adviesraad, in overeenstemming met het gestelde in artikel 2, eerste, tweede, derde en vijfde lid.

  • 2. De voor te dragen kandidaten dienen woonachtig te zijn binnen de grenzen van de gemeente Goeree-Overflakkee. Als hierdoor geen als geschikt aan te merken kandidaat voorgedragen kan worden, kunnen burgemeester en wethouders naar aanleiding van een hiertoe ingediend gemotiveerd schriftelijk verzoek incidenteel besluiten hiervan af te wijken.

  • 3. Het lidmaatschap van de adviesraad sociaal domein is onverenigbaar met het lidmaatschap van de gemeenteraad dan wel van burgemeester en wethouders van de gemeente Goeree-Overflakkee.

  • 4. Naar aanleiding van de ontvangen voordrachten zoals bedoeld in het eerste lid benoemen burgemeester en wethouders de leden van de adviesraad sociaal domein voor een periode van vier jaar.

  • 5. Indien meer dan de helft van het aantal leden tegelijkertijd benoemd is, kan worden afgeweken van de zittingsperiode van vier jaar. In dat geval zal door burgemeester en wethouders een rooster van aftreden worden vastgesteld naar aanleiding van een hiertoe opgestelde voordracht van het dagelijks bestuur van de adviesraad sociaal domein.

  • 6. Zittende leden kunnen, na hernieuwde voordracht hiertoe, door burgemeester en wethouders hoogstens eenmaal worden herbenoemd.

Artikel 5 Beëindiging van het lidmaatschap

  • 1. Het lidmaatschap van de adviesraad sociaal domein eindigt in elk geval door:

    • a.

      aflopen van de zittingsperiode;

    • b.

      overlijden;

    • c.

      het nemen van ontslag;

    • d.

      indien de benoeming op basis van artikel 2, derde lid heeft plaatsgevonden: ten tijde van beëindiging van de omstandigheden, zoals genoemd in artikel 2, derde lid.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen, op aanbeveling van de adviesraad sociaal domein het lidmaatschap vervallen verklaren, indien het betreffende lid slecht functioneert of drie achtereenvolgende vergaderingen zonder geldige reden verzuimd heeft.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen het lidmaatschap van leden van de adviesraad sociaal domein vervallen verklaren indien de adviesraad niet meer bijeenkomt of niet in staat is adviezen uit te brengen. In deze situatie neemt de portefeuillehouder, in afwijking van artikel 4, eerste lid, het initiatief om tot vervulling van vacatures te komen.

Artikel 6 Organisatie

  • 1. De adviesraad sociaal domein benoemt uit zijn midden tenminste een secretaris, een penningmeester en een algemeen adjunct, die tezamen met de voorzitter het dagelijks bestuur vormen.

  • 2. De adviesraad sociaal domein stelt een huishoudelijk reglement op, waarin tenminste de volgende zaken zijn vastgelegd:

    • a.

      de taken en bevoegdheden welke bij mandaat worden opgedragen aan de voorzitter, de secretaris en de penningmeester;

    • b.

      de wijze waarop door de voorzitter, de secretaris en de penningmeester jaarlijks verantwoording wordt afgelegd over de uitvoering van de taken en bevoegdheden welke hen bij mandaat zijn opgedragen;

    • c.

      de instelling van een kascontrolecommissie welke jaarlijks de werkzaamheden van de penningmeester aan een controle onderwerpt en hieromtrent verslag uitbrengt aan de voltallige adviesraad sociaal domein;

    • d.

      het aantal leden dat minimaal voor vergaderingen en besluiten aanwezig moet zijn;

    • e.

      de wijze waarop besluitvorming inzake interne aangelegenheden tot stand komt;

    • f.

      de wijze waarop besluitvorming inzake het uitbrengen van adviezen zoals bedoeld in artikel 7, eerste lid, sub a, tot stand komt;

    • g.

      het minimaal aantal jaarlijks te houden vergaderingen;

    • h.

      de openbaarheid dan wel beslotenheid van vergaderingen;

    • i.

      de wijze waarop het huishoudelijk reglement gewijzigd kan worden.

Artikel 7 Taken

  • 1. De adviesraad sociaal domein heeft als taken:

    • a.

      het verstrekken van schriftelijke adviezen – gevraagd en ongevraagd – aan burgemeester en wethouders of de raad van de gemeente Goeree-Overflakkee over de hoofdlijnen van het te voeren gemeentelijk beleid als bedoeld in de wet, bezien vanuit de positie van vragers naar ondersteuning, alsmede over de uitvoering hiervan en de uitgaven welke ermee gemoeid zijn.

    • b.

      het adviseren over:

      • 1°.

        de wijze waarop burgemeester en wethouders effectief relevante informatie omtrent ondersteuning verzamelt, ongeacht de regeling waarop deze gebaseerd is, om de onder a genoemde adviesrol zo goed mogelijk te kunnen uitvoeren;

      • 2°.

        het bevorderen van overleg en samenwerking tussen organisaties, instellingen, groeperingen en personen die in of door de gemeente te maken krijgen of willen krijgen met ondersteuning, op basis van de wet;

      • 3°.

        het actief informeren van vragers naar ondersteuning op grond van de wet over de mogelijkheden tot het verkrijgen die ondersteuning.

    • c.

      het verlenen van medewerking aan evaluaties en klanttevredenheidsonderzoeken in relatie tot beleid en uitvoering van de wet.

  • 2. Ter uitvoering van de onder het eerste lid genoemde taken stelt de adviesraad sociaal domein per kalenderjaar een globaal activiteitenplan en een begroting op, binnen de door burgemeester en wethouders vastgestelde financiële kaders, en dient het plan ter kennisname, en de begroting ter goedkeuring voor 1 november van het jaar voorafgaand aan het betreffende kalenderjaar in bij burgemeester en wethouders.

  • 3. De adviesraad sociaal domein is bevoegd werkgroepen, bestaande uit leden of niet-leden van die raad, in het leven te roepen, om zich te laten adviseren. In het huishoudelijk reglement regelt de adviesraad sociaal domein de vorming van deze werkgroepen.

  • 4. Ter verantwoording van de wijze waarop invulling is gegeven aan de in het eerste lid genoemde taken stelt de adviesraad sociaal domein per kalenderjaar een jaarverslag en een jaarrekening op, die voor 1 mei van het jaar volgend op het betreffende kalenderjaar worden aangeboden aan burgemeester en wethouders. Bij de jaarrekening worden tevens de bevindingen van de kascontrolecommissie overgelegd.

  • 5. De adviesraad sociaal domein adviseert niet over klachten, bezwaarschriften of andere zaken die op individuele cliënten van de gemeente Goeree-Overflakkee betrekking hebben.

Artikel 8 Informatievoorziening en overleg

  • 1. Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het tijdig en volledig aan de adviesraad sociaal domein verstrekken van alle informatie, die voor een goede taakvervulling noodzakelijk te achten is.

  • 2. De adviesraad sociaal domein nodigt tenminste eenmaal per jaar de portefeuillehouder uit voor een overlegvergadering en stelt hem in de gelegenheid voor dit overleg onderwerpen op de agenda te laten plaatsen.

  • 3. Voorafgaand aan iedere vergadering van de adviesraad sociaal domein bespreekt het dagelijks bestuur de conceptagenda met de portefeuillehouder en een ambtelijk deskundige van de gemeente Goeree-Overflakkee.

Artikel 9 Adviezen

  • 1. De adviesraad beraadslaagt en beslist over het door hem uit te brengen advies.

  • 2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt, indien die minderheid dat wenst.

  • 3. Het advies is gemotiveerd.

Artikel 10 Faciliteiten

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen jaarlijks financiële middelen beschikbaar.

  • 2. Het budget mag jaarlijks, op grond van een ingediende begroting, vrijelijk door de adviesraad sociaal domein worden ingezet voor inhoudelijke activiteiten, deskundigheidsbevordering en diverse organisatiekosten. Onkostenvergoedingen worden slechts op declaratiebasis verstrekt door de penningmeester.

  • 3. De leden van de adviesraad sociaal domein maken geen aanspraak op vergoedingen krachtens de Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden Goeree-Overflakkee 2014.

  • 4. De adviesraad sociaal domein kan besluiten tot het instellen van presentiegeld voor het deelnemen aan de reguliere vergaderingen. Tevens kan een presentiegeld worden toegekend aan leden van werkgroepen.

  • 5. De adviesraad sociaal domein kan besluiten om voor de voorzitter, de secretaris, de penningmeester, de algemeen adjunct en leden van de adviesraad of werkgroepleden met een bijzonder arbeidsintensieve taak, een hogere vergoeding vast te stellen dan voor de overige leden.

  • 6. De besluiten als bedoeld in het vierde en vijfde lid dienen te worden opgenomen in het huishoudelijk reglement, zoals genoemd in artikel 6, tweede lid.

  • 7. Burgemeester en wethouders stellen – voor zover mogelijk – op verzoek van de adviesraad sociaal domein vergaderruimte beschikbaar.

Artikel 11 Onvoorziene omstandigheden

In situaties waarin deze verordening niet voorziet, nemen burgemeester en wethouders een bindend besluit. Alvorens een dergelijk besluit te nemen zal op overeenstemming gericht overleg plaatsvinden tussen de portefeuillehouder en de adviesraad sociaal domein.

Artikel 12 Evaluatie

Om de vier jaar wordt deze verordening geëvalueerd door burgemeester en wethouders.

Artikel 13 Intrekken oude regeling

De Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet Goeree-Overflakkee wordt ingetrokken.

Artikel 14 Overgangsbepaling

  • 1. Zij die op de dag voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze verordening lid of voorzitter zijn van de Wmo-Adviesraad Goeree-Overflakkee, worden geacht te zijn benoemd tot lid van de adviesraad sociaal domein.

  • 2. Inwerkingtreding van deze verordening doet voor de personen, bedoeld in het eerste lid, geen nieuwe zittingsduur ontstaan.

Artikel 15 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na haar bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2016.

Artikel 16 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening adviesraad sociaal domein Goeree-Overflakkee.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad
van de gemeente Goeree-Overflakkee op 1 september 2016.
griffier, voorzitter,
drs. J. Mimpen mr. A. Grootenboer-Dubbelman

Toelichting Verordening adviesraad sociaal domein Goeree-Overflakkee

De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de voorheen geldende verordeningen wordt veroorzaakt door de fusie van de vier voormalige gemeenten Dirksland, Goedereede, Middelharnis en Oostflakkee, waardoor de nieuwe gemeente Goeree-Overflakkee is ontstaan. Op grond hiervan zijn de opgenomen verwijzingen naar zowel de voormalige PAC (Portefeuillehouders Commissie), als naar de besluitvorming door de colleges en raden van de vier voormalige gemeenten, onnodig geworden.

Tevens vloeit dat de advisering vanuit verschillende adviesraden, te weten het Cliëntenplatform WWB op grond van de Participatiewet, Wmo-adviesraad en een nieuw te vormen raad op het gebied van de Jeugdwet ineen. Gezien de ontwikkelingen binnen het sociale domein wordt dan niet meer apart, maar integraal geadviseerd op het gebied van de Wmo, de nieuwe taak op basis van de Jeugdwet en de uitvoering van de Participatiewet.

Artikel 1 Begripsbepalingen

Dit artikel definieert enige in de verordening gehanteerde begrippen, en verwijst voor het overige naar de begripsdefinities zoals die zijn geformuleerd in de Wet maatschappelijke ondersteuning zelf, of in de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Goeree-Overflakkee. In dit artikel is de begripsbepaling “portefeuillehouder”, als overlegpartner voor de adviesraad, toegevoegd.

Artikel 2 Samenstelling

In het eerste lid wordt de omvang bepaald van het maximum aantal leden dat in de adviesraad sociaal domein zitting neemt. Gekozen is voor een maximum van 13 leden, zodat bij een volledige bezetting er in principe geen staking van stemmen kan plaatshebben.

Het tweede lid ziet toe op diversiteit in de samenstelling van de adviesraad sociaal domein.

Artikel 3 De voorzitter

De adviesraad sociaal domein kent een onafhankelijk voorzitter. De onafhankelijkheid wordt onderstreept door de bepaling in lid 6 dat de voorzitter officieel niet het lidmaatschap van de adviesraad bekleedt en hierdoor geen stemrecht heeft.

De reden voor de keuze is gelegen in het feit dat van de voorzitter meer wordt verwacht dan het leiden van de vergaderingen en het mede vormgeven van het dagelijks bestuur. Naast deze gebruikelijke taken wordt aan de voorzitter een makelaarsrol toebedacht tussen de adviesraad sociaal domein en de gemeente. Om deze intermediaire positie goed in te kunnen vullen, is een onafhankelijke positie noodzakelijk. Voor het selecteren en benoemen van een voorzitter is dan ook een aparte procedure ingericht, waarbij de gemeente zowel bestuurlijk als ambtelijk inbreng heeft. Daarnaast zal de voorzitter geen rechtstreekse binding hebben met een van de doelgroepen van het sociale beleid, en evenmin binding met het gemeentebestuur.

Artikel 4 Benoeming en zittingsduur

Benoeming van de leden van de adviesraad sociaal domein vindt plaats door het college, op voordracht van de zittende adviesraad. De wijze van voordracht wordt geregeld in lid 1, de benoeming wordt geregeld in lid 4. In lid 2 wordt bepaald dat de te benoemen leden bij voorkeur woonachtig zijn binnen het werkingsgebied van de adviesraad. Omdat naast deskundigheid in belangenbehartiging ook betrokkenheid bij de lokale en regionale situatie van groot belang geacht wordt, is gekozen dit als voorwaarde te stellen. Als in enkele gevallen niet aan deze voorwaarde voldaan kan worden, kan het college in overweging nemen alsnog leden van buiten het eiland toe te laten.

Lid 3 bepaalt dat het lidmaatschap van de adviesraad sociaal domein, evenals het voorzitterschap, onverenigbaar is met het bekleden van een functie in het gemeentebestuur van de gemeente Goeree-Overflakkee.

Het zesde lid bepaalt dat leden na hun benoeming ten hoogste eenmaal herbenoemd kunnen worden. Hiermee wordt een zekere doorstroming in de bezetting van de adviesraad sociaal domein bewerkstelligd, met als oogmerk het met enige regelmaat inbrengen van nieuwe inzichten. Dezelfde bepaling is overigens opgenomen in artikel 3, met betrekking tot het voorzitterschap.

Artikel 5 Beëindiging van het lidmaatschap

De situaties waarin het lidmaatschap van de adviesraad sociaal domein, al dan niet tussentijds, in elk geval vervalt, zijn vastgelegd in het eerste lid. Om er voor te zorgen dat het lidmaatschap niet als een te vrijblijvende opdracht wordt beschouwd, is bepaald dat de adviesraad zelf de beëindiging van het lidmaatschap van een lid of plaatsvervanger kan aanvragen bij het college, indien de betreffende persoon drie achtereenvolgende vergaderingen zonder geldige reden, niet heeft bezocht. Op deze wijze heeft de adviesraad sociaal domein zelf een instrument in handen om van alle leden een minimale inspanningsverplichting af te dwingen.

Tevens is geregeld dat, indien de adviesraad onverhoopt niet kan functioneren, burgemeester en wethouders kunnen ingrijpen.

Artikel 6 Organisatie

Gezien de omvang van het takenpakket en het belang dat aan een goed functioneren van de adviesraad wordt gehecht, is het van belang dat er een dagelijks bestuur wordt benoemd. Dit wordt geregeld in het eerste lid.

Vervolgens wordt in lid 2, de opdracht gegeven om in een huishoudelijk reglement tenminste een aantal zaken vast te leggen, zodat er transparantie ontstaat in de werkwijze van de adviesraad. Deze zaken omvatten in elk geval de verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden, de wijze van besluitvorming en enige andere organisatorische bepalingen.

Artikel 7 Taken

Tot de taken van de adviesraad worden in elk geval gerekend de advisering aan de gemeente, zowel gevraagd als ongevraagd, informatieverzameling over alles wat met de wet verband houdt, het bevorderen van overleg en samenwerking, het verstrekken van informatie aan de doelgroepen en het meewerken aan gemeentelijke evaluaties en klanttevredenheidsonderzoeken.

In artikel 7, lid 1 onder a wordt aangegeven dat de adviesraad adviseert aan burgemeester en wethouders of de raad. Duidelijk mag zijn dat ook aan beiden kan worden geadviseerd.

Naar eigen inzicht kan de adviesraad ook andere taken op zich nemen, mits deze in verband staan met de doelstellingen van de Wmo 2015, de Jeugdwet en de Participatiewet.

Gezien de uitgebreide taakstelling in deze drie wetten kan over het gehele sociale domein worden geadviseerd.

De wijze waarop de adviesraad zijn taken denkt te gaan uitvoeren dient jaarlijks te worden vastgelegd in een globaal activiteitenplan en een begroting. Deze begroting dient te passen binnen de financiële kaders die door de gemeente zijn gesteld, tenzij bepaalde activiteiten met financiële middelen van derden zullen worden uitgevoerd. Het plan wordt ter kennisgeving en de begroting wordt ter goedkeuring aangeboden aan het college. Dit dient voorafgaand aan het betreffende jaar aan de gemeente te worden aangeboden en na afloop van het kalenderjaar ook te worden verantwoord aan de gemeente.

Het derde lid van dit artikel geeft de adviesraad het recht werkgroepen in het leven te roepen. Werkgroepen worden, tijdelijk of structureel, in het leven geroepen om voorwerk te verrichten, zodat de adviesraad zich kan voorbereiden op hun adviestaak aan college en gemeenteraad.

Bij één van de werkgroepen wordt in het bijzonder gedacht aan een deel van de activiteiten van de voormalige cliëntenraad op basis van de Participatiewet, niet zijnde de formele advisering aan college en gemeenteraad. Het betreft hier het volgen van de directe uitvoering van werkzaamheden, zoals die binnen de gemeente op het gebied van uitkeringsverstrekking en re-integratie naar werk plaatsvindt.

Het vijfde lid, van dit artikel bepaalt expliciet dat de adviesraad zich niet zal bezighouden met klachten, bezwaarschriften en/of andere vormen van behartiging van individuele belangen van cliënten van de gemeente.

Artikel 8 Informatievoorziening en overleg

Om een goed functioneren van de adviesraad te bewerkstellingen en een harmonieuze samenwerking met de gemeente tot stand te brengen, is het van groot belang dat de gemeente actief, tijdig en volledig alle informatie verstrekt die redelijkerwijs noodzakelijk te achten is. Daarnaast dient tenminste eenmaal per jaar een overlegvergadering plaats te vinden tussen de voltallige adviesraad en de gemeente, om zodoende in een rechtstreeks contact de lopende zaken met elkaar te bespreken. De portefeuillehouder heeft hierin een bijzondere positie.

Ter voorbereiding op de advisering door de adviesraad voert het dagelijks bestuur voorafgaand aan elke vergadering een agenda-overleg met de wethouder en ambtelijk deskundige van de gemeente. Tijdens dit agenda-overleg wordt de conceptagenda van de vergadering besproken. Dit overleg wordt tevens benut voor wederzijds actieve uitwisseling van informatie.

Artikel 9 Vergoedingen

Het wordt aan de adviesraad zelf overgelaten of er voor het deelnemen aan de vergaderingen een presentiegeld beschikbaar gesteld wordt (lid 1). Het college wil hieromtrent geen dwingend standpunt innemen, vanuit de gedachte dat de adviesraad, door middel van het activiteitenplan en de begroting, de besteding van het beschikbare budget mag regisseren.

Daarom wordt in dit artikel volstaan met het expliciet benoemen van de mogelijkheid voor de adviesraad sociaal domein om een presentiegeld in te stellen. Aangezien de leden van het dagelijks bestuur en (werkgroep)leden met een bijzondere taak naar verwachting meer werk zullen hebben aan hun lidmaatschap wordt ook de mogelijkheid gecreëerd om voor hen een hoger presentiegeld vast te stellen dan voor de overige leden (lid 2).

Het presentiegeld en de extra vergoedingen worden vastgesteld door de adviesraad sociaal domein in het huishoudelijk reglement.

Voor het presentiegeld wordt geen apart budget beschikbaar gesteld. De uitgaven komen dus ten laste van de reguliere begroting van de adviesraad. De hoogte van het te verstrekken presentiegeld, en de frequentie van het aantal vergaderingen waarvoor presentiegeld verkregen kan worden, hebben daarmee dus rechtstreeks invloed op het voor activiteiten beschikbare budget.

Artikel 10 Faciliteiten

De faciliteiten die jaarlijks door de gemeente aan de adviesraad beschikbaar wordt gesteld zijn tweeledig van aard. In eerste instantie wordt op verzoek van de adviesraad vergaderruimte beschikbaar gesteld. Daarnaast wordt jaarlijks een vastgesteld budget beschikbaar gesteld.

Artikel 11 Onvoorziene omstandigheden

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 12 Evaluatie

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

Artikel 13 Vervallen oude regelingen

De verordeningen met betrekking tot de Wmo-adviesraad van de voormalige gemeenten op Goeree-Overflakkee zijn per 1 januari 2015 van rechtswege vervallen. De verordening cliëntenparticipatie participatiewet Goeree-Overflakkee dient te worden ingetrokken. Op het gebied van de Jeugdwet was nog geen adviesraad ingesteld, zodat van intrekken geen sprake kan zijn.

Artikel 14 Overgangsbepaling

Herbenoeming van de voorzitter en de leden van de bestaande Wmo-adviesraad Goeree-Overflakkee is niet nodig; de leden van de Wmo-adviesraad vloeien in de adviesraad sociaal domein en lopende zittingstermijnen blijven van kracht.

In het benoemingenbeleid van de adviesraad wordt al enige tijd rekening gehouden met de uitbreiding van de adviestaken.