Peilbesluit Eiland van Schalkwijk 2012

Geldend van 27-01-2024 t/m heden

Intitulé

Peilbesluit Eiland van Schalkwijk 2012

Het algemeen bestuur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden;

Op het voorstel van het college van dijkgraaf en hoogheemraden van 21 augustus 2012 met nummer 564488;

Overwegende dat

  • ·

    het huidige peilbesluit Honswijk 2003 tijdig moet worden herzien;

  • ·

    voor het gebied Eiland van Schalkwijk een raamwaterplan in voorbereiding is, waarvan de gewenste inrichting van het gebied in de toekomst pas helder wordt. Mogelijke peilwijzigingen in dat kader zullen in partiële herzieningen van dit peilbesluit worden opgenomen;

  • ·

    het peilbesluit van 30 mei 2012 tot en met 11 juli 2012 ter inzage heeft gelegen en hierop vijf zienswijzen zijn ontvangen;

  • ·

    het peilbesluit naar aanleiding van de zienswijzen niet is aangepast.

Gelet op artikel 5.2 van de Waterwet en artikel 4.4 tot en met artikel 4.8 van de Waterverordening Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden 2009,

Besluit:

  • I.

    het peilbesluit Eiland van Schalkwijk 2012, zoals hierna is aangegeven, vast te stellen;

  • II.

    het peilbesluit Honswijk d.d. 13-01-2003 (goedgekeurd door het college van gedeputeerde staten van Utrecht op 12-12-2002) in te trekken;

Artikel 1 Gebied

Het gebied is aangegeven op de bij dit besluit behorende kaart. Het gebied ligt in de provincie Utrecht, binnen het grondgebied van de gemeenten Houten, Nieuwegein en Wijk bij Duurstede.

Op de kaart zijn ook de coderingen van de peilgebieden en de locatie van de peilschaal, waarop het peil is af te lezen, aangegeven.

Artikel 2 Referentiepeil

Voor de toepassing van dit besluit geldt dat peilen zijn aangegeven ten opzichte van het Normaal Amsterdams Peil 2005 (NAP 2005).

Artikel 3 Peilen

  • 1. In de volgende peilgebieden wordt een zomer- en winterpeil gehanteerd. De na te streven gemiddelde waterstanden zijn:

    Code peilgebied

    Polderpeil in meters t.o.v. NAP

    zomerpeil

    winterpeil

    PG0003

    0,15

    -0,15

    PG0006

    1,10

    0,80

    PG0007

    0,90

    0,80

    PG0008

    1,20

    1,00

    PG0009

    1,30

    1,20

    PG0010

    1,65

    1,45

    PG0013

    1,45

    1,25

    PG0014

    2,10

    1,80

    PG0015

    2,40

    2,15

    PG0016

    2,40

    2,15

    PG0020

    2,00

    1,80

    PG0021

    1,40

    1,20

    EVS006

    -0,50

    -0,60

    EVS007

    -0,50

    -0,70

    PG0142

    -0,30

    -0,50

    EVS008

    -0,30

    -0,50

    PG0144

    0,45

    0,30

    PG0146

    0,10

    -0,20

    PG0147

    0,40

    0,20

    PG0149L

    0,65

    0,50

    PG0150

    1,05

    0,85

    PG0151*

    1,40

    1,20

    PG0152

    0,30

    0,00

    PG0153*

    1,65

    1,45

    PG0154

    -0,10

    -0,25

    PG0155

    0,50

    0,30

    PG0157

    0,15

    0,00

    PG0159

    0,60

    0,40

    PG0160

    0,50

    0,30

    PG0161

    0,40

    0,20

    PG0162

    0,50

    0,20

    PG0163

    1,00

    0,80

    PG0164

    0,20

    0,05

    PG0165*

    2,00

    1,80

    PG0166

    2,70

    2,75

    PG0167

    0,40

    0,20

    PG0169

    0,75

    0,55

    PG0170

    0,25

    0,05

    PG0171

    1,10

    1,00

    PG0172

    1,70

    1,50

    PG0234

    0,55

    0,25

    PG0235

    0,80

    0,60

    PG0237

    -0,55

    -0,65

    PG0238

    -0,35

    -0,45

    PG0645

    0,45

    0,25

    PG0654

    0,60

    0,50

    PG0656

    1,30

    1,00

    PG0657

    0,60

    0,50

    PG0658

    0,75

    0,60

    PG1059

    2,20

    1,80

    * Het winterpeil bedraagt nomaliter 0,20m ten opzichte van het zomerpeil. Echter ten behoeve van nachtvorstbestrijding kan in de peilgebieden aangeduid met een * tijdens perioden met een winterpeil het zomerpeil worden ingesteld.

  • 2. In de volgende peilgebieden wordt een vast peilbeheer gehanteerd. De na te streven gemiddelde waterstanden zijn:

    Code peilgebied

    Vast peil

    in meters t.o.v. NAP

    PG0004

    2,50

    PG0012

    2,00

    EVS_001

    0,45

    PG0145

    -0,20

    PG0149H

    0,50

    PG0233

    0,05

    EVS004

    -0,80

    EVS005

    -0,50

    PG0652

    0,20

    PG1083

    -0,40

    EVS_002

    -0,30

    PG1189

    0,30

    PG1191

    1,60

    PG0148

    0,10

  • 3. In de volgende peilgebieden wordt een flexibel peilbeheer gehanteerd. De na te streven gemiddelde waterstanden zijn:

    Code peilgebied

    Polderpeil in meters t.o.v. NAP

    bovenpeil

    onderpeil

    PG0005

    2,20

    -

    EVS_003

    -0,50

    0,10

    EVS009

    0,45

    -0,50

    EVS010

    0,45

    -0,50

    PG0154A**

    -0,60 oplopend tot het peil in PG0154

    PG1190

    2,70

    -

    **Het waterpeil wordt tijdens de uitvoering van project "Inundatieveld polder Blokhoven" ingesteld.

  • 4. De peilen uit lid 1,2 en 3 zijn gebaseerd op gemeten maaiveldhoogten van het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN2).

Artikel 4 Peilbeheer

  • 1. Vast peilbeheer zal worden gevoerd in de peilgebieden die genoemd zijn in Artikel 3, lid 2. De waterstand wordt in deze gebieden het hele jaar door op één en hetzelfde niveau nagestreefd.

  • 2. Flexibel peilbeheer zal worden gevoerd in de peilgebieden die genoemd zijn in Artikel 3, lid 3. Voor deze peilgebieden is een bovengrens en/of ondergrens vastgesteld. Het waterpeil zal hier zoveel mogelijk natuurlijk fluctueren.

  • 3. In de peilgebieden die genoemd zijn in Artikel 3, lid 1 wordt een zomer- en winterpeil gevoerd. De overgang van zomer- naar winterpeil en van winter- naar zomerpeil zal, al naar gelang de weersomstandigheden en het verloop van de grondwaterstanden, in het algemeen en naar het oordeel van het waterschap plaatsvinden in de periode:

    • Zomer- naar winterpeil: september tot en met november;

    • Winter- naar zomerpeil: maart tot en met mei.

  • 4. Om in te spelen op weersomstandigheden zoals neerslag en droogte kan het waterschap tijdelijk een sturingsmarge inzetten. Als het waterschap dit nodig vindt, kunnen de peilen in de peilgebieden tijdelijk:

    • in droge en zeer droge perioden met maximaal 10 centimeter worden verhoogd; en

    • in natte en zeer natte perioden met maximaal 10 centimeter worden verlaagd.

  • 5. Het college van dijkgraaf en hoogheemraden is bevoegd om, onder afweging van de betrokken belangen, van het in artikel 3 vermelde peil af te wijken, indien daarvoor op grond van te verwachten of reeds optredende extreme - natte of droge - weersomstandigheden, dan wel in verband met dreigende of reeds optredende calamiteiten, aanleiding bestaat.

  • 6. Onder normale omstandigheden kan de waterstand door de aan- en afvoer van water en weersomstandigheden fluctueren. De beheermarge is de toegestane afwijking ten opzichte van de in het peilbesluit vastgestelde peilen om deze fluctuaties op te vangen. Zodra de waterstand buiten de beheermarges valt, heeft het waterschap een inspanningsverplichting om de waterstand binnen de beheermarge te krijgen. De beheermarge bedraagt 5 cm boven en 5 cm onder het vastgestelde peil.

Artikel 5 Nachtvorstpeil

Dijkgraaf en hoogheemraden zijn bevoegd om, indien nachtvorst wordt verwacht, ten behoeve van de nachtvorstschadebestrijding in de fruitteelt, af te wijken van de vermelde waterpeilen.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Het peilbesluit treedt in werking met ingang van de achtste dag nadat de bekendmaking van de goedkeuring door het algemeen bestuur van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden heeft plaatsgevonden.

Artikel 7 Titel

Dit peilbesluit kan worden aangehaald als ‘Peilbesluit Eiland van Schalkwijk’.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van het algemeen bestuur van 31 oktober 2012.
voorzitter,
P.J.M. Poelmann
secretaris,
drs. E.Th. Meuleman

Bijlage Peilbesluitkaart Eiland van Schalkwijk (d.d. 22 augustus 2023)

afbeelding binnen de regeling