Regeling vervallen per 31-12-2010

Verordening op de heffing en invordering van leges

Geldend van 07-10-2010 t/m 31-12-2010 met terugwerkende kracht vanaf 01-10-2010

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2010

De raad van de gemeente Drechterland

Overwegende dat als gevolg van de inwerkingtreding Europese Dienstenrichtlijn en de Wet Algemene bepalingen omgevingsrecht het noodzakelijk is een algehele herziening van de Legesverordening voor te bereiden;

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 31 augustus 2010;

Gelet op het bepaalde in artikel 229, eerste lid onder b. en 156 e.v. van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende verordening: “Verordening op de heffing en de invordering van leges 2010” (Legesverordening Drechterland 2010).

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    Het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen.

  • b.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot het houden van een inzameling van geld of goed, als bedoeld in artikel 5.2.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening door een plaatselijke sportvereniging of een plaatselijke vereniging.

  • c.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet op de ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald.

Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 6 weken na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Vermindering of teruggaaf

  • 1. Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

  • 2. Voor de toepassing van artikel 28, vierde lid, van de Invorderingswet 1990 wordt de teruggaaf van leges, bedoeld in het eerste lid, aangemerkt als een vermindering van de belastingaanslag.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 1, onderdeel 1.1.9 (akten burgerlijke stand);

    • 2.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 3.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 4.

      hoofdstuk 4 (papieren verstrekking uit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens);

    • 5.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens)

    • 6.

      hoofdstuk 9, onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 7.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

  • 1. De artikelen en tarieventabel van de ‘Legesverordening Drechterland 2006’ van 2 januari 2006, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 26 oktober 2009, vervallen met ingang 1 oktober 2010, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. In afwijking van het eerste lid vervallen de volgende onderdelen van de tarieventabel van de in het eerste lid genoemde verordening met ingang van 28 december 2009, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan:

    • a.

      hoofdstuk 5 (gebruiksvergunning als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening (gebruiksvergunning);

    • b.

      hoofdstuk 13 (vergunning, melding of ontheffing als bedoeld in respectievelijk artikel 3, 30 en 35 van de Drank- en Horecawet);

    • c.

      hoofdstuk 18 (evenementenvergunning als bedoeld in artikel 2.2 van de Algemene plaatselijke verordening;

    • d.

      hoofdstuk 18 (exploitatievergunning prostitutiebedrijf, wijziging daarvan of wijziging in het beheer als bedoeld in artikel 3.2.1, eerste lid, of 3.4.2, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening;

    • e.

      hoofdstuk 18 (vergunning snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5.2.4 van de Algemene plaatselijke verordening);

    • f.

      hoofdstuk 18 (vergunning organisatie markt als bedoeld in artikel 4 van de Verordening marktgeld Drechterland 2006, laatstelijk gewijzigd op 26 oktober 2009.

  • 3. In afwijking in zoverre van het eerste lid vervallen hoofdstuk 5 (bouwgerelateerde leges) en de wegaanlegvergunning als bedoeld in artikel 2.1.5.2 van de Algemene plaatselijke verordening en de kapvergunning als bedoeld in artikel 4.3.2 van de Algemene plaatselijke verordening, van de tarieventabel behorende bij de in het eerste lid genoemde verordening op het tijdstip dat de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Staatsblad 2008, 496) en het dan tot wet verheven wetsvoorstel Invoeringswet Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Kamerstukken 31953) in werking treden, met dien verstande dat:

    dit hoofdstuk en deze onderdelen van toepassing blijven op de belastbare feiten:

    • 1.

      die zich hebben voorgedaan voor bedoeld tijdstip;

    • 2.

      waarop de wettelijke voorschriften zoals deze luidden voor inwerkingtreding van deze wetten, nog moeten worden toegepast.

  • 4. Indien de datum van inwerkingtreding van titel 1 van de tarieventabel behorende bij deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijven de op grond van het eerste lid vervallen bepalingen gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

  • 5. De op artikel 10 van de in het eerste lid genoemde verordening gebaseerde regels van het college worden geacht mede gebaseerd te zijn op artikel 11 van deze verordening.

Artikel 13 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 oktober 2010.

  • 3. In afwijking in zoverre van het eerste en tweede lid, treedt titel 2 van de bij deze verordening behorende tarieventabel in werking op het tijdstip waarop de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Staatsblad 2008, 496) in werking treedt en het dan tot wet verheven wetsvoorstel Invoeringswet Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Kamerstukken 31953) in werking treden. De datum waarop dit tijdstip valt is tevens de datum van ingang van de heffing voor die titel.

  • 4. In afwijking in zoverre van het eerste en tweede lid, treedt titel 3 van de bij deze verordening behorende tarieventabel in werking op 28 december 2009, welke datum tevens de datum van ingang van de heffing voor die titel is.

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening Drechterland 2010.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Drechterland van 27 september 2010.

De raad voornoemd,

De griffier,

De voorzitter,

BIJLAGE

 

Tabel 2010, behorende bij de “Legesverordening Drechterland 2010”

Titel 1 Algemene dienstverlening

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 burgerlijke stand

 

 

 

 

1.1.1

Het tarief voor de voltrekking van een huwelijk of het sluiten van een partnerschapsregistratie bedraagt:

 

1.1.1.1

op maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 uur en 17.00 uur

€ 304,15

1.1.1.2

op maandag en op dinsdag om 9.00 uur en 10.00 uur is de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een partnerschap kosteloos in de locatie Venhuizen

 

1.1.1.3

op zaterdag tussen 09.00 uur en 17.00 uur.

€ 580,10

1.1.1.4

op zon- en feestdagen tussen 9.00 uur en 17.00 uur

€ 910,75

1.1.1.5

De omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk is kosteloos als dit een baliebehandeling betreft.

 

 

 

 

1.1.2

Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk en vice versa indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte op:

 

1.1.2.1

op maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 uur en 17.00 uur

€ 304,15

1.1.2.2

op zaterdag tussen 09.00 uur en 17.00 uur.

€ 580,10

1.1.2.3

op zon- en feestdagen tussen 9.00 uur en 17.00 uur

€ 910,75

 

 

 

1.1.3

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, de registratie van een partnerschap of een omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk en vice versa in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijke Wetboek

€ 304,15

 

 

 

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.1.4.1

een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering

€ 9,65

1.1.4.2

een trouwboekje of partnerschapboekje in een luxe uitvoering

€ 24,80

 

 

 

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 24,45

 

 

 

1.1.6

Het tarief bedraag ter zake van:

 

1.1.6.1

het kalligraferen van een trouwboekje/geregistreerd partnerschapsboekje

€ 7,70

1.1.6.2

het kalligraferen van een kind in een trouwboekje/geregistreerd partnerschapsboekje

€ 2,55

1.1.6.3

het kalligraferen van een getuige in een trouwboekje/geregistreerd partnerschapsboekje

€ 2,55

 

 

 

1.1.7

Indien het huwelijk wordt voltrokken/partnerregistratie wordt geregistreerd in het bijzijn van een door de gemeente beschikbaar gestelde getuige, worden de tarieven onder 1.1.1, 1.1.2 en 1.1.3, per getuige verhoogd met

€ 15,45

 

 

 

1.1.8

Indien het huwelijk wordt voltrokken/partnerregistratie wordt geregistreerd door een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand, als bedoeld in artikel 3.3 van het Reglement burgerlijke stand, worden de tarieven onder 1.1.1, 1.1.2 en 1.1.3 verhoogd met

€ 30,90

 

 

 

1.1.9

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

 

 

 

 

1.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.2.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 50,90

1.2.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1.1 (zakenpaspoort)

€ 56,90

1.2.1.3

tot het verstrekken van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort)

€ 50,90

1.2.1.4

tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 direct bij de aanvraag van dit nieuwe reisdocument

€ 8,95

1.2.1.5

tot het bijschrijven van een kind door middel van een bijschrijvingssticker in een al uitgegeven reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3

€ 20,90

1.2.1.6

tot het aanbrengen van een wijziging anders dan bedoeld in 1.2.1.5 in een reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3

€ 8,95

1.2.1.7

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) aan personen in de leeftijd tot en met dertien jaar

€ 8,95

1.2.1.8

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) aan personen in de leeftijd van veertien jaar en ouder

€ 42,85

1.2.1.9

tot het verstrekken van een reisdocument als bedoeld onder 1.2.11, 1.2.1.2, 1.2.1.3 en 1.2.1.8 indien aan een aanvrager reeds een reisdocument werd verstrekt, welk document bij de aanvraag niet kan worden overlegd: de terzake verschuldigde leges, verhoogd met

€ 21,80

 

 

 

1.2.2

De tarieven genoemd in de onderdelen 1.2.1.1 tot en met 1.2.1.3 alsmede in 1.2.1.7 en 1.2.1.8 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€ 41,00

 

 

 

1.2.3

Het tarief genoemd in 1.2.2 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 1.2.1.1, 1.2.1.2 en 1.2.1.3 en het bijschrijven van één of meer kinderen als bedoeld in 1.2.1.4, slechts één keer per reisdocument berekend.

 

 

 

 

1.2.4

Het tarief genoemd in onderdeel 1.2.1.5 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag per bijschrijvingssticker van

€ 19,50

1.2.5

Het tarief van registratie van vermissing van een reisdocument als bedoeld in de Paspoortwet zonder dat een nieuw reisdocument wordt aangevraagd bedraagt

€ 20,40

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Rijbewijs

 

 

 

 

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 40,50

1.3.1.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag  tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen- en Bromfietscertificaten

€ 9,75

1.3.1.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag D118 als bedoeld in 1.3.1, wordt bij het niet kunnen overleggen van een reeds eerder verstrekt rijbewijs (verlies, diefstal etc.) verhoogd met

€ 20,40

 

 

 

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 33,50

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

 

 

 

 

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

 

 

 

 

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 6,80

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

 

1.4.2.2.1

voor 100 verstrekkingen

€ 67,45

1.4.2.2.2

voor 500 verstrekkingen

€ 295,65

1.4.2.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€ 463,55

1.4.2.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

€ 1.802,85

1.4.2.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€ 2.575,50

 

 

 

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens.

 

 

 

 

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 6,80

1.4.4.2

tot het verstrekken van een internationaal uitreksel

€ 8,70

 

 

 

1.4.5

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van informatie en/of afgifte van uittreksels uit de Gemeentelijke Basis Administratie aan afnemers ingevolge de Wet Gemeentelijke Basis Administratie

€ 8,70

1.4.6

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 10, tweede lid, van het Besluit gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

€ 2,27

 

 

 

1.4.7

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed half uur

€ 24,45

 

 

 

1.4.8

Het tarief bedraagt voor het afgeven van een persoonslijst ingevolge de Wet Gemeentelijke Basis Administratie

€ 16,45

 

 

 

1.4.9

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van een uitdraai van de leeftijdsopbouwstatistiek van de bevolking van de gemeente

€ 24,95

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

 

 

 

 

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€ 6,80

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

 

 

 

 

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

 

1.6.1.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

 

1.6.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

€ 0,20

 

met een maximum per bericht van

€ 8,70

1.6.1.1.2

meer dan 100 pagina’s

€ 22,70

1.6.1.2

bij verstrekking anders dan op papier

€ 6,80

1.6.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

€ 22,70

 

 

 

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de onderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

 

 

 

 

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€ 6,80

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

 

 

 

 

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.1.1

een afschrift van de gemeentebegroting

€ 20,00

1.7.1.2

een afschrift van de gemeenterekening

€ 20,00

 

 

 

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.7.2.1

voor een abonnement  voor een kalenderjaar op de stukken van de raadsvergaderingen:

 

1.7.2.1.1

opgehaald op het gemeentehuis

€ 26,80

1.7.2.1.2

thuisbezorgd

€ 43,15

 

 

 

1.7.3

 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.7.3.1

voor een abonnement voor een kalenderjaar op de stukken van de rondetafelgesprekken:

 

1.7.3.1.1

afgehaald op het gemeentehuis

€ 26,80

1.7.3.1.2

thuisbezorgd

€ 43,15

 

 

 

1.7.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.4.1

een afschrift van de algemene plaatselijke verordening

€ 74,50

1.7.4.2

een afschrift van de gemeentelijke bouwverordening, inclusief de daarbij behorende toelichting

€ 74,50

1.7.4.3

een exemplaar van een andere dan de onder 1.7.4.1 en 1.7.4.2  genoemde verordeningen

€ 19,60

1.7.4.4

een afschrift van een andere dan de onder 1.7.4.1 t/m 1.7.4.3 genoemde verordeningen per pagina

€ 0,80

 

 

 

 

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

 

 

 

 

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.8.1.1

tot het verstrekken van een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.8.1.1.1

per pagina (enkelzijdig) op papier van A4-formaat

€ 0,80

1.8.1.1.2

per pagina (enkelzijdig) op papier van A4-formaat (kleur)

€ 1,10

1.8.1.1.3

per pagina (enkelzijdig) op papier van A3-formaat

€ 1,30

1.8.1.1.4

per pagina (enkelzijdig) op papier van A3-formaat (kleur)

€ 1,90

1.8.1.1.5

per pagina (enkelzijdig) op papier van A2-formaat

€ 3,20

1.8.1.1.6

per pagina (enkelzijdig) op papier van A1-formaat

€ 3,90

1.8.1.1.7

per pagina (enkelzijdig) op papier van A0-formaat

€ 5,35

1.8.1.2

tot het verstrekken van een lichtdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per lichtdruk

€ 16,75

 

 

 

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

 

1.8.2.1

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

€ 15,00

1.8.2.2

de legger bedoeld in artikel 27 van de Wegenwet

€ 15,00

1.8.2.3

de inschrijving in het register bedoeld in artikel 6, eerste lid, van de Monumentenwet 1988

€ 15,00

1.8.2.4

het openbare register van beschermde monumenten bedoeld in artikel 20 van de Monumentenwet 1988

€ 15,00

1.8.2.5

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 15,00

 

 

 

1.8.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van:

 

1.8.3.1

het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres

€ 15,00

1.8.3.2

het gemeentelijke relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie

€ 15,00

1.8.3.3

het gemeentelijke adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat

€ 15,00

 

 

 

1.8.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om informatie uit het Kadastraal register van Kadaster On-Line: de door het kadaster in rekening gebrachte legeskosten voor het verstrekken van informatie uit en over de niet gemeentelijke beperkingen een toeslag van € 15,75 per kwartier.

 

 

 

 

1.8.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzoek om toelichting op het ter inzage verleend dossier per kwartier.

€ 15,75

 

 

 

1.8.6

Het tarief bedraagt voor makelaars en instellingen voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van inlichtingen omtrent de waardebepalende factoren die ten behoeve van een taxatie- en/ of verkoopopdracht noodzakelijk zijn

€ 20,75

 

 

 

1.8.7

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van bodeminformatie algemeen bedraagt per locatie

€ 20,75

 

 

 

1.8.8

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om levering van volledige bodemrapportages bedraagt ongeacht het aantal per locatie

€ 105,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

 

 

 

 

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

 

 

1.9.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€ 30,05

 

 

 

1.9.2

tot het verkrijgen van een attestatie de vita

€ 6,80

 

 

 

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

€ 6,80

 

 

 

 

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

 

 

 

 

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 24,45

 

 

 

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina

€ 0,80

1.10.2.2

Een uitreksel uit een in het gemeente archief berustend stuk

€ 6,80

 

 

 

 

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet (n.v.t.)

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 12 Leegstandwet (n.v.t.)

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie (n.v.t.)

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen (zie 'Verordening marktgeld Drechterland 2006')

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

 

 

 

 

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

 

 

1.15.1

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

€ 50,80

 

 

 

1.15.2

tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander

€ 50,80

 

 

 

1.15.3

tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing

€ 12,55

 

 

 

 

Hoofdstuk 16 Kansspelen

 

 

 

 

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kanspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kanspelautomaten, voor de eerste kanspelautomaat

€ 56,50

en voor iedere volgende kanspelautomaat

€ 34,00

1.16.1.3

voor één kanspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van langer dan vier jaar

€ 226,50

1.16.1.4

voor twee of meer kanspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van  langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kanspelautomaat

€ 226,50

en voor iedere volgende kanspelautomaat

€ 136,00

 

 

 

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 11,00

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 17 Kinderopvang (n.v.t.)

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 18 Telecommunicatie

 

 

 

 

1.18.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 150,00

1.18.1.1

indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 2,00

1.18.1.2

indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 1,00

1.18.1.3

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 300,00

1.18.1.4

indien de melder verzoekt om een inhoudelijke afstemming bij de beoordeling van aanvragen als bedoeld in artikel 5.5 van de Telecommunicatiewet, verhoogd met

€ 150,00

1.18.1.5

Het tarief bedoeld in onderdeel 1.18.1 wordt verminderd met de van de melder verkregen of te verkrijgen privaatrechtelijke vergoeding voor beheerskosten in verband met de werkzaamheden, met dien verstande dat de uitkomst van de vermindering niet minder dan nihil kan bedragen.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 19 Verkeer en vervoer

 

 

 

 

1.19

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

 

 

1.19.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 15,15

 

 

 

1.19.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

€ 15,15

 

 

 

1.19.3

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)

€ 24,80

1.19.4

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerplaats

€ 28,10

 

 

 

 

Hoofdstuk 20 Diversen

 

 

 

 

1.20.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.20.1.1.1

tot het verkrijgen van een door burgemeester en wethouders verleende ontheffing, als bedoeld in artikel 4.1.5 van de Algemene Plaatselijke Verordening voor het in werking hebben van een geluidsapparaat of bij een knalapparaat of indien daarbij een geluidsmeting noodzakelijk is

€ 31,70

1.20.1.1.2

anderszins

€ 30,60

1.20.1.2

tot het verstrekken van een ontheffing voor het reinigen van een gevel:

 

1.20.1.2.1

voor een éénmalige ontheffing

€ 31,70

1.20.1.2.2

voor een jaarontheffing

€ 61,20

1.20.1.3

tot het verkrijgen van een verklaring van geen bezwaar op grond van de Luchtvaartwet geldig voor:

 

1.20.1.3.1

één dag

€ 20,60

1.20.1.3.2

één jaar

€ 41,20

 

 

 

1.20.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.20.2.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 4,25

1.20.2.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.20.2.2.1

per pagina (enkelzijdig) op papier van A4-formaat

€ 0,80

1.20.2.2.2

per pagina (enkelzijdig) op papier van A4-formaat (kleur)

€ 1,10

1.20.2.2.3

per pagina (enkelzijdig) op papier van A3-formaat

€ 1,30

1.20.2.2.4

per pagina (enkelzijdig) op papier van A3-formaat (kleur)

€ 1,90

1.20.2.2.5

per pagina (enkelzijdig) op papier van A2-formaat

€ 3,20

1.20.2.2.6

per pagina (enkelzijdig) op papier van A1-formaat

€ 3,90

1.20.2.2.7

per pagina (enkelzijdig) op papier van A0-formaat

€ 5,35

1.20.2.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.20.2.1 en 1.20.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk

€ 16,75

1.20.2.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 21,25

1.20.2.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 4,30

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

 

 

 

 

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.2

bouwkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

 

Indien de opgave van de bouwkosten burgemeester en wethouders onjuist voorkomt, alsmede ingeval belanghebbende in gebreke blijft, een behoorlijke opgave van de bouwkosten over te leggen, stellen burgemeester en wethouders het bedrag van de bouwkosten vast terzake waarvan de leges wordt geheven.

 

2.1.1.3

sloopkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder sloopkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.4

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

 

 

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

 

 

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag

 

 

 

 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

 

 

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is

Nihil

 

 

 

2.2.2

om beoordeling van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning:

 

van de leges zoals deze bij een daadwerkelijke aanvraag om een omgevingsvergunning voor het project zouden worden vastgesteld.

Nihil

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

 

 

 

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

2.3.1.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.1.1.1

bouwkosten tot € 6.000,--

€ 82,55

2.3.1.1.2

bouwkosten boven de € 6.000,--, € 18,40 per € 1.000,-- van de naar boven in duizendtallen van euro´s afgeronde bouwkosten met een minimum van

€ 156,35

 

 

 

 

Welstandstoets

 

2.3.1.2

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien een welstandstoets noodzakelijk is:

 

2.3.1.2.1

een vast bedrag van € 27,85 en een toeslag van € 2,05 per € 1000,- van de naar boven in duizendtallen van euro's afgeronde bouwkosten, tezamen tot een maximum van

€ 2.886,75

2.3.1.2.2

bij verschillende behandelingen in de commissie geldt voor iedere bespreking extra een verhoging van 20% geheven over het bedrag van € 2,05 per € 1000,- van de naar boven in duizendtallen van euro's afgeronde bouwkosten, tezamen tot een maximum van

€ 2.886,75

2.3.1.2.3

voor adviezen voor reclameobjecten

€ 56,20

 

 

 

 

Verplicht advies agrarische commissie

 

2.3.1.3

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1.bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

 

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.1.3 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

 

Achteraf ingediende aanvraag

 

2.3.1.4

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

Nihil

 

 

 

 

Beoordeling aanvullende gegevens

 

2.3.1.5

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:

Nihil

 

 

 

2.3.2

Aanlegactiviteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van de aanvraag bij een totaal aan kosten van werken of werkzaamheden van::

 

minder dan € 46.500,--

€ 245,15

 € 39.000,-- of meer, doch minder dan € 97.000,-- 

€ 426,15

€ 97.000,-- of meer, doch minder dan € 193.000,--

€ 663,80

€ 193.000,-- of meer, doch minder dan € 390.000

€ 886,90

€ 390.000,-- of meer, doch minder dan € 782.000

€ 1.150,65

€ 782.000 of meer, doch minder dan € 1.175.000,--

€ 1.571,10

€ 1.175.000,--  of meer

€ 1.981,55

 

 

 

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit of aanlegactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit of aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a en b van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en 2.3.2:

 

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 272,50

 

 

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 272,50

 

 

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.525,00

 

 

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 272,50

 

 

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 505,00

 

 

 

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 272,50

 

 

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 272,50

 

 

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 272,50

 

 

 

2.3.3.9

indien artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast (bestemmingsplan)

€ 2.525,00

 

 

 

 

 

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 272,50

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 272,50

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 2.525,00

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 272,50

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 505,00

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 272,50

 

 

 

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 272,50

 

 

 

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 272,50

 

 

 

2.3.4.9

indien artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast (bestemmingsplan)

€ 2.525,00

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2.3.5

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

 

2.3.5.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met

 

 

betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de

 

 

Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid,  onder b, van de Wabo met

 

 

betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening

 

 

Gemeente Drechterland aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale

 

 

verordening of van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing  is vereist,

 

 

 bedraagt het tarief:

 

2.3.5.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 54,80

2.3.5.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 54,80

2.3.5.2

Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor ingevolge artikel 11 (gemeentelijk monument) en artikel 14 (Rijksmonument) van de Monumentenverorderning gemeente Drechterland door de Monumentencommissie een monumentenadvies is uitgebracht bedraagt het tarief op basis van werkelijk bestede tijd:

€ 480,00

 

 

per uur

 

 

 

2.3.6

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

 

2.3.6.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:

 

 

in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening of artikel 8.1.1 van de Bouwverordening Drechterland een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:

 

 

voor bouwwerken met een inhoud tot 100 m3

€ 94,80

 

voor bouwwerken met een inhoud tussen de 100 en 350 m3

€ 157,40

 

voor bouwwerken met een inhoud tussen de 350 en 600 m3

€ 282,60

 

voor bouwwerken boven de 600 m3

€ 345,10

2.3.6.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een sloopvergunning voor het slopen van daken of asbesthoudende platen groter dan 35m2.

€ 94,80

 

 

 

 

Aanleggen of veranderen weg

 

2.3.7

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.1.5.2 van de Algemene plaatselijke verordening Drechterland 2008 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

Nihil

 

 

 

2.3.8

Uitweg/inrit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.1.5.3 van de Algemene plaatselijke verordening Drechterland 2008 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief per meter:

€ 202,35

 

 

 

2.3.9

Kappen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.3.2 van de Algemene plaatselijke verordening Drechterland 2008 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 21,25

 

 

 

2.3.10

Opslag van roerende zaken

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie <of de gemeente>, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening <of artikel … van de Algemene plaatselijke verordening> een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

2.3.10.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

Nihil

2.3.10.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

Nihil

 

 

 

2.3.11

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

 

2.3.11.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:

€ 272,50

2.3.11.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998

€ 272,50

 

 

 

2.3.12

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief

€ 272,50

 

 

 

2.3.13

Andere activiteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

 

2.3.13.1

behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 21,25

2.3.13.2.1

als het een gemeentelijke verordening betreft

€ 21,25

2.3.13.2.2

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft

€ 21,25

 

 

 

2.3.14

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.14.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.14.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

 

 

2.3.15

Beoordeling bodemrapport

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

 

2.3.15.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 216,70

2.3.15.2

voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport

€ 404,00

 

 

 

2.3.16

Advies

 

2.3.16.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.16.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

2.3.17

Verklaring van geen bedenkingen

 

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

 

2.3.17.1.1

indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

€ 272,50

2.3.17.1.2

indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

 

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Vermindering

 

 

 

 

2.4.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

 

 

 

 

2.4.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:

 

2.4.2.1

bij 5 tot 10 activiteiten:

 

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

Nihil

2.4.2.2

bij 10 tot 15 activiteiten:

 

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

Nihil

2.4.2.3

bij 15 of meer activiteiten:

 

 

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

Nihil

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

 

 

 

 

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor  bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

 

2.5.1.1

indien de aanvraag schriftelijk wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

75%

2.5.1.2

indien de aanvraag schriftelijk wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

50 %

 

 

 

 

 

2.5.2

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op schriftelijke aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 24 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagtvan de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

25 %

 

 

 

 

 

2.5.3

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

 

2.5.3.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit  bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.

50 %

 

 

2.5.3.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

 

 

 

2.5.5

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

 

 

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

 

 

 

 

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

Nihil

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

 

 

 

 

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project, dan wel een wijziging van de tenaamstelling:

€ 33,55

 

 

 

 

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

 

 

 

 

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 2.525,00

 

 

 

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 272,50

 

 

 

 

Hoofdstuk 8 A Wet Geluidhinder

 

 

 

 

2.8 a.1

Indien een aanvraag betrekking heeft op een plan, waarvoor een hogere waarde kan worden verleend op grond van de Wet geluidhinder, wordt oonverminderder het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1.berekende bedrag verhoogd met:

 

 

indien publicatie in een dorpsblad of huis- aan huisblad plaatsvindt, een bedrag van

€ 74,50

 

indien een openbare zitting moet worden gehouden en of een besluit bij het provinciaal bestuur moet worden aangevraagd, een bedrag van

€ 286,10

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 9 Sloopmelding

 

 

 

 

2.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de Bouwverordening Drechterland

Nihil

 

 

 

 

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

 

 

 

 

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 237,55

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 Horeca

 

 

 

 

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

       160,00

 

 

 

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

         40,00

 

 

 

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet

         21,35

 

 

 

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een door de burgemeester verleende exploitatievergunning als bedoeld in artikel 2.3.1.2. eerste lid van de Algemene Plaatselijke Verordening voor het exploiteren van een horecabedrijf

 

3.1.4.1

voor een vergunning waarbij geen afwijkende sluitingstijden op grond van artikel 2.3.1.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening worden vastgesteld

         28,80

3.1.4.2

voor een vergunning waarbij wel afwijkende sluitingstijden op grond van artikel 2.3.1.4 van de Algemene Plaatselijke Verordening worden vastgesteld

         57,60

 

 

 

3.1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een door de burgemeester vastgestelde wijziging van sluitingstijden als bedoeld in in artikel 2.3.1.4 en 2.3.1.5 van de Algemene Plaatselijke Verordening (voor één etmaal)

         30,75

 

 

 

3.1.6

Indien bij de behandeling van de aanvragen tot het verkrijgen van een vergunning of ontheffing als bedoeld in hoofdstuk 1 van deze titel een BIBOB-advies wordt ingewonnen, worden de daar genoemde tarieven verhoogd met

       505,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

 

 

 

 

3.2.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.2.2 eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft:

 

3.2.1.1

een evenement met verhoogde veiligheidsaandacht of risico-evenement (norm veiligheidsregio Noord-Holland-Noord)

       100,00

3.2.1.2

een herdenkingsplechtigheid (indien vergunningsplichtig)

         11,70

3.2.1.3

een braderie (indien vergunningsplichtig)

         33,15

3.2.1.4

een optocht, niet zijnde een betoging, op de weg (indien vergunningsplichtig)

         33,15

3.2.1.5

een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg (indien vergunningsplichtig)

         33,15

3.2.1.6

een regulier evenement (norm Veiligheidsregio Noord-Holland-Noord) en (indien vergunningsplichtig)

         33,15

 

 

 

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning voor het organiseren van een snuffelmarkt als bedoeld in artikel 5.2.4 eerste lid van de Algemene plaatselijke verordening

         33,15

 

 

 

3.2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een door burgemeester en wethouders verleende vergunning c.q. ontheffing, als bedoeld in artikel 5.4.1. van de Algemene Plaatselijke verordening voor het houden van een crosswedstrijd

         98,20

 

 

 

3.2.4

Het tarief bedraagt tot het verkrijgen van ontheffing van burgemeester en wethouders op basis van artikel 10 van de Wegenverkeerswet voor het houden van een wedstrijd met voertuigen op de weg

         33,15

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

 

 

 

 

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om:

 

 

 

 

3.3.1

een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.2.1, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening, anders dan een wijziging bedoeld in onderdeel 3.3.2:

 

3.3.1.1

voor een seksinrichting

       422,25

3.3.1.2

voor een escortbedrijf

       422,25

 

 

 

3.3.2

wijziging van een exploitatievergunning in verband met uitsluitend een wijziging van het beheer in een seksinrichting of escortbedrijf, als bedoeld in artikel 3.2.1, eerste lid, van de Algemene Plaatselijke Verordening:

 

3.3.2.1

voor een seksinrichting

       105,56

3.3.2.2

voor een escortbedrijf

       105,56

3.3.3

Indien bij de behandeling van de aanvragen tot het verkrijgen van een vergunning of ontheffing als bedoeld in hoofdstuk 3 van deze titel een BIBOB-advies wordt ingewonnen, worden de daar genoemde tarieven verhoogd met

       505,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte (n.v.t.)

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Leefmilieuverordening (n.v.t.)

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 Brandbeveiligingsverordening

 

 

 

 

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning met betrekking tot het brandveilig gebruik van een inrichting, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening Drechterland 2006

 

 

 

 

3.6.1

ten behoeve van een bouwwerk welke tenminste twee weken in gebruik zal zijn, waarvan:

 

3.6.1.1

bouwwerken tot 50 m2

       495,95

3.6.1.2

bouwwerken van 50 tot 250 m2

       516,30

3.6.1.3

bouwwerken van 250 tot 500 m2

       536,70

3.6.1.4

bouwwerken van 500 tot 1000 m2

       556,95

3.6.1.5

bouwwerken van 1000 tot 2000 m2

       577,35

3.6.1.6

bouwwerken van 2000 tot 5000 m2

       658,75

3.6.1.7

bouwwerken van 5000 m2 en hoger

       699,40

 

 

 

3.6.2

ten behoeve van een inrichting (tijdelijke tent minder dan twee weken/ los met de wal verbonden drijvend hotel of discotheek) als bedoeld in artikel 2.1 van de brandveiligheidsverordening Drechterland 2006

 

3.6.2.1

51 - 100 personen:

         82,05

3.6.2.2

101-150 personen:

         98,90

3.6.2.3

151- 200 personen

       114,65

3.6.2.4

201- 250 personen

       130,40

3.6.2.5

251- 300 personen

       146,20

3.6.2.6

301 en meer personen

       161,95

 

 

 

3.6.3

Het tarief voor het wijzigen van een bestaande vergunning bedraagt

         89,30

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

 

 

 

3.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het afgeven van een jaarlijkse toestemming c.q. vergunning voor de verkoop van vuurwerk op grond van artikel 2.6.2. van de Algemene Plaatselijke Verordening

34,35

 

 

 

3.7.2

Het tarief bedraagt tot het verkrijgen van een vergunning voor het innemen van een standplaats als bedoeld in artikel 5.2.3.2 van de Algemene Plaatselijke Verordening op af aan de openbare weg of openbare grond met de bedoeling, goederen of waar te verkopen of te verhuren voor

 

3.7.2.1

één dag

         18,00

3.7.2.2

één week

         47,30

3.7.2.3

één maand

         98,15

3.7.2.4

zes maanden

       120,00

3.7.2.5

één jaar

       240,40

 

 

 

3.7.3

Het tarief bedraagt tot het verkrijgen van een ventvergunning als bedoeld in artikel 5.2.2 van de Algemene Plaatselijke Verordening, geldig voor

 

3.7.3.1

één dag

         16,15

3.7.3.2

één week

         24,25

3.7.3.3

één maand

         32,15

3.7.3.4

zes maanden

         50,00

3.7.3.5

één jaar

         95,05

 

 

 

3.7.4

Het tarief bedraagt tot het verkrijgen van een door de burgemeester verleende vergunning c.q. ontheffing, als bedoeld in artikel 2.1.4.3. van de Algemene Plaatselijke Verordening voor het op de openbare weg optreden als straatartiest, geldig voor:

 

3.7.4.1

één week of korter

         11,70

3.7.4.2

één maand

         25,70

3.7.4.3

één jaar

         83,05

 

 

 

3.7.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

237,55

Titel 4 Bouwvergunningen (oorspronkelijk hoofdstuk 5 voormalige legestabel)

 

 

 

 

Hoofdstuk 1 Bouwkosten

 

 

 

 

4.1.1

Onder bouwkosten wordt in dit hoofdstuk verstaan de aannemingssom, als bedoeld in paragraaf 1, lid 1, van de "Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken" (UAV 1989) voor het uit te voeren werk, met dien verstande, dat bij de vaststelling van deze bouwkosten tevens rekening wordt gehouden met de over genoemde aannemingssom wettelijk verschuldigde omzetbelasting, of, voor zover deze ontbreekt, een raming van de bouwkosten, als bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd, eveneens vermeerderd met de wettelijk verschuldigde omzetbelasting.

 

 

 

 

 4.1.2

Indien de opgave van de bouwkosten burgemeester en wethouders onjuist voorkomt, alsmede ingeval belanghebbende in gebreke blijft, een behoorlijke opgave van de bouwkosten over te leggen, stellen burgemeester en wethouders het bedrag van de bouwkosten vast terzake waarvan de leges wordt geheven.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2  Bouwvergunningen

 

 

 

 

4.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een lichte bouwvergunning als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder q van de woningwet indien de:

 

 

 

 

4.2.1.

Een aanvraag tot het verkrijgen van een reguliere bouwvergunning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder p van de Woningwet, indien de:

 

4.2.1.1

bouwkosten tot € 7.000,--

         82,55

4.2.1.2

bouwkosten boven de € 7.000,--, € 15,45 per € 1.000,-- van de naar boven in duizendtallen van euro´s afgeronde bouwkosten met een minimum van

       156,35

 

 

 

4.2.2

Een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning eerste fase, als bedoeld in artikel 56a, tweede lid, van de Woningwet, indien de:

 

4.2.2.1

bouwkosten tot € 7.000,--

         61,90

4.2.2.2

bouwkosten boven € 7.000,--, € 11,55 per € 1.000,-- van de naar boven in duizendtallen van euro´s afgeronde bouwkosten met een minimum van

       117,25

 

 

 

4.2.3

Een aanvraag tot het verkrijgen van een gewijzigde bouwvergunning eerste fase, als bedoeld in artikel 56a, achtste lid, van de Woningwet: een bedrag naar het tarief en berekend op de wijze als in 4.2.2 bepaald en verminderd met de voor de primaire bouwvergunning eerste fase berekende leges, met dien verstande dat in elk geval 60% van de berekende leges is verschuldigd en dat geen restitutie van de voor primaire bouwvergunning eerste fase betaalde leges plaatsvindt

 

 

 

 

4.2.4

Een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning tweede fase, als bedoeld in artikel 56a, derde lid, van de Woningwet, indien de:

 

4.2.4.1

bouwkosten tot € 7.000,--

         61,90

4.2.4.2

bouwkosten boven € 7.000,--, € 11,55 per € 1.000,-- van de naar boven in duizendtallen van euro´s afgeronde bouwkosten met een minimum van

       117,25

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Welstand

 

 

 

 

4.3.1

Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een lichte of reguliere bouwvergunning, als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder q respectievelijk p van de woningwet, moet worden verleend en toetsing aan welstandscriteria als bedoeld in artikel 12a van de Woningwet moet plaatsvinden geldt het volgende tarief:

 

4.3.1.1

een vast bedrag van € 27,85 en een toeslag van € 1,72 per duizend euro bouwkosten, tezamen tot een maximum van

    2.886,75

4.3.1.2

bij verschillende behandelingen in de commissie geldt voor iedere bespreking extra een verhoging van 20% geheven over het bedrag van € 1,72 per duizend euro bouwkosten en/of boven het maximum van

 

4.3.1.3

voor de berekening van het bedrag, genoemd onder 4.3.1.1 en 4.3.1.2 worden de begrote bouwkosten naar boven toe afgerond op een duizendtal

 

 

 

 

4.3.2

Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een bouwvergunning eerste fase moet worden verleend en hierover het advies van de welstandscommissie moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig 4.2.2, onderscheindenlijk 4.2.3 berekende bedrag verhoogd met € 27,85 en een toeslag van € 1,72 per duizend euro bouwkosten, tezamen tot een maximum van

    2.886,75

 

 

 

4.3.3

voor adviezen voor reclameobjecten

         56,20

 

 

 

4.3.4

voor plannen waarbij sprake is geweest van stedebouwkundige en architectonische supervisie wordt de helft van het standaard tarief gerekend genoemd onder artikel 4.3.1 en 4.3.2

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Monumenten

 

 

 

 

 4.4.1

Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor ingevolge artikel 13 van de Monumentenverorderning, door de Stichting Noordhollandse Welstandscommisie of de rompcommissie van de Welstandscommissie voor Westfriesland kring Enkhuizen (ook wel aan te  duiden met gemeentelijke monumenten-commissie) een monumentenadvies is uitgebracht worden de leges voor de afgifte van een bouwvergunning verhoogd:

 

4.4.1.1

voor plannen van complexen van gelijke of nagenoeg gelijke woningen een vast bedrag van € 27,85 en een toeslag van € 1,72 per duizend euro bouwkosten, tezamen tot een maximum van

    2.886,75

4.4.1.2

voor andere plannen een vast bedrag van € 27,85 en een toeslag van € 2,77 per duizend euro bouwkosten, tezamen tot een maximum van

    2.886,75

4.4.1.3

voor plannen die voor meer dan één keer beoordeeld moeten worden geldt een extra verhoging van 20% van het tarief per extra behandeling.

 

4.4.1.4

voor de berekening van het bedrag, genoemd onder 4.4.1.1 t/m 4.4.1.3 worden de begrote bouwkosten naar boven toe afgerond op een duizendtal .

 

 

 

 

4.4.2

De aanvraag wordt niet eerder in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

 

 

 

 

4.5.1

Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning wordt ingetrokken of niet in behandeling wordt genomen, wordt op grond van het in hoofdstuk 2, 4 en 8 uit deze titel geheven leges teruggaaf verleend van:

 

 

75% tot en met beoordeling ontvankelijkheid van de ingediende bouwplannen;

75%

 

50% tot vergunningverlening van ingediende bouwplannen;

50%

 

25% nà vergunningverlening van ingediende bouwplannen.

25%

 

Teruggaaf wordt alleen verleend indien de aanvraag/verleende vergunning binnen 24 maanden na de aanvraag/verlening schriftelijk wordt ingetrokken.

 

 

 

 

4.5.2

Indien de gevraagde vergunning niet wordt verleend, wordt op aanvraag teruggaaf van 50 % verleend van de op grond van hoofdstuk 2, 4 en 8 uit deze titel geheven leges.

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 Overschrijving bouwvergunningen

 

 

 

 

4.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exemplaar van een bestemmingsplan, bestaande uit:

 

4.6.1.1

een ongekleurd exemplaar van een plankaart, per stuk

         19,60

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 Verhogingen/aanvullende leges

 

 

 

 

4.7.1

Projectbesluit/buiten toepassingverklaring

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van hoofdstuk 2 uit deze titel wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.10 (projectbesluit) of 3.40 (buiten toepassingverklaring) van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, verhoogd met

    2.525,00

 

 

 

4.7.2

Wijziging, ontheffing of afwijking bestemmingsplan

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van hoofdstuk 2 uit deze titel wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.6, eerste lid, onder a of c, 3.22, 3.23 of  3.38, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening of artikel 50, derde lid, onder a, van de Woningwet wordt toegepast, verhoogd met

 

 

 

       272,50

 

 

 

4.7.3

Vaststelling bestemmingspan op aanvraag

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van hoofdstuk 2 uit deze titel wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening op aanvraag wordt toegepast, verhoogd met

 

 

 

 

    2.525,00

 

 

 

4.7.4

Ontheffing of toetsing exploitatieplan

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van hoofdstuk 2 uit deze titel wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan:

 

 

 

4.7.4.1

een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, van de Wet ruimtelijke ordening

 

 

wordt verleend, verhoogd met

       505,00

4.7.4.2

artikel 50a, derde lid, van de Woningwet wordt toegepast, verhoogd met

       505,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 8 Aanlegvergunning

 

 

 

 

4.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een vergunning als bedoeld in artikel 3.3, aanhef en onder a, of artikel 3.38, derde lid, aanhef en onder a, van de Wet ruimtelijke ordening (aanlegvergunning) c.q. artikel 14 j.o. de artikelen 21, lid 3 en 44 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening bij een totaal aan kosten van werken of werkzaamheden van:

 

4.8.1.1

minder dan € 46.500,--

       245,15

4.8.1.2

 € 46.500,-- of meer, doch minder dan € 116.000,-- 

       426,15

4.8.1.3

€ 116.000,-- of meer, doch minder dan € 230.000,--

       663,80

4.8.1.4

€ 230.000,-- of meer, doch minder dan € 465.000

       886,90

4.8.1.5

€ 465.000,-- of meer, doch minder dan € 930.000

    1.150,65

4.8.1.6

€ 930.000 of meer, doch minder dan € 1.395.000,--

    1.571,10

4.8.1.7

€ 1.395.000,--  of meer

    1.981,55

 

 

 

4.8.2

Verhogingen

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 4.8.1 wordt, indien de aanvraag

 

 

van een aanlegvergunning:

 

4.8.2.1

krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een archeologisch

 

 

bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met

       404,00

4.8.2.2

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.10

 

 

(projectbesluit) of 3.40 (buiten toepassingverklaring) van de Wet ruimtelijke ordening wordt

 

 

toegepast, verhoogd met

    2.525,00

4.8.2.3

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.6, eerste lid,

 

 

onder a of c, 3.22, 3.23 of 3.38, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast,

 

 

verhoogd met

       272,70

4.8.2.4

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.1, eerste lid,

 

 

van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, verhoogd met

    2.525,00

4.8.2.5

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan een ontheffing als bedoeld

 

 

in artikel 6.12, zesde lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt verleend, verhoogd met

       505,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 9 Bestemmingswijzigingen

 

 

 

 

4.9.1

Indien een aanvraag betrekking heeft op een plan, waarvoor een bouw- of aanlegvergunning dan wel vrijstelling kan worden verleend met toepassing van een bijzondere planologische procedure op grond van het bestemmingsplan, de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) en/of de Woningwet, wordt overeenkomstig het in hoofdstuk 2 t/m 4 uit deze titel berekende bedrag verhoogd met:

 

 

10% van de hierna onder 4.9.1.1 t/m 4.9.1.6 genoemde kosten van bouwkosten tot € 4.650

 

 

15% van de hierna onder 4.9.1.1 t/m 4.9.1.6 genoemde kosten van bouwkosten tot € 11.600

 

 

25% van de hierna onder 4.9.1.1 t/m 4.9.1.6 genoemde kosten van bouwkosten tot € 23.250

 

 

50% van de hierna onder 4.9.1.1 t/m 4.9.1.6 genoemde kosten v. bouwkosten boven de € 23.250

 

4.9.1.1

de kosten voor een vrijstelling, als bedoeld in de artikelen 15, 17 en 19 lid 3 WRO

       664,65

4.9.1.2

de kosten voor een vrijstelling, als bedoeld in artikel 19, lid 2 WRO, waarbij geen verklaring van geen bezwaar is vereist

    1.219,05

4.9.1.3

de kosten voor een vrijstelling, als bedoeld in artikel 19, lid 2 WRO, waarbij een verklaring van geen bezwaar is vereist

    1.463,45

4.9.1.4

de kosten voor een vrijstelling, als bedoeld in artikel 19, lid 1 WRO, waarbij geen voorbereidingsbesluit (art.21 WRO) nodig is

    1.749,60

4.9.1.5

de kosten voor een vrijstelling, als bedoeld in artikel 19, lid 1 WRO, waarbij een voorbereidingsbesluit (art.21 WRO) nodig is

    2.116,30

4.9.1.6

de kosten voor het uitwerken en/of wijzigen van het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 11 WRO

    1.371,05

4.9.1.7

indien stedenbouwkundige voorstellen/adviezen worden ontworpen c.q. bijgevoegd: de werkelijke kosten tot een maximumbedrag van

    1.828,85

4.9.1.8

indien een akoestisch onderzoek wordt gehouden, per onderzoek een bedrag van

       345,70

4.9.1.9

indien adviezen worden gevraagd van deskundigen, voorzover niet genoemd onder de punten 4.9.1.7 en 4.9.1.8 de werkelijke kosten tot een maximumbedrag van

    1.829,85

 

 

 

4.9.2

Indien een aanvraag betrekking heeft op een plan, waarvoor een hogere waarde kan worden verleend op grond van de Wet geluidhinder, wordt overeenkomstig het in hoofdstuk 2 en/of 8 uit deze titel berekende bedrag verhoogd met:

 

4.9.2.1

indien publicatie in een dorpsblad of huis- aan huisblad plaatsvindt, een bedrag van

         74,50

4.9.2.2

indien een openbare zitting moet worden gehouden en of een besluit bij het provinciaal bestuur moet worden aangevraagd, een bedrag van

       286,10

 

 

 

4.9.3

Onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 9 uit deze titel is voor het verlenen van vrijstelling van het ter plaatse geldende bestemmingsplan, waarvoor geen vergunning en/of melding, als bedoeld in hoofdstuk 2 uit deze titel noodzakelijk is, een bedrag verschuldigd van

       180,30

 

 

 

4.9.4

Het tarief bedraagt voor het waarmerken van een gewijzigde tekening, behorende bij een reeds verleende vergunning, bedoeld in hoofdstuk 2 en hoofdstuk 8 uit deze titel

         33,55

 

 

 

4.9.5

Informatie bestemmingsplan

 

 

Schriftelijk verleende informatie over de inhoud van een bestemmingsplan c.a., per verzoek

         17,30

4.9.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van het

 

 

bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke

 

 

ordening of tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder c,

 

 

3.22, 3.23 of 3.38, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening, waarbij geen sprake is van een

 

 

bouwplan waarvoor een bouwvergunning is vereist en geen sprake is van werken of

 

 

werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning is vereist

       512,55

4.9.5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een

 

 

besluit als bedoeld in artikel 3.10 (projectbesluit) of 3.40 (buiten toepassingverklaring) van de

 

 

Wet ruimtelijke ordening, waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor een

 

 

bouwvergunning is vereist en geen sprake is van werken of werkzaamheden waarvoor een

 

 

aanlegvergunning is vereist

    2.525,00

4.9.5.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van

 

 

een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening,

 

 

waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor een bouwvergunning is vereist en geen

 

 

sprake is van werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning is vereist

    2.525,00

 

 

 

4.9.6

Ontheffing verbodsbepaling in voorbereidingsbesluit

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing van

 

 

het verbod tot wijziging van het gebruik van gronden of bouwwerken als bedoeld in artikel 3.7,

 

 

vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening

       272,70

 

 

 

4.9.7

Ontheffing verbodsbepaling in exploitatieplan

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing van

 

 

het verbod om bepaalde werken of werkzaamheden uit te voeren als bedoeld in artikel 6.12,

 

 

zesde lid, van de Wet ruimtelijke ordening

       505,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 10 Bodemgesteldheidonderzoek

 

 

 

 

4.10.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van de resultaten van een onderzoeksrapport inzake de gesteldheid van de bodem, als bedoeld in artikel 2.1.5 van de bouwverordening

       216,70

 

 

 

4.10.2

Het tarief bedraagt voor het beoordelen van een archeologisch bodemrapport

       404,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 11 Sloopvergunningen en sloopmelding

 

 

 

 

4.11.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een sloopvergunning, als bedoeld in artikel 8.1.1 van de bouwverordening:

 

4.11.1.1

voor bouwwerken met een inhoud tot 100 m3

         94,80

4.11.1.2

voor bouwwerken met een inhoud tussen de 100 en 350 m3

       157,40

4.11.1.3

voor bouwwerken met een inhoud tussen de 350 en 600 m3

       282,60

4.11.1.4

voor bouwwerken boven de 600 m3

       345,10

 

 

 

4.11.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een sloopvergunning voor het slopen van daken of asbesthoudende platen groter dan 35m2.

         94,80

 

 

 

4.11.3

Verhogingen

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 4.11.1 wordt, indien de aanvraag

 

 

van een sloopvergunning:

 

4.11.3.1

krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer een archeologisch

 

 

bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met

       404,00

4.11.3.2

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan een ontheffing als

 

 

bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt verleend, verhoogd

 

 

met

       505,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 12 Overige werken en of handelingen

 

 

 

 

4.12.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een toestemming voor het uitvoeren van een werk of handeling boven, door, in, langs, in de nabijheid van, onder, op of over sloten, duikers, wegen of waterkeringen, per toestemming

       112,60

 

 

 

4.12.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het door of vanwege de gemeente aanleggen van een uitweg c.q. inrit, per meter

       202,35

 

 

 

 

Hoofdstuk 13 Wet Milieubeheer

 

 

 

 

4.13.1

Voor het verstrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 8.1, eerste lid, onderdeel a en/of c van de

 

 

Wet milieubeheer (Stb. 1992, 551) worden de kosten van extern advies, die voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager zijn medegedeeld, wat blijkt uit een begroting die terzake of vanwege burgemeester en wethouders is opgesteld, in rekening gebracht

 

 

 

 

4.13.2

voor de toepassing van 4.13.1 wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag

 

 

waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht

 

 

 

 

4.13.3

indien de werkelijke advieskosten minder bedragen dat het aan de hand van de begroting geraamde bedrag,

 

 

wordt voor het verschil teruggaaf verleend