Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR409900
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR409900/1
Regeling vervallen per 01-01-2017
Verordening voor de vaste commissies van advies aan het dagelijks bestuur 2015
Geldend van 12-05-2015 t/m 31-12-2016
Intitulé
Verordening voor de vaste commissies van advies aan het dagelijks bestuur 2015Het algemeen bestuur van Waterschap Roer en Overmaas;
Gezien het voorstel van het dagelijks bestuur van 7 mei 2015,
waterschapsblad 2015, nummer 18, inzake vaststelling 'Verordening voor de vaste commissies van advies aan het dagelijks bestuur 2015';
Gelet op het bepaalde in artikel 77 van de Waterschapswet;
BESLUIT:
Onder intrekking van de op 17 februari 2009, waterschapsblad 2009, nummer 14, vastgestelde 'Verordening voor de vaste commissies van advies aan het dagelijks bestuur 2009' vast te stellen de navolgende 'Verordening voor de vaste commissies van advies aan het dagelijks bestuur 2015'.
Artikel 1 Adviescommissies
Het waterschap kent de navolgende vaste commissies van advies aan het dagelijks bestuur:
- 1.
commissie Bestuur, Waterkering Maas en Crisisbeheersing (afgekort: commissie BWC);
- 2.
commissie Zuiveren, Waterketen en Ruimtelijke Ontwikkelingen (afgekort: commissie ZWR);
- 3.
commissie Watersysteem, Financiën en Middelen (afgekort: commissie WFM).
Artikel 2 Taak/taakvelden
- 1.
De commissies hebben tot taak het desgevraagd adviseren van het dagelijks bestuur over zaken, behorende tot de taakvelden van de commissies.
- 2.
De taakvelden van de commissie Bestuur, Waterkering Maas en Crisisbeheersing zijn onder andere:
- -
Bestuur
- -
Integriteit
- -
Communicatie
- -
Educatie
- -
Instrumenten
- -
Verordeningen
- -
Leggers
- -
Recreatief medegebruik
- -
Handhaving
- -
Hoogwaterbescherming
- -
Internationale aspecten
- -
Etc.
- -
- 3.
De taakvelden van de commissie Zuiveren, Waterketen en Ruimtelijke Ontwikkelingen zijn onder andere:
- -
WBL-aangelegenheden
- -
Samenwerking met gemeenten in de waterketen;
- -
Stedelijk waterbeheer
- -
Ruimtelijke ontwikkelingen
- -
Eigen plannen en plannen van derden, waaronder beheersplannen, beleidsplannen en -nota’s, landinrichting etc.;
- -
Etc.
- -
- 4.
De taakvelden van de commissie Watersysteem, Financiën en Middelen zijn onder andere:
- -
Aanleg en onderhoud waterhuishoudkundige werken
- -
Grondzaken
- -
Gebiedsgericht werken
- -
Alle producten uit de planning- en control-cyclus, waaronder de vaststelling van de financiële uitgangspunten, de meerjarenbegroting, de jaarrekening, de begroting, etc.
- -
Financieel beleid
- -
Belastingen
- -
Huisvesting
- -
Automatisering
- -
Juridische Zaken
- -
Personeelszaken
- -
Facilitaire zaken
-Etc.
- -
Samenstelling
Artikel 3
- 1.
De in artikel 1 genoemde commissies bestaan elk uit:
- a.
twee leden van het dagelijks bestuur, die bij de verdeling van taakvelden voor de taakvelden van de desbetreffende commissie zijn aangewezen, als respectievelijk voorzitter en plaatsvervangend voorzitter;
- b.
negen leden te benoemen door en uit het algemeen bestuur, en wel als volgt:
- –
drie leden uit de fractie Waterbelang;
- –
een lid uit de fractie Overig Ongebouwd;
- –
een lid uit de fractie Bedrijven;
- –
een lid uit de fractie Water Natuurlijk;
- –
een lid uit de fractie Natuurterreinen;
- –
een lid uit de fractie VVD;
- –
een lid uit de fractie 50PLUS.
- –
- a.
- 2.
Er kunnen door en uit het algemeen bestuur plaatsvervangende leden worden benoemd. Deze treden slechts als lid op bij afwezigheid van de leden die zij vervangen.
- 3.
De voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter hebben geen stemrecht in de vergadering.
Zittingsduur; einde lidmaatschap
Artikel 4
- 1.
De zittingsduur van de leden van elke commissie is gelijk aan die van de leden van het algemeen bestuur en loopt daarmee parallel.
- 2.
Een lid c.q. plaatsvervangend lid, dat ophoudt lid van het algemeen bestuur te zijn, houdt gelijktijdig op lid c.q. plaatsvervangend lid van de commissie te zijn.
- 3.
Het lidmaatschap danwel het plaatsvervangend lidmaatschap eindigt voorts door ontslagneming en door het verlenen van tussentijds ontslag door het algemeen bestuur.
- 4.
Indien de voorzitter danwel de plaatsvervangend voorzitter ener commissie ophoudt lid van het dagelijks bestuur te zijn, houdt hij tevens op voorzitter danwel plaatsvervangend voorzitter van de commissie te zijn.
Secretariaat; besluitenlijst
Artikel 5
- 1.
Het secretariaat van elke commissie berust bij de secretaris/directeur van het waterschap.
- 2.
De secretaris/directeur kan een ambtenaar ter secretarie aanwijzen als plaatsvervangend secretaris van de commissie.
- 3.
Van de vergaderingen van de commissie worden besluitenlijsten opgemaakt, met daarin opgenomen een beknopte en zakelijke weergave van het besprokene en van de overwegingen die aan de adviezen ten grondslag liggen. Een eventueel afwijkend gevoelen van een minderheid wordt afzonderlijk vermeld indien dat wordt verlangd.
Vergaderingen
Artikel 6
- 1.
De commissie vergadert op de data en tijdstippen, vermeld in het vergaderschema dat is opgemaakt door het dagelijks bestuur.
- 2.
De voorzitter kan in bijzondere gevallen met opgaaf van redenen een vergadering laten vervallen. Hij laat dit tijdig aan de leden weten.
- 3.
Indien de voorzitter het nodig oordeelt of wanneer er door ten minste twee leden van de commissie schriftelijk met opgaaf van redenen om is gevraagd, vergadert de commissie in afwijking van het vergaderschema. Met inachtneming van het gestelde in deze verordening, bepaalt de voorzitter na overleg met de leden dag en uur van de van het vergaderschema afwijkende vergadering.
- 4.
De oproeping voor een vergadering geschiedt door of namens de voorzitter ten minste vijfmaal vierentwintig uur voor het tijdstip van de vergadering, bijzondere gevallen uitgezonderd. De oproepingsbrief vermeldt plaats, dag en uur van de vergadering, alsmede de agenda.
- 5.
De stukken die betrekking hebben op de in een vergadering te behandelen zaken, worden voor zover mogelijk gelijktijdig met de oproepingsbrief aan de leden toegezonden.
Handhaving orde
Artikel 7
De voorzitter zorgt voor de handhaving van de orde tijdens de vergadering. Hij kan de vergadering schorsen of verdagen indien hij dit met het oog op de handhaving van de orde wenselijk acht. Hij is bevoegd de personen die de orde verstoren te doen verwijderen.
Vergaderquorum
Artikel 8
- 1.
De commissie mag niet overgaan tot het uitbrengen van advies indien niet ten minste de helft van het aantal zitting hebbende leden, de leden van het dagelijks bestuur buiten beschouwing gelaten, tegenwoordig is.
- 2.
Ingeval bij aanvang van de vergadering het volgens het eerste lid vereiste aantal leden niet tegenwoordig is, doet de voorzitter mededeling van de namen der aanwezige leden of als zodanig fungerende plaatsvervangende leden. De voorzitter bepaalt voorts in overeenstemming met de aanwezige leden of de vergadering wordt gesloten danwel de beraadslagingen worden voortgezet. Ingeval de vergadering wordt gesloten, bepaalt de voorzitter dag en uur waarop de volgende vergadering zal worden gehouden. Tussen deze volgende vergadering en de eerste vergadering ligt een periode van ten minste twee maal vierentwintig uur.
- 3.
Indien wegens het bepaalde in het tweede lid een tweede vergadering is belegd, is in deze vergadering de tegenwoordigheid van een derde deel van het aantal zitting hebbende leden, de leden van het dagelijks bestuur buiten beschouwing gelaten, voldoende om te adviseren over de onderwerpen die voor de eerste vergadering aan de orde waren gesteld.
Openbaarheid vergaderingen
Artikel 9
- 1.
De vergaderingen van de commissies worden in het openbaar gehouden, tenzij het openbaar belang zich daartegen verzet of bij de aangelegenheid betrokken personen of derden onevenredig in hun belangen zouden kunnen worden bevoordeeld of geschaad.
- 2.
De deuren worden gesloten, wanneer ten minste twee leden daarom verzoeken of de voorzitter het nodig oordeelt. De commissie beslist vervolgens of met gesloten deuren zal worden beraadslaagd.
- 3.
De commissie kan omtrent het in besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van stukken, welke haar door een of meer der leden worden voorgelegd, geheimhouding opleggen. De geheimhouding wordt door de aanwezige leden, de overige aanwezigen en door degenen, die op andere wijze van het behandelde en van de stukken kennisnemen, in acht genomen totdat de commissie haar opheft.
- 4.
Het dagelijks bestuur kan voorschrijven, dat de behandeling van stukken, welke aan de commissie worden voorgelegd, in besloten vergadering zal plaatsvinden. Ook kan het dagelijks bestuur omtrent de inhoud van de stukken en de behandeling daarvan geheimhouding opleggen.
Besluitvorming
Artikel 10
1.Alle adviezen worden bij meerderheid van stemmen uitgebracht.
Bij het staken der stemmen wordt geen advies uitgebracht, doch worden de verschillende standpunten ter kennis van het dagelijks bestuur gebracht.
2.De leden van de commissie onthouden zich van de beoordeling van zaken welke hen, hun echtgenoten of hun bloed- en aanverwanten tot en met de derde graad, persoonlijk aangaan, of waarin zij als gelastigden zijn betrokken.
Deelnemen aan beraadslagingen
Artikel 11
Aan de beraadslagingen in de commissie mag worden deelgenomen door andere leden van het dagelijks bestuur dan in artikel 3 bedoeld. Zij zijn uitgesloten van een eventuele stemming over een uit te brengen advies.
Meespreken derden
Artikel 12
De voorzitter stelt toehoorders bij een openbare vergadering van de commissie op hun verzoek in de gelegenheid het woord te voeren tijdens de vergadering. Dit met inachtneming van de volgende bepalingen:
- a.
het hiervoor bedoelde verzoek dient uiterlijk voor het begin van de vergadering bij de voorzitter te worden ingediend, onder vermelding van het punt of de punten waarover men het woord wil voeren;
- b.
bij de behandeling van ieder agendapunt met uitzondering van de rondvraag, stelt de voorzitter degene die een daartoe strekkend verzoek heeft ingediend in de gelegenheid het woord te voeren over het aan de orde zijnde agendapunt;
- c.
voor de toehoorder die in de gelegenheid wordt gesteld het woord te voeren geldt een spreektijd van ten hoogste vijf minuten per agendapunt, waarbij de totale spreektijd per agendapunt ten hoogste vijftien minuten bedraagt.
Raadplegen deskundigen
Artikel 13
- 1.
De commissie is bevoegd deskundigen, ook buiten het waterschapspersoneel, in haar vergaderingen over een bepaalde zaak te raadplegen.
- 2.
Indien dit kosten meebrengt, geschiedt deze raadpleging niet dan na machtiging van het dagelijks bestuur.
Uitleg verordening
Artikel 14
Bij twijfel over de uitleg van deze verordening en in de gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist de voorzitter.
Slotbepalingen
Artikel 15
Deze verordening treedt in werking op de dag van haar vaststelling.
Artikel 16
Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening voor de vaste commissies van advies aan het dagelijks bestuur 2015'.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 12 mei 2015.
De secretaris/directeur, De voorzitter,
ing. J.M.G. In den Kleef dr. J.J. Schrijen
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl