Regeling vervallen per 11-12-2013

Drank- en Horecaverordening 1997

Geldend van 01-05-1997 t/m 10-12-2013

Intitulé

Drank- en Horecaverordening 1997

De raad van de gemeente Oldenzaal;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 maart 1997, nr. 9/5;

gelet op de artikelen 6, 8, 16, 18, 20, 21 en 45 van de Drank- en Horecawet en de artikelen 149, 154, 156 en 168 van de Gemeentewet, alsmede de Algemene wet bestuursrecht;

gehoord de Provinciale Raad voor de Volksgezondheid van Overijssel en de Kamer van koophandel en fabrieken voor Twente en Salland;

b e s l u i t :

vast te stellen de Drank- en Horecaverordening 1997

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1

  • 1. Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      de wet :de Drank- en Horecawet;

    • b.

      horecabedrijf:een horecabedrijf als bedoeld in artikel 3, eerste lid onder a van de wet;

    • c.

      horeca-werkzaamheid : een werkzaamheid als bedoeld in artikel 3, eerste lid onder c van de wet;

    • d.

      lokaliteit :hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid onder b van het Besluit inrichtingseisen Drank- en Horecawet.

  • 2. Artikel 1 van de Drank- en Horecawet is van overeenkomstige toepassing op de niet op die wet steunende bepalingen van deze verordening.

Artikel 2

De artikelen 1 tot en met 4 van de Algemene termijnenwet zijn op deze verordening van overeenkomstige toepassing.

HOOFDSTUK II AANVULLENDE INRICHTINGSEISEN

Artikel 3

In een inrichting waarin een horecabedrijf of een horecawerkzaamheid wordt uitgeoefend mag vóór de toiletten geen voor mannen zowel als voor vrouwen toegankelijk voorportaal aanwezig zijn.

Artikel 4

  • 1. De burgemeester kan ontheffing verlenen van het in artikel 3 gestelde voorschrift.

  • 2. Een aanvraag om ontheffing kan zijn vervat in een aanvraag om een vergunning.

  • 3. De burgemeester beslist binnen twaalf weken nadat de aanvraag om ontheffing is binnengekomen. De beslissing kan zijn vervat in zijn beschikking op de aanvraag om de vergunning.

  • 4. Een ontheffing kan onder beperkingen worden verleend. Aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden. Een ontheffing kan worden ingetrokken en gewijzigd.

Artikel 5

  • 1. Tegen een besluit, waarbij een ontheffing is geweigerd, ingetrokken of gewijzigd, een ontheffing onder beperkingen is verleend of aan een ontheffing voorschriften zijn verbonden, kan de betrokkene beroep instellen bij het college van gedeputeerde staten.

  • 2. Het beroep kan zijn vervat in een beroepschrift tegen het weigeren of intrekken van een vergunning.

HOOFDSTUK III DRANKVERSTREKKING OP TERRASSEN

Artikel 6

  • 1. Drankverstrekking op terrassen is slechts toegestaan aan degene die gebruik maken van het terrasmeubilair.

  • 2. Het terras moet tijdens het gebruik als zodanig voldoende verlicht zijn.

  • 3. Het is verboden op een terras alcoholhoudende drank te verstrekken anders dan vanuit een besloten ruimte van de inrichting.

HOOFDSTUK IV BEPERKINGEN VERSTREKKING ALCOHOLHOUDENDE DRANK

Artikel 7

Het is verboden anders dan om niet sterke drank voor gebruik ter plaatse te verstrekken in een inrichting:

  • a.

    waarin of in een onderdeel waarvan uitsluitend of in hoofdzaak geringe eetwaren, zoals belegde broodjes, patates frites en kroketten, worden verkocht;

  • b.

    waarin onderwijs wordt gegeven;

  • c.

    die of waarvan een onderdeel in gebruik is als wachtruimte voor passagiers van een openbaar vervoerbedrijf;

  • d.

    die of waarvan een onderdeel uitsluitend of in hoofdzaak in gebruik is bij jeugdorganisaties of -instellingen en/of bij sportorganisaties of -instellingen.

Artikel 8

Het is verboden bedrijfsmatig sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse te verstrekken in een inrichting als bedoeld in artikel 7.

Artikel 9

  • 1. De burgemeester kan op aanvraag ontheffing verlenen van de verboden, gesteld in de artikelen 7 en 8. De burgemeester beslist binnen vier weken nadat de aanvraag is binnengekomen.

  • 2. Een ontheffing kan onder beperkingen worden verleend. Aan een ontheffing kunnen voorschriften worden verbonden. Een ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd.

HOOFDSTUK V GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN

Artikel 10

Indien zich publiek in een lokaliteit bevindt, moet de gemiddelde horizontale verlichtings-sterkte, gemeten op 1 meter boven de vloer, over de gehele oppervlakte van die lokaliteit tenminste 10 lux bedragen.

Artikel 11

De voorzieningen, bedoeld in de artikelen 3 t/m 11 van het Besluit inrichtingseisen Drank- en Horecawet, moeten bruikbaar zijn en in zindelijke staat verkeren.

Artikel 12

Overtreding van een voorschrift, gegeven bij de artikelen 10 en 11 wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

HOOFDSTUK VI HET VERSTREKKEN VAN ALCOHOLVRIJE DRANK

Artikel 13

Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder alcoholvrije drank mede verstaan de drank, die bij een temperatuur van 15 Celsius voor minder dan 1,5 volumeprocent uit alcohol bestaat.

Artikel 14

  • 1. Het is verboden zonder verlof van de burgemeester in een besloten ruimte bedrijfs-matig alcoholvrije drank voor gebruik ter plaatse te verstrekken.

  • 2. Dit verbod geldt niet:

    • a.

      indien wordt gehandeld krachtens een vergunning ingevolge de wet tot het uitoefenen van een horecabedrijf of een horecawerkzaamheid;

    • b.

      indien deze verstrekking geschiedt als dienstverlening van bijkomstige aard aan personen die in deze besloten ruimte verblijven anders dan voor het gebruiken van consumpties;

    • c.

      voor legerplaatsen en aan het militair gezag onderworpen vertrekken;

    • d.

      voor middelen van vervoer tijdens hun functioneel gebruik.

Artikel 15

  • 1. Het verlof geldt uitsluitend voor één of meer in het verlof vermelde ruimten.

  • 2. Bij overlijden van de verlofhouder kan het verlofbedrijf door of namens één van zijn rechtsopvolgers worden voortgezet tot vier weken na het overlijden of, indien binnen die termijn ter zake een nieuw verlof is aangevraagd, tot het tijdstip waarop onherroepelijk op deze aanvraag is beslist.

Artikel 16

Voor het verkrijgen van een verlof moet een natuurlijk persoon de leeftijd van 18 jaar hebben bereikt en voldoen aan de eisen, die bij of krachtens artikel 5, tweede lid, aanhef sub a en b, en derde lid van de wet aan de bedrijfsleiders en beheerders worden gesteld.

Artikel 17

  • 1. Het verlof wordt aangevraagd bij de burgemeester. De burgemeester beslist binnen twaalf weken nadat de aanvraag is binnengekomen.

  • 2. Een verlof kan onder beperkingen worden verleend. Aan een verlof kunnen voorschriften worden verbonden.

Artikel 18

  • 1. De burgemeester weigert het verlof, indien niet wordt voldaan aan de in artikel 16 gestelde eisen.

  • 2. De burgemeester trekt het verlof in, indien:

    • a.

      niet langer wordt voldaan aan de in artikel 16 gestelde eisen;

    • b.

      gedurende een jaar anders dan wegens overmacht geen handelingen zijn verricht met gebruikmaking van het verlof;

    • c.

      zich in het betreffende verlofbedrijf feiten en/of gedragingen hebben voorgedaan, die de vrees wettigen dat het van kracht blijven van het verlof gevaar zou opleveren voor de openbare orde, veiligheid of zedelijkheid.

  • 3. De burgemeester kan het verlof intrekken, indien niet langer wordt voldaan aan de krachtens artikel 17, tweede lid gestelde beperkingen of voorschriften.

Artikel 19

Overtreding van het verbod, gesteld in artikel 14, of van een voorschrift, gesteld in artikel 17, tweede lid, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van de tweede categorie en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

HOOFDSTUK VII SLOTBEPALINGEN

Artikel 20

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere regels te stellen in het belang van een goede uitvoering van de in deze verordening geregelde onderwerpen.

Artikel 21

Op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening wordt de Drank- en Horeca-verordening, vastgesteld d.d. 27 oktober 1967 en laatstelijk gewijzigd op 23 november 1993, ingetrokken.

Artikel 22

Deze verordening kan worden aangehaald als 'Drank- en Horecaverordening 1997'.

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering van 24 april 1997,

de secretaris, de voorzitter,