Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein Borger-Odoorn 2016

Geldend van 16-04-2016 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-04-2016

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein Borger-Odoorn 2016

De raad van de gemeente Borger-Odoorn;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders nr. 16.07020 ;

gelet op artikel 150 Gemeentewet, artikel 47 Participatiewet, artikel 2.1.3 lid 3 Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikel 2 lid 3 Wet sociale werkvoorziening;

overwegende dat personen als bedoeld in artikel 7 lid 1 Participatiewet, of hun vertegenwoordigers, betrokken worden bij de uitvoering van de Participatiewet, de Wet sociale werkvoorziening en de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015;

overwegende dat de gemeente Borger-Odoorn conform het Regenboogmodel en het beleidsplan “De gemeente als nuchtere noaber” het sociaal domein integraal benadert;

BESLUIT:

vast te stellen de Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein Borger-Odoorn 2016

HOOFDSTUK 1: ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • 1. Alle begrippen die in deze verordening gebruikt worden en die niet nader worden omgeschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      Participatieraad: de gestructureerde manier waarop de gemeente Borger-Odoorn burgers betrekt bij de beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de Participatiewet, de Wmo-2015, de Jeugdwet en de Wsw;

    • b.

      College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Borger-Odoorn;

    • c.

      Gemeenteraad: de gemeenteraad van de gemeente Borger-Odoorn;

    • d.

      Personen/cliënten: inwoners van Borger-Odoorn als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van Participatiewet of hun vertegenwoordigers, artikel 2.1.3, derde lid, van de Wmo 2015 en artikel 2, derde lid, van de Wsw.

HOOFDSTUK 2: INRICHTING PARTICIPATIERAAD

Artikel 2. Participatieraad

  • 1. Ten behoeve van de uitvoering van de Participatiewet, de Wmo 2015, de Jeugdwet en de Wsw worden de personen/cliënten betrokken middels een Participatieraad. De leden van de Participatieraad worden benoemd door het college voor een termijn van vier jaar, met de mogelijkheid de termijn te verlengen met nog eens vier jaar.

  • 2. De Participatieraad is, voor zover redelijkerwijs mogelijk, zodanig samengesteld dat bij de leden een zichtbare betrokkenheid aanwezig is op het sociale domein.

  • 3. De Participatieraad bestaat uit ten minste vijf en ten hoogste negen personen.

  • 4. De Participatieraad benoemt uit zijn midden een dagelijks bestuur, met daarin een secretaris en een penningmeester, voor een termijn van vier jaar, met de mogelijkheid de periode te verlengen met nog eens vier jaar, voor zover deze termijn de benoemingstermijn als bedoeld in lid 1 niet overschrijdt.

  • 5. Het college benoemt een onafhankelijk voorzitter, gelet op de aan hem/haar gestelde eisen, voor een termijn van vier jaar, met de mogelijkheid de periode te verlengen met nog eens vier jaar. De voorzitter maakt deel uit van het dagelijks bestuur van de Participatieraad.

  • 6. De Participatieraad komt ten minste acht maal per kalenderjaar bijeen in een openbare vergadering.

Artikel 3. Ambtelijk secretaris

Het college stelt een ambtelijk secretaris aan om te waarborgen dat de Participatieraad in staat is zijn taken naar behoren te vervullen.

HOOFDSTUK 3: TAKEN EN BEVOEGHEDEN PARTICIPATIERAAD

Artikel 4. Adviesaanvraag

  • 1. Het college vraagt over beleidsvoornemens op het terrein van het sociaal domein (via de ambtelijk secretaris) advies aan de Participatieraad op een dusdanig tijdstip dat dit advies van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit.

  • 2. Van een tijdstip als bedoeld in het eerste lid is sprake als de adviesaanvraag aan de Participatieraad wordt toegezonden uiterlijk zes weken voorafgaand aan de datum waarop het college voornemens is het beleid vast te stellen.

Artikel 5. Informeren Participatieraad

Het college draagt zorg voor het adequaat informeren van de Participatieraad. Hiertoe:

  • a.

    zorgt het ervoor dat adviesaanvragen en conceptbeleid de ambtelijk secretaris tijdig bereiken;

  • b.

    stelt het ambtenaren van de gemeente in de gelegenheid een vergadering bij te wonen voor het geven van toelichting of uitleg, als daarom door de Participatieraad is verzocht;

  • c.

    zorgt het ervoor dat aan de Participatieraad de nodige informatie wordt verstrekt voor zover dat nodig is voor het naar behoren functioneren van de Participatieraad;

  • d.

    zorgt het ervoor dat de adviesaanvragen zodanig zijn geformuleerd dat de Participatieraad kan voldoen aan het verzoek;

  • e.

    verstrekt het de informatie, bedoeld onder c, op een zodanig tijdstip dat daadwerkelijk invloed mogelijk is op de beleidsvorming en besluitvorming, en

  • f.

    indien van toepassing, ziet het erop toe dat de Participatieraad schriftelijk wordt geïnformeerd over de redenen van afwijking van het door de Participatieraad gevraagd of ongevraagd gegeven advies.

Artikel 6. Taken en bevoegdheden van de Participatieraad

  • 1. De Participatieraad brengt gevraagd en ongevraagd advies uit in verband met door het college of de gemeenteraad voorgenomen beleid.

  • 2. Het advies als bedoeld in het eerste lid wordt, binnen een in onderling overleg te bepalen termijn voordat het college of de gemeenteraad voornemens is het beleid vast te stellen, uitgebracht door toezending aan de betreffende beleidsafdeling.

  • 3. De Participatieraad heeft geen bevoegdheden in zaken betreffende individuele klachten, bezwaarschriften, andere zaken met betrekking tot een individuele persoon en in zaken betreffende de uitvoering van het beleid.

Artikel 7. Taken van de ambtelijk secretaris

De ambtelijk secretaris:

  • a.

    ondersteunt de Participatieraad bij de totstandkoming van een vergaderreglement en een huishoudelijk reglement.

  • b.

    ziet erop toe dat adviesvragen en conceptbeleid de leden op een zodanig tijdstip bereiken dat zij hun rol effectief kunnen vervullen, maakt een verslag van de vergaderingen en zendt deze gelijktijdig met de uitnodiging van de volgende vergadering aan de leden.

Artikel 8. Budget Participatieraad

  • 1. Voor de Participatieraad wordt jaarlijks een budget beschikbaar gesteld.

  • 2. Ten laste hiervan kunnen, onder andere, kosten worden gebracht die verband houden met deskundigheidsbevordering, het inwinnen van advies, achterbanraadpleging en organisatiekosten.

  • 3. Jaarlijks voor 1 april brengt de Participatieraad aan het college verslag uit van de activiteiten en bevindingen over het voorgaande jaar. Daarbij wordt in een financieel verslag tevens verantwoording afgelegd over de besteding van het beschikbaar gesteld budget.

Artikel 9. Vergoeding aan de leden

De leden van de Participatieraad ontvangen maandelijks een bedrag ter vergoeding voor hun deelname aan de Participatieraad.

HOOFDSTUK 4: SLOTBEPALINGEN

Artikel 10. Nadere regels

Daar waar het door de Participatieraad en het college wenselijk wordt gevonden kunnen nadere regels worden opgesteld. Een en ander gebeurt in gezamenlijkheid.

Artikel 11. Evaluatie

Jaarlijks evalueren het college en de Participatieraad de gekozen werkwijze. Hiervan wordt verslag uitgebracht aan de gemeenteraad.

Artikel 12. Intrekken oude verordeningen cliëntenparticipatie

De volgende verordeningen inzake cliëntenparticipatie worden per 1 april 2016 ingetrokken:

  • 1.

    Verordening cliëntenparticipatie Wet werk en bijstand gemeente Borger-Odoorn;

  • 2.

    Verordening cliëntenparticipatie Wsw EMCO-groep.

Artikel 13. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op 1 april 2016.

  • 2. Deze verordening wordt aangehaald als: “Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein Borger-Odoorn 2016”

Ondertekening

Vastgesteld in de openbare vergadering d.d. 31-03-2016.

Hoogachtend,

De gemeenteraad van Borger-Odoorn,

de griffier

H.J. van Olst

de voorzitter

mr. J. Seton

Algemene toelichting

Met deze verordening wordt uitvoering gegeven aan artikel 2, lid 3 van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw), de artikelen 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) en artikel 47 van de Participatiewet. Deze artikelen dragen de gemeenteraad op bij verordening regels vast te stellen over de manier waarop personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van de Participatiewet of hun vertegenwoordigers betrokken worden bij de ontwikkeling van het gemeentelijke beleid. In de Jeugdwet is geen wettelijke verplichting opgenomen over de manier waarop cliëntenparticipatie moet worden vormgegeven. Dit neemt niet weg dat de wetgever heeft bedoeld de burgers actief te betrekken. Het is om die reden logisch ook vertegenwoordigers in de Participatieraad op te nemen.

De gemeente Borger-Odoorn heeft gekozen voor een raad waar cliënten en/of vertegenwoordigers uit het hele sociale domein bij betrokken zijn. Om een goede werking van de Participatieraad te waarborgen worden de leden ondersteund en gefaciliteerd door de gemeente.

Tot slot nog een opmerking: hoewel de verordening gaat over cliëntparticipatie in het sociaal domein wordt in deze verordening de term Participatieraad gebruikt. Dit in verband met het normale spraakgebruik en om duidelijk te maken dat participatie een belangrijke integrale term is binnen het gehele sociaal domein.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1. Begripsbepalingen

Dit artikel spreekt voor zicht.

Artikel 2. Participatieraad

In het eerste en tweede lid van dit artikel is aangegeven hoe de raad is samengesteld.

In het derde lid en verder is het minimum en het maximum aantal leden opgenomen, evenals bepalingen over de benoeming en benoemingsduur van leden en het dagelijks bestuur. Ook is geregeld dat de raad jaarlijks de vergaderfrequentie van de vergaderingen vastlegt.

In overleg (gemeente en de Participatieraad) is het mogelijk (incidenteel) af te wijken.

Tevens is in dit artikel bepaald dat het college een onafhankelijke voorzitter benoemd.

Tot slot wordt uit het midden van de leden van de Participatieraad een dagelijks bestuur benoemd, bestaande uit de voorzitter, een secretaris en een penningmeester. Voor het dagelijks bestuur geldt dezelfde termijn als voor de leden.

Artikel 4. Adviesaanvraag

Het college zal over beleidsvoornemens met betrekking tot het sociaal domein tijdig advies vragen aan de Participatieraad en wel zodanig dat het advies van wezenlijke invloed kan zijn op de besluitvorming.

Artikel 5. Informeren Participatieraad

Tevens zorgt het college voor een goede ondersteuning van de raad. Deze ondersteuning bestaat, naast een ambtelijk secretaris (artikel 3), uit het tijdig aanleveren van informatie, het tijdig vragen van advies maar ook het beschikbaar hebben van inhoudelijke ambtelijke ondersteuning voor uitleg indien gevraagd.

Tevens draagt het college er zorg voor dat de adviesaanvraag zodanig is geformuleerd dat de Participatieraad in de gelegenheid is een advies uit te brengen. Dit betekent dat de vraag concreet moet zijn en niet op meerdere manieren uitgelegd kan worden.

Artikel 6. Taken en bevoegdheden van de Participatieraad

De hoofdtaak van de Participatieraad bestaat uit het uitbrengen van gevraagd en ongevraagd advies aan het college over het sociaal domein. Dit advies kan de Participatieraad uitbrengen in het kader van bijvoorbeeld het ontwikkelen van beleid of tijdens voorlichtingsbijeenkomsten.

Niet tot de taak van de Participatieraad behoort het behandelen van individuele klachten, bezwaarschriften of andere zaken met betrekking tot een individueel persoon.

Artikel 7. Taken van de ambtelijk secretaris

De Participatieraad kan desgewenst een vergaderreglement en/of een huishoudelijk reglement vaststellen. De ambtelijk secretaris kan hierbij ondersteuning verlenen. Tevens draagt de secretaris zorg voor een goede verslaglegging van vergaderingen en de terugkoppeling van de door de Participatieraad uitgebrachte adviezen richting de gemeente.

Artikel 8. Budget Participatieraad

Dit artikel spreekt voor zich en heeft geen nadere uitwerking nodig.

Artikel 9. Vergoeding aan de leden

Dit artikel spreekt voor zich. Kwaliteit is één van de uitgangspunten van de raad. Dit betekent dat veel inzet wordt verwacht en dat daar een financiële tegemoetkoming tegenover moet staan. Omdat het bedrag kan wijzigingen is de hoogte van het bedrag niet opgenomen in de verordening.

Artikel 10. Nadere regels

In zaken betreffende de uitvoering van beleid geldt dat hierover nadere afspraken gemaakt worden in op te stellen nadere regels. Zowel het college als de Participatieraad zullen het eens moeten zijn over deze nadere regels.

Artikel 11. Evaluatie

Dit artikel spreekt voor zich.

Artikel 12. Intrekken oude verordeningen

Met de vaststelling van de nieuwe verordening cliëntenparticipatie sociaal domein Borger-Odoorn 2016 worden de ‘oude’ verordeningen op het terrein van cliëntenparticipatie ingetrokken. Het convenant gemeente Borger-Odoorn – WMO-raad Borger-Odoorn 2010 is reeds opgezegd per 1 januari 2016.

Artikel 13. Inwerkingtreding en citeertitel

Dit artikel spreekt voor zich.