Regeling vervallen per 01-01-2017

Subsidieregeling programmafinanciering lokale luchtkwaliteitsmaatregelen Zuid-Holland 2016

Geldend van 17-02-2016 t/m 31-12-2016 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2016

Intitulé

Subsidieregeling programmafinanciering luchtkwaliteitsmaatregelen Zuid-Holland 2016

Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland,

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013 en de Subsidieregeling programmafinanciering lokale luchtkwaliteitsmaatregelen;

overwegende dat ter uitvoering van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit door tussenkomst van de provincie subsidie kan worden verleend aan gemeenten of openbare lichamen ter verbetering van de luchtkwaliteit en tot naleving van de wettelijke grenswaarden voor die luchtkwaliteit;

Besluiten:

Vast te stellen de “Subsidieregeling programmafinanciering lokale kwaliteitsmaatregelen Zuid-Holland 2016” (Provinciaal Blad 2016, nr. 904)

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

• Asv: Algemene subsidieverordening Zuid-Holland 2013;

• Bureau monitoring: het samenwerkingsverband tussen het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en InfoMil dat belast is met de uitvoering van de monitoring van de resultaten van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit;

• derde tranche: derde tranche als bedoeld in artikel 1, onderdeel f, van de Subsidieregeling programmafinanciering lokale luchtkwaliteitsmaatregelen;

• eigen bijdrage: eigen bijdrage van de aanvrager in de kosten van een of meer lokale luchtkwaliteitsmaatregelen;

• Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit: programma als bedoeld in artikel 5.12,eerste lid, van de Wet milieubeheer juncto het Besluit van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 17 december 2015, nr. IENM/BSK-2015/255676 tot wijziging van de periode waarop het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit betrekking heeft;

• vierde tranche: vierde tranche als bedoeld in artikel 1, onderdeel g, van de Subsidieregeling programmafinanciering lokale luchtkwaliteitsmaatregelen;

• wet: Wet milieubeheer.

Artikel 2 Subsidiabele activiteiten en prestatie

1. Subsidie kan worden verstrekt voor het treffen van een of meer lokale luchtkwaliteitsmaatregelen in het kader van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit.

2. Subsidie, als bedoeld in het eerste lid, wordt verstrekt in de vorm van een projectsubsidie.

3. De activiteit, als bedoeld in het eerste lid, leidt tot een verbetering van de luchtkwaliteit in de gemeenten die in aanmerking komen voor subsidie.

Artikel 3 Doelgroep

Subsidie, als bedoeld in artikel 2, kan uitsluitend worden verstrekt aan:

a. Gemeente Delft;

b. Gemeente Rijswijk;

c. Gemeente Westland;

d. Gemeente Pijnacker-Nootdorp;

e. Gemeente Leidschendam-Voorburg;

f. Gemeente Zoetermeer.

Artikel 4 Aanvraagperiode

In afwijking van artikel 26, eerste lid, van de Asv kan een aanvraag voor subsidies, als bedoeld in artikel 2, worden ingediend tot 1 maart 2016.

Artikel 5 Aanvraagvereisten

Naast de gegevens bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de Asv, gaat een aanvraag voor subsidie vergezeld van:

a. een omschrijving van de lokale luchtkwaliteitsmaatregelen die worden getroffen, met een aanduiding van de tijdplanning en het te verwachten effect op de luchtkwaliteit;

b. een overzicht met:

1˚ het totaal van de kosten van de lokale luchtkwaliteitsmaatregelen;

2˚ indien van toepassing, inzicht in de eigen bijdrage en de bijdragen van derden.

Artikel 6 Weigeringsgronden

1.In aanvulling op de artikelen 11 en 12 van de Asv wordt subsidie, als bedoeld in artikel 2, geweigerd indien:

a. de te subsidiëren maatregel niet of onvoldoende leidt tot een verbetering van de luchtkwaliteit;

b. in redelijkheid te verwachten valt dat de te subsidiëren maatregel niet voor 1 januari 2017 zal zijn getroffen.

2. Artikel 11, onderdeel a, van de Asv is niet van toepassing.

Artikel 7 Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 2 in aanmerking te komen, hebben de lokale luchtkwaliteitsmaatregelen een positief effect op de luchtkwaliteit en wordt voldaan aan een of meer van de volgende vereisten, in volgorde van gewicht:

a. de maatregelen leveren een bijdrage aan het in acht nemen van een in bijlage 2 van de wet opgenomen grenswaarde dan wel aan een vermindering van de overschrijding daarvan;

b. de maatregelen hebben betrekking op verkeer en vervoer;

c. de maatregelen beogen primair de duurzaamheid maar hebben ook een positief effect op de luchtkwaliteit.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

Voor zover noodzakelijk en adequaat in relatie tot het doel van de subsidie komen voor subsidie in aanmerking de kosten van het uitvoeren of het doen uitvoeren van lokale luchtkwaliteitsmaatregelen, met uitzondering van directe reguliere apparaatskosten en een winstopslag ten behoeve van de subsidieontvanger.

Artikel 9 Subsidiehoogte

De subsidie bedraagt ten hoogste:

a. Gemeente Delft: € 110.000;

b. Gemeente Rijswijk: € 82.000;

c. Gemeente Westland: € 35.000;

d. Gemeente Pijnacker-Nootdorp: € 44.000;

e. Gemeente Leidschendam-Voorburg: € 23.000;

f. Gemeente Zoetermeer: € 56.000.

Artikel 10 Subsidieverlening

In afwijking van artikel 17, derde lid, van de Asv wordt ook bij subsidies tot € 25.000,00 voorafgaande aan een subsidievaststelling een subsidie-verleningsbeschikking gegeven en wordt niet ambtshalve vastgesteld.

Artikel 11 Verplichtingen van de subsidieontvanger

In aanvulling op de artikelen 18 en 19 van de Asv worden aan de subsidieontvanger de volgende verplichtingen opgelegd:

a. rentebaten moeten worden besteed aan lokale luchtkwaliteitsmaatregelen;

b. de lokale luchtkwaliteitsmaatregelen worden getroffen vóór 1 januari 2017;

c. de getroffen lokale luchtkwaliteitsmaatregelen worden gemeld aan het Bureau Monitoring volgens de procedure beschreven op de website van Kenniscentrum Infomil;

d. de getroffen lokale luchtkwaliteitsmaatregelen worden gemeld aan Gedeputeerde Staten.

Artikel 12 Prestatieverantwoording

In afwijking van de Asv toont de subsidieontvanger aan dat de activiteiten zijn verricht door middel van toepassing van artikel 17a van de Financiële Verhoudingswet.

Artikel 13 Bevoorschotting en betaling

1. Het voorschot voor subsidies bedraagt maximaal 95% van het verleende subsidiebedrag.

2. Het voorschot wordt in een keer uitgekeerd waarvan de hoogte en het tijdstip in de beschikking tot subsidieverlening worden bepaald.

Artikel 14 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin deze regeling wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2016.

Artikel 15 Werkingsduur en overgangsrecht

Deze regeling vervalt op 1 januari 2017, met dien verstande dat de regeling van kracht blijft voor subsidies die voor die datum zijn aangevraagd.

Artikel 16 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling programmafinanciering lokale luchtkwaliteitsmaatregelen Zuid-Holland 2016.

Ondertekening

Den Haag, 9 februari 2016
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland
Drs. J. Smit, voorzitter
Drs. J.H. de Baas, secretaris

Toelichting

Het Nationaal Samenwerkingsverband Luchtkwaliteit (NSL) is een coproductie van het Rijk en decentrale overheden om de luchtkwaliteit in ons land te verbeteren en tevens te voldoen aan de wettelijke grenswaarden voor die kwaliteit. Het NSL heeft betrekking op de periode tot en met 31 december 2016.

Ter uitvoering van het NSL is op 1 januari 2008 de Subsidieregeling programmafinanciering lokale luchtkwaliteitsmaatregelen van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer in werking getreden (Stcrt. 2008, nr. 196). Op grond van deze regeling kan de minister door tussenkomst van de provincie subsidie verlenen aan een gemeente of een openbaar lichaam. Deze subsidie is bestemd voor het treffen van in een programma voor het desbetreffende gebied vermelde maatregelen. De in de regeling opgenomen subsidies hebben betrekking op de zogenaamde derde en vierde tranche. De subsidies voor de derde tranche beogen de betrokken overheden te ondersteunen bij het treffen van lokale luchtkwaliteitsmaatregelen. De subsidies voor de vierde tranche beogen de betrokken overheden te ondersteunen bij de resterende overschrijdingen dan wel dreigende overschrijdingen van de wettelijke grenswaarden voor luchtkwaliteit.

Ter uitvoering van deze regeling is indertijd de Subsidieregeling programmafinanciering lokale luchtkwaliteitsmaatregelen Zuid-Holland vastgesteld en uitgevoerd.

Op 1 januari 2015 is het stadsgewest Haaglanden, een openbaar lichaam in de zin van artikel 8, eerste of tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen, opgeheven. Daardoor is een deel van de aan dit stadsgewest verleende subsidie niet verleend. Het gaat om een bedrag van € 350.000. Dit bedrag zal alsnog ter beschikking komen voor subsidiering van luchtkwaliteitsmaatregelen aan gemeenten in het voormalige stadsgewest Haaglanden. Het gaat met andere woorden om een herverdeling van het geld aan de betreffende regio.

Het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft laten weten de bestedingstermijn van de NSL-subsidieste zullen te verlengen tot 1 januari 2017. Dit betekent dat voor deze dag de subsidie moet zijn besteed en de maatregel moet zijn uitgevoerd. Subsidie wordt verleend voor maatregelen die daadwerkelijk een positieve bijdrage aan de luchtkwaliteit leveren. Verder wordt getoetst aan een aantal criteria meteen verschillend gewicht. Maatregelen die een bijdrage leveren aan het wegnemen of verminderen van een wettelijke grenswaarde voor luchtkwaliteit, zoals vermeld in bijlage 2 van de Wet milieubeheer, komen het eerst in aanmerking voor subsidie. Daarna gaat het om maatregelen die betrekking hebben op verkeer en vervoer. Deze leveren de grootste bijdrage aan de mindere luchtkwaliteit in Zuid-Holland. Ten slotte kunnen ook maatregelen gericht op de duurzaamheid, maar tevens met een positief effect op de luchtkwaliteit, in aanmerking komen voor subsidie.

De effecten van deze maatregelen kunnen worden opgegeven als verwachte emissiereductie of als lokale concentratie berekend met de NSL Rekentool of NSL Monitoringtool.

De subsidieontvanger is gehouden de besteding van gelden te verantwoorden overeenkomstig artikel 17a van de Financiële Verhoudingswet of te wel SiSa (Single information, Single audit). Via SiSa hebben andere overheden dan het Rijk zich elk jaar te verantwoorden over de besteding van specifieke uitkeringen.

Het NSL heeft betrekking op de periode tot 31 december 2016. Indien deze periode daarna weer wordt verlengd, wat op dit moment niet bekend is, dan kan dit wellicht ook leiden tot een aanpassing van deze regeling.

Aan de regeling is terugwerkende kracht verleend tot 1 januari 2016. Daarmee is voorzien in de mogelijkheid van tijdige besluitvorming over de subsidieverlening en afhandeling daarvan.