Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR385436
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR385436/2
Regeling vervallen per 01-01-2017
1e Wijziging van de Verordening op de heffing en invordering van leges 2016 gemeente Tynaarlo
Geldend van 17-12-2015 t/m 31-12-2016
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2016De raad van de gemeente Tynaarlo;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 3 november 2015;
gelet op de Gemeentewet, artikel 156, eerste en tweede lid, aanhef en onderdeel h, Gemeentewet, artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, Paspoortwet, artikel 2, tweede lid en Paspoortwet, artikel 7
B E S L U I T:
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2016
Artikel 1 Begripsbepalingen
Deze verordening verstaat onder:
a dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
b week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;
c maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;
d jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;
e kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december;
f vaststelling van een bestemmingsplan: vaststelling van een nieuw bestemmingsplan, herziening of gedeeltelijke aanpassing van een geldend bestemmingsplan.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:
- a.
het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;
- b.
het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;
een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;
- b.
diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
- c.
het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).
Artikel 5 Maatstaven van heffing en tarieven
-
1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
-
2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.
-
3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekend gemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
- 1.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
- a.
- 2.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Met uitzondering van het in artikel 1.2.2 van de tarieventabel opgenomen tarief voor het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK) wordt bij de invordering van de leges geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Vermindering of teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden
Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:
- a.
van zuiver redactionele aard zijn;
- b.
een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:
- 1.
onderdeel 1.1.10 (akten burgerlijke stand);
- 2.
hoofdstuk 2 (reisdocumenten);
- 3.
hoofdstuk 3 (rijbewijzen);
- 4.
onderdeel 1.4.3 en 1.4.4 (verstrekking uit de basisadministratie personen met behulp van alternatieve media of schriftelijk);
- 5.
hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);
- 6.
onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);
- 7.
hoofdstuk 13 (kansspelen).
- 1.
Een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van leges.
Artikel 12 Overgangsrecht
- 1.
De ‘Verordening Legesverordening 2015’ van 11 november 2014 laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 10 februari 2015 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan;
- 2.
Als de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 13 Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag na die van de bekendmaking.
- 2.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.
Artikel 14 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Legesverordening 2016.
Ondertekening
Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2016
Indeling tarieventabel
Titel 1Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen
Hoofdstuk 5 Vervallen
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens
Hoofdstuk 7 Bestuursstukken
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief
Hoofdstuk 11 Vervallen
Hoofdstuk 12 Winkeltijdenwet
Hoofdstuk 13 Kansspelen
Hoofdstuk 14 Verkeer en vervoer
Hoofdstuk 15 Diversen
Hoofdstuk 16 Telecommunicatie
Titel 2Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
Hoofdstuk 2 Omgevingsvergunning
Hoofdstuk 3 Teruggaaf
Hoofdstuk 4 Intrekking omgevingsvergunning
Hoofdstuk 5 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
Hoofdstuk 6 Bestemmingswijzigingen
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde beschikking
Hoofdstuk 8 Makelaarsinformatie
Titel 3Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
Hoofdstuk 1 Horeca
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
Hoofdstuk 4 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
Titel 1 Algemene dienstverlening
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand
1.1.1 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op: |
|
1.1.1.1 |
maandag tot en met vrijdag in het gemeentehuis |
€ 236,75 |
1.1.1.2 |
zaterdag in het gemeentehuis |
€ 294,25 |
1.1.2 |
voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk gelden, indien daarbij gebruik gemaakt wordt van de trouwzaal of een andere door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte, de tarieven zoals zijn aangegeven onder 1.1.1.1 tot en met 1.1.7. |
|
1.1.3 |
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of een omzetting van één van beiden, in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek |
€ 369,85 |
1.1.4 |
De onder 1.1.1 tot en met 1.1.3 genoemde tarieven worden vermeerderd met een bedrag voor: |
|
1.1.4.1 |
de voltrekking van een huwelijk door een buitengewoon ambtenaar van burgerlijke stand van de gemeente Tynaarlo, op maandag tot en met vrijdag |
€ 153,35 |
1.1.4.2 |
de voltrekking van een huwelijk door een buitengewoon ambtenaar van burgerlijke stand van de gemeente Tynaarlo, op zaterdag, zon- en feestdagen |
€ 271,50 |
1.1.4.3 |
administratiekosten als gebruik wordt gemaakt van een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand van een andere gemeente dan de gemeente Tynaarlo |
€ 70,30 |
1.1.5 |
Het tarief bedraagt voor het aanwijzen van een locatie voor één huwelijk of geregistreerd partnerschap, anders dan bedoeld in 1.1.1.1 tot en met 1.1.4.3 |
€ 205,10 |
1.1.6 |
Het tarief bedraagt voor het gebruik maken van een locatie voor meerdere huwelijken of geregistreerde partnerschappen, anders dan bedoeld in 1.1.1.1 tot en met 1.1.4.3 |
€ 146,40 |
1.1.7 |
Het tarief bedraagt voor het gebruik maken van het gemeentehuis of een buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand op maandag tot en met vrijdag tussen 16.00 en 20.00 uur |
€ 73,50 |
1.1.8 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van: |
|
1.1.8.1 |
een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering |
€ 24,55 |
1.1.8.2 |
een trouwboekje of partnerschapboekje in een gekalligrafeerde uitvoering |
€ 37,50 |
1.1.8.3 |
een gekalligrafeerde wijziging in een trouwboekje of partnerschapboekje |
€ 8,00 |
1.1.9 |
Het tarief bedraagt voor het annuleren van een huwelijk of geregistreerd partnerschap |
€ 29,15 |
1.1.10 |
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand. |
|
1.1.11 |
Het tarief bedraagt voor het beschikbaar stellen van getuigen door de gemeente voor een huwelijksvoltrekking, per getuige |
€ 37,30 |
Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart
1.2 |
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag: |
|
1.2.1 |
van een nationaal paspoort: |
|
1.2.1.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 64,40 |
1.2.1.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt: |
€ 51,20 |
1.2.2 |
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in subonderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort): |
|
1.2.2.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 64,40 |
1.2.2.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 51,20 |
1.2.3 |
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort): |
|
1.2.3.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 64,40 |
1.2.3.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 51,20 |
1.2.4 |
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen |
€ 51,20 |
1.2.5 |
van een Nederlandse identiteitskaart: |
|
1.2.5.1 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is |
€ 50,40 |
1.2.5.2 |
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt |
€ 28,45 |
1.2.6 |
voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van |
€ 47,30 |
Hoofdstuk 3 Rijbewijzen
1.3.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
€ 38,80 |
1.3.2 |
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt: |
|
1.3.2.1 |
bij een spoedlevering vermeerderd met |
€ 34,10 |
1.3.2.2 |
bij een aanvraag buiten de reguliere openingstijden van de publieksbalie vermeerderd met |
€ 18,20 |
1.3.2.3 |
bij een afgifte buiten de reguliere openingstijden van de publieksbalie vermeerderd met |
€ 18,20 |
1.3.2.4 |
bij een aanvraag in verband met vermissing van een eerder afgegeven rijbewijs vermeerderd met |
€ 18,20 |
1.3.3 |
Voor de toepassing van de subonderdelen 1.3.2.2 en 1.3.2.3 wordt onder reguliere openingstijden verstaan: maandag en vrijdag van 8.30 - 12.00 uur; dinsdag en woensdag van 7.30 - 12.00 en 13.00 - 16.00 uur; donderdag van 8.30 – 12.00 uur en 13.00 tot 19.00 uur en vrijdag van 8.30 - 12.00 uur |
|
1.3.4 |
De verhogingen genoemd in de onderdelen onder 1.3.2 zijn in voorkomend geval cumulatief verschuldigd. |
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de basisregistratie personen
1.4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd |
|
1.4.2 |
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.4.2.1 |
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking |
€ 9,75 |
1.4.3 |
In afwijking van het voorgaande bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen |
€ 7,50 |
1.4.4 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier |
€ 19,80 |
Hoofdstuk 5 Vervallen
Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens
1.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor tot het verstrekken van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens: |
|
1.6.1.1 |
bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit: |
|
1.6.1.1.1 |
ten hoogste 100 pagina’s, per pagina |
€ 0,20 |
met een maximum per bericht van |
€ 5,00 |
|
1.6.1.1.2 |
meer dan 100 pagina’s |
€ 22,50 |
1.6.1.2 |
bij verstrekking anders dan op papier |
€ 5,00 |
1.6.1.3 |
dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking |
€ 22,50 |
1.6.2 |
Indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd. |
|
1.6.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens |
€ 4,50 |
Hoofdstuk 7 Bestuursstukken
1.7.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.7.1.1 |
een afschrift van de gemeentebegroting |
€ 19,50 |
1.7.1.2 |
een afschrift van de gemeenterekening |
€ 26,05 |
1.7.1.3 |
een afschrift van de voorjaar- of najaarsnota of burgerjaarverslag |
€ 20,40 |
1.7.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
1.7.2.1 |
tot het verstrekken van de stukken behorende bij en de notulen van één raadsvergadering, voor zover voor publicatie vatbaar: |
|
1.7.2.1.1 |
bij afhaling van de stukken |
€ 5,00 |
1.7.2.1.2 |
bij toezending van de stukken |
€ 8,60 |
1.7.2.2 |
tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar: |
|
1.7.2.2.1 |
bij afhaling van de stukken |
€ 33,25 |
1.7.2.2.2 |
bij toezending van de stukken |
€ 66,60 |
1.7.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.7.3.1 |
een afschrift van de algemene plaatselijke verordening |
€ 34,25 |
1.7.3.2 |
een afschrift van de bouwverordening |
€ 50,20 |
1.7.3.3 |
een kopie van een DVD van een raadsvergadering |
€ 16,50 |
Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie
1.8.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.8.1.1 |
een fotokopie van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidings-besluit, streekplan, wegenkaart behorende bij de legger bedoeld in onderdeel 1.8.2.2, structuurplan of stadsvernieuwingsplan: |
|
1.8.1.1.1 |
in formaat A4 of kleiner, per bladzijde |
€ 0,55 |
1.8.1.1.2 |
in formaat A3 |
€ 0,95 |
1.8.1.2 |
een afdruk van een plan, zoals bestemmingsplan, voorbereidingsbesluit, streekplan, wegenkaart, structuurplan of stadsvernieuwingsplan, per afdruk |
€ 9,40 |
1.8.1.3 |
een afdruk van een digitale luchtfoto op A4 |
€ 8,70 |
1.8.1.4 |
een afdruk van een digitale luchtfoto op A3 |
€ 17,20 |
1.8.1.5 |
een computeruitdraai (plot) van een kadastrale en/of topografische situatie, groter dan A4, per kaartblad |
€ 9,40 |
1.8.1.6 |
digitaal kaartmateriaal over kadastrale en/of topografische informatie als bestand, per hectare |
€ 15,70 |
1.8.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit: |
|
1.8.2.1 |
de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen |
€ 3,90 |
1.8.2.2 |
het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingen-registratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen |
€ 11,60 |
1.8.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van kopieën van: |
|
1.8.3.1 |
het gemeentelijke adressenbestand of delen daarvan, per adres |
€ 3,90 |
1.8.3.2 |
het relatiebestand adres-kadastraal perceel of delen daarvan, per gelegde relatie |
€ 15,70 |
1.8.3.3 |
het adrescoördinatenbestand of delen daarvan, per adrescoördinaat |
€ 3,90 |
Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken
1.9 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.9.1 |
tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag |
€ 42,35 |
1.9.2. |
tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn |
€ 9,95 |
1.9.3 |
tot het legaliseren van een handtekening |
€ 7,15 |
Hoofdstuk 10 Gemeentearchief
1.10.1 |
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier |
€ 13,50 |
1.10.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.10.2.1 |
een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk, per pagina |
€ 10,00 |
1.10.3 |
Administratiekosten voor het leveren van informatie zonder dat daar naspeuring voor is verricht |
€ 7,20 |
1.10.4 |
Het tarief bedraagt voor het verlenen van inzage in de in het gemeentearchief berustende documenten, voor ieder besteed kwartier of een gedeelte daarvan |
€ 13,50 |
Hoofdstuk 11 Vervallen |
||
Hoofdstuk 12 Winkeltijdenwet
1.11 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.11.1 |
tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet |
€ 18,20 |
Hoofdstuk 13 Kansspelen
1.13.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen: |
|
1.13.1.1 |
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat |
€ 56,50 |
1.13.1.2 |
voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat |
€ 56,50 |
en voor iedere volgende kansspelautomaat |
€ 34,00 |
|
1.13.1.3 |
voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd |
€ 226,50 |
1.13.1.4 |
voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat |
€ 226,50 |
en voor iedere volgende kansspelautomaat |
€ 136,00 |
|
1.13.2 |
De subonderdelen 1.13.1.1 en 1.13.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden. |
|
1.13.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
€ 9,90 |
1.13.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 30c eerste lid, onderdeel c. van de Wet op de Kansspelen, juncto art. 2 van de Speelautomaten verordening gemeente Tynaarlo juncto art. 2.39 van de Algemene plaatselijke verordening Tynaarlo |
€ 955,40 |
Hoofdstuk 14 Verkeer en vervoer
1.14 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.14.1 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 |
€ 38,55 |
1.14.2 |
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen |
€ 38,80 |
1.14.3 |
tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) |
€ 71,70 |
1.14.3.1 |
Indien geen keuring heeft plaatsgevonden vindt op het onder 1.14.3 in rekening gebrachte tarief restitutie plaats ter hoogte van |
€ 35,60 |
1.14.3.2 |
Het verstrekken van een duplicaat van een geldige gehandicaptenparkeerkaart |
€ 36,10 |
Hoofdstuk 15 Diversen
1.15.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.15.1.1 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor muziek en vertoningen als bedoeld in artikel 2.9 van de Algemene plaatselijke verordening Gemeente Tynaarlo geldig voor: één dag één week of korter, doch langer dan een dag één maand of korter, doch langer dan een week één kwartaal of korter, doch langer dan een maand één jaar of korter, doch langer dan een kwartaal |
€ 3,75 € 5,80 € 11,50 € 32,25 € 80,00 |
1.15.1.2 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor straatfotografie, per dag |
€ 10,60 |
1.15.1.3 |
tot het verkrijgen van een vergunning voor de stalling van voertuigen, als bedoeld in de Algemene plaatselijke verordening Gemeente Tynaarlo |
€ 44,65 |
1.15.1.4 |
tot het verkrijgen van een vergunning om in de gemeente een standplaats in nemen met een kraam, stalletje, ijscokar of andere dergelijke voorzieningen voor de verkoop van waren, geldig voor a.maximaal één week b.één maand, doch niet korter dan een week c.één jaar, doch niet korter dan een maand als de standplaats op meer dan één dag per week wordt ingenomen, worden de onder a t/m c genoemde bedragen vermeerderd met |
€ 7,45 € 20,70 € 108,25 € 18,45 |
1.15.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van: |
|
1.15.2.1 |
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ 0,55 |
1.15.2.2 |
afschriften of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
|
1.15.2.2.1 |
per pagina op papier van A4-formaat |
€ 0,55 |
1.15.2.2.2 |
per pagina op papier van A3-formaat |
€ 0,95 |
1.15.2.2.3 |
per pagina op papier van A1-formaat |
€ 5,50 |
1.15.2.2.4 |
per pagina op papier van A0-formaat |
€ 11,00 |
1.15.2.2.5 |
per pagina op papier van A4-formaat, in kleur |
€ 1,05 |
1.15.2.2.6 |
per pagina op papier van A3 formaat, in kleur |
€ 1,95 |
1.15.2.2.7 |
per pagina op papier van A4 formaat, vervaardigd met een readerprinter als afdruk van een microfiche |
€ 0,80 |
1.15.2.3 |
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.15.2.1 en 1.15.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk |
|
per blad op papier van A1-formaat |
€ 6,50 |
|
per blad op papier van A0-formaat |
€ 13,15 |
|
1.15.2.4 |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
€ 10,00 |
1.15.2.5 |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ 10,00 |
1.15.3 |
Het tarief voor het beoordelen van de resultaten van een geluidsrapport, voor zover dit geen onderdeel uit maakt van een milieuvergunning, voor ieder daar aan besteed uur of een gedeelte er van |
€ 66,75 |
1.15.4 |
Voor de verstrekking van documenten, beschikbaar in digitale vorm, voor zover niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: Voor het in behandeling nemen van een aanvraag |
€ 13,00 |
1.15.4.1 |
Een document of tekening, bestaande uit één of meerdere pagina’s, één geheel vormend t/m het formaat A-3; |
|
1.15.4.1.1 |
met een maximum van 10 pagina’s |
€ 0,30 |
1.15.4.1.2 |
met een maximum van 50 pagina’s |
€ 1,05 |
1.15.4.1.3 |
met een maximum van 100 pagina’s |
€ 2,10 |
1.15.4.1.4 |
met een maximum van 500 pagina’s |
€ 5,20 |
1.15.4.2 |
Een document of tekening, bestaande uit één of meerdere bladen, één geheel vormend |
|
1.15.4.2.1 |
van A-1 formaat |
€ 2,70 |
1.15.4.2.2 |
van A-0 formaat |
€ 5,40 |
1.15.4.3 |
Indien documenten niet digitaal beschikbaar zijn, worden boven de behandelingskosten de kosten voor het eenmalig digitaal maken c.q. scannen van bovenstaande documenten in rekening gebracht |
€ 7,05 |
1.15.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
1.15.5.1 |
Voor registratie van een kindercentrum als bedoeld in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen |
€ 766,00 |
1.15.5.2 |
Voor registratie van een gastouder en/of gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen |
€ 341,70 |
1.15.6 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking van de aanvraag |
|
1.15.6.1 |
Als de aanvraag voor registratie van een kindercentrum, gastouderbureau en/of gastouder wordt ingetrokken nadat deze in behandeling wordt genomen, doch voor het besluit omtrent registratie wordt genomen bedraagt de teruggaaf |
75% |
1.15.6.2 |
Als de aanvraag voor registratie van een kindercentrum, gastouderbureau en/of gastouder wordt geweigerd, bedraagt de teruggaaf |
50% |
1.15.6.3 |
Voor een aanvraag voor registratie van een peuterspeelzaal in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen worden geen leges in rekening gebracht |
|
1.15.6.4 |
Voor een weigering registratie van peuterspeelzalen worden geen leges in rekening gebracht |
Hoofdstuk 16 Telecommunicatie
1.16.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet |
€ 265,20 |
1.16.1.1 |
Indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met |
€ 1,10 |
1.16.1.2 |
Indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met |
€ 1,10 |
1.16.1.3 |
De navolgende onderverdeling wordt gemaakt in de categorieën huisaansluitingen voor de telecom-aanbieders: |
|
a.minder dan 25 meter |
€ 79,60 |
|
b.tussen de 25 en 100 meter |
€ 185,70 |
|
c.meer dan 100 meter |
€ 265,30 |
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
2.1.1 |
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder: |
|
2.1.1.1 |
aanlegkosten: |
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft; |
||
2.1.1.2 |
bouwkosten: |
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen ten behoeve van de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, exclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft; |
||
2.1.1.3 |
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. |
|
2.1.2 |
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld. |
|
2.1.3 |
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld. |
Hoofdstuk 2 Omgevingsvergunning
2.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd. |
|
2.2.1 |
Bouwactiviteiten |
|
2.2.1.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief 2,85% van de vastgestelde bouwkosten |
|
2.2.1.2 |
met een minimum van: |
€ 133,65. |
Extra welstandstoets |
||
2.2.1.3 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 wordt het verschuldigde bedrag in verband met een toets aan welstandcriteria verhoogd met het bedrag van de aan de aanvrager medegedeelde kosten, in verband met de toetsing door de welstandscommissie. De kosten blijken uit het overzicht dat bij het bericht van ontvangst wordt meegestuurd. |
|
Extra constructietoets |
||
2.2.1.4 |
Bij aanvragen voor nieuwbouw en verbouw van woningen, appartementengebouwen, utiliteitsbouw en voor andere gebouwen en bouwwerken waarvoor controle van aangeleverde constructiegegevens door een ingenieursbureau noodzakelijk wordt geacht en uitgevoerd, wordt onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 het verschuldigde bedrag in verband met een toets van de constructiegegevens verhoogd met een bedrag van: |
€ 173,85 |
Beoordeling bodemrapport |
||
2.2.1.5 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld: |
|
2.2.1.5.1 |
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport |
€ 75,05 |
2.2.1.5.2 |
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport |
€ 75,05 |
2.2.1.5.3 |
voor de beoordeling van een digitaal aangeleverde milieukundig bodemrapport PDF-formaat |
€ 75,05 |
2.2.1.5.4 |
voor de beoordeling van een digitaal aangeleverde archeologisch bodemrapport in PDF-formaat |
€ 75,05 |
2.2.2 |
Aanlegactiviteiten |
|
2.2.2.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief 2,85% van de aanlegsom met een minimum van: |
€ 133,65 |
Beoordeling bodemrapport |
||
2.2.2.2 |
Onderdeel 2.2.1.5.2 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in onderdeel 2.2.2.1 bedoelde aanvraag, tenzij onderdeel 2.2.1.5.2 zelf toepassing vindt. |
€ 75,05 |
2.2.3 |
Planologisch strijdig gebruik, waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.2.1: |
||
2.2.3.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
€ 146,80 |
2.2.3.2 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): |
€ 212,20 |
2.2.3.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): |
€ 3310,15 |
2.2.3.4 |
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking): |
€ 272,00 |
2.2.3.5 |
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): |
€ 112,45 |
2.2.3.6 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving) het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld: |
|
2.2.3.7 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving) het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld: |
|
2.2.3.8 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
€ 374,40 |
2.2.4 |
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
2.2.4.1 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): |
€ 146,80 |
2.2.4.2 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking): |
€ 212,20 |
2.2.4.3 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking): |
€ 3310,15 |
2.2.4.4 |
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking) |
€ 272,00 |
2.2.4.5 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): |
€ 112,45 |
2.2.4.6 |
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving) het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld: |
|
2.2.4.7 |
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving) het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld: |
|
2.2.4.8 |
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): |
€ 374,40 |
2.2.5 |
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
||
2.2.5.1 |
voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het verlenen van een vergunning brandveilig gebruik bouwwerken als bedoeld in artikel 2.1, onder d van de Wabo |
€ 596,70 |
2.2.5.2 |
Voor het verlenen van een vergunning tot het in gebruik hebben of houden van een tijdelijke inrichting, als bedoeld in artikel 2.1.1 van de Brandbeveiligingsverordening, voor een periode van: maximaal 3 dagen 4 tot en met 7 dagen meer dan 7 dagen vermeerderd met per week of per gedeelte daarvan |
€ 36,40 € 198,20 € 218,05 € 87,75 |
2.2.6 |
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten |
|
2.2.6.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
|
2.2.6.1.1 |
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument: |
€ 137,45 |
2.2.6.2 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
€ 137,45 |
2.2.7 |
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht |
|
2.2.7.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 137,45 |
Beoordeling bodemrapport |
||
2.2.7.2 |
Onderdeel 2.2.1.5.2 vindt overeenkomstige toepassing met betrekking tot de in onderdeel 2.2.7.1 bedoelde aanvraag, tenzij de onderdelen 2.2.1.5.2 of 2.2.2.2 zelf toepassing vinden. |
|
Aanleggen of veranderen weg |
||
2.2.8 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.5.1.3 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, is het bedrag verschuldigd dat zo spoedig mogelijk na het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager wordt medegedeeld. |
|
2.2.9 |
Uitweg/inrit |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.5.1.3 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, is het bedrag verschuldigd dat zo spoedig mogelijk na het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager wordt medegedeeld. |
||
2.2.10 |
Kappen |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 4.3.3 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 63,65 |
|
2.2.11 |
Opslag van roerende zaken |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief: |
||
2.2.11.1 |
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo: |
€ 38,90 |
2.2.11.2 |
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo: |
€ 38,90 |
2.2.12 |
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 |
|
2.2.12.1 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief: |
€ 95,15 |
2.2.12.2 |
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998: |
€ 95,15 |
2.2.13 |
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en Faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief: |
€ 95,15 |
2.2.14 |
Andere activiteiten |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling: |
||
2.2.14.1 |
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
€ 95,15 |
2.2.14.2 |
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief: |
|
2.2.14.2.1 |
als het een gemeentelijke verordening betreft: |
€ 63,45 |
2.2.14.2.2 |
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: |
€ 63,45 |
2.2.15 |
Omgevingsvergunning in twee fasen |
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief 2,85% van de bouwkosten met een minimum van |
€ 133,65 |
|
2.2.15.1 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft; |
|
2.2.15.2 |
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft. |
2.2.16 |
Advies |
|
2.2.16.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de zo spoedig mogelijk na het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager medegedeelde kosten. |
|
2.2.16.2 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.2.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
|
2.2.17 |
Verklaring van geen bedenkingen |
|
2.2.17.1 |
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: |
|
2.2.17.2 |
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag dat zo spoedig mogelijk na het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager wordt medegedeeld. |
|
2.2.17.3 |
Indien een begroting als bedoeld in 2.2.17.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
Hoofdstuk 3 Teruggaaf
2.3.1 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.2.1 en 2.2.2 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
||
2.3.1.1 |
indien de aanvraag wordt ingetrokken na het in behandeling nemen van de aanvraag doch voor het verlenen van de vergunning van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges; |
50% |
2.3.2 |
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 en 2.2.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt: |
25% |
|
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.3.3 |
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten |
|
2.3.3.1 |
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.2.1, 2.2.2, 2.2.6 of 2.2.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt: |
25% |
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges. |
||
2.3.3.2 |
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.3.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak. |
|
2.3.4 |
Indien na het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning doch voor het verlenen van de vergunning deze aanvraag wordt ingetrokken, wordt 50% van de gemeentelijke leges in rekening gebracht met dien verstande dat voor eventuele verhogingen geen restitutie plaatsvindt. Indien dit echter leidt tot een nieuwe (gewijzigde) aanvraag worden de verschuldigde gemeentelijke leges verrekend met deze aanvraag. |
|
2.3.5 |
Minimumbedrag voor teruggaaf |
|
Een bedrag minder dan € 125,00 wordt niet teruggegeven. |
||
2.3.6 |
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen |
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.2.16 en 2.2.17 wordt geen teruggaaf verleend. |
Hoofdstuk 4 Intrekking omgevingsvergunning
2.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 3 van toepassing is: |
€ 135,75 |
Hoofdstuk 5 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
2.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: |
€ 265,30 |
Hoofdstuk 6 Bestemmingswijzigingen
2.6.1 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening |
€ 3310,15 |
2.6.2 het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening € 3310,15
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde beschikking
2.7 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking: |
€ 135,75 |
Hoofdstuk 8 Makelaarsinformatie
2.8.1 |
Het starttarief voor makelaarsinformatie zoals inlichtingen uit het bestemmingsplan, bouwmogelijkheden, het bouwvergunningenarchief, bodeminformatie enz. bedraagt: |
€ 34,10 |
2.8.2 |
Het tarief voor de naspeuring van de onder 2.8.1 bedoelde inlichtingen wordt daarnaast per kwartier verhoogd met |
€ 19,80 |
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
Hoofdstuk 1 Horeca
3.1. |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van: |
|
3.1.1 |
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet |
€ 574,55 |
3.1.2 |
het tarief bedraagt voor de wijziging in de onder 3.1.1. genoemde vergunning |
€ 143,85 |
3.1.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet |
€ 64,50 |
3.1.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet |
€ 71,65 |
3.1.5 |
(artikel 3.1.5 komt te vervallen) |
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten
3.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om |
|
3.2.1 |
een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.24 van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft: |
|
3.2.1.1 |
een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel |
€ 1255,25 |
3.2.1.2 |
Een belastend evenement |
€ 119,40 |
Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven
3.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om: |
|
3.3.1 |
een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.2.1 van de gemeentelijke A.P.V. |
|
3.3.1.1 |
voor een seksinrichting |
€ 1358,15 |
3.3.1.2 |
voor een escortbedrijf |
€ 1358,15 |
Hoofdstuk 4 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
3.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking |
€ 36,00 |
Hoort bij besluit van de raad van de gemeente Tynaarlo d.d. 8 december 2015
J.L. de Jong, griffier
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl