Regeling vervallen per 01-07-2015

Verordening cliëntenparticipatie Wmo

Geldend van 02-02-2007 t/m 30-06-2015

Intitulé

Verordening cliëntenparticipatie Wmo

De raad van de gemeente Wierden, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 december 2006, gelet op artikel 9, 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), besluit vast te stellen de volgende Verordening cliëntenparticipatie Wmo.

Verordening cliëntenparticipatie Wmo

Artikel 1 - Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • 1.

    cliëntenparticipatie Wmo: de gestructureerde wijze waarop de gemeente de zelforganisaties van belanghebbenden betrekt in de beleidsvorming, uitvoering en evaluatie van de Wmo;

  • 2.

    cliëntenraad Wmo: de door burgemeester en wethouders als zodanig aangewezen en in deze gemeente actief zijnde vertegenwoordigers van zelforganisaties van belanghebbenden op het gebied van de Wmo. De vertegenwoordigers zijn voor deze taak voorgedragen door de zelforganisaties.

Artikel 2 - Doelstellingen

De cliëntenraad Wmo heeft de volgende doelstellingen:

  • 1.

    het bewerkstelligen dat belanghebbenden bij de Wmo door zelforganisaties vanuit onafhankelijke positie optimaal betrokken zijn bij de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het Wmo-beleid;

  • 2.

    het bijdragen aan de totstandkoming of verbetering van het Wmo-beleid.

Artikel 3 - Beleidsterreinen

1.Het gemeentelijk beleid met betrekking tot de Wmo bestaande uit beleidsvoorbereiding, vaststelling, uitvoering, evaluatie van het gemeentelijk beleid met betrekking tot de Wmo.

Artikel 4 – Samenstelling cliëntenraad Wmo

  • 1. De cliëntenraad Wmo is samengesteld uit acht clusters waarbij elke cluster maximaal twee personen afvaardigt.

  • 2. Elke cluster vertegenwoordigt een bepaald deelterrein te weten: de cluster ouderen; de cluster lichamelijk gehandicapten; de cluster verstandelijk gehandicapten; de cluster chronisch zieken; de cluster geestelijke gezondheidszorg; de cluster mantelzorgers/vrijwilligers; de cluster Zorgnetwerk / WWB / kerken en vrouwenorganisaties en de cluster Jeugd.

  • 3. De vertegenwoordiging van de clusters in de cliëntenraad Wmo bestaan uit vertegenwoordigers van organisaties die belangen behartigen van de burger.

  • 4. De organisaties, als bedoeld in het derde lid, die vertegenwoordigers mogen voordragen, worden uitgenodigd een vertegenwoordiger af te vaardigen naar de cliëntenraad Wmo.

  • 5. De cliëntenraad Wmo kan organisaties verzoeken vertegenwoordigers voor te dragen om zitting te nemen in de cliëntenraad Wmo.

  • 6. De cliëntenraad Wmo telt tenminste negen en ten hoogste zestien leden.

  • 7. De zittingsduur van de leden is vier jaar en kan daarna voor vier jaar worden verlengd.

  • 8. Bij tussentijds aftreden voorziet de afgevaardigde organisatie in een voordracht voor een opvolger. Tussentijdse vervanging geschiedt voor de resterende zittingstermijn.

Artikel 5 - De voorzitter

  • 1. De vergaderingen van de cliëntenraad Wmo worden voorgezeten door een onafhankelijk voorzitter, die door de cliëntenraad Wmo wordt voorgedragen.

  • 2. De voorzitter wordt voor een termijn van vier jaar benoemd door het college, op voordracht van de cliëntenraad Wmo. De voorzitter kan voor een periode van vier jaar worden herbenoemd.

  • 3. Bij afwezigheid van de voorzitter draagt de cliëntenraad Wmo zorg voor aanwijzing van een vervanger uit zijn midden.

Artikel 6 - Werkwijze

  • 1. In het kader van de cliëntenparticipatie Wmo vragen burgemeester en wethouders de cliëntenraad Wmo tijdig om advies.

  • 2. De cliëntenraad Wmo is ook gerechtigd uit eigen beweging advies uit te brengen aan burgemeester en wethouders.

  • 3. Burgemeester en wethouders vragen de cliëntenraad Wmo in ieder geval om advies bij de onderwerpen als bedoeld in artikel 3.

  • 4. Het advies wordt op een zodanig tijdstip gevraagd, dat het van wezenlijke invloed kan zijn op het te nemen besluit. Hierbij wordt een termijn gehanteerd van minimaal vier weken.

  • 5. Het advies van de cliëntenraad Wmo Wmo wordt aan de gemeenteraad gestuurd. In het geval burgemeester en wethouders in een voorstel aan de gemeenteraad afwijken van het advies van de cliëntenraad Wmo, wordt tevens aangegeven op welke gronden van het advies van de cliëntenraad Wmo is afgeweken.

  • 6. Burgemeester en wethouders voorzien de cliëntenraad Wmo van begrijpelijke informatie ten behoeve van het naar behoren kunnen functioneren van de cliëntenraad Wmo. Het betreft hier alle informatie die noodzakelijk is om beleid en uitvoering te begrijpen en om te kunnen reageren op plannen voor ontwikkelingen en wijzigingen. De informatie wordt desgevraagd in speciale leesvorm aangeleverd (braille, grootletterschrift, daisy-rom).

  • 7. Tussen de verantwoordelijk portefeuillehouder Wmo en de cliëntenraad Wmo vindt minimaal twee keer per jaar overleg plaats, waarvoor beide partijen punten kunnen agenderen.

  • 8. Van overleg en afspraken met de cliëntenraad Wmo doen burgemeester en wethouders binnen redelijke termijn schriftelijke rapportage aan de cliëntenraad Wmo. Daarbij wordt in ieder geval aangegeven wat er met de door de cliëntenraad Wmo gegeven adviezen is gedaan.

  • 9. De gemeente wijst een vaste contactambtenaar aan als aanspreekpunt voor de Wmo-cliëntenraad Wmo. De cliëntenraad Wmo en de contactambtenaar hebben minimaal vier keer per jaar overleg.

  • 10. De samenwerking tussen de gemeente en de cliëntenraad Wmo Wmo wordt jaarlijks geëvalueerd.

  • 11. Indien er geen cliëntenraad Wmo binnen de gemeente functioneert, zullen burgemeester en wethouders de totstandkoming van een cliëntenraad Wmo actief bevorderen.

Artikel 7 - Faciliteiten

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen aan de cliëntenraad Wmo zodanige middelen ter beschikking dat de cliëntenraad Wmo redelijkerwijze in staat kan worden geacht om in het kader van de uitvoering van deze verordening haar taken uit te voeren. Hierbij zijn in ieder geval vergoedingen voor de volgende onkosten inbegrepen: speciale faciliteiten vanwege beperking, presentiegeld, deskundigheidsbevordering, documentatie, ondersteuning, kantoorkosten, overleg achterban, PR, overleg met andere doelgroepen.

  • 2. Aan het eind van ieder jaar worden de toekende middelen, als bedoeld in het eerste lid, afgerekend op basis van een overzicht van de gemaakte kosten.

  • 3. Voor niet reguliere activiteiten kan de cliëntenraad Wmo bij burgemeester en wethouders een subsidie aanvragen.

Artikel 8 - Slotbepalingen

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet met betrekking tot de Wmo beslist het college van burgemeester en wethouders in overleg met de Wmo-cliëntenraad Wmo.

  • 2.

    Beklag over de uitvoering van deze verordening kan worden gedaan bij het college van burgemeester en wethouders.

  • 3.

    Deze verordening kan worden aangehaald als Verordening cliëntenparticipatie Wmo.

  • 4.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Wierden op 30 januari 2007

De voorzitter, De secretaris