Nadere regels voor grafbedekkingen op de gemeentelijke begraafplaatsen van St. Maartensbrug, Petten en Callantsoog

1. Bij de schriftelijke aanvraag voor vergunning tot het hebben van een gedenkteken behoort een werktekening te worden ingediend.

2. Op deze werktekening dienen ten minste voor te komen:

• a.

  een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

• b.

  de soort, kleur, bewerking van het te gebruiken materiaal;

• c.

  de vermelding of de letters e.d. ingehakt, opgehakt of van metaal zijn;

• d.

  de woordindeling van het opschrift en de plaats van figuratie(s);

• e.

  de soort van het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken daarop.

1.

• a.

  Voor de gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals natuursteen, metaal, keramiek, duurzame kunststoffen of een verduurzaamde houtsoort;

• b.

  het gebruik van steunijzers wordt niet toegestaan;

• c.

  het gedenkteken moet ten alle tijden in een voetstuk geplaatst worden;

• d.

  alle graven dienen bij plaatsing van het grafmonument worden voorzien van een grafplaat (beton) of ring naar gelang de afmeting en uitvoering van het monument;

2.

• a.

  De lengte en de breedte van het gedenkteken mogen die van het graf niet overschrijden;

• b.

  graven en grafmonumenten dienen aan de volgende maten en of gewichten te voldoen:

  - maximale afmeting van een graf: 1.90m x 0.85m:

  - maximale hoogte van een grafmonument: 1.50m;

  - maximale breedte van een grafmonument: 0.85m;

  - maximale gewicht van een grafmonument: 700 kilogram

  - minimale dikte van een grafmonument: 5 centimeter

3. De onderdelen moeten vast aan het gedenkteken zijn verbonden.

1. Deze nadere regels treden in werking op 1 januari 1994.

2. Zij kunnen worden aangehaald als: "Voorschriften grafbedekkingen".