Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden 's-Hertogenbosch 2010

Geldend van 12-07-2010 t/m heden

Intitulé

Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Hertogenbosch 2010

De gemeenteraad van 's-Hertogenbosch in zijn openbare vergadering van 25 mei 2010;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 april 2010,

regnr. 10.374;

gelet op de Gemeentewet;

Besluit

  • 1.

    De "Subsidieverordening Monumenten ’s-Hertogenbosch 2006" in te trekken en de "Subsidieverordening Restauratie Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Hertogenbosch 2010" vast te stellen conform bijgaand besluit;

  • 2.

    voornoemde subsidieverordening in werking te laten treden per 12 juli 2010.

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • a. Monument:

    • 1.

      gemeentelijk monument, een object betreffend dat is opgenomen in het monumentenlijst als bedoeld in artikel 1, lid 5 van de “Monumentenverordening ’s-Hertogenbosch 2002”. Bij “gemeentelijke monumentencomplexen” is er sprake van een gemeentelijke monumentenstatus van de bouwmassa in zijn totaliteit (dus niet per pand afzonderlijk);

    • 2.

      beeldbepalend pand, een object betreffend, niet vallend onder 1. - en niet beschermd volgens de Monumentenwet 1988 -, dat een kenmerkend onderdeel vormt van een beschermd stads- of dorpsgezicht dat is vastgesteld conform artikel 35 van de Monumentenwet 1988 of artikel 11 van de “Monumentenverordening ’s-Hertogenbosch 2002” en dat als zodanig is aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”;

    • 3.

      objecten, niet in gemeentelijk eigendom, niet-gebouwen betreffend als onroerende zaak, waarbij restauratie naar het oordeel van burgemeester en wethouders aan toonbaar in het belang is van de lokale monumentenzorg en besluitvorming plaatsvindt op grond van artikel 5 respectievelijk artikel 7, lid 2 van deze verordening.

  • b. Casco:

    Hiertoe behoren de fundering, dragende muren, gevels, dakconstructie, vloerconstructies en hemelwaterafvoer van een pand en kelders, trappen of de restanten daarvan.

  • c. Eigenaar:

    Hieronder wordt verstaan:

    Een natuurlijke of rechtspersoon die - op het object waarop de aanvraag om restauratiesubsidie betrekking heeft - een zakelijk recht heeft in de zin van:

    • 1.

      het eigendom;

    • 2.

      het recht van erfpacht;

    • 3.

      een appartementsrecht;

    • 4.

      een deelnemings- of lidmaatschaprecht op gebruik van een woning;

    • 5.

      onder eigenaar wordt tevens verstaan een (rechts)persoon in het bezit van een voorlopig koopcontract.

  • d. Restaureren:

    Het treffen van voorzieningen tot het opheffen van (bouwtechnische) gebreken - waarbij sprake is van meer dan normaal onderhoud – die noodzakelijk zijn voor de instandhouding van de cultuurhistorische waarde van het monument als bedoeld in artikel 1 onder a.

  • e. Subsidiabele restauratiekosten:

    Die kosten die noodzakelijk zijn om de onderdelen van een gemeentelijk monument, beeld-bepalend pand of subsidiabel object dat monumentale of beeldbepalende waarden bezit, op sobere en doelmatige wijze te herstellen of te conserveren. Dit betreft de geraamde en door burgemeester en wethouders goedgekeurde bedragen van:

    • 1.

      de met de restauratiewerkzaamheden verband houdende aanneemsom;

    • 2.

      de risicoverrekening van loon- en materiaalprijsstijgingen over die werkzaamheden;

    • 3.

      de kosten van de architect en van de constructeur binnen de kaders van DNR 2005

      voor zover inschakeling hiervan noodzakelijk is en rechtstreeks verband houden met de restauratiewerkzaamheden conform een daartoe uitgebrachte passende offerte;

    • 4.

      de aanvraag om een monumentenvergunning en bouwvergunning(leges) voor zover deze betrekking heeft op het restauratiegedeelte;

    • 5.

      de kosten van de bouwhistorische inventarisatie, opname of ontleding, gericht op de restauratie;

    • 6.

      de kosten van de opstelling van een restauratiegerelateerd onderhoudsplan;

    • 7.

      de reservering voor noodzakelijk restauratiegerelateerd meerwerk, dat ten tijde van

      de raming van de hierboven genoemde kosten redelijkerwijs niet voorzienbaar was,

      tot maximaal 5% van de restauratiegerelateerde aanneemsom;

    • 8.

      de verschuldigde BTW hierover, voor zover deze niet kan worden verrekend.

  • e. Subsidiabel object:

    De objecten waarvoor op grond van de verordening subsidie kan worden verstrekt.

  • f. Subisidie:

    De aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt met het oog op be-paalde restauratieactiviteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan geleverde goederen of diensten.

  • i. Voorlopige subsidie:

    Een voorwaardelijke subsidie die op basis van een subsidieaanvraag als “voorlopige subsidie” wordt toegekend voordat een aanvang wordt genomen met de werkzaamheden en die voor-lopig blijft totdat de definitieve subsidie is vastgesteld bij de geldelijke eindverantwoording.

  • j. Definitieve subsidie:

    Het besluit van burgemeester en wethouders waarbij het bedrag van de subsidie wordt vastgesteld als “definitieve subsidie” en burgemeester en wethouders zich verplichten tot betaling, mits aan alle van toepassing zijnde voorwaarden is voldaan.

  • k. Subsidie-ineens:

    De restauratiesubsidie, die na de vaststelling als eenmalige bijdrage aan de eigenaar wordt uitgekeerd.

  • l. Subsidieplafond:

    Het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies krachtens een bepaald wettelijk voorschrift.

  • m. Verlenen van subsidie:

    Het besluit van burgemeester en wethouders dat een opschortende voorwaardelijke aanspraak op subsidie verschaft.

Hoofdstuk 2 Algemene bepalingen

Artikel 2 Raadsbesluit begroting

  • 1. De gemeenteraad neemt jaarlijks in de gemeentebegroting een post op, genaamd “Restau-raties Monumenten”, waarin is aangegeven welk bedrag voor dat begrotingsjaar beschikbaar is ter uitvoering van deze subsidieverordening.

  • 2. Publicatie van dit besluit vindt plaats in de gemeentelijke “huis aan huisblad” van de gemeente ’s-Hertogenbosch, te weten “De Bossche Omroep”.

Artikel 3 Doelgroep en behandeling

  • 1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om in het belang van het herstel en/of terug-brenging van de cultuurhistorische waarden - met inachtneming van het bepaalde in deze verordening - restauratiesubsidie toe te kennen in de vorm van een bijdrage ineens ten behoeve van de in artikel 7 bedoelde restauratievormen.

  • 2. Burgemeester en wethouders houden bij hun beslissing op grond van het eerste lid rekening met de steun die op grond van deze verordening of enige andere regeling is of kan worden toegekend.

Artikel 4 Prioritering

  • 1. Burgemeester en wethouders kennen slechts restauratiesubsidies toe voor zover de op grond van artikel 2, lid 1 begrote financiële middelen voor het betreffende jaar en doel toereikend zijn (subsidieplafond). Aanvragen die van 1 januari tot en met 30 september van het desbe-treffende jaar worden ontvangen worden in volgorde van binnenkomst behandeld. Bij aanvra-gen die na die datum worden ontvangen kan ingeval er nog maar beperkte middelen beschik-baar zijn de in lid 3 genoemde prioritering worden toegepast. Burgemeester en wethouders zullen een dergelijk besluit nader motiveren.

  • 2. Met inachtneming van artikel 4, lid 3 worden alle aanvragen voor restauratiesubsidie op voet van deze verordening behandeld, rekening houdend met het in lid 1 gemelde evenalsde in lid 3 genoemde prioritering.

  • 3. In aanvulling en in afwijking van het bepaalde in artikel 4, lid 1 en 2 evenalsartikel 7 houden bur-gemeester en wethouders bij hun beslissing op aanvragen voor restauratiesubsidie zo nodig rekening met:

    • a.

      de prioriteit die het treffen van de voorzieningen in het kader van de monumentenzorg heeft;

    • b.

      cultuurhistorische waarde van het pand/object als monument of beeldbepalend pand/object;

    • c.

      de bouwtechnische staat en uiterlijke staat van het pand/object, in relatie tot zijn omgeving;

    • d.

      het huidige en toekomstige gebruik van het pand/object;

    • e.

      indien van toepassing de bij de besluitvorming te betrekking cultuurhistorische onderbouwing;

    • f.

      indien van toepassing de wijze waarop door de aanvrager rekening is of wordt gehouden met de restauratierichtlijnen voor monumenten en beeldbepalende panden binnen de gemeente;

    • g.

      de wijze van exploitatie van het pand.

  • 4. Aanvragen om subsidie die in verband met het bepaalde in het eerste lid niet kunnen worden toegekend, worden door burgemeester en wethouders afgewezen.

  • 5. De indiener van een aanvraag als bedoeld in het vierde lid is bevoegd een dergelijke aanvraag in een volgend jaar opnieuw in te dienen. Hieraan kunnen geen rechten worden ontleend.

  • 6. In afwijking van het bepaalde in het tweede lid zijn burgemeester en wethouders bevoegd om aanvragen als bedoeld in het vierde lid extra prioriteit toe te kennen.

Artikel 5 Afweging

  • 1. In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders in het belang van de “Lokale Monu-mentenzorg” afwijken van de bepalingen in deze verordening.

  • 2. Burgemeester en wethouders betrekken daarbij alle voor een zorgvuldige besluitvorming nood-zakelijke relevante stukken bestaande uit minimaal:

    • a.

      de aanleiding voor een besluit op grond van dit artikel;

    • b.

      een daarop van toepassing zijnde cultuurhistorische onderbouwing/motivering;

    • c.

      een positief advies van de lokale “Monumenten- & Welstandscommissie”.

Artikel 6 Grondslag en werkingssfeer

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen subsidie ineens verlenen voor het restaureren van onroerende gemeentelijke monumenten/objecten evenals onroerende beeldbepalende panden/objecten als nader gespecificeerd in artikel 7 van deze verordening.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen aan de subsidietoekenning voorwaarden verbinden in het belang van de monumentenzorg.

  • 3. De subsidie wordt berekend over de subsidiabele kosten van de voorzieningen, met uitzondering van de kosten waarvoor op grond van enige andere, door burgemeester en wethouders aan te wijzen regeling, subsidie in de kosten van de voorzieningen kan worden verkregen.

  • 4. Ingeval van brandschade of overige via een verzekering te verhalen schade worden de kosten berekend aan de hand van de kosten van de te treffen voorzieningen minus de bij voldoende dekking uit te keren verzekeringspenningen.

  • 5. De subsidie wordt verleend aan de eigenaar van het monument waaraan de voorzieningen worden getroffen.

  • 6. Om voor subsidie in aanmerking te komen dienen de kosten tenminste € 1000,00 te bedragen.

Hoofdstuk 3 Toepassingsbereik

Artikel 7 Restauratievormen

  • 1. Deze verordening voorziet in restauratiesubsidies ten behoeve van derden voor:

    • A.

      Aanvragen voor reguliere restauratiesubsidies van:

      • -

        Panden, zijnde een beschermd gemeentelijk monument als bedoeld in de “Monumentenverordening ‘s-Hertogenbosch”;

      • -

        Beeldbepalende Panden, als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”.

        Deze restauratiesubsidie kan worden aangevraagd door de eigenaar;

    • B.

      Subsidieaanvragen voor restauratie van monumentale stoepen en keldertoegangen met een aantoonbaar historisch karakter en voorzien van een cultuurhistorisch onder-bouwd advies bij:

      • -

        Panden, zijnde een beschermd gemeentelijk monument als bedoeld in de “Monumentenverordening ’s-Hertogenbosch”;

      • -

        Beeldbepalende Panden, als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”.

        Deze restauratiesubsidie kan worden aangevraagd door de eigenaar van het pand waarvan deze stoep c.q. kelder deel uitmaakt.

    • C.

      Subsidieaanvragen voor algehele restauratie van historische winkelpuien, voorzien van een cultuurhistorisch onderbouwd advies, van:

      • -

        Panden, zijnde een beschermd gemeentelijk monument als bedoeld in de “Monumentenverordening ’s-Hertogenbosch”;

      • -

        Beeldbepalende Panden, als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”.

        De restauratiesubsidie voor deze winkelpuien kan worden aangevraagd door de eigenaar van het pand waarvan deze winkelpui deel uitmaakt.

    • D.

      Subsidieaanvragen in relatie tot de onder A. t/m C. genoemde restauratievormen, waarbij mede voorzieningen moeten worden getroffen die noodzakelijk zijn om een ruimte gelegen boven een bedrijfspand te ontsluiten zodat deze ruimte weer geschikt wordt voor wonen, voorzien van een cultuurhistorisch onderbouwd advies van:

      • -

        Panden, zijnde een beschermd gemeentelijk monument als bedoeld in de “Monu-mentenverordening ’s-Hertogenbosch”;

      • -

        Beeldbepalende Panden, als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”.

        De restauratiesubsidie voor deze winkelpui gerelateerde ontsluiting kan worden aangevraagd door de eigenaar van het pand waarvan deze winkelpui deel uitmaakt. 

    • E.

      Subsidieaanvragen ter aanpak van knelpunten binnen de lokale monumentenzorg, waarin de onder A. tot en met D. genoemde regelingen niet voorzien, doch waarvan realisatie in het belang is van de lokale monumentenzorg. Besluitvorming door het college van burgemeester en wethouders vindt plaats met inachtneming van de bepalingen als opgenomen in artikel 5. De subsidieaanvraag dient te worden aangevraagd door de eigenaar van het object waarop het knelpunt van toepassing is en dient te zijn voorzien van de in artikel 5, 2e lid genoemde stukken.

  • 2. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om ten aanzien van objecten, niet in gemeentelijk eigendom, in afwijking van het 1e lid ook een restauratiesubsidie toe te kennen voor het treffen van kleine restauratiegerelateerde werkzaamheden aan niet-gebouwen, betreffende een onroerende zaak, dan wel restauratie van structureel aan/in de gevel opgenomen gevelstenen of cultuurhistorisch relevante gevelgerelateerde objecten indien daarmee de belangen van de lokale monumentenzorg naar het oordeel van het college in voldoende mate zijn gediend. Omtrent de weging van de importantie van deze belangen en het noodzakelijke inzicht in het belang daarvan voor de lokale monumentenzorg, maakt een goed gemotiveerde schriftelijke cultuurhistorische onderbouwing evenals het overige in artikel 5, lid 2 genoemde deel uit van de aan de besluitvorming betrokken stukken;

Artikel 8 Maximale Subsidiehoogte

  • 1. De restaratiesubsidie in de vorm van een bijdrage ineens bedraagt:

    • a.

      bij gemeentelijke monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder A. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van goedgekeurde subsidiabele restau-ratiekosten tot een maximumbedrag van € 100.000,- per als zodanig geregistreerd ge-meentelijk monument, de formele waardestelling van de cultuurhistorische waarden daarbij betrekkend. Ingeval er sprake is van een “gemeentelijk monumentencomplex” als nader omschreven in artikel 1.onder a. geldt dit subsidiemaximum niet per pand, maar voor het gehele “gemeentelijk monumentencomplex” in zijn totaliteit en wordt de maximale subsidiehoogte per pand bepaald door het aantal binnen dat complex aanwezige zelfstandige eenheden;

    • b.

      bij beeldbepalende objecten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder A. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten tot een maximumbedrag van € 75.000,- per beeldbepalend pand als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”, de beeldbepalende waarden daarbij betrekkend;

    • c.

      bij gemeentelijke monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder B. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten aan monumentale stoepen en keldertoegangen met een aantoonbaar historisch karakter tot een maximumbedrag van € 50.000,- per als zodanig geregistreerd gemeentelijk monument, de formele waardestelling van de cultuurhistorische waarden daarbij betrekkend;

    • d.

      bij beeldbepalende objecten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder B. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten aan monumentale stoepen en keldertoegangen met een aantoonbaar historisch karakter tot een maximumbedrag van € 37.500,- per beeldbepalend pand als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”, de beeldbepalende waarden daarbij betrekkend;

    • e.

      bij gemeentelijke monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder C. van deze verordening 50% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten van historische winkelpuien tot een maximumbedrag van € 25.000,- per als zodanig geregistreerd gemeentelijk monument, de formele waardestelling van de cultuurhistorische waarden daarbij betrekkend;

    • f.

      bij beeldbepalende objecten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder C. van deze verordening 50% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restaura-tiekosten van historische winkelpuien tot een maximumbedrag van € 20.000,- per beeldbepalend pand als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”, de beeldbepalende waarden daarbij betrekkend;

    • g.

      bij gemeentelijke monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder D. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde kosten voor het cultuurhistorisch verantwoord treffen van voorzieningen om een ruimte gelegen boven een bedrijfspand te ontsluiten zodat deze ruimte weer geschikt wordt voor wonen tot een maximumbedrag van € 25.000,- per als zodanig geregistreerd gemeentelijk monument, de formele waardestelling van de cultuurhistorische waarden daarbij betrekkend;

    • h.

      bij beeldbepalende objecten monumenten als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder D. van deze verordening 25% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde kosten voor het cultuurhistorisch verantwoord treffen van voorzieningen om een ruimte gelegen boven een bedrijfspand te ontsluiten zodat deze ruimte weer geschikt wordt voor wonen tot een maximumbedrag van € 20.000,- per beeldbepalend pand als aangeduid op de op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”, de beeldbepalende waarden daarbij betrekkend;

    • i.

      bij objecten als bedoeld in artikel 7, lid 2 van deze verordening 75% van de bij de verlening en vaststelling van de goedgekeurde subsidiabele restauratiekosten aangaande restauratiegerelateerde kleine werkzaamheden aan niet-gebouwen, betreffende een onroe-rende zaak dan wel restauratie van structureel aan/in de gevel opgenomen gevelstenen of cultuurhistorisch relevante gevelgerelateerde objecten tot een maximum van € 5000,-- per object indien daarmee de belangen van de lokale monumentenzorg naar het oordeel van het college in voldoende mate zijn gediend. Omtrent de weging van de importantie van deze belangen en het noodzakelijke inzicht in het belang daarvan voor de lokale monumentenzorg, maken de in artikel 5, lid 2 genoemde stukken deel uit van de bij de besluitvorming betrokken stukken.

  • 2. In situaties als bedoeld in artikel 7, lid 1 onder E. van deze verordening stellen burgemeester en wethouders het subsidiepercentage en de maximale subsidiehoogte vast die naar de aard en omvang van de restauratie het dichtst gelegen is bij een van de in dit artikel onder a. t/m i. nader omschreven catergoriën, daarbij de maximale subsidiehoogte als genoemd in het derde lid van artikel 8 daarbij betrekkend.

  • 3. Ingeval van meerdere werkzaamheden tezamen, zoals genoemd in lid 1 a. t/m 1i. bedraagt de totale subsidiehoogte voor:

    • a.

      Panden, zijnde een beschermd gemeentelijk monument als bedoeld in de “Monumentenverordening ‘s-Hertogenbosch” maximaal € 100.000,-- voor een als zodanig geregistreerd object of complex;

    • b.

      Beeldbepalende Panden, als aangeduid op de “Monumentenkaart gemeente ’s-Hertogenbosch”, maximaal € 75.000,-- voor een als zodanig aangeduid object.

  • 4. Indien het subsidieplafond als bedoeld in artikel 2 lid 1 en artikel 4 lid 1 aan het einde van het jaar in het 4e kwartaal niet is bereikt, kunnen burgemeester en wethouders bij de in lid 1 onder a. tot en met i. genoemde subsidiabele objecten in uitzonderlijke en bijzondere gevallen het in lid 1 genoemde subsidiepercentage van de subsidiabele restauratiekosten evenals het subsi-diemaximum verhogen. In dergelijke uitzonderlijke gevallen maakt een goed gemotiveerde schriftelijke cultuurhistorische onderbouwing evenals het overige in artikel 5, lid 2 genoemde deel uit van de bij de besluitvorming betrokken stukken.

Hoofdstuk 4 Indiening en Voorwaarden

Artikel 9 Aanvraag- en beschikkingsprocedure

  • 1. Een aanvraag om een subsidie dient door de eigenaar in 1-voud ondertekend te worden ingediend bij burgemeester en wethouders op een daartoe beschikbaar te stellen standaard

    aanvraagformulier en dient in elk geval vergezeld te gaan van de daarbij vermelde gegevens.

  • 2. Indien niet wordt voldaan aan het gestelde in het 1e lid stellen burgemeester en wethouders de aanvrager in de gelegenheid om binnen een redelijke termijn de door hen aan te geven ontbrekende gegevens alsnog aan te leveren.

  • 3. Burgemeester en wethouders geven een beschikking af binnen twaalf weken nadat de aanvraag is ontvangen, dan wel de ontbrekende gegevens, als bedoeld in het 2e lid, genoegzaam zijn aangevuld. Zij kunnen, indien daartoe naar hun oordeel gegronde redenen bestaan, deze termijn met ten hoogste acht weken verlengen, mits zij de aanvrager daarvan kennis geven binnen de termijn van twaalf weken.

Artikel 10 Weigeringsgronden

  • 1. Burgemeester en wethouders verlenen geen subsidie indien:

    • a.

      met het treffen van de voorzieningen het belang van de monumentenzorg niet of in onvoldoende mate wordt gediend;

    • b.

      de kosten van de voorzieningen niet in een redelijke verhouding staan tot het te bereiken resultaat;

    • c.

      met het treffen van de voorzieningen is begonnen voordat de aanvrager een subsidiebeschikking heeft ontvangen;

    • d.

      met het treffen van de voorzieningen is begonnen voordat (indien noodzakelijk) een monumentenvergunning is verleend;

    • e.

      met het treffen van de voorzieningen is begonnen voordat (indien noodzakelijk) een bouwvergunning is verleend;

    • f.

      voor de betreffende voorzieningen binnen een termijn van 15 jaar voorafgaand aan het jaar waarop de aanvraag wordt ingediend subsidie is verleend;

    • g.

      door het toekennen van de subsidie het subsidieplafond zoals bedoeld in artikel 4 wordt  overschreden.

  • 2. In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde in het eerste lid onder c. en f.

Artikel 11 Subsidievoorwaarden

  • 1. De subsidie wordt verleend onder de voorwaarde dat:

    • 1.

      alle voor de restauratie noodzakelijke vergunningen, waaronder de monumentenvergunning en de bouwvergunning, moeten voor de aanvang van de werkzaamheden zijn verleend;

    • 2.

      de aanvang van het werk tenminste twee weken van tevoren schriftelijk wordt gemeld bij burgemeester en wethouders via het daarvoor beschikbaar gestelde aanvangsformulier;

    • 3.

      met de daadwerkelijke uitvoering van de werkzaamheden is begonnen binnen 26 weken na de verlening van de voorlopige beschikking;

    • 4.

      binnen 104 weken na de verlening van de subsidie de werkzaamheden zijn voltooid en de gereedmelding als bedoeld in artikel 12 is ingediend;

    • 5.

      aan de door burgemeester en wethouders met controle belaste personen:

      • -

        toegang wordt verleend tot het object waarvoor restauratiesubsidie is verleend;

      • -

        inzage wordt verleend in de op het treffen van de voorzieningen betrekking hebbende gegevens.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen in bijzondere gevallen afwijken van het bepaalde in het eerste lid en daarnaast in het belang van het monument aanvullende voorwaarden verbinden aan het verlenen van restauratiesubsidie.

Hoofdstuk 5 Afwikkelingsfase 

(Gereedmelding, Technische en Financiële Afwikkeling en en Uitbetaling)

Artikel 12 Gereedmelding en vaststelling subsidie

  • 1. Vaststelling van de restauratiesubsidie vindt plaats nadat:

    • a.

      de in de aanvraag opgenomen werkzaamheden bij burgemeester en wethouders zijn  gereedgemeld, technisch en financieel zijn gecontroleerd en akkoord bevonden;

    • b.

      een overzicht is overgelegd van de getroffen gesubsidieerde en niet-gesubsidieerde voorzieningen en de daarop betrekking hebbende kosten;

    • c.

      een overzicht is overgelegd van het uitgevoerde meer- en minderwerk alsmede over de  werkelijke kosten als bedoeld in artikel 1. onder e.

  • 2. De hoogte van de vast te stellen subsidie wordt berekend op basis van de bij de verlening aanvaarde subsidiabele restauratiekosten en wordt op basis van de in lid 1 en 3 genoemde stukken vastgesteld of de werkelijke kosten van de voorzieningen ofwel overeenkomstig de voorlopige beschikking ofwel hoger dan wel lager zijn.

  • 3. De gereedmelding als bedoeld in het eerste lid bevat:

    • a.

      een volledig ingevuld gereedmeldingsformulier, zoals ter beschikking is gesteld;

    • b.

      een volledig en duidelijk kostenoverzicht;

    • c.

      alle originele rekeningen en betalingsbewijzen met betrekking tot de restauratiewerk zaamheden.

  • 4. Burgemeester en wethouders kunnen er mee instemmen dat de aanvrager in plaats van reke-ningen en betalingsbewijzen een verklaring van een registeraccountant overlegt waaruit blijkt dat het overgelegde kostenoverzicht juist en volledig is.

  • 5. Zodra de financiële afwikkeling is afgerond worden de originele rekeningen en betaalbewijzen  aan de eigenaar-aanvrager geretourneerd en behouden burgemeester en wethouders de afgestempelde en geparafeerde relevante kopiën.

Artikel 13 Uitbetaling van subsidie

  • 1. De restauratiesubsidie wordt definitief uitbetaald zodra op grond van de in artikel 12 bedoelde afwikkeling is gebleken dat het plan technisch en inhoudelijk akkoord is bevonden en aan de hand van de door de aanvrager te leveren verantwoordingsstukken de definitieve subsidie is

    vastgesteld.

  • 2. Burgemeester en wethouders stellen de aanvrager van de definitieve subsidie op de hoogte  door middel van een besluit inzake de vaststelling definitieve subsidie.

  • 3. De subsidie-ineens wordt uitbetaald binnen zes weken na de vaststelling.

  • 4. Uitbetaling geschiedt uitsluitend op een door de aanvrager op te geven giro- of bankrekening.

Hoofdstuk 6 Bijzondere Bepalingen

Artikel 14 Intrekking van subsidie

  • 1. Ingeval van niet-naleving van één of meer van de voorwaarden als bedoeld in deze verorde ning kunnen burgemeester en wethouders al naar gelang de ernst van de overtreding:

    • a.

      een besluit tot verlening en/of vaststelling van subsidie geheel of gedeeltelijk intrekken (en niet of niet geheel tot betaling van de subsidie overgaan);

    • b.

      reeds betaalde subsidie geheel of gedeeltelijk terugvorderen;

  • 2. In het geval de niet-naleving van de voorwaarden als bedoeld in deze verordening de aanvrager-eigenaar niet verwijtbaar is, kunnen burgemeester en wethouders besluiten de in het 1e lid genoemde sancties geheel of gedeeltelijk niet te treffen. e lid genoemde sancties geheel of gedeeltelijk niet te treffen.

Artikel 15 Voorschotten

  • 1. Aanvragers om toekenning van een restauratiesubsidie als bedoel in artikel 7, lid 1 kunnen op hun verzoek, indien 50% of meer van de in de aanvraag vermelde werkzaamheden zijn verricht en akkoord zijn bevonden, een voorschot op de bijdrage ineens verkrijgen van maximaal 50% van de toegekende bijdrage.

  • 2. Het voorschot wordt verrekend bij de definitieve uitbetaling. Deze uitbetaling vindt plaats zodra de eigenaar heeft aangetoond dat de activiteiten, waarvoor de steun is toegekend, con-form de overgelegde bescheiden zijn verricht.

  • 3. De eigenaar moet zich verbinden de als voorschot ontvangen restauratiesubsidie terstond als “onverschuldigd betaald” te restitueren, indien en voor zover de activiteiten, waarvoor de restauratiesubsidie is toegekend, niet binnen een redelijke termijn en conform de overgelegde bescheiden zijn verricht.

Artikel 16 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening kan worden aangehaald als de “Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Hertogenbosch 2010”;

  • 2. Zij treedt in werking met ingang van 12 juli 2010.

Artikel 17 Overgangsbepaling

Aanvragen die zijn ingediend voordat deze verordening in werking trad, worden afgehandeld op basis van de regels die golden op het moment van de ontvangst van de aanvraag. Op verzoek van de aanvrager kan daarvan worden afgeweken.

Ondertekening

's-Hertogenbosch,
De gemeenteraad voornoemd,
De griffier, De voorzitter,
drs. A. van der Jagt, mr. dr. A.G.J.M. Rombouts

Bijlage A Toelichting op deze verordening Artikelsgewijs

Artikel 1 Begripsbepalingen

Toelichting:

De “Subsidieverordening Restauratie Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Hertogenbosch 2010” is gericht op gemeentelijke monumenten conform de Monumentenverordening en op beeldbepalende panden die niet de status van beschermd monument hebben. Bij de subsidiëring komen objecten die de rijksmonumentenstatus hebben dus niet in aanmerking voor subsidie.

Restauratiewerkzaamheden die in zelfwerkzaamheid worden uitgevoerd zijn in het kader van deze “Subsidieverordening Restauratie van Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende beleidsregel niet subsidiabel. De reservering als bedoeld in lid e.7.dient als stelpost die eventueel tijdens de restauratie wordt ingevuld als gevolg van onvoorzien meerwerk. Deze invulling gebeurt na overleg met de gemeentelijke afdeling Bouwhistorie, Archeologie en Monumenten van de gemeente ’s-Hertogenbosch. Voor de opstelling van een onderhoudsplan als bedoeld in lid e.6.stellen burgemeester en wethouders (indien van toepassing) een model beschikbaar. In principe dient het onderhoudsplan betrekking te hebben op het gehele monument. Hiervan kan door burgemeester en wethouders worden afgeweken indien de restauratie slechts een specifiek onderdeel van het monument betreft.

 

Artikel 2 Raadsbesluit begroting

Toelichting:

Normaliter neemt de gemeenteraad jaarlijks een besluit over de besteding van middelen ten behoeve van restauraties aan gemeentelijke monumenten en beeldbepalende panden in eigendom van derden.

Beschikbaarstelling van middelen ten behoeve van restauraties aan gemeentelijke monumenten en beeldbepalende panden in gemeentelijk eigendom is niet mogelijk gezien het feit dat geldstromen binnen een publiekrechtelijke rechtspersoon geen subsidie zijn. De verstrekker en de ontvanger (derden) van de aanspraak moeten immers twee te onderscheiden rechtssubjecten zijn met twee te onderscheiden vermogens. Aanspraak binnen een publiekrechtelijk rechstpersoon, in casu de gemeente, kan dus niet in een subsidieregeling (en dus ook niet in deze subsidieverordening) worden vervat.

 

Artikel 4+5+8 Bijzondere gevallen

Toelichting:

In artikel 4, lid 1 en artikel 5 evenals artikel 8, lid 4 bieden burgemeester en wethouders de mogelijkheid om ingeval er in het 4 e kwartaal het subsidieplafond is bereikt te prioriteren en ingeval in het 4 e kwartaal het subsidieplafond niet is bereikt in bijzondere gevallen het subsidiepercentage en/of het subsidiemaximum verhogen.

Artikel 6 Grondslag en werkingsfeer

Toelichting:

Onder casco - zijnde een zelfstandige bouwkundige eenheid wordt in ieder geval verstaan de bouwkundige hoofdstructuur bestaande uit gevels, bouwmuren, balklagen, kappen inclusief goten en hemelwaterafvoeren -,kelders, trappen of de restanten daarvan. Onder de voor subsidie in aanmerking komende kosten van voorzieningen, worden tevens begrepen de restauratie van schouwen, wandschilderingen en dergelijke. Om voor een subsidie in aanmerking te komen dienen de restauratiekosten minimaal € 1.000,00 te bedragen. De maximum subsidiebedragen staan genoemd in artikel 8 en de subsidietabel in de bijlagen. Over het meerdere wordt geen subsidie verleend en vastgesteld. In uitzonderlijke gevallen kunnen burgemeester en wethouders besluiten van de genoemde bedragen afwijken. Dit is nader geregeld in artikel 8. In het derde lid wordt dubbele subsidiëring van voorzieningen aan het casco voorkomen. Ten aanzien van het vierde lid wordt er vanuit gegaan dat een eigenaar van een object dit in voldoende mate heeft verzekerd. In het vijfde lid is de eigendomssituatie op het moment van vaststelling van de subsidie bepalend. De subsidie wordt vastgesteld in de definitieve beschikking met verrekening van meer- en minderwerk als bedoeld in artikel 12, lid 1 onder c van deze verordening.

 

Art. 7+ 8 Restauratievormen en Maximale Subsidiehoogte

Toelichting:

Op grond van artikel 7 en 8 zijn - afhankelijk van de aard en de ingrijpendheid van de restauratie – de subsidies mogelijk zoals aangegeven in de in Bijlage B opgenomen “Subsidietabel restauratiecategorieën.

Naast het beroep van de traditionele vooroorlogse monumenten op de subsidieregeling voor gemeentelijke monumenten vinden in toenemende mate aanvragen voor restauratiesubsidies plaats bij gemeentelijke monumentencomplexen waarbij collectiviteit een belangrijke rol speelt. Deze ontwik keling vloeit onder meer voort uit de toevoegingen aan het gemeentelijk monumentenbestand van met name monumenten uit de na-oorlogse periode. Ingeval er sprake is van een “gemeentelijk mo numentencomplex” als nader omschreven in artikel 1onder a.3. geldt dit subsidiemaximum niet per pand, maar voor het gehele “gemeentelijk monumentencomplex” in zijn totaliteit en wordt de maxi male subsidiehoogte per pand bepaald door het aantal binnen dat complex aanwezige zelfstandige eenheden.

 

Artikel 10 Weigeringsgronden

Toelichting

De bepaling onder c. is opgenomen om de bouwtechnische kwaliteit van de te restaureren onderdelen vooraf vast te kunnen stellen ten behoeve van de bepaling van de kosten van voorzieningen.

 

Artikel 11 Subsidievoorwaarden

Toelichting:

Gelet op het gewenste maatwerk bij monumenten en beeldbepalende panden kunnen in het subsidieb esluit de voor dat concrete geval vereiste voorwaarden worden opgenomen die voor die desbetref fende restauratie van toepassing zijn. Dientengevolge zijn de voorwaarden die specifiek aan een restauratie te verbinden zijn verwerkt in het subsidiebesluit en zijn de voor iedereen geldende subsi dievoorwaarden wel opgenomen in dit artikel.

 

Artikel 12 Gereedmelding en vaststelling subsidie

Toelichting:

De uiterste datum van indiening van de geldelijke verantwoordingwordt aangegeven in artikel 12, lid 1 onder subsidievoorwaarden alsmede in het op de restauratisubsidieaanvraag betrekking hebbende subsidiebesluit. In het kader van de vaststelling van de subsidie vindt een controle van het uitgevoerde werk plaats door toetsing aan het door burgemeester en wethouders goedgekeurde restauratieplan Voor de indiening van de geldelijke verantwoording wordt door burgemeester en wethouders een model ter beschikking gesteld.

 

Artikel 15 Inwerkingtreding

Toelichting:

Gelet op de vaststellingsdatum in de gemeenteraad en de daarop volgende inwerkingtreding (12 juli 2010) zullen alle aanvragen die zijn ingediend voordat deze verordening in werking trad, worden afgehandeld op basis van de regels die golden op het moment van de ontvangst van de aanvraag. Op verzoek van de aanvrager kan daarvan worden afgeweken.

Bijlage B Subsidietabel restauratiecategorieën

 

Restauratiecategorie

Type

Subsidiepercentage van subsidiabele restauratiekosten

Maximale subsidiehoogte

1A. (Artikel 7, lid 1 A)

Reguliere Restauratie

 

Gemeentelijk Monument

Beeldbepalend pand

25 %

25 %

€ 100.000,--

€ 75.000,--

1B. (Artikel 7, lid 1 B)

Restauratie van monu-

mentale stoepen en kel-

dertoegangen met een

aantoonbaar historisch

karakter`

Gemeentelijk Monument

Beeldbepalend Pand

25%

25%

€ 50.000,--

€ 37.500,--

 

 

1C. (Artikel 7, lid 1 C)

Algehele restauratie

van historische win-

kelpuien

Gemeentelijk Monument

Beeldbepalend Pand

 

50%

50%

 

€ 25.000,--

€ 20.000,--

 

 

1D. (Artikel 7, lid 1 D)

Cultuurhistorisch

verantwoord ontsluiten bovenwoning bedrijfspand

Gemeentelijk Monument

Beeldbepalend Pand

25 %

25 %

€ 25.000,--

€ 20.000,--

1E. (artikel 7, lid 1 E)

Bijzondere situaties

Gemeentelijk Monument

 

B&W besluiten o.g.v. artikel 8, lid 2 t/m 4

 

 

Beeldbepalend Pand

 

B&W besluiten o.g.v. artikel 8, lid 2 t/m 4

 

2. (Art. 7, lid 2)

Restauratie van

Onroerende objecten,

Niet-gebouwen, in

Eigendom van derden (bijvoorbeeld gevelstenen)

 

75 %

€ 5.000,--

 

Aandachtspunten:

Ingeval van meerdere werkzaamheden tezamen, zoals hierboven aangegeven bedraagt de totale subsidiehoogte voor een beschermd gemeentelijk monument maximaal € 100.000,-- en voor een beeldbepalende pand maximaal

€ 75.000,--

 

Bijlage C Aanvraagformulier Restauratiesubsidie (voorbeeld)

VERKLARINGSBLAD BEHOREND BIJ SUBSIDIEVERORDENING RESTAURATIES GEMEENTELIJKE MONUMENTEN

EN BEELDBEPALENDE PANDEN GEMEENTE ’S-HERTOGENBOSCH 2010

 

Aan het college van burgemeester en wethouders van ‘s-Hertogenbosch,

t.a.v. Afdeling Bouwhistorie, Archeologie

en Monumenten, Dhr.P.J.J. Duijkers

Postbus 12345

5200 GZ  ‘s-Hertogenbosch

 

Geacht college,

 

Op grond van de “Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Herto-genbosch 2010” verzoekt ondergetekende uw college om in aanmerking te komen voor een restauratiesubsidie ten behoeve van restauratiewerkzaamheden als bedoeld in artikel 7 van de hierboven genoemde subsidieverordening.

Deze aanvraag is van toepassing op het volgende doel (aankruisen wat van toepassing is):

 

0 Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder A. van voornoemde verordening voor de ALGEHELE RESTAURATIE voor mijn Gemeentelijk Monument/ Beeldbepalend Pand *)

(* = doorstrepen wat niet van toepassing is)

 

0 Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder B. van voornoemde verordening voor RESTAURATIE VAN MONUMENTALE STOEPEN EN KELDERTOEGANGEN MET EEN AANTOONBAAR HISTORISCH KARAKTER voor mijn Gemeentelijk Monument / Beeldbepalend Pand *)

(*= doorstrepen wat niet van toepassing is)

 

 

0 Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder C. van voornoemde verordening voor de ALGEHELE RESTAURATIE VAN HISTORISCHE WINKELPUIEN, voorzien van een cultuurhistorisch onderbouwd advies voor mijn Gemeentelijk Monument/ Beeldbepalend Pand *)

(* = doorstrepen wat niet van toepassing is)

 

 

0 Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder D. van voornoemde verordening voor het CULTUURHISTORISCH VERANTWOORD ONTSLUITEN VAN EEN BOVENWONING, voorzien van een cultuurhis-torisch onderbouwd advies voor mijn Gemeentelijk Monument/ Beeldbepalend Pand *)

(* = doorstrepen wat niet van toepassing is)

 

 

Een restauratiesubsidie-aanvraag op grond van artikel 7, lid 1 onder E van voornoemde verordening ter AANPAK VAN KNELPUNTEN BINNEN DE LOKALE MONUMENTENZORG, waarin de onder A. tot en met D. genoemde regelingen niet voorzien, doch waarvan realisatie in het belang is van de lokale van de monumentenzorg als bedoeld in de “Monumentenwet 1988” en de “Monumentenverordening ’s-Hertogenbosch” evenals overig van belang zijnde monumentgerelateerde relevantie die naar het oordeel van burgemeester en wethouders aantoonbaar aanwezig is. Besluitvorming door het college van burgemeester en wethouders vindt plaats met inachtneming van de bepalingen als opgenomen in artikel 5. Het hierop van toepassing zijnde positieve advies van de Monumenten- & Welstandscommissie alsmede het hierop van toepassing zijnde positieve besluitbrief van het college heb ik bij deze aanvraag gevoegd.

 

Adres Gemeentelijk Monument/Beeldbepalend Pand (tevens adres eigenaar):

Naam en voorletters:

Straat en huisnummer:

Postcode en woonplaats:

Telefoonnummer:

E-mail adres:

Indien van toepassing Postadres eigenaar:

Naam en voorletters:

Straat en huisnummer:

Postcode en woonplaats:

Telefoonnummer:

E-mail adres:

 

U mag niet met de werkzaamheden aanvangen voordat de gemeente u schriftelijk in kennis heeft gesteld omtrent het al dan niet toekennen van een restauratiesubsidie. Ingeval de door u voorgenomen restauratiewerkzaamheden vergunningsplichtig zijn moet u naast de subsidiebe-schikking ook wachten totdat u de noodzakelijke vergunning(en) heeft en schriftelijke toestemming van de gemeente om met de werkzaamheden te mogen beginnen.

 

De aanvrager verklaart dat:

 

- Hij/zij eigenaar is van het pand waaraan de geplande restauratiewerkzaamheden zullen plaatsvinden en hij/zij een kopie van de eigendomsakte heeft bijgevoegd (bijgevoegd in Bijlage 1)

- Het pand waaraan de geplande restauratiewerkzaamheden zullen plaatsvinden:

0 een pand betreft, zijnde een beschermd Gemeentelijk Monument, WEL/NIET deel van een VVE *)

0 een pand betreft, zijnde een Beeldbepalend Pand, WEL/NIET deel van een VVE *)

(Onder VVE wordt verstaan “Vereniging Van Eigenaren” | * = aankruisen wat van toepassing is)

- Een recent periodiek (maximaal 2 jaar oud) “Inspectierapport” van “Stichting Monumentenwacht Brabant” of een vergelijkbaar restauratiedeskundig buro te hebben bijgevoegd (bijgevoegd in Bijlage 2)

- Het plan dat aan de restauratiewerkzaamheden ten grondslag ligt voldoet aan de bepalingen op grond van de Woningwet van kracht zijnde Bouwbesluit en de gemeentelijke Bouwverordening;

- Een afschrift van:

0 De verleende Monumentenvergunning m.b.t. het restauratieplan (bijgevoegd in Bijlage 3 )

0 De verleende (Bouw)vergunning m.b.t. het restauratieplan (bijgevoegd in Bijlage 4)

0 Indien van toepassing: een gemeentelijke vrijstellingsbrief vergunningen (bijgevoegd in Bijlage 5)

(* = aankruisen wat van toepassing is)

- Nog niet met de werkzaamheden is aangevangen en dat niet met de werkzaamheden zal worden begonnen voordat de aanvrager van burgemeester en wethouders bericht heeft ontvangen welke kosten als subsidiabel zijn aangemerkt;

- De voorgenomen werkzaamheden noodzakelijk zijn voor een duurzame instandhouding en restauratie van het betreffende pand/object

- Hij/zij op de hoogte is van het feit dat enkel aanvragen in behandeling kunnen worden genomen als:

* de door het college vastgestelde subsidiabele kosten meer dan € 1.000,-- bedragen

* burgemeester en wethouders bij hun beslissing op een aanvraag zo nodig rekening houden met de prioriteit die het treffen van voorzieningen in het kader van de monumentenzorg heeft, de cultuurhistorische waarde van het pand als monument of beeldbepalend pand, de bouwtechnische staat en uiterlijke staat van het object mede in relatie tot zijn omgeving, het huidige en toekomstige gebruik van het object en de wijze van exploitatie van het pand

* alle noodzakelijke stukken en bijlagen zijn bijgevoegd;

* aan alle van toepassing zijnde voorschriften van de verordening wordt voldaan.

- De kosten van de restauratiewerkzaamheden niet door een verzekering worden gedekt

- Naast voornoemde afschriften ten behoeve van deze aanvraag te hebben geleverd:

0 dit volledig ingevuld en door de eigenaar ondertekend “Aanvraagformulier Restauratiesubsidie” op grond van de “Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Hertogenbosch 2010” en zoals hierboven is aangegeven.

0 een werkomschrijving/bestek, voorzien van een nummering die identiek is aan de posten opgenomen in de gespecificeerde (open) begroting (bijgevoegd in Bijlage 6)

0 gespecificeerde (open) begroting van de kosten, voorzien van een nummering van de begrotingsposten, die identiek is aan de per post genummerde werkomschrijvingen (bijgevoegd in Bijlage 7)

De bij de aanvraag gevoegde tekeningen dienen identiek te zijn aan de tekeningen waarvoor een Monumentenvergunning c.q. Bouwvergunning en – indien van toepassing – overige vergunningen op zijn verleend. (bijgevoegd in Bijlage 8)

de naam, adres en telefoonnummer(s)van de aannemer(s) (bijgevoegd in Bijlage 9)

0 de naam, adres en telefoonnummer(s) van de architect, die belast is met het toezicht op de uitvoering (bijgevoegd in Bijlage 10)

- Bekend te zijn met alle bepalingen zoals vermeld in de “Subsidieverordening Restauraties Gemeentelijke Monumenten en Beeldbepalende Panden ’s-Hertogenbosch 2009” en deze te zullen naleven alsmede bekend te zijn met de verdere behandelingsprocedure (zie “Folder Stappenplan Restauratiesubsidie”).

 

Aldus naar waarheid ingevuld te

Datum

Handtekening