Verordening winkeltijden Zeist 2015

Geldend van 15-12-2015 t/m heden

Intitulé

Verordening winkeltijden Zeist 2015

De raad van de gemeente Zeist;

gelezen het voorstel van de raad van 7 oktober 2015;

gelet op artikel 3 van de Winkeltijdenwet;

besluit vast te stellen de Verordening Winkeltijden Zeist 2015:

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    Feestdagen: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste en tweede Kerstdag;

  • b.

    Werkdagen: maandag tot en met zaterdag;

  • c.

    Winkel: dat wat daaronder wordt verstaan in de Winkeltijdenwet.

Artikel 2. Zon- en feestdagenregeling

  • 1. Voor de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a van de Winkeltijdenwet vervatte verboden geldt van 12 uur tot 18 uur een algemene vrijstelling.

  • 2. Voor het in artikel 2 eerste lid onder b van de Winkeltijdenwet opgenomen verbod geldt van 12.00 tot 18.00 uur een vrijstelling op tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en tweede Kerstdag

  • 3. De in artikel 2 van de Winkeltijdenwet vervatte verboden gelden niet op zon- en feestdagen voor zover het betreft:

    • a.

      een winkel op een kampeerterrein, dit uitsluitend ten behoeve van de verkoop van goederen aan personen, die als gast op het kamperterrein verblijven en als zodanig zijn geregistreerd;

    • b.

      winkels, waar uitsluitend maaltijden, voor directe consumptie geschikte eetwaren, alcoholvrije dranken en, door middel van een automaat, tabak en tabaksproducten, middelen ter voorkoming van zwangerschap en damesverband plegen te worden verkocht;

    • c.

      winkels, waarin zich een restaurant of lunchroom bevindt, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het bezoeken van het restaurant of de lunchroom;

    • d.

      winkels waar uitsluitend of hoofdzakelijk fietsen en bromfietsen plegen te worden verkocht, voor zover het laten betreden van de winkel noodzakelijk is voor het huren van fietsen en bromfietsen;

    • e.

      het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken;

    • f.

      gebouwen, waar voorstellingen, uitvoeringen of evenementen van culturele aard plaatsvinden, en waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen die rechtstreeks verband houden met aldaar te houden voorstellingen, uitvoeringen en evenementen plegen te worden verkocht, alsmede het te koop aanbieden van goederen die daarbij rechtstreeks verband houden, vanaf een uur voor de aanvang van de voorstelling, de uitvoering of het evenement tot een uur na afloop daarvan;

    • g.

      winkels in of op het terrein van sportcomplexen, waar uitsluitend of hoofdzakelijk goederen worden verkocht, die rechtstreeks verband houden met de aldaar beoefende sporten, alsmede het in of op het terrein te koop aanbieden en verkopen van goederen die daarbij rechtstreeks verband houden, gedurende de openstellingsuren van die sportcomplexen;

    • h.

      winkels in of op het terrein van bejaardenoorden, waar uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren, prentbriefkaarten, nieuwsbladen, tijdschriften, bloemen en planten plegen te worden verkocht, alsmede het in of op het terrein te koop aanbieden en verkopen daarvan;

    • i.

      de Ramadan vanaf twee uur voor zonsondergang tot zonsondergang ten aanzien van winkels, waar etenswaren wordt verkocht die in het bijzonder zijn bestemd voor hen die zich aan de Ramadan houden, alsmede het te koop aanbieden en verkopen van etenswaren ter gelegenheid daarvan, mits in die winkel die etenswaren ook pleegt te worden verkocht buiten de periode van de Ramadan;

    • j.

      het te koop aanbieden en verkopen van feestartikelen en speelgoed op een terrein, waar een kermis wordt gehouden;

Artikel 3. Individuele ontheffingen

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de Winkeltijdenwet vervatte verboden.

  • 2. Een ontheffing kan slechts worden verleend voor bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard.

  • 3. Aan de ontheffing kunnen beperkingen worden verbonden.

  • 4. De ontheffing kan worden geweigerd als de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel op basis van de ontheffing.

Artikel 4. Beslistermijn

  • 1. Burgemeester en wethouders beschikken op een aanvraag om ontheffing binnen acht weken na de dag waarop de aanvraag is ontvangen.

  • 2. Zij kunnen hun beschikking voor ten hoogste acht weken verdagen.

Artikel 5. Intrekken of wijzigen ontheffing

Burgemeester en wethouders kunnen een ontheffing intrekken of wijzigen als:

  • a.

    ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

  • b.

    verandering van omstandigheden of inzichten dit naar hun oordeel noodzakelijk maken in het belang van de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

  • c.

    de exploitatie van de winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

  • d.

    aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

  • e.

    van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarbij gestelde termijn; of

  • f.

    de houder dit verzoekt.

Artikel 6. Toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de door burgemeester en wethouders aangewezen toezichthouders.

Artikel 7. Intrekking oude verordening en overgangsrecht

  • 1.

    De Winkeltijdenverordening Zeist 1996 wordt op 1 januari 2015 ingetrokken.

  • 2.

    Een krachtens de Winkeltijdenverordening Zeist 1996 verleende ontheffing geldt als ontheffing verleend krachtens deze (nieuwe) verordening. Burgemeester en wethouders kunnen deze ambtshalve vervangen door een ontheffing [of vrijstelling] krachtens deze verordening. Ambtshalve vervanging kan gepaard gaan met een wijziging van beperkingen en voorschriften.

  • 3.

    Aanvragen om ontheffing die zijn ingediend onder de Winkeltijdenverordening Zeist 1996 maar waarop nog niet is beschikt bij het in werking treden van deze verordening, worden afgehandeld overeenkomstig deze verordening.

Artikel 8. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015.

  • 2.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening winkeltijden Zeist 2015.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 09 december 2014.

De raad voornoemd,

mr. J. Janssen, griffier drs. J.J.L.M. Janssen, voorzitter

TOELICHTING

Algemene toelichting

Op 28 mei 2013 heeft de Eerste Kamer ingestemd met een initiatiefwet tot wijziging van de Winkeltijdenwet. Deze wetswijziging is op 1 juli 2013 in werking getreden.

Op grond van de gewijzigde Winkeltijdenwet blijven de wettelijke verboden om winkels op zon-, feestdagen en op werkdagen voor 6 uur en na 22 uur open te stellen, op zichzelf bestaan. Gemeenten kunnen na de wetswijziging echter zelf bepalen of en in hoeverre zij vrijstelling of ontheffing verlenen van deze verboden. De met betrekking tot deze verordening meest relevante bepalingen van de Winkeltijdenwet (Wtw), de artikelen 2 en 3, luiden na de wetswijziging als volgt:

Artikel 2

  • 1.

    Het is verboden een winkel voor het publiek geopend te hebben:

  • a.

    op zondag;

  • b.

    op Nieuwjaarsdag, op Goede Vrijdag na 19 uur, op tweede Paasdag, op Hemelvaartsdag, op tweede Pinksterdag, op 24 december na 19 uur, op eerste en tweede Kerstdag en op 4 mei na 19 uur;

  • c.

    op werkdagen voor 6 uur en na 22 uur.

  • 2.

    Het is voorts verboden op de in het eerste lid bedoelde dagen en tijden in de uitoefening van een bedrijf, anders dan in een winkel, goederen te koop aan te bieden of te verkopen aan en in rechtstreekse aanraking met particulieren.

Artikel 3

  • 1.

    De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van de in artikel 2 vervatte verboden.

  • 2.

    De gemeenteraad kan bij verordening aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid verlenen om in de gevallen, in de verordening aan te wijzen, en met inachtneming van de daarin gestelde regels op daartoe strekkend verzoek ontheffing van de in het eerste lid bedoelde verboden te verlenen.

  • 3.

    De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend. Aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.

De bevoegdheid van gemeenten is zo ruim dat zowel algehele handhaving van de verboden als het volledig terzijde stellen daarvan tot de mogelijkheden behoort. Hetzelfde geldt voor alle opties die daartussen zitten. De beperkingen voor het gemeentelijk beleid en de gemeentelijke regels voor de zondags- en avondopenstelling kunnen alleen nog gevonden worden in het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet (de daarin opgenomen vrijstellingen gelden zondermeer) en ander hoger recht. Met betrekking tot dat laatste zijn in het bijzonder de algemene beginselen van behoorlijk bestuur van belang, vooral waar deze een zorgvuldige belangenafweging voorschrijven. De gemeente Zeist heeft deze belangenafweging bij de vaststelling van de verordening gemaakt.

Artikelsgewijze toelichting winkeltijdenverordening gemeente Zeist 2015

Artikel 1. Begripsbepalingen

Begrip feestdag. Voor de omschrijving van het begrip feestdagen is aansluiting gezocht bij artikel 2 lid 1 onder b van de wet.

Begrip winkel. Artikel 1 van de Winkeltijdenwet geeft een definitie van het begrip ‘winkel’. Een winkel is een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin goederen aan particulieren plegen te worden verkocht, ook al bedraagt die verkoop slechts een klein deel van de omzet van het bedrijf (bijvoorbeeld een kapsalon die ook shampoos verkoopt, is een winkel).

Bij plegen te worden verkocht gaat het om het ’feitelijk handelen’. Bij de vaststelling of er sprake is van een winkel is dus van belang wat de feitelijke activiteiten zijn van een bedrijf.

Artikel 2. Zon- en feestdagenregeling

Dit artikel is een uitwerking van artikel 3 van de Winkeltijdenwet met betrekking tot de winkelopening op zon- en feestdagen.

De onder lid 3 a t/m j opgesomde uitzonderingen vloeien voort uit het feit dat deze specifieke situaties niet meer opgenomen zijn in het vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet.

Een aantal verkoopmogelijkheden zijn niet opgenomen omdat die al zijn opgenomen in het Vrijstellingenbesluit Winkeltijden: In het Vrijstellingenbesluit zijn blijven staan: de verkopen in apotheken, ziekenhuizen en verpleeghuizen, stations, luchthavens, benzinestations (incl. winkels) wegrestaurants, beroepsscheepvaart en nieuwsbladen en tijdschriften.

Artikel 3. Individuele ontheffingen

In dit artikel verleent de raad de bevoegdheid aan het college om in individuele gevallen ontheffingen te verlenen voor bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard. De openstelling van winkels moet in dit geval gaan om ‘eenmalige activiteiten’ van korte duur. Hierbij valt te denken aan veilingen en beurzen, maar ook aan winkels die eenmalig om 24.00 uur de deuren willen openen ter promotie van bijvoorbeeld een nieuw boek of een nieuw (computer)spel.

Artikel 4. Beslistermijn

Op de behandeling van verzoeken om ontheffing voor uitvoering van deze verordening, is de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van toepassing. Volgens artikel 4:13 van de Awb is een redelijke beslistermijn acht weken. Het artikel is in deze verordening opgenomen om de lezer duidelijkheid te geven in plaats van door te verwijzen naar andere regelgeving.

Tegen besluiten op grond van deze verordening kan op grond van de Winkeltijdenwet beroep worden ingesteld bij het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBB). Voor het instellen van beroep, moet eerst op grond van de Awb bezwaar zijn gemaakt bij het college van burgemeester en wethouders als besluitvormend orgaan.

Artikel 5. Intrekken of wijzigen van de ontheffing

In dit artikel zijn de gronden voor intrekking of wijziging van een ontheffing opgesomd.

Artikel 6. Toezicht

Overtredingen van de Winkeltijdenwet en de daarop gebaseerde Verordening zijn een economisch delict. De politie en stadstoezicht (BOAII) zijn belast met toezicht op naleving van de bepalingen.