Regeling vervallen per 01-01-2012

Convenant Veelplegers

Geldend van 17-07-2010 t/m 31-12-2011 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2009

CONVENANT VEELPLEGERS

Regio Brabant Zuid-Oost

1. Inleiding

In de regio Brabant Zuid-Oost is een relatief kleine groep veelplegers bekend en actief. Deze groep is verantwoordelijk voor een flink aandeel van de gepleegde delicten. Het gaat om volwassen veelplegers, overlastgevende verslaafden, de harde kern van criminele en overlastgevende jongeren.

De aanpak van overlast en criminaliteit en het terugdringen van recidive vraagt niet alleen inzet van de politie en het openbaar ministerie. Vastgesteld is dat de traditionele strafrechtelijke aanpak van veelplegers onvoldoende effectief is. Dit is mede een reden afspraken te maken over een meer effectieve, consequente en samenhangende aanpak. Noodzakelijk is een vergaande samenwerking met en tussen de justitiële organisaties, zoals (jeugd)reclasseringsinstellingen, de Raad voor de Kinderbescherming, Dienst Justitiële Inrichtingen, alsook de verslavingszorg en de gemeenten. Om de inspanningen van deze organisaties en instellingen op elkaar aan te laten sluiten, is een goed geregisseerde ketensamenwerking een vereiste.

Daartoe is in 2003 in de regio Brabant Zuid-Oost de aanpak van veelplegers ontwikkeld. De regie voor deze aanpak ligt bij het Openbaar Ministerie. De ingestelde Stuurgroep Veelplegers draagt zorg voor de ontwikkeling, uitwerking en afstemming met betrekking tot het beleid. In deze stuurgroep participeren de convenantpartners.

In 2007 is gebleken dat het wenselijk is dat meer partijen bij de aanpak van veelplegers betrokken worden. Een uitbreiding van het convenant met daarin de toevoeging van meer betrokken partijen is daarvan het gevolg. Bestaande en gehanteerde werkwijze in de ketenaanpak dienen nog meer in een aaneengesloten lopend mechanisme te worden gerealiseerd. De stuurgroep vindt het belangrijk dat bureaucratische ketenbelemmeringen (b.v. wachtlijsten) opgeheven worden.

Middels dit convenant committeren betrokken partijen zich aan de geformuleerde visie en aanpak van veelplegers. Tevens regelt dit convenant de gegevensuitwisseling tussen de betrokken partijen.

Ten aanzien van de veelplegers aanpak in de regio Brabant Zuid-Oost komen de volgende partijen

2.1 Partijen

  • 1.

    Het Arrondissementsparket ’s-Hertogenbosch hierna te noemen: “het parket”

  • 2.

    De politieregio Brabant Zuid-Oost, hierna te noemen “de politie”

  • 3.

    De gemeenten Asten, Bergeijk, Best, Bladel, Cranendonck, Deurne, Eersel, Eindhoven, Geldrop-Mierlo, Gemert-Bakel, Heeze-Leende, Helmond, Laarbeek, Nuenen ca, Oirschot, Reusel-de Mierden, Someren, Son en Breugel, Valkenswaard, Veldhoven en Waalre, hierna te noemen: “de gemeenten”

  • 4.

    Stichting Reclassering Nederland, hierna te noemen: “reclasseringsinstelling”

  • 5.

    Reclassering Leger des Heils, hierna te noemen: “reclasseringsinstelling”

  • 6.

    Novadic-Kentron, hierna te noemen: “instelling voor verslavingszorg”

  • 7.

    Raad voor de Kinderbescherming Regio Noord en Zuid-Oost Brabant

  • 8.

    Justitiële Inrichting Vught, hierna te noemen: “JI Vught”

  • 9.

    Stichting St. Annaklooster

  • 10.

    GGz Einhoven , hierna te noemen GGzE

  • 11.

    GGz Helmond, hierna te noemen GGzH

  • 12.

    Justitiële Jeugd Inrichting Den Hey-Acker, Hierna te noemen JJI

  • 13.

    Bureau Jeugdzorg Noord-Brabant, hierna te noemen BJZ

hierna gezamenlijk te noemen “Partijen”

Naast de deelnemende partijen aan het convenant vindt samenwerking op het terrein van de aanpak van veelplegers plaats met de woningbouwverenigingen en FPN.

overeen om, gelet op hun taken

2.2 Taken

Ad 1) de opsporing en vervolging van strafbare feiten en toezicht op de uitvoering van strafvonnissen;

Ad 2) de opsporing van strafbare feiten, handhaving van de openbare orde en hulpverlening aan hen die dit behoeven;

Ad 3) de handhaving van de openbare orde en uitvoering van nazorg waarin ondermeer wordt voorzien in huisvesting, arbeid en dagbesteding van de betrokkene;

Ad 4 en 5) de begeleiding en toezicht van, het verrichten van onderzoek naar en geven van voorlichting over een betrokkene, de voorbereiding en begeleiding van taakstraffen van een betrokkene;

Ad 6) de begeleiding en toezicht van, het verrichten van onderzoek naar en geven van voorlichting en het uitbrengen van rapportages over een betrokkene, de voorbereiding en begeleiding van taakstraffen van een betrokkene, alsmede de het beperken van de individuele en maatschappelijke schade veroorzaakt door delicten die samenhangen met middelengebruik, verslaving, psychiatrische en/of andere problematiek;

Ad 7) het onderzoeken en adviseren naar aanleiding van een melding strafbaar feit omtrent de persoon van de jongere en het pedagogisch element in de strafafdoening, alsmede de voorbereiding en coördinatie van taakstraffen;

Ad 8) de uitvoering van vrijheidsbenemende straffen en maatregelen, alsmede de aan hun zorg toevertrouwde personen de kans bieden een maatschappelijk aanvaardbaar bestaan op te bouwen;

Ad9) het voorbereiden en begeleiden van de aan hun zorg toevertrouwde personen van de intramurale naar de extramurale fase;

Ad 10) Eindevaluatie van het doorlopen ISD-traject ( teneinde vast te stellen wat er wel of niet is onderzocht bij betrokkene. Tevens wordt daarin opgenomen het hulpverleningsaanbod dat betrokkene heeft gekregen bij afloop traject en of hij daar op is ingegaan).

en met in achtneming van de in het bijzonder op hen van toepassing zijnde privacywet en -regelgeving

2.3 Privacywet en -regelgeving

Ad 1) Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens met de daarbij behorende Aanwijzing verstrekking van strafvorderlijke gegevens voor buiten de strafrechtspleging gelegen doeleinden;

Ad 2) Wet politiegegevens met het daarbij behorende Besluit politiegegevens;

Ad 3) Wet bescherming persoonsgegevens;

Ad 4 en 5) Reclasseringsregeling 1995 en eventueel een bij de organisatie aanwezig privacyreglement;

Ad 6) Reclasseringsregeling 1995 en eventueel een bij de organisatie aanwezig privacyreglement, alsmede Wet inzake de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst en de handreiking “Omgaan met persoonsgegevens in het kader van bemoeizorg” van GGZ Nederland;

Ad 7) Wet bescherming persoonsgegevens;

Ad 8) Penitentiaire beginselenwet met de daarbij behorende Penitentiaire Maatregel

samen te werken bij de persoonsgerichte aanpak van veelplegers in de regio Brabant Zuid-Oost. Partijen onderschrijven daartoe gezamenlijk de visie, het doel de resultaten en de organisatie.

3.1 Definities

Regio:

Het gezamenlijk geografische grondgebied van de deelnemende gemeenten

Veelpleger:

Meerderjarige veelpleger:

Een veelpleger is een persoon, verblijvend in de regio Brabant Zuid-Oost, die over een periode van 5 jaren, 15 keer of meer als verdachte in BVH wordt genoemd, waarvan tenminste 1 in het peiljaar. Deze regionale definitie is een aanvulling op de landelijke definitie van de minister van justitie (nadruk op criminaliteit):

Een persoon van 18 jaar of ouder die in het gehele criminele verleden meer dan 10 processen-verbaal tegen zich zag opgemaakt, waarvan tenminste 1 in het peiljaar.

Minderjarige veelpleger:

Een veelpleger is een persoon in de leeftijd van 12 t/m 17 jaar, verblijvend in de regio Brabant Zuid-Oost, die over een periode van 5 jaar, als verdachte in BVH wordt genoemd, waarvan tenminste 1 in het peiljaar,

Leeftijd:

12 jaar: 3 keer of meer als verdachte in BVH

13 jaar: 4 keer of meer als verdachte in BVH

14 jaar: 5 keer of meer als verdachte in BVH

15 jaar: 6 keer of meer als verdachte in BVH

16 jaar: 7 keer of meer als verdachte in BVH

17 jaar: 8 keer of meer als verdachte in BVH

Deze regionale definitie is een aanvulling op de landelijke definitie van de minister van justitie (nadruk op criminaliteit):

Een jongere in de leeftijd van 12 t/m 17 jaar die in het gehele criminele verleden meer dan 5 processen-verbaal tegen zich zag opgemaakt, waarvan tenminste 1 in het peiljaar.

Daarnaast worden landelijk tot de veelplegers gerekend:

Harde kern jongeren:

Een jongere in de leeftijd van 12 t/m 24 jaar, die in het peiljaar twee zware delicten heeft gepleegd en bovendien in de jaren daarvoor drie antecedenten heeft en een jongere die in het peiljaar tenminste drie zware delicten heeft gepleegd.

Masterlijst veelplegers:

Lijst met personen die voldoen aan de definitie “veelpleger”.

Lijst geprioriteerde veelplegers:

Selectie uit de masterlijst van met prioriteit aan te pakken veelplegers.

Verwerking:

Verwerking van persoonsgegevens: elke handeling of elk geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens, waaronder in ieder geval het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van terbeschikkingstelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van persoonsgegevens;

Betrokkene:

Iedere natuurlijke persoon die door een of meer van de partijen wordt aangemeld voor bespreking in het Overleg;

Overleg:

het overleg tussen de partijen met betrekking tot betrokkenen.

3.2 Visie

Binnen de regio is een visie op de aanpak van Veelplegers ontwikkeld welke samengevat kan worden met de navolgende stellingen:

  • ·

    Veelplegers beïnvloeden het veiligheidsgevoel van burgers nadrukkelijk omdat zij verantwoordelijk zijn voor een groot gedeelte van de criminaliteit en overlast. Het veiligheidsgevoel kan positief beïnvloed worden door middelen nadrukkelijk hierop in te zetten.

  • ·

    Effectief optreden tegen Veelplegers kan alleen maar in een multidisciplinaire aanpak, waarbij er een evenwicht is tussen straffen, hulpverlening en preventieve maatregelen in een sluitende keten.

  • ·

    Bij volwassen Veelplegers ligt de nadruk zeker op straffen, maar wordt altijd bezien in hoeverre hulpverlening en preventieve maatregelen toekomstige terugval kunnen voorkomen. Bij jeugdige Veelplegers ligt de nadruk op hulpverlening en preventieve maatregelen tenzij deze niet zullen leiden tot de gewenste effecten: dan is straffen het laatste redmiddel.

  • ·

    De persoongerichte aanpak (PGA) komt niet tot stand op basis van incidenten (aanhoudingen, wegloopgedrag e.d.) maar op basis van een gezamenlijke analyse van de binnen PIX beschikbare informatie van alle ketenpartners.

  • ·

    Op basis van deze informatie worden afspraken gemaakt over de gezamenlijke aanpak, waarbij de gemeenten de regie voeren over de persoonsgerichte aanpak en resocialisatie. Het openbaar ministerie voert de regie over de justitiële veiligheidsketen.

  • ·

    Eigen doelstellingen zijn niet altijd richtinggevend, maar het beoogde gezamenlijke resultaat wel. Dit betekent dat de afspraken in het PGA leidend zijn voor de ketenpartners en meerwaarde vormen binnen de ketenaanpak.

  • ·

    De ketenpartners zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor het totale resultaat. Dit resultaat dient gevolgd te worden.

  • ·

    Veelplegers worden langdurig gevolgd door de ketenpartners teneinde tijdig in te kunnen spelen op gesignaleerd terugval en/of zaken die belemmeren dat de Veelpleger een ‘normaal’ leven kan opbouwen. Het elkaar goed informeren is van essentieel belang.

  • ·

    Uitgangspunt is dat de veelpleger iets te verliezen, maar ook iets te winnen heeft. Naast de regie op het proces van de veelplegersaanpak, wordt ook regie vanuit die aanpak op het leven van de veelpleger gevoerd. Het is de bedoeling dat een geprioriteerde veelpleger voortdurend in beeld is en op zijn gedrag aangesproken wordt. Hiervoor is het noodzakelijk dat gezamenlijk nieuwe instrumenten worden ontwikkeld.

3.3 Doel

Het doel van de geïntegreerde aanpak van veelplegers door partijen is:

  • ·

    Regionale samenwerking en uniforme aanpak en passende nazorg;

  • ·

    Regionale en lokale samenwerking m.b.t. vroegsignalering om (potentiële) draaideurcriminelen niet uit te laten groeien tot zeer actieve veelplegers;

  • ·

    Optimaal gebruik maken van en respect hebben voor elkaars expertise;

  • ·

    Tijdig delen van relevante informatie tussen partners,

  • ·

    Evenwichtige afstemming van werklast en capaciteit tussen partners;

  • ·

    Werken conform uniform proces en vastgestelde procedure;

  • ·

    Interdisciplinair monitoren van de individuele veelpleger en omgeving;

  • ·

    Vergroten van draagvlak en verbinding binnen de interne organisatie van partijen op strategisch, tactisch en operationeel niveau;

  • ·

    Het op elkaar aan laten sluiten van de fasen van preventie, opsporing, vervolging, detentie, nazorg en hulpverlening voor een veelpleger;

  • ·

    De realisering van en goede handhaving van de openbare orde en daarmee de overlast veroorzaakt door een veelpleger tot een minimum te beperken;

  • ·

    Het in kaart brengen van de criminele carrière en PGA (sociale CV) van een veelpleger opdat de rechter een beter beeld krijgt van de persoon van de dader zodat een weloverwogen keuze kan worden gemaakt.

3.4 Gezamenlijke resultaten

Ten aanzien van de samenwerking wordt beoogd:

  • ·

    Jaarlijks minimaal 90 veelplegers op de prioriteitenlijst te plaatsen, waarvan tenminste 18 minderjarigen;

  • ·

    Van elke geprioriteerde veelpleger een kwalitatief hoogwaardig PGA vast te stellen (SMART);

  • ·

    Terugdringing van aantal overlastmeldingen, overtredingen en misdrijven van geprioriteerde veelplegers met tenminste 20%,

  • ·

    Maximaal benutten van de regionale ISD-capaciteit;

  • ·

    100% diagnostiek en/of intake van geprioriteerde veelplegers;

  • ·

    Jaarlijks terugdringen van aantal unieke geprioriteerde veelplegers met tenminste 15%.

  • ·

    100% opvolging van in PGA gemaakte afspraken.

  • ·

    100% beschikbaarheid van huisvesting en dagbesteding na detentie van geprioriteerde veelplegers en ex-ISD-ers.

  • ·

    Een aanpak en instrumenten die er voor zorg dragen dat de geprioriteerde veelplegers, ISD-ers en ex-ISD-ers voor een bepaalde periode in beeld zijn.

  • ·

    Jaarlijks monitoren van resultaten en ontwikkelingen rondom veelplegers.

3.5 Organisatie

Stuurgroep

De stuurgroep veelplegers wordt gevormd door vertegenwoordigers van de volgende partijen:

  • -

    het parket

  • -

    de politie

  • -

    de gemeenten

  • -

    reclasseringsinstellingen

  • -

    instelling voor verslavingszorg

  • -

    Raad voor de Kinderbescherming

  • -

    Bureau Jeugdzorg

  • -

    JI Vught

  • -

    JJI

  • -

    BJZ

  • -

    GGzE

  • -

    GGz Oost Brabant

  • -

    Stichting St. Annaklooster

  • -

    Maatschappelijke opvang

De stuurgroep veelplegers volgt en evalueert de uitvoering van het convenant en kan gedurende de looptijd van het convenant verbeteringen in de afspraken en procedures tot stand te brengen.

De stuurgroep heeft als taak:

  • ·

    het monitoren van de uitgevoerde aanpak in de keten.

  • ·

    Het reageren op signalen en knelpunten in de ketenaanpak en het geven van oplossingsrichtingen.

  • ·

    het signaleren van knelpunten in de ketenaanpak aan de politiek, voor zover deze niet oplosbaar (b)lijken te zijn.

  • ·

    Het jaarlijks monitoren van de behaalde resultaten.

Zij wordt daartoe gevoed door de deelnemers in de hieronder nader genoemde casusoverleggen veelplegers.

De stuurgroep veelplegers informeert tweemaal per jaar het Arrondissementaal Justitieel Beraad en het Regionaal College. Daarnaast stelt de stuurgroep periodiek "de lijst geprioriteerde veelplegers" in geactualiseerde vorm vast.

De masterlijst veelplegers wordt jaarlijks door de politie (Bureau Veelplegers) opgesteld en bevat de totale populatie veelplegers van de regio. Selectie vindt plaats op basis van justitiële gegevens opgenomen in de veelplegers definities. Deze lijst dient als uitgangspunt voor de te prioriteren veelplegers.

In aanvulling op de masterlijst is het mogelijk om iemand aan te dragen voor prioritering (en een persoonsgebonden aanpak) op basis van niet-justitiële gegevens. Het betreft dan vaak zorgwekkende gevallen die in aanraking komen met zorgverleners. Ook kan een gerechtelijke uitspraak (opdracht voor deelnemende instantie) aanleiding vormen voor behandeling in het casusoverleg.

Casusoverleggen

De deelnemende partijen aan de ketenaanpak veelplegers kunnen in het casusoverleg een verzoek indienen om dossier te prioriteren waardoor extra aandacht en inzet van middelen ten behoeve van de betrokkene beschikbaar komen.

Wanneer een dossier is aangedragen ter prioritering wordt door de politie getoetst of betrokkene voldoet aan de regionale definities veelplegers. Wanneer dit niet het geval is wordt het dossier doorverwezen naar een andere schakel in het netwerk van justitiële en zorgpartners.

Partners ontvangen van de politie een informatieverzoek. Het betreft een gestandaardiseerd verzoek met een vijftal vragen:

  • 1.

    Is de veelpleger bekend bij de instelling? Wie is de contactpersoon/begeleider?

  • 2.

    Doorloopt de veelplegers op dit moment een traject?

  • 3.

    Wat is in het verleden gebeurd rondom de persoon? Welke trajecten zijn reeds doorlopen?

  • 4.

    Welke resultaten heeft dit opgeleverd?

  • 5.

    Wat adviseert u t.b.v. de betrokkene?

Afgevaardigden van de partners gaan op zoek naar relevante informatie rondom betrokkene en retourneren bevindingen naar de politie. De politie stelt vervolgens de volledige informatie gebundeld ter beschikking aan betrokken partners.

Binnen de regio vindt op twee locaties casusoverleg plaats. De geprioriteerde veelplegers worden elke twee weken besproken in Eindhoven en Helmond. In Eindhoven wordt de agenda gevormd door veelplegers uit de gemeente Eindhoven en de overige gemeenten uit de Kempen. In Helmond staan de veelplegers uit deze gemeente centraal, aangevuld met de veelplegers uit de gemeenten in de Peel. Voor de minderjarige veelplegers wordt afzonderlijk op beide locaties een casusoverleg gehouden.

Aan het casusoverleg veelplegers nemen de volgende partijen deel:

  • ·

    Het parket

  • ·

    De politie

  • ·

    De gemeente

  • ·

    De drie reclasseringsinstellingen / instelling voor verslavingszorg

  • ·

    JI Vught

  • ·

    GGZ

Aan het casusoverleg minderjarige veelplegers nemen de volgende partijen deel:

  • ·

    Het parket

  • ·

    De politie

  • ·

    De gemeente

  • ·

    Bureau jeugdzorg

  • ·

    Raad voor de Kinderbescherming

De voorzitter van het casusoverleg bedeelt afhankelijk van de problematiek van betrokkene toe aan één van de deelnemers van het casusoverleg. Betreffende instantie schrijft een concept plan van aanpak op basis van de beschikbare informatie en specifieke expertise met problematiek van betrokkene. In de PGA dienen te worden opgenomen de doelstelling van het traject, inzet van middelen, tijdspad en casusverantwoordelijke. De concept PGA wordt in het casusoverleg besproken. Indien blijkt dat de problematiek voornamelijk elders thuis hoort kan het dossier worden overgedragen bv. Naar het Forensisch Psychiatrisch Netwerk. Indien akkoord, wordt de prioritering een feit en gaat de geformuleerde PGA gelden als leidraad. De geplande activiteiten van de PGA worden in de praktijk gebracht. Veelal betreft het activiteiten van verschillende instanties die een gezamenlijk effect voor ogen hebben. Toetsing van voortgang en resultaten is van groot belang. Indien nodig kunnen aanpassingen in het programma worden gemaakt en afgestemd.

Na verloop van tijd dient uitstroom plaats te vinden. Er zijn drie mogelijkheden waarlangs uitstroom plaatsvindt. De betrokkene verdwijnt dan van de agenda van het casusoverleg en komt niet meer in aanmerking voor de additionele aandacht en middelen.

Indien betrokkene niet meer voldoet aan de regionale definities van veelplegers dient deze uit te stromen uit het casusoverleg om ruimte vrij te maken voor gevallen die wel aan de normen voldoen.

Het kan voorkomen dat een betrokkene (tijdelijk) van de geprioriteerdenlijst wordt afgevoerd om ruimte te scheppen voor een meer schrijnend geval. Deze gang van zaken heeft niet de voorkeur maar is soms noodzakelijk i.v.m. beschikbare capaciteit en middelen.

Indien betrokkene in een ISD traject is opgenomen vervalt de noodzaak voor bespreking in het casusoverleg en dient voorbereiding op terugkeer in de maatschappij prioriteit te krijgen. Daarom wordt het dossier overgedragen naar het Resocialisatieoverleg.

Partijen leveren inspanningen t.b.v. het beoogde resultaat:

4.1 Inspanningen parket

Structuur:

  • ·

    Regie daderaanpak veelplegers

  • ·

    Voorzitterschap Stuurgroep veelplegers

  • ·

    Secretariaat Stuurgroep Veelplegers

  • ·

    Voorzitterschap casusoverleg veelplegers, zowel meerderjarigen als minderjarigen

  • ·

    Verantwoordelijke voor de registratie

Inhoudelijk:

  • ·

    Verantwoordelijk voor opsporing en vervolging

Geprioriteerde veelplegers:

  • ·

    Ten behoeve van elke geprioriteerde veelpleger wordt samen met alle partners op basis van beschikbare informatie een plan van aanpak opgesteld.

  • ·

    Elke geprioriteerde veelpleger krijgt een overeenkomst aangeboden waarin de spelregels zijn opgenomen.

  • ·

    Geprioriteerde veelplegers worden in principe voorgeleid ( na toetsing strafrechtelijke voorwaarden door de weekdienst officier, niet de zwaarte van het feit maar de bewijsbaarheid van het vh-feit geldt in deze).

  • ·

    Indien het casusoverleg bepaalt dat een geprioriteerde veelpleger in aanmerking dient te komen voor een ISD-traject, wordt door de weekdienst dienovereenkomstig gehandeld.

  • ·

    Overige geprioriteerde veelplegers worden na een nieuw voorlopige hechtenisfeit in principe voorgeleid. Normaliter vindt afdoening dan plaats middels snelrecht (PR+).

Dit betekent dat er in het geval van geprioriteerde veelplegers geen sprake meer zal zijn van ´lopende´ vonnissen.

Het Arrondissementsparket 's-Hertogenbosch zal voor deze groep veelplegers een aangepast requireerbeleid formuleren/hanteren.

Indien het casusoverleg veelplegers om een onderzoek geestvermogens verzoekt, wordt door de weekdienst bij de voorgeleiding een consult van de NIFP gevraagd.

Plaatsing in Inrichting voor Stelselmatige Daders (ISD)

  • ·

    Er wordt een lijst gemaakt met mogelijke ISD- kandidaten binnen de geprioriteerde veelplegers ;

  • ·

    Daar waar mogelijk wordt ISD gevorderd;

  • ·

    Elke potentiële ISD-kandidaat krijgt van te voren een gesprek met de officier van justitie en/of reclassering om hulpverleningsmogelijkheden te beoordelen.

Jeugdige geprioriteerde veelplegers (minimaal 1 per afdeling)

  • ·

    Alle jeugdige geprioriteerde veelplegers worden besproken in het casusoverleg;

  • ·

    Ten behoeve van elke geprioriteerde jeugdige veelpleger wordt samen met alle partners op basis van beschikbare informatie een plan van aanpak opgesteld;

  • ·

    Elke geprioriteerde veelpleger krijgt een overeenkomst aangeboden waarin de spelregels zijn opgenomen.

Niet-geprioriteerde veelplegers

  • ·

    Daar waar repressie mogelijk is, wordt dit ingezet;

  • ·

    Er zal zoveel mogelijk voorgeleid worden met als doel schorsen onder strikte voorwaarden.

4.2 Inspanningen politie

Algemeen:

  • ·

    Neemt op strategisch niveau deel aan de Stuurgroep Veelplegers

  • ·

    Stelt expertise beschikbaar voor het ontwikkelen van nieuwe werkmethoden/strategieën ten aanzien van veelplegers

  • ·

    Signaleert knelpunten in de keten

  • ·

    Stelt een overzicht op van de veelplegers in de regio Brabant Zuid-Oost, zowel jeugdigen als meerderjarigen (masterlijst)

  • ·

    Levert een actieve bijdrage aan het selecteren van geprioriteerde veelplegers

  • ·

    Past op de geselecteerde veelplegers een actieve persoonsgerichte benadering toe

  • ·

    Beschikt over een centraal aanspreekpunt voor de ketenpartners

  • ·

    Beschikt over een centraal punt (bureau Veelplegers) waar de aanpak van veelplegers in de territoriale afdelingen wordt gecoördineerd

  • ·

    Neemt als partner deel aan het Casusoverleg Meerderjarige veelplegers en het casusoverleg Minderjarige veelplegers

  • ·

    Wisselt actief informatie uit in het casusoverleg, draagt informatie uit de dossiers van geselecteerde veelplegers over in het casusoverleg

  • ·

    Verzorgt het secretariaat van het Casusoverleg (vooralsnog door de politie. In de toekomst verzorgt door het bureau documentatie van het Veiligheidshuis)

Operationeel:

  • ·

    Het op actieve wijze verbeteren van de informatiepositie ten aanzien van de (geprioriteerde) veelpleger

  • ·

    Het vastleggen van de gemaakte afspraken en de gewenste werkwijze ten aanzien van de (geprioriteerde) veelpleger (dit voor gebruik binnen het politiekorps)

  • ·

    Het uitvoeren van de afspraken, zoals deze over een (geprioriteerde) veelpleger zijn gemaakt

  • ·

    Het gericht zoeken, volgen en aanspreken van de veelpleger door de afdeling / eenheid waaraan de geprioriteerde veelpleger is gekoppeld

  • ·

    Het, waar mogelijk, aanleggen van een DNA-profiel van de zeer actieve veelpleger

  • ·

    Het verbaliseren voor alle mogelijke strafbare feiten (Zero-tolerance)

  • ·

    Het optimaliseren van de pakkans door het uitvoeren van dadergericht onderzoek

  • ·

    Het leveren van ondersteuning aan de afspraken uit het hulpverleningstraject

4.3 Inspanningen gemeenten

De gemeenten dragen zorg voor een beleidsmatige inbedding van de veelplegersaanpak in het lokale integrale veiligheidsbeleid. Daarbij wordt zorg gedragen voor:

  • ·

    Duidelijke publiciteit (actieve informatievoorziening) over de werkwijze en de lokale veelplegers aanpak

  • ·

    Actieve informatievoorziening aan de gemeenteraad en lokale partners

  • ·

    De gemeente rapporteert over de voortgang aan JI Vught/ SRN / Stichting St. Annaklooster

  • ·

    De gemeente is verantwoordelijk voor de eindevaluatie van het door de veelpleger gevolgde traject, inclusief het hulpaanbod bij afloop van het traject

Casusoverleg

  • ·

    Gemeenten nemen deel aan het casusoverleg (Eindhoven en Helmond structureel, overige gemeenten bij gelegenheid of laten zich vertegenwoordigen)

  • ·

    Gemeenten delen informatie t.b.v. de veelplegersaanpak

Preventie

Gemeenten ontwikkelen en zetten bestuurlijke instrumenten in ter ondersteuning van de scenario’s zoals afgesproken in het casusoverleg. Bijvoorbeeld:

  • ·

    Toepassen kortingsmodellen uitkeringen (in geval van sociale fraude wordt via de sociale recherche een “zero tolerance” beleid: actieve opsporing, terugvordering en sancties)

  • ·

    Creëren voldoende nachtopvang

  • ·

    Aanbod jeugd en jongerenwerk

  • ·

    Aanbod maatschappelijke opvang

Nazorg

De gemeenten zijn verantwoordelijk voor het nazorgtraject en realiseren in dat kader samen met reclasseringinstellingen en JI Vught de faciliteiten ten behoeve van de periode na detentie: Resocialisatie. De gemeenten garanderen 100% aanbieden van resocialisatietrajecten, met waar noodzakelijk of nodig:

  • ·

    zorg voor bijstandsuitkering, inclusief kortingsmodellen bij niet nakomen van afspraken;

  • ·

    (versnelde) huisvesting met afgestemde diverse soorten begeleiding of geheel zelfstandig;

  • ·

    arbeidsactivering;

  • ·

    sociale activering;

  • ·

    opleidingen;

  • ·

    schuldhulpverlening;

  • ·

    op de persoon afgestemde individueel bepaalde begeleidings- of hulpverleningstrajecten, o.a. inzet Novadic-Kentron, bemoeizorg, maatschappelijk werk etcetera en het aanwenden van invloed op GGZ en Bureau Jeugdzorg.

4.4 Inspanningen reclasseringsinstellingen / instelling voor verslavingszorg

De reclasseringsinstellingen / instelling voor verslavingszorg:

  • ·

    Nemen deel aan de casusoverleggen (met vaste, gemandateerde deelnemers)

  • ·

    Delen informatie t.b.v. de veelplegersaanpak, zoals een maandelijkse rapportage aan de JI Vught en leveren van reclasseringshistorie

  • ·

    Leveren een intensieve vorm van casemanagement gericht op gedragsverandering en leefstijlverbetering,

  • ·

    Leveren reguliere producten waaronder RISC

  • ·

    Leveren een bijdrage aan de ontwikkeling van nieuwe producten en diensten (zoals bezoek veelpleger in detentie)

  • ·

    Veelplegers krijgen prioriteit v.w.b. benutten van reclasseringscapaciteit, zodat waar mogelijk niet met wachtlijsten zal worden gewerkt

  • ·

    rapporteren over de voortgang aan JI Vught / Gemeente / Stichting St. Annaklooster

Inspanning verslavingszorg Novadic-Kentron

  • ·

    opmaken sociaal PV

  • ·

    Zorggarantie van de geprioriteerde veelpleger na doorverwijzen van andere partijen en geslaagde intake/ indicatie

  • ·

    Samen met andere partijen onderzoeken wat de mogelijkheden in de toekomst kunnen zijn en aan welke condities dan moet worden voldaan om te komen tot een opnamegarantie

  • ·

    Leveren actieve ondersteuning vanuit AWF (Arbeid Wonen Financiën)

  • ·

    Stellen de noodzakelijke voorzieningen op het gebied van verslavingszorg, opvang en nazorg ter beschikking aan veelplegers die via het casusoverleg worden voorgedragen voor een intensieve vorm van casemanagement

4.5 Inspanningen Raad voor de Kinderbescherming

De Raad voor de Kinderbescherming:

  • ·

    participeert in de casusoverleggen

  • ·

    deelt informatie t.b.v. de veelplegersaanpak (w.o. hulpverleningshistorie)

  • ·

    brengt informatie in het casusoverleg over o.a. justitieel verleden, strafafdoening, hulpverlening

  • ·

    verleent vroeghulp aan jeugdige veelpleger na in verzekeringstelling (tenzij de jongere wordt begeleid door de Jeugdreclassering, dan verricht de Jeugdreclassering de vroeghulp)

  • ·

    brengt strafadvies uit of vraagt de Jeugdreclassering om een pre-advies

  • ·

    stelt (zonodig in samenwerking met de Jeugdreclassering) een PGA op.

  • ·

    zorgt voor terugkoppeling uit en naar andere overleggen waarin de veelplegers worden besproken als het JCO, Schoolverzuimteam, Idos (overleg met NIFP)

4.6 Inspanningen Bureau Jeugdzorg

  • .

    nemen deel aan casusoverleg

  • ·

    delen informatie tbv veelplegersanpak ( bijv opstellen reclasseringshistorie)

  • ·

    leveren een intensieve vorm van begeleiding gericht op gedragsverandering en leefstijlverbetering

  • ·

    leveren bijdrage aan ontwikkelen van nieuwe producten en diensten

  • ·

    geprioriteerde veelplegers krijgen prioriteit vwb het benutten van capaciteit

  • ·

    stellen in samenwerking met de RvdK een PGA op

4.7 Inspanningen JI Vught

De JI Vught:

  • ·

    participeert binnen de casusoverleggen en stuurgroep Veelplegers, met vaste deelnemers

  • ·

    stelt bij binnenkomst i.s.m. de reclassering een individueel trajectplan op, o.b.v. RISC-gegevens, indicaties uit het casusoverleg en overige historische gegevens en rapportages

  • ·

    geeft uitvoering aan de detentie, conform. landelijk draaiboek ISD - Gevangeniswezen / JI Vught middels:

  • ·

    de feitelijke uitsluiting uit de vrije samenleving (bewaring, gevangenhouding)

  • ·

    verplichte deelname aan het basis-dagprogramma (w.o. arbeid, groepsactiviteiten, sport, sociale kontakten)

  • ·

    gedragsbeïnvloeding w.o. gedragsinterventie programma's (i.s.m. de reclassering) en gerichte voorbereiding op herintreding in de samenleving

  • ·

    mogelijk plaatsing op de interne verslaafden begeleidingsafdeling, bijzondere zorgafdeling of individuele begeleidingsafdeling

  • ·

    monitoring van (evt.)verblijf buiten de inrichting (tijdens extramurale fase, i.s.m. de reclassering)

  • ·

    beschikbaarstelling zorgstructuur : psychosociale zorg, medische zorg, verslavingszorg(Novadic-Kentron) psychiatrische zorg (FPD)

  • ·

    voorbereiding op nazorgactiviteiten door gemeenten na detentie

  • ·

    plaatst de ISD - gemaatregelden in het basisdagprogramma indien dezen geen deelname aan een traject wensen (45 u/week); motiveert dezen tot deelname alsnog

  • ·

    stelt maatschappelijke instellingen in de gelegenheid hun cliënt tijdens detentie te benaderen, en andersom

  • ·

    is ontvankelijk en bereid tot evaluatie op casusniveau vanuit Arrondissementsparket 's-Hertogenbosch en Rechtbank

  • ·

    JI Vught rapporteert over de voortgang aan 3RO/ Gemeente

  • ·

    Regionale ISD'ers worden geplaatst in de JI Vught

  • ·

    Informeert de gemeente over de nog resterende straffen van de ISD'er, welke al of niet dienen opgeschort te worden

  • ·

    Faciliteert gemeente bij voorbereiding terugkeer in de gemeente van herkomst

4.8 Inspanningen maatschappelijke opvang door het Leger des Heils

Het toegankelijk maken van de voorzieningen Domus en Vast & Verder voor deze doelgroep en het ontwikkelen van de door de Gemeente gevraagde voorziening voor veelplegers (20 bedden).

4.9 Stichting St. Annaklooster

  • ·

    Stichting St. Annaklooster rapporteert omtrent voortgang JI Vugt/betrokken reclasseringsmedewerker/gemeente

  • ·

    Stichting St. Annaklooster draagt zorg voor huisvesting incl. intensieve begeleiding van betrokkene op alle levensgebieden van zorg wonen en werk

4.10 GGZ-instellingen

  • ·

    GGZ informeert, met inachtneming van de privacy van de betrokkene, de partners omtrent de bekendheid van de veelpleger bij GGZ

  • ·

    neemt deel aan het casusoverleg

  • ·

    neemt indien noodzakelijk actief deel aan benadering / toezicht (al of niet in detentie) van de in psychisch in problemen verkerende ( nav. bijv.maatschappelijke teloorgang ) geprioriteerde veelpleger

  • ·

    geprioriteerde veelplegers krijgen prioriteit vwb het benutten van opname capaciteit aangaande psychische zorg ( zo mogelijk niet werken met wachtlijsten voor een passend traject bij bijv terugkeer uit detentie)

  • ·

    indien noodzakelijk adviseert / activeert de mogelijkheden van de wet BOPZ

  • ·

    ontwikkelen van zorg / behandel / verblijfcapaciteit voor veelplegers welke ongeschikt zijn voor de ISD

  • ·

    adviseert bij prioritering van een veelpleger of deze geschikt is voor een ISD-traject alsmede dat een GVO bij voorgeleiding noodzakelijk is (dit aan de hand van de behandelhistorie)

  • ·

    behandelgarantie van de geprioriteerde veelpleger na doorverwijzing van de verslavingszorg

4.11 Inspanningen maatschappelijke opvang door het Leger des Heils Centra voor Wonen, Zorg en Welzijn

Het toegankelijk maken van de voorzieningen Domus en Vast & Verder voor deze doelgroep en het ontwikkelen van de door de Gemeente gevraagde voorziening voor veelplegers (20 bedden).

Het uitwisselen van bepaalde persoonsgegevens is hierbij onvermijdelijk. De gegevens- en informatieuitwisseling die voor dit samenwerkingsverband noodzakelijk is, is ingericht conform de van toepassing zijnde wet- en regelgeving en wordt aangemeld bij het College Bescherming Persoonsgegevens.

5.1 Voornemen tot gegevensuitwisseling

Partijen zijn allen betrokken bij het veelplegersbeleid in de regio. Partijen streven ernaar de werkzaamheden van de organisaties betrokken bij het veelplegersbeleid in de regio op efficiënte en effectieve wijze op elkaar aan te laten sluiten. Daarvoor is het nodig en gewenst onderling gegevens uit te wisselen. Als bijlage van dit convenant is opgenomen de (concept) WBP-melding t.b.v. het College Bescherming Persoonsgegevens.

5.2 Gezamenlijke verwerking

Bij de gegevensverwerking van de partijen wordt uitgegaan van een gezamenlijke verwerking (en opslag) van gegevens onder de privacytechnische eindverantwoordelijkheid - namens de partijen - van het parket. Het parket draagt - via de regionale privacy functionaris van de politie - zorg voor aanmelding van deze verwerking bij het College bescherming persoonsgegevens in Den Haag conform bijgevoegde concept-aanmelding, en de ondermeer daarin vermelde:

  • -

    naam van de verwerking

  • -

    verantwoordelijke

  • -

    contactpersoon

  • -

    doelen van verwerking

  • -

    categoriën van betrokkenen

  • -

    gegevens en bijzondere gegevens van betrokkenen (met oorspronkelijke verzameldoelen)

  • -

    ontvangers van de gegevens (waaronder alle partijen)

De fysieke opslag vindt plaats bij de politie welke ook zorgdraagt voor het dagelijkse beheer en de beveiliging van de gegevens. Hiertoe worden – al dan niet in opdracht van de verantwoordelijke – de nodige passende technische en organisatorische maatregelen getroffen.

De overige partners treden zowel op als leveranciers en als ontvanger van de gegevens.

5.3 Geheimhouding

Partijen zijn zich ervan bewust dat zij bij het uitwisselen van gegevens gehouden zijn aan wet- en regelgeving met betrekking tot onder meer privacy en het beroepsgeheim en aan verplichtingen die voortvloeien uit beroepscodes; zij realiseren zich dat gezocht moet worden naar een evenwicht tussen het belang bij gegevensuitwisseling en het belang van de betrokkene bij zijn of haar persoonlijke levenssfeer. Bij het invullen van de samenwerking en de gegevensuitwisseling in het kader van het veelplegersbeleid hebben partijen met al deze belangen rekening gehouden.

5.4 Eigen verwerking

Naast de gemeenschappelijke verwerking van gegevens staat het de individuele partijen vrij om de gegevens uit deze gemeenschappelijke verwerking verder te verwerken met inachtneming van het volgende:

  • -

    de eigen verwerkingen vallen onder de privacytechnische verantwoordelijkheid van de individuele partij;

  • -

    verwerking van de gegevens uit de gemeenschappelijke verwerking is alleen toegestaan als:

    • o

      het doel van de eigen verwerking verenigbaar is met het doel van de gemeenschappelijke verwerking of

    • o

      als Betrokkene en/of diens wettelijke vertegenwoordiger uitdrukkelijk schriftelijk toestemming heeft gegeven of

    • o

      wanneer de verstrekking aan een derde noodzakelijk is om aan een wettelijke verplichting te voldoen die rust op de desbetreffende partij;

  • -

    gegevens uit de gemeenschappelijke verwerking kunnen door de individuele parttijden onder beperkingen aan de overige partijen verstrekt zijn: voor de verdere verwerking gelden dan ook diezelfde beperkingen.

In schematisch overzicht ziet dit er als volgt uit:

afbeelding binnen de regeling

5.5 Uitwisseling van gegevens

De deelnemers wisselen in het Overleg gegevens over Betrokkenen uit. Zij handelen daarbij conform de bepalingen van dit convenant.

5.6 Bewaartermijnen

De persoonsgegevens worden niet langer opgeslagen of anderszins verwerkt dan noodzakelijk voor de doelen van de verwerking. Uitsluitend voor statistische of wetenschappelijke doeleinden kunnen de gegevens langer worden verwerkt. Hierover beslist de verantwoordelijke.

5.7 Informatieverstrekking aan betrokkene

  • -

    De partijen verstrekken de volgende informatie schriftelijk aan de Betrokkene;

    • o

      De doeleinden van het Overleg en de verwerking;

    • o

      De identiteit van de Verantwoordelijke.

  • -

    Deze informatie wordt verstrekt vóór het moment waarop de Deelnemers de persoonsgegevens die tijdens de verwerking vastgelegd kunnen worden, van de Betrokkene verkrijgen. Deze informatie hoeft niet te worden verstrekt als de Betrokkene al op de hoogte is van de informatie.

  • -

    Indien een Deelnemer de persoonsgegevens buiten de Betrokkene om verkrijgt, informeert hij of zij de Betrokkene op het moment van eerste vastlegging van de persoonsgegevens door de Deelnemer. De informatie hoeft niet te worden verstrekt als de Betrokkene al op de hoogte is van de informatie.

  • -

    De Deelnemers wijzen de Betrokkene bij de informatieverstrekking op de mogelijkheden van rechtsbescherming en toezicht en op de rol daarin van het College bescherming persoonsgegevens.

5.8 Rechten van betrokkene

Aan de betrokkene komen ten aanzien van de eigen persoonsgegevens in de hiervoor genoemde verwerkingen de normale rechten toe zoals vermeld in de Wet bescherming persoonsgegevens, ten aanzien van:

  • -

    informatierecht over de verwerking (transparantie)

  • -

    inzagerecht in de verwerking

  • -

    correctierecht

  • -

    recht van verzet

Betrokkenen kunnen zich met verzoeken ten aanzien van bovengenoemde punten richten tot de verantwoordelijke voor de verwerking: het parket.

5.9 Wijzigingen en aanvullingen van het Convenant

Wijzigingen in de doeleinden van de verwerkingen als bedoeld in dit convenant en wijzigingen in het gebruik en de wijze van verkrijging van de persoonsgegevens, leiden tot wijziging dan wel aanvulling van dit convenant.

Wijzigingen en aanvullingen van dit convenant behoeven de instemming van de meerderheid van de partijen. De wijzigingen treden één maand na de vaststelling van de wijziging in werking.