Verordening burgerinitiatief Veldhoven

Geldend van 01-01-2008 t/m heden

Intitulé

Verordening burgerinitiatief Veldhoven

Artikel 1 Definitiebepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    raad: de gemeenteraad van Veldhoven;

  • b.

    commissie: een raadscommissie als bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet;

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders van Veldhoven;

  • d.

    burgerinitiatief: een voorstel van een initiatiefgerechtigde om te plaatsen op de agenda van de raadsvergadering;

  • e.

    initiatiefgerechtigden: personen die het recht hebben gebruik te maken van het burgerinitiatief;

  • f.

    ingezetenen: personen ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Veldhoven.

Artikel 2 Verzoek

  • 1. De raad plaatst een burgerinitiatief op de agenda van zijn vergadering als een initiatiefgerechtigde daartoe een geldig verzoek heeft ingediend.

  • 2. Ongeldig is een verzoek dat:

    • a.

      niet door tenminste 60 initiatiefgerechtigden wordt ondersteund;

    • b.

      een onderwerp als bedoeld in artikel 4 lid 2 bevat; of

    • c.

      niet voldoet aan de voorwaarden gesteld in artikel 5.

Artikel 3 Initiatiefgerechtigd

  • 1. Initiatiefgerechtigd zijn degenen die kiesgerechtigd zijn voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad, én ingezetenen van de gemeente van zestien jaar en ouder die – met uitzondering van hun leeftijd – voldoen aan de vereisten voor het kiesrecht voor de leden van de gemeenteraad.

  • 2. Voor de beoordeling of aan de vereisten voor initiatiefgerechtigdheid is voldaan, is de toestand op de dag van indiening van het verzoek bepalend.

Artikel 4 Onderwerp burgerinitiatief

  • 1. Een initiatiefvoorstel moet gaan over het woon- en leefklimaat in de gemeente Veldhoven in de meest brede zin van het woord en kan alleen worden ingediend bij de raad.

  • 2. Een burgerinitiatiefvoorstel houdt niet in:

    • a.

      een onderwerp dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad;

    • b.

      een vraag over het gemeentelijk beleid;

    • c.

      een klacht in de zin van hoofdstuk 9 van de Algemene Wet Bestuursrecht over een gedraging van het gemeentebestuur;

    • d.

      een bezwaar in de zin van hoofdstuk 7 van de Algemene Wet Bestuursrecht tegen een besluit van het gemeentebestuur;

    • e.

      onderwerpen die privé-belangen betreffen en daarmee niet in het belang zijn van een straat, buurt of wijk;

    • f.

      voorstellen die eerder al door de raad zijn afgewezen en waarin zich geen nieuwe feiten hebben voorgedaan;

    • g.

      een onderwerp waarover de raad een besluit heeft genomen in de twaalf maanden voorafgaand aan het tijdstip waarop het initiatiefvoorstel wordt ingediend.

  • 3. Een burgerinitiatief over een voorstel dat niet behoort tot de bevoegdheid van de raad maar wel valt onder de bevoegdheid van het gemeentebestuur, gaat rechtstreeks naar het college of naar de burgemeester in de hoedanigheid van bestuursorgaan.

  • 4. Het college of de burgemeester zal een voorstel als bedoeld in lid 3 behandelen volgens de daarvoor geldende termijnen.

Artikel 5 Indiening

  • 1. Het verzoek tot plaatsing van een burgerinitiatiefvoorstel op de agenda van de raadsvergadering wordt schriftelijk ingediend bij de voorzitter van de raad.

  • 2. De voorzitter van de raad bevestigt de ontvangst van het voorstel schriftelijk aan de initiatiefnemer.

  • 3. Het verzoek bevat ten minste:

    • a.

      een nauwkeurige omschrijving van het voorstel;

    • b.

      een toelichting op het voorstel, inclusief zonodig een globale kostenraming;

    • c.

      de achternaam, de voornamen, het adres, de geboortedatum en de handtekening van de initiatiefnemer en zijn plaatsvervanger, en

    • d.

      een lijst met de voornamen, achternamen, adressen, geboortedata en handtekeningen van de initiatiefgerechtigden die het verzoek ondersteunen, voor zover dit niet in tegenspraak is met de Wet op de Privacy.

  • 4. Voor de indiening van het burgerinitiatiefvoorstel en de ondersteuning wordt gebruik gemaakt van het door burgemeester en wethouders vastgestelde formulier.

  • 5. Een formulier voor indiening van een burgerinitiatief is via de gemeentelijke website en bij de griffie verkrijgbaar en kan – na invulling –worden ingediend bij de voorzitter van de raad.

  • 6. De griffie zal de initiatiefnemer gedurende de verdere procedure adviseren en begeleiden en zonodig zorgen voor ambtelijke ondersteuning.

Artikel 6 Agendering

  • 1. Het presidium toetst de geldigheid van het burgerinitiatief.

  • 2. Het presidium stuurt een geldig burgerinitiatief voor advies door naar de voorzitter van de commissie tot wiens werkterrein het voorstel behoort. Het college ontvangt het initiatief om een standpunt voor te kunnen bereiden.

  • 3. Een geldig burgerinitiatief leidt tot agendering daarvan voor de eerstvolgende gewone raadsvergadering mits tenminste twee weken is gelegen tussen de dag van indiening van het verzoek en de dag van de vergadering waarin het presidium over het verzoek beslist.

  • 4. Het presidium agendeert het voorstel niet als sprake is van een ongeldig verzoek, als bedoeld in artikel 2 lid 2.

  • 5. Als het voorstel niet voldoet aan de eisen bedoeld in artikel 2, stelt het presidium de initiatiefnemers maximaal vier weken in de gelegenheid om de vastgestelde gebreken te herstellen.

  • 6. Als de vastgestelde gebreken niet binnen de in lid 5 gestelde termijn zijn hersteld, wordt het voorstel niet in behandeling genomen.

Artikel 7 Behandeling

  • 1. Het burgerinitiatief wordt behandeld in de commissie tot wiens werkterrein de inhoud van het burgerinitiatief behoort.

  • 2. De voorzitter van de commissie nodigt de initiatiefnemer uit om de vergadering van de commissie bij te wonen. De initiatiefnemer of zijn plaatsvervanger heeft tijdens deze vergadering de gelegenheid om het burgerinitiatiefvoorstel mondeling toe te lichten en vragen van de commissie te beantwoorden.

  • 3. Het burgerinitiatief wordt op gebruikelijke wijze in de commissie besproken en leidt tot een advies van de commissie aan de raad over het voorstel.

  • 4. De voorzitter van de raad nodigt de initiatiefnemer schriftelijk uit voor de raadsvergadering waarvoor het burgerinitiatiefvoorstel is geagendeerd. De initiatiefnemer of zijn plaatsvervanger heeft tijdens deze vergadering de gelegenheid om het burgerinitiatiefvoorstel mondeling toe te lichten.

  • 5. Direct na het nemen van het besluit door de raad wordt schriftelijk mededeling gedaan aan de initiatiefnemer.

  • 6. De initiatiefnemer wordt ingelicht over vervolgstappen voor de uitwerking van het burgerinitiatief.

  • 7. Zo snel mogelijk na het besluit van de raad over het burgerinitiatiefvoorstel vindt publicatie plaats van het besluit of van de zakelijke inhoud ervan in een van overheidswege uitgegeven blad of een dag-, nieuws- of huis-aan-huisblad en/of op een andere geschikte wijze.

Artikel 8 Burgerjaarverslag

De burgemeester vermeldt in het burgerjaarverslag het aantal en de aard van ingediende burgerinitiatieven, de praktische uitwerking hiervan en rapporteert over de kwaliteit van de werking van het recht van burgerinitiatief.

Artikel 9 Inwerkingtreding

Deze verordening Burgerinitiatief Veldhoven treedt in werking op 1 januari 2008.