Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR314376
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR314376/1
Regeling vervallen per 01-01-2015
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2014
Geldend van 01-01-2014 t/m 31-12-2014
De raad van de gemeente Nuenen;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 8 oktober 2013;
gelet op het artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b van de Gemeentewet en de artikelen 10.33 en 15.33 van de Wet milieubeheer;
B E S L U I T :
vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2014(Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2014)
Artikel 1. Inleidende bepaling
Krachtens deze verordening wordt geheven:
- a.
een afvalstoffenheffing;
- b.
reinigingsrechten.
Artikel 2. Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
- 1.
container: de door de gemeente uitgezette afvalverzamelbak met een bepaald volume;
- 2.
gft-afval: groente-, fruit- en tuinafval;
- 3.
restafval: huishoudelijke afval, niet zijnde gft-afval;
- 4.
grof huishoudelijk afval: huishoudelijke afvalstoffen die met enige regelmaat in een particulier huishouden vrijkomen, doch die te groot of te zwaar zijn om op dezelfde wijze als andere huishoudelijke afvalstoffen aan de periodieke inzameldienst te worden aangeboden;
- 5.
bedrijfsafval: afvalstoffen afkomstig van bedrijven en instellingen, die naar aard, omvang en samenstelling gelijk zijn te stellen aan huishoudelijke afvalstoffen, aan de periodieke inzameldienst in minicontainers worden aangeboden en tegelijkertijd met de inzameling van de huishoudelijke afvalstoffen kunnen worden meegenomen;
- 6.
Brabant Water N.V.: naamloze vennootschap Brabant Water, gevestigd te 's-Hertogenbosch;
- 7.
verbruiksperiode: de periode waarop de afrekening van de Brabant Water N.V. voor de levering van water betrekking heeft;
- 8.
gebruik maken: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer.
Afvalstoffenheffing
Artikel 3. Aard van de belasting en belastbaar feit
-
1. Onder de naam “afvalstoffenheffing” wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet milieubeheer.
-
2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 4. Belastingplicht
-
1. De afvalstoffenheffing wordt geheven van degene die in de al dan niet gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
-
2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
- a.
degene, die naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel;
- b.
ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan, degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.
- a.
Artikel 5. Maatstaf van heffing en belastingtarief
De afvalstoffenheffing wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening opgenomen tarieventabel.
Reinigingsrechten
Artikel 6. Belastbaar feit
Onder de naam "reinigingsrechten" worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
Artikel 7. Belastingplicht
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 8. Maatstaf van heffing en tarief
De reinigingsrechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening opgenomen tarieventabel.
Aanvullende bepalingen
Artikel 9. Belastingtijdvak
-
1. Het belastingtijdvak is in de gevallen waarin de heffing door middel van afrekeningen van Brabant Water N.V. plaatsvindt de verbruiksperiode zoals die voor de betrokken belastingplichtige voor het desbetreffende belastingobject geldt.
-
2. In andere gevallen dan in het eerste lid bedoeld is het belastingtijdvak gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 10. Wijze van heffing
De belasting wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving.Deze kan worden gesteld op de afrekening van Brabant Water N.V. Als dagtekening van de kennisgeving geldt in dat geval de dagtekening van de afrekening. Als kennisgeving van voorlopig gevorderde bedragen wordt aangemerkt de voorschotnota of de kennisgeving op andere wijze van betaling van voorschotbedragen.In alle andere gevallen wordt de aanslag geheven bij wege van aanslag.
Artikel 11. Ontstaan van de belastingschuld voor de heffing ter zake van de niet met de periodieke inzameldienst ingezamelde afvalstoffen
De belasting bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel is verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening.
Artikel 12. Termijnen van betaling
-
1. Ingeval het belastingtijdvak de verbruiksperiode is, moet het voorlopig gevorderde bedrag, alsmede het definitief gevorderde bedrag worden betaald gelijk met en op dezelfde wijze als die waarop het voorschotbedrag, onderscheidenlijk het definitieve bedrag van de afrekening van Brabant Water N.V. moet worden betaald.
-
2. In andere gevallen dan bedoeld in het eerste lid moet, in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990, het voorlopig gevorderde bedrag, alsmede het definitief gevorderde bedrag worden betaald op het moment van het uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, uiterlijk op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van de kennisgeving is vermeld.
-
3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het tweede lid gestelde termijn.
Artikel 13. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing en reinigingsrechten.
Artikel 14. Overgangsbepaling
De 'Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2013' van 8 november 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 15 in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Artikel 15. Inwerkingtreding
-
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.
-
2. Indien het belastingtijdvak een verbruiksperiode is en deze niet gelijk is aan het kalenderjaar, vangt in afwijking in zoverre van artikel 9, eerste lid, het eerste belastingtijdvak waarvoor deze verordening geldt aan op 1 januari 2013 en eindigt dat belastingtijdvak op het moment dat de op 1 januari 2014 lopende verbruiksperiode eindigt.
-
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
Artikel 16. Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2014'.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 19 december 2013.
DE RAAD VOORNOEMD,
de griffer, |
de voorzitter, |
M.C.P. Laurenssen-vanDal MSc |
M.J. Houben MBA |
Tarieventabel behorende bij de Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2014
|
Vastrecht |
|
1.1 |
Het tarief bedraagt per perceel per maand van het belastingjaar |
€ 8,73 |
|
|
|
|
Huishoudelijke afvalstoffen |
|
1.2 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 1.1. bedraagt het tarief per |
|
1.2.1 |
lediging van een container van 240 liter, bestemd voor gft-afval |
€ 5,53 |
1.2.2 |
lediging van een container van 140 liter, bestemd voor gft-afval |
€ 3,22 |
1.2.3 |
lediging van een container van 80 liter, bestemd voor gft-afval |
€ 1,85 |
1.2.4 |
lediging van een container van 25 liter, bestemd voor gft-afval |
€ 0,58 |
1.2.5 |
lediging van een container van 240 liter, bestemd voor restafval |
€ 10,75 |
1.2.6 |
lediging van een container van 140 liter, bestemd voor restafval |
€ 6,27 |
1.2.7 |
lediging van een container van 80 liter, bestemd voor restafval |
€ 3,58 |
1.2.8 |
lediging van een container van 25 liter, bestemd voor restafval |
€ 0,98 |
1.2.9 |
keer gebruik van een ondergrondse container bestemd voor rest afval |
€ 1,55 |
1.2.10 |
aanbieding van 1 bundel van max. 0,5 m x 0,5 m x 1,5 m grofvuil |
€ 16,95 |
1.2.11 |
aanbieding van 1 bundel van max. 0,5 m x 0,5 m x 1,5 m snoeihout |
€ 8,45 |
1.2.12 |
omruiling van een container als bedoeld in onderdeel 1.2.1 tot en met 1.2.8 |
€ 18,00 |
|
|
|
|
Reinigingsrechten |
|
1.3 |
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 1.1. bedraagt het tarief per |
|
1.3.1 |
lediging van een container van 240 liter, bestemd voor gft-afval |
€ 5,53 |
1.3.2 |
lediging van een container van 140 liter, bestemd voor gft-afval |
€ 3,22 |
1.3.3 |
lediging van een container van 80 liter, bestemd voor gft-afval |
€ 1,85 |
1.3.4 |
lediging van een container van 25 liter, bestemd voor gft-afval |
€ 0,58 |
1.3.5 |
lediging van een container van 240 liter, bestemd voor restafval |
€ 10,75 |
1.3.6 |
lediging van een container van 140 liter, bestemd voor restafval |
€ 6,27 |
1.3.7 |
lediging van een container van 80 liter, bestemd voor restafval |
€ 3,58 |
1.3.8 |
lediging van een container van 25 liter, bestemd voor restafval |
€ 0,98 |
1.3.9 |
lediging van container van 180 liter, bestemd voor oud papier en karton |
€ 10,60 |
1.3.10 |
keer gebruik van een ondergrondse container bestemd voor rest afval |
€ 3,00 |
|
|
|
|
Milieustraat |
|
1.4 |
Het tarief bedraagt voor: |
|
1.4.1 |
de 1e t/m 5e aanbieding |
|
1.4.1.1 |
per fiets(kar)/voetganger |
€ 2,10 |
1.4.1.2 |
bestelauto / busje voor snoeihout, blad/gras (tuinafval) |
€ 5,20 |
1.4.1.3 |
per auto / auto met aanhanger / bestelauto / busje voor grof huishoudelijk afval |
€ 5,20 |
1.4.1.4 |
per auto / auto met aanhanger / bestelauto / busje voor 0-1 m3 bouw- en sloopafval |
€ 5,20 |
1.4.1.5 |
per auto / auto met aanhanger / bestelauto / busje voor 1-2 m3 bouw- en sloopafval |
€ 11,40 |
1.4.2 |
Meer dan 5 aanbiedingen |
|
1.4.2.1 |
per fiets(kar)/voetganger |
€ 2,10 |
1.4.2.2 |
bestelauto / busje voor snoeihout, blad/gras (tuinafval) |
€ 5,20 |
1.4.2.3 |
per auto / auto met aanhanger / bestelauto / busje voor grof huishoudelijk afval |
€ 15,55 |
1.4.2.4 |
per auto / auto met aanhanger / bestelauto / busje voor 0-1 m3 bouw- en sloopafval |
€ 15,55 |
1.4.2.5 |
per auto / auto met aanhanger / bestelauto / busje voor 1-2 m3 bouw- en sloopafval |
€ 34,25 |
1.4.3 |
De tarieven genoemd in onderdelen 1.4.1 tot en met 1.4.2.5 gelden per aanbieding van afval. |
|
1.4.4 |
De retourstromen (kunststofflacons, luiers/incontinentiemateriaal, drankverpakkingen en blik), oud papier en karton, glas, textiel en schoeisel, KCA en afgewerkte olie (max. 5 liter), wit- en bruingoed, ferro/non-ferro, kadavers, asbest (max. 35 m2), kerstbomen en kringloopgoederen zijn gratis. |
|
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl