Regeling vervallen per 14-08-1996

Verordening inzake de winkeltijden

Geldend van 14-08-1996 t/m 13-08-1996

Intitulé

Verordening inzake de winkeltijden

Raad : 14 augustus 1996

DE RAAD VAN DE GEMEENTE HARLINGEN;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 6 augustus 1996;

gelet op de Winkeltijdenwet;

b e s l u i t :

vast te stellen de volgende : ‘ Verordening inzake de winkeltijden ’.

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. de wet: de Winkeltijdenwet;

b. feestdagen: Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag, eerste Kerstdag en tweede Kerstdag.

Artikel 2. Intrekken of wijzigen van de ontheffing.

Het college van burgemeester en wethouders kan een ontheffing intrekken of wijzigen indien:

ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten, opgetreden na het verlenen van de ontheffing, moet worden aangenomen dat intrekking of wijziging wordt gevorderd door het belang of de belangen ter bescherming waarvan de ontheffing is vereist;

het gebruik van de winkel of de uitoefening van een bedrijf anders dan in een winkel op basis van de ontheffing gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het woon- en leefklimaat ter plaatse;

de aan de ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

van de ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen een daarin gestelde termijn of, bij gebreke van een dergelijke termijn, binnen een redelijke termijn;

de houder of zijn rechtverkrijgende dit verzoekt.

Artikel 3. Zon- en feestdagen.

1.De verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet, gelden niet op ten hoogste twaalf, door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen, zon- en feestdagen per kalenderjaar.

De in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.

Artikel 4. Openstelling van avondwinkels op zon- en feestdagen.

Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van de in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet vervatte verboden ten behoeve van winkels, die gesloten zijn op de in die verboden bedoelde zon- en feestdagen tussen 0.00 en 16.00 uur.

Het college van burgemeester en wethouders kan voor ten hoogste één winkel ontheffing verlenen.

Aan de ontheffing worden de volgende voorschriften verbonden:

de winkel dient gesloten te zijn tussen 0.00 en 16.00 uur;

er dienen uitsluitend of hoofdzakelijk eet- en drinkwaren te worden verkocht, met uitzondering van sterke drank als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Drank- en Horecawet.

De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

Artikel 5. Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor afzonderlijke situaties.

Het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van de in artikel 2 van de wet vervatte verboden, voorzover deze betrekking hebben op de zondag, Nieuwjaarsdag, tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en eerste of tweede Kerstdag, ten behoeve van:

bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard;

het uitstallen van goederen.

De in het eerste lid genoemde ontheffing kan worden verleend in geval van feestelijkheden, bijeenkomsten, veilingen en beurzen.

Artikel 6. Straatverkoop bepaalde goederen op zon- en feestdagen.

Het college van burgemeester en wethouders kan bepalen dat de vrijstelling genoemd in artikel 12 van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet niet geldt voor de gehele gemeente of voor één of meer delen van de gemeente.

Artikel 7. Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur.

Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag ontheffing verlenen van de verboden vervat in artikel 2 van de wet, voorzover deze betrekking hebben op werkdagen.

De ontheffing kan worden geweigerd indien de woon- en leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de winkel op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed door de openstelling van de winkel.

Artikel 8. Toerisme.

Het college van burgemeester en wethouders kan op aanvraag een ontheffing verlenen van de verboden, vervat in artikel 2, eerste lid, onder a en b van de wet, in verband met de toeristische aantrekkingskracht van de stad Harlingen.

Een ontheffing kan worden verleend voor:

de bebouwde kom van de stad Harlingen;

de periode van 1 januari tot en met 31 december;

zon- en feestdagen van 06.00 – 22.00 uur;

de verkoop van de volgende artikelen: levensmiddelen (eet- en drinkwaren), watersportartikelen, souvenirs, tabaksartikelen, antiek, kunstnijverheid en tuinartikelen.

Het college van burgemeester en wethouders kan voorschriften verbinden aan de ontheffing.

De ontheffing kan worden geweigerd indien er geen sprake is van toeristische doeleinden als bedoeld in artikel 3, derde lid, onder a van de wet.

Artikel 9.

1. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening winkeltijden Harlingen’.

2. De ‘Verordening winkelsluiting Harlingen’, vastgesteld bij raadsbesluit van 9 november 1994 wordt, op de datum van inwerkingtreding van de ‘Verordening winkeltijden Harlingen’ ingetrokken.

Vastgesteld door de raad in zijn

vergadering van

, de voorzitter.

, de raadsgriffier.

Artikelgewijze toelichting.

Artikel 1. Begripsbepaling.

Voor de omschrijving van het begrip feestdagen is aansluiting gezocht bij artikel 2 van de wet. Koninginnedag is in de wet net meer aangemerkt als een feestdag.

Artikel 3. Zon- en feestdagenregeling.

Op maximaal 12 zon- en feestdagen per jaar kan afgeweken worden van het sluitingsverbod. Burgemeester en wethouders hebben deze bevoegdheid gedelegeerd gekregen van de gemeenteraad. Voor de toepassing van het artikel kan de gemeente in afzonderlijke delen worden gesplitst.

Artikel 4. Openstelling van avondwinkels op zon- en feestdagen.

Het afwijkende openstellingregime op zon- en feestdagen maakt het noodzakelijk voor winkels die op werkdagen tot 22.00 uur, of met ontheffing tot latere tijdstippen geopend zijn en waar hoofdzakelijk eet- en drinkwaren worden verkocht een afzonderlijke regeling in de verordening op te nemen.

Met deze regeling wordt het mogelijk dat een, eventuele, avondwinkel in Harlingen ook op zondagavond en de avond van feestdagen geopend kan zijn.

Artikel 5. Ontheffing zon- en feestdagenregeling voor afzonderlijke situaties.

Het artikel is gebaseerd op artikel 4 van de wet. Door het opnemen van dit artikel in de verordening wordt het stellen van voorschriften en beperkingen mogelijk.

Artikel 6. Straatverkoop bepaalde goederen op zon- en feestdagen.

Door middel van dit artikel kan het te koop aanbieden en verkopen van voor directe consumptie geschikte eetwaren en alcoholvrije dranken op zon- en feestdagen worden beperkt. Overigens is de straatverkoop gebonden aan een standplaatsvergunning op grond van de APV, waarvoor een maximumstelsel geldt.

De bepaling wordt opgenomen om snel te kunnen optreden tegen eventuele toekomstige ‘excessen’.

Artikel 7. Openstelling op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur.

Artikel 7 van de wet geeft de mogelijkheid de openingstijden op werkdagen tussen 22.00 en 06.00 uur te reguleren. Deze bepaling is noodzakelijk voor de vestiging van een avondwinkel en om de openstelling tussen 22.00 en 06.00 uur te regelen van vormen van detailhandel waarvoor in het Vrijstellingenbesluit alleen de openstelling op zon- en feestdagen is geregeld.

Artikel 8. Toerisme.

De ontheffingsmogelijkheid voor toerisme wordt uitgebreid naar de bebouwde kom van de stad Harlingen, gedurende het gehele jaar. Het assortiment artikelen waarvoor ontheffing wordt verleend wordt uitgebreid met: tuinartikelen, antiek en kunstnijverheid. De bepaling regelt alleen de ontheffing op zon- en feestdagen, aangezien voor werkdagen de openingstijden (06.00 – 22.00 uur) al in de Winkeltijdenwet zijn geregeld.