Uitvoeringsnotitie Evenementenbeleid gemeente Nuenen

1.1 Leeswijzer

In deze nota worden diverse voorstellen gedaan om te komen tot een integraal evenementenbeleid.

In hoofdstuk 2 wordt beschreven wanneer een activiteit binnen de werkingssfeer van dit evenementenbeleid valt. Er wordt een voorstel gedaan voor verruiming van vrijstelling van verbod op het organiseren van evenementen. De problematiek rondom paracommercialisme wordt kort besproken.

In hoofdstuk 3 wordt uiteengezet wat de gemeente met evenementen beoogt, welk soort evenementen de gemeente graag ziet op haar grondgebied en op welke locaties evenementen gehouden mogen worden.

In hoofdstuk 4 worden de uitgangspunten van het evenementenbeleid gepresenteerd. Een categorie-indeling van evenementen wordt gegeven en de eindtijden voor evenementen.

In hoofdstuk 5 wordt gesproken over het organisatorische aspect van het nieuwe evenementenbeleid. Ingegaan wordt op de rol van de gemeente bij de uitvoering van het evenementenbeleid.

In hoofdstuk 6 wordt de bijzondere positie van het Strandbad Nuenen en Landgoed Gulbergen als locatie voor de organisatie van evenementen besproken.

In hoofdstuk 7 wordt kort ingegaan op financiele aspecten als subsidieverstrekking, legeskosten en waarborgsommen.

In hoofdstuk 8 worden de regels en voorschriften gepresenteerd die de gemeente hanteert voor evenementen .

1.2 Aanleiding

Om verschillende redenen heeft de burgemeester in zijn functie van portefeuillehouder voor openbare orde en veiligheid aandacht gevraagd voor het opstellen van integraal evenementenbeleid in Nuenen:

• 1.

  de relatie met verschillende beleidsterreinen. In diverse gemeentelijke beleidsnotities wordt ingegaan op delen van evenementenbeleid. Het betreft hier de samenhang met het recreatie- en toerismebeleid, het WMO-beleid (Wet maatschappelijke ondersteuning) als het gaat om lokale evenementen voor “het vergroten van de leefbaarheid van de gemeente”, en de relatie met het accommodatiebeleid voor het organiseren van evenementen in sportkantines, gildehuizen, buurthuizen en sociaal-culturele centra. Ook wordt in het kader van het jeugdbeleid aandacht gevraagd voor het schenken van zwak alcoholhoudende dranken tijdens evenementen en het terugdringen van het excessieve drankgebruik onder jongeren.

• 2.

  het ontbreken van ‘geschreven’ beleid. Dit wordt door verschillende afdelingen van de gemeente, ondersteunende diensten (politie, brandweer) en organisatoren als knellend ervaren. Afdelingen die niet weten welke regels en voorschriften er gelden voor een evenement. Organisatoren die het niet zo nauw nemen met regels en termijnen en daarmee impliciet aangeven dat het steeds moeilijker wordt om evenementen georganiseerd te krijgen.

Er is dus duidelijk behoefte aan éénduidige richtlijnen over het Waarom, Waar, Wanneer, Welke en Wel (of niet) toestaan van evenementen.

Een opmerking vooraf

De afdeling Ontwikkeling (cluster Milieu) is momenteel bezig met het opstellen van Lokaal Geluid-beleid Nuenen. Dit lokale geluidbeleid kan er bijvoorbeeld toe leiden dat natuurgebieden stil blijven of stiller worden, dat op bedrijventerreinen meer geluidruimte voor de bedrijven beschikbaar komt. Door het geluidbeleid gebiedsgericht te ontwikkelen ontstaat de mogelijkheid om een scheiding tussen stille en lawaaierige gebieden te maken. Het is de bedoeling dat met dit lokaal geluidbeleid regels komen voor de vergunningverlening, die per gebiedstype anders kunnen zijn. Zodra het geluidbeleidsplan door het bestuur is vastgesteld, zal het evenementenbeleid op punten (zoals de geldende geluidsnormen voor Strandbad Nuenen en Landgoed Gulbergen) worden aangepast.

Het is belangrijk om te weten wanneer een activiteit een evenement is. Een scherpe afbakening van het begrip Evenement is moeilijk te geven. In deze notitie staat niet de juridische invalshoek centraal1, maar wordt primair uitgegaan van de culturele, sociaal-maatschappelijke, toeristisch-recreatieve en economische perspectieven.

1 In de APV is een evenement gedefineerd als “elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, m.u.v. bioscoop-voorstellingen, markten, kansspelen, dansinrichtingen, openbare manifestaties”. Ook wordt als een evenement gezien: een braderie, optocht, een feest/muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg, circus en kermis.

Een evenement is:

• 1.

  een activiteit van tijdelijke aard die georganiseerd wordt ter vermaak van bezoekers.

• 2.

  Een activiteit met overwegend een lokale, maar soms regionale of zelfs landelijke uitstraling.`

• 3.

  een publieke gebeurtenis die belastend kan zijn voor de omgeving en kan leiden tot mogelijke verstoring van de openbare orde. De verstoring van de openbare orde kan een gevolg zijn van activiteiten die hinder veroorzaken of activiteiten die risico’s in zich dragen voor de omgeving2.

2 hinder wordt hier ruim opgevat, te denken aan geluids-, geur-, trillings-, parkeerhinder. Met risico wordt bedoeld het risico op ongelukken, calamiteiten en het ontstaan van situaties waarbij de veiligheid van bezoekers en omgeving niet gegarandeerd is.

Evenementen vinden meestal plaats in de buitenlucht, maar ook belastende binnenevenementen worden hiermee bedoeld. Valt een activiteit binnen de definitie van een evenement, dan is altijd een vergunning of toestemming van de gemeente noodzakelijk. In hoofdstuk 4 (paragraaf 4.6) worden richtlijnen gegeven voor het bepalen of een activiteit een evenement is.

Alleen wanneer de activiteit onder het begrip evenement valt is het evenementenbeleid van toepassing.

2.1 Vermindering regelgeving en toezicht en de Algemene Plaatselijke Verordening (APV)

In de huidige Algemene Plaatselijke Verordening (artikel 2.2.1) van de gemeente Nuenen wordt evenementen vanuit het juridische kader omschreven. In bijlage 1 “Juridisch toetsingskader” vindt u de tekst van de artikelen 2.2.1 en 2.2.2. Artikel 2.2.2 van de APV bepaalt dat het verboden is zonder vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren. De vergunning kan in bepaalde gevallen worden geweigerd in het belang van de openbare orde, het voorkomen of beperken van overlast, de verkeersveiligheid of veiligheid van personen of goederen, de zedelijkheid of gezondheid (APV, artikel 1.8).

In het kader van het project Vermindering regelgeving en toezicht van het VNG zijn een aantal artikelen/vergunningen in de APV geschrapt of sterk vereenvoudigd. Ook voor evenementen zijn enkele wijzigingen aangebracht:

• •

  Zo zijn de artikelen 2.1.2.1 (optochten) en 2.1.4.1 (feest, muziek en wedstrijd e.d.) ondergebracht onder hoofdstuk 2, afdeling 2 (Toezicht op evenementen) en zijn daarmee de voornoemde artikelen komen te vervallen.

• •

  Er is een meldingsplicht gecreëerd voor kleine evenementen als barbecues, straatfeesten, etc. om zo tot lastenverlichting voor burgers en bedrijven te komen.

Helaas moeten we constateren dat de meldingsplicht (vrijstelling van verbod op het organiseren van evenementen zonder vergunning, artikel 2.2.2 lid 2) in de praktijk weinig effect heeft. Vrijwel alle kleine evenementen vallen volgens deze norm buiten de soepele regeling.

Het voorstel is om de voorwaarden voor vrijstelling van het verbod verder te versoepelen, zodanig dat 70 tot 80 % van alle evenementen binnen deze regeling valt. Dit kan worden geëffectueerd door artikel 2.2.2 lid 2 :

• •

  Sub b als volgt te wijzigen “het aantal bezoekers bedraagt niet meer dan 100 personen en het evenement vindt niet plaats in een (tijdelijk) bouwwerk zoals een tent”;

• •

  sub f als volgt te wijzigen “de openbare weg tijdens het evenement wordt over niet meer dan 500 meter gebruikt of het evenement omvat niet meer dan één straat”;

• •

  sub i als volgt te wijzigen: de meldingstermijn van tenminste 20 werkdagen te wijzigen in tenminste 8 weken.

Voor de evenementen waar geen vergunning voor nodig is, gelden wel algemene regels voor meldingsplichtige evenementen staan. In bijlage 2B staan de algemene regels. Bij de eerstvolgende wijziging van de APV kunnen de bovenstaande voorgestelde wijzigingen worden geëffectueerd.

In deze nota wordt uitgegaan van het nieuwe juridisch toetsingskader, de gedereguleerde APV met de wijzigingen van de evenementenartikelen 2.2.1 en 2.2.2 die op 13 juni 2008 in werking is getreden.

2.2 Soorten evenementen

Evenementen zijn er in verschillende soorten en maten. Er zijn evenementen op het gebied van sport, cultuur en amusement. Evenementen kunnen zich in de open lucht afspelen of in een bouwwerk plaatsvinden. Sommige evenementen hebben een commercieel karakter, ander hebben een niet-commercieel doel. Er zijn kleinschalige evenementen voor een specifieke doelgroep en er zijn grote evenementen die een grote bezoekersgroep op de been brengen. Grootschalige evenementen kunnen veel betekenen voor de uitstraling en economische spin-off van de gemeente. Ze kunnen gericht zijn op de eigen bevolking, maar eveneens interessant zijn voor bezoekers van buiten. Voor de meer kleinschalige evenementen, gericht op een kern of specifieke doelgroep, is de sociale functie groter dan de economische. Grootschalige evenementen zijn in de regel meer belastend voor omwonenden en het milieu. Er zijn de meer kleine, buurtgerichte feesten, die nauwelijks hinder geven. Ieder evenement heeft zo zijn eigen karakter en eigen kenmerken.

Als we kijken naar de evenementen die georganiseerd worden, dan zien we de volgende soorten evenementen op geografisch niveau:

1. Evenementen op buurt-/wijkniveau

Evenementen bestemd voor en georganiseerd door een klein deel van de gemeente, bijvoorbeeld door een straat, buurt, of wijk. Het gaat hierbij om saamhorigheid, leefbaarheid, ontspanning en vermaak op microniveau. Voorbeelden zijn de straatbarbecues, of een buurtfeest.

2. Evenementen van overwegend lokaal belang

Evenementen gericht op bezoekers uit de eigen gemeente of één van de kernen, zoals Koninginne-dagact., braderieën, de Sinterklaasintocht, de Buitenschilderdag, Wielerrondes, Ezeltjesdag, loop-tochten, de kermissen, bevrijdingstaptoe etc. Deze jaarlijks terugkerende evenementen stimuleren herkenbaarheid, communicatieve kracht en herhalingsbezoek.

3. Evenementen van bovenlokaal of regionaal belang

Door de grootschaligheid van dit type evenementen, komen de bezoekers uit verschillende streken. De evenementen zijn dan ook niet specifiek gericht op de Nuenense bevolking en dragen het meest bij aan de positieve beeldvorming van de gemeente. Voorbeelden zijn Nuenen proms en Bloem en Tuin. Met de ontwikkeling van Landgoed Gulbergen voor het houden van mega-events wordt zelfs het (inter)nationaal niveau beoogd.

Vanwege de sociale cohesie en leefbaarheid legt het gemeentebestuur de nadruk op evenementen die op buurt-, wijk- en gemeenteniveau worden gehouden.

2.3 Belastende versus niet-belastende evenementen

Evenementen betekenen een belasting voor de omgeving. In deze notitie wordt uitgegaan van de door de VNG aangedragen indeling:

Categorie 1: kleine evenementen

Categorie 2: middelgrote evenementen

Categorie 3: grote evenementen

In hoofdstuk 4 wordt deze indeling nader uitgewerkt. Deze categorisering is nodig voor vergunningverlening, voorlichtingsdoeleinden en maximalisatie van het aantal evenementen op een bepaalde locatie.

2.4 Binnen- en buitenevenementen

Een ander onderscheid kan worden gemaakt ten aanzien van evenementen die binnen plaatsvinden of in de buitenlucht. Binnenevenementen kunnen plaatsvinden in onder andere horecagelegenheden, dorpshuizen, buurthuizen en verenigingsgebouwen. In principe heeft de gemeente minder van doen met de binnenevenementen. In veel gevallen is geen evenementenvergunning nodig. Is de openbare orde wel in het geding, dan is er wel een evenementenvergunning respectievelijk melding aan de gemeente nodig. In hoofdstuk 4 (paragraaf 4.6) wordt hier dieper op ingegaan.

2.5 Evenementen in andere dan horeca-inrichtingen (Paracommerciele instellingen)

Het houden van evenementen in accommodaties als gildenhuizen, sportkantines/-hallen en brede schoolgebouwen, is in zijn algemeenheid niet toegestaan3. Het gebruik van met name gildenhuizen vormt een punt van aandacht dat nader vastgelegd dient te worden. Voor het organiseren van inrichtingsvreemde festiviteiten is ontheffing c.q. vergunning van de gemeente nodig. In de Accommodatienota wordt nader ingegaan op het gebruik van dit soort accommodaties. Ook het schenken van zwakalcoholhoudende dranken in inrichtingen die niet over een vergunning in het kader van de Drank- en horecawet beschikken is zonder ontheffing van de gemeente niet toegestaan. In het (nog op te stellen) beleidsnota Paracommercialisme en Horecabeleid zal het gebruik van deze accommodaties voor evenementen en horecagerelateerde activiteiten nader worden vastgelegd.

3 De gebruikers van welzijnsaccomodaties hebben overeenkomsten met de gemeente waarin helder is vermeld waarvoor een accommodatie gebruikt dient te worden. Inhoudelijk gezien staat de gemeente al jaren op het standpunt dat welzijnsaccomodaties niet zomaar gebruikt mogen worden voor festiviteiten. De gemeente dient daarvoor een ontheffing te verlenen.

Het voorstel is om instellingen en/of verenigingen (paracommerciële instellingen) in hun horecagelegenheid uitsluitend evenementen te laten organiseren die passen binnen de doelstelling van de vereniging. De regels van de paracommercie ingevolge de Drank- en Horecawet zijn dan van toepassing. Paracommercie wil zeggen dat instellingen en/of verenigingen zich uitsluitend richten op gemeenschapsactiviteiten op niet commerciële basis van recreatieve, sportieve, sociaal-culturele, educatieve, levensbeschouwelijk of godsdienstige aard. Zij zijn beperkt in hun horeca-activiteiten. In de drank- en horecavergunning moeten de volgende voorschriften opgenomen worden:

• 1.

  het is verboden in de inrichting bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen te houden;

• 2.

  het is verboden de mogelijkheid tot het houden van bijeenkomsten van persoonlijke aard openlijk aan te prijzen, hiermee te adverteren of reclame te maken;

• 3.

  de vergunning geldt uitsluitend voor het verstrekken van zwakalcoholhoudende dranken voor gebruik ter plaatse tijdens bijeenkomsten en activiteiten, verband houdende met de doelstelling van de stichting/vereniging.

Een paracommerciële instelling mag geen evenement organiseren dat strijdig is met haar doelstelling, wanneer daarbij gebruik wordt gemaakt van de verleende drank- en horecavergunning.

Het voorstel is (zoals reeds is aangegeven in de Accommodatienota) het stimuleren van het gebruik van wijkaccommodaties (waaronder sportkantines) door ook andere verenigingen en welzijnsinstellingen de mogelijkheid te bieden voor het organiseren van hun (verenigings)activiteiten aldaar, indien deze activiteiten van dien aard zijn, dat ze niet elders (de horeca) gehouden kunnen worden. Sociaal-culturele activiteiten moeten plaats kunnen vinden in de zgn. multifunctionele gebouwen.

Het verdient aanbeveling om gebruikers van welzijnsaccommodaties met regelmaat te wijzen op het juiste gebruik van accommodaties, overeenkomstig de afgegeven vergunningen, en sancties te stellen bij onverantwoord gebruik.

2.6 Actoren

Diverse partijen zijn betrokken bij de opzet, uitvoering en handhaving van evenementen. De belangrijkste belanghebbenden waar rekening mee gehouden dient te worden bij de realisering van evenementenbeleid zijn de bewoners, organisatoren van evenementen, ondernemers en bezoekers van de gemeente Nuenen.

• 1.

  Bewoners: zij kunnen hinder hebben van evenementen, als bezoeker zijn van evenementen.

• 2.

  Organisatoren: zijn initiatiefnemers bij de organisatie van evenementen.

• 3.

  Bezoekers: eigen inwoners, dagrecreanten, toeristen en inwoners uit de regio.

• 4.

  Locatieverstrekkers.

Andere betrokkenen zijn: gemeente, Evenementencomité, brandweer, politie, milieudienst, LTP, (en voorzover van toepassing) de GHOR (geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen). Voor de rol van de gemeente wordt verwezen naar hoofdstuk 3.4 van deze notitie.

De betrokkenheid van en de afstemming tussen de diverse actoren moet periodiek (minstens 1 keer per jaar) worden geëvalueerd tegelijk met de evaluatie van evenementen.

Voorstellen

• 1.

  De voorwaarden voor vrijstelling van het verbod op het organiseren van evenementen zonder vergunning verder versoupelen, zodanig dat 70 tot 80 % van alle evenementen binnen deze regeling valt.

• 2.

  Voor de bevordering van de sociale cohesie en leefbaarheid de nadruk leggen op evenementen die op buurt-, wijk- en gemeenteniveau worden gehouden. 

• 3.

  Instellingen en/of verenigingen (paracommerciële instellingen) mogen in hun horecagelegenheid uitsluitend evenementen organiseren die passen binnen de doelstelling van de vereniging.

• 4.

  Het stimuleren van het gebruik onder strikte voorwaarden van accommodaties (waaronder sportkantines) door ook andere verenigingen en welzijnsinstellingen de mogelijkheid te bieden voor het organiseren van hun (verenigings)activiteiten in deze accommodaties.

• 5.

  Periodieke evaluatie van evenementen en de samenwerking tussen de verschillende betrokken actoren.

3.1 Gemeentelijke beleidskaders

Zoals eerder genoemd, bouwt deze notitie voort op de eerder verschenen beleidsnotities, waarin –weliswaar niet direct- aandacht wordt besteed aan (onderdelen van) evenementenbeleid.

Het betreft de gemeentelijk notities:

• •

  Nota Integrale Veiligheid;

• •

  Raadsvoorstel Uitwerking centrumvisie;

• •

  Notitie ‘Economisch aktieplan Nuenen 2006-2010’ (het gemeentelijk toeristisch recreatief beleid);

• •

  Accommodatienota 2007;

• •

  Nota ‘Cultuur in Nuenen c.a.’

• •

  Beleidsplan Wmo in Nuenen 2008-2011 ‘Meedoen en Meedenken’;

• •

  ‘Opgroeien in de gemeente Nuenen’ Visiedocument jeugdbeleid 2007-2010;

• •

  Notitie ‘Uitgangspunten bewegwijzering’;

• •

  Basisnotitie Leges 2007 ‘Kosten en kostentoerekening / lasten versus baten’;

• •

  Beleidsregels ‘Bereikbaarheid & Bluswater’;

• •

  Geluidbeleid gemeente Nuenen c.a. (concept)

• •

  beleidsnota Paracommercialisme en Horecabeleid (is nog in de maak).

Verder hebben als input gediend:

VNG-project ‘vermindering regelgeving’

“NUENEN: Think global, Act local. Toeristisch-recreatief actieplan 2005-2007” van de Stichting LTP Nuenen.

Uitgangspunten Collegeprogramma 2006-2010:

• •

  Actieve deelname door de jeugd aan bestaande verenigingen stimuleren.

• •

  Verminderen van de regeldruk en het vereenvoudigen en versnellen van vergunningprocedures. De conclusies van de taskforce Eenvoudig Vergunnen van het ministerie van EZ snel implementeren.

• •

  Vincent van Gogh als beeldmerk voor de gemeente beter gebruiken. Locaties die verband houden met van Gogh herkenbaar maken en hierbij een passende uitstraling creëren. Kleinschalig toerisme bevorderen, vooral ook in het buitengebied. LTA verder concreet ondersteunen (ook met budget).

3.2 Evenementenbeleid vanuit diverse beleidsvelden

3.2.1 Cultuur

In de nota ‘Cultuurbeleid 2009-2012’ is de hoofddoelstelling van het gemeentelijk cultuurbeleid als volgt geformuleerd: “Het bevorderen en behouden van een veelkleurig en divers cultuuraanbod passend bij een gemeente van bijna 24.000 inwoners”. Volkscultuuruitingen in de vorm van activiteiten zoals St. Nicolaas, Carnaval en Oranjefeesten vormen de noemer van vele culturele tellers. (Traditionele) verenigingen nemen een vooraanstaande positie in als het gaat om het organiseren van activiteiten. Nuenen kent een rijk en bloeiend verenigingsleven dat terecht beschouwd kan worden als een onderscheidend element ten opzichte van onze buurgemeenten. Een verenigingstructuur die door ons gekoesterd moet worden en dienen wij ervoor te waken dat zij niet links- of rechtsom ingehaald wordt. “Als de gemeente het bloeiende verenigingsleven in stand wil houden en zich als woon- en leefgemeenschap wil onderscheiden, dan moet de gemeente ook bereid zijn om te investeren in aandacht, betrokkenheid, durf en soms ook met middelen (‘niet alleen maar zeggen, maar ook doen’). De gemeente moet bereid zijn te investeren in de mensen, de vrijwilligers van ons verenigingsleven. Dit kan de gemeente doen door onder anderen:

• •

  betrokken te zijn als verenigingen kampen met accommodatieproblemen. Immers, elk uur dat vrijwilligers worstelen met accommodatieknelpunten kan niet besteed worden aan het uitvoeren van activiteiten voor de gemeenschap”  [Accommodatienota 2007].

• •

  het geven van duidelijkheid over welke culturele activiteiten de gemeente in de toekomst gaat subsidieren [Nota ‘Cultuurbeleid 2009-2012’]. De gemeente subsidieert en ondersteunt culturele organisaties die evenementen organiseren.

Een ander mogelijkheid om dat te doen is het ondersteunen en het gemakkelijk maken van de organisatie van evenementen door onze verenigingen, door bijvoorbeeld vrijstelling van vergunning voor kleine evenementen.

3.2.2 Economische zaken, Recreatie en Toerisme

In de gemeente Nuenen heerst geen traditie ten aanzien van toerisme en recreatie. Er liggen wel ambitieuze plannen op het gebied van recreatie en toerisme. In het Economisch Aktieplan 2006-2010 van de gemeente Nuenen worden 9 speerpunten en 3 projecten genoemd die voor de toeristisch/recreatief en economische spin-off moeten zorgen (stimulering van de horeca en detailhandel). Voor evenementen wordt vooral gefocust op het thema ‘van Gogh’. De Stichting LTP Nuenen wil een bijdrage leveren aan de eerste stappen voor verbetering van de toeristische infrastructuur in Nuenen. Doel hierbij is om binnen een periode van 3 jaar zichtbare veranderingen/verbeteringen teweeg te brengen, in die zin dat het aantal bezoekers naar deze gemeente stijgt en het verblijfsklimaat verbetert.

De ontwikkeling van het Landgoed Gulbergen voor het houden van evenementen en als recreatieoord kan voor de nodige economische spin-off zorgen.

3.2.3 Milieu

Milieuzorg kent een aantal aandachtsgebieden. Bij evenementen is vooral overlast door vervuiling, verontreiniging en geluidhinder van belang. De milieuwetgeving en de APV vormen de grondslag voor voorschriften en nadere eisen die aan de concrete vergunning gesteld kunnen worden. De meest voorkomende klachten bij evenementen gaan over geluid: te veel, te hard of te vaak. Bij een evenement ontkom je niet aan geluidsoverlast. De gemeente Nuenen heeft geluidbeleid geformuleerd dat gebiedsgericht is. Voor heel het grondgebied van de gemeente Nuenen c.a. is in 2008 de akoestische situatie in beeld gebracht. Op basis van de inventarisatie en analyse is de plankaart voor heel het Nuenense grondgebied opgesteld. Hierin worden 7 gebiedstypen onderscheiden, elk met eigen maximaal toelaatbare geluidsniveau. Het voorkomen van afval tijdens evenementen is niet alleen op milieuhygiënische reden van belang, maar ook vanwege de uitstraling van een evenement. Meestal gaat het om zwerfvuil: flyers, plastic bekers, glas en sigaretten.

3.2.4 Jeugd en jongerenbeleid

De doelgroep jeugd en jongeren vormt een belangrijke bezoekersgroep voor evenementen (de groep tussen 15 en 24 jaar telt ongeveer 2.500 personen). Voor deze doelgroep worden evenementen georganiseerd door met name carnavalsverenigingen zoals discofeesten in de Tienertent. Ook de kermissen mogen hier genoemd worden. Door het jongerenwerk worden diverse activiteiten georganiseerd die toegankelijk zijn voor alle Nuenense jongeren. Dit sluit aan bij de een van de uitgangspunten van het ‘Cultuurbeleid 2009-2012’ dat ‘inwoners van de gemeente Nuenen c.a. dienen al op jonge leeftijd in contact gebracht te worden met cultuur’.

3.2.5 Centrumvisie

Bij de ontwikkeling van nieuwe (parkeer)terreinen en bereikbaarheid van het centrum dient rekening gehouden te worden met de mogelijkheid om hier evenementen te organiseren. De evenementenfunctie van het centrum moet nadrukkelijk deel uitmaken van deze visie. In de voorvisie wordt melding gemaakt van het feit dat het Park benut zou moeten worden om uit te groeien tot de ontmoetings- en verblijfruimte van het centrum. Het centrum als urban recreatieoord en ‘meeting place’. Deze ruimte moet ook voor evenementen dienen.

3.2.6 Openbare orde en veiligheid

Dit beleidsveld is niet leidend, maar wel van groot belang voor de verlening van vergunningen voor evenementen en de controle van evenementen. Verschillende organisaties zijn hierbij betrokken: gemeente, brandweer, politie en milieudienst. In de nota’s Horecabeleid (wordt gezamenlijk met de horeca geformuleerd) en Integrale Veiligheid wordt hier uitgebreid op ingegaan.

3.3 Rol van de gemeente

De gemeente vervult diverse rollen wanneer het evenementen betreft:

• •

  Vergunningen- en toestemmingverlener: zonder vergunning of melding geen evenement;

• •

  facilitair bedrijf: leveren van verschillende diensten (o.a. dranghekken, borden, schoonmaak);

• •

  coördinator: overleggen en afstemmen met diverse organisaties en belangengroepen;

• •

  handhaver: handhaven van regels op het gebied van o.a. parkeren en afval;

• •

  subsidiënt: een aantal culturele evenementen kan niet worden georganiseerd zonder gemeentelijke financiële bijdrage;

• •

  organisator met de Heemkundekring Nuenen: de Open MonumentenDag is hier een goed voorbeeld van;

• •

  initiator: een rol die de gemeente in de toekomst vaker zal moeten vervullen.

3.4 Soort evenementen

In 2008 werden in Nuenen meer dan vijftig evenementen georganiseerd, voornamelijk gericht op de eigen inwoners. Het aanbod evenementen in Nuenen is groot en divers. Bijna alle evenementen worden door het particuliere initiatief, o.a.verenigingen en horeca opgezet. In de inventarisatie wordt een onderscheid gemaakt tussen diverse soorten evenementen:

Tabel 1: soort evenementen in Nuenen

In bijlage 12 is een overzicht gegeven van alle in 2008 gehouden buitenevenementen.

3.5 Locaties en juridische-planologische aspecten

Op dit moment is een aantal locaties te benoemen waar de (middel) grote evenementen plaatsvinden:

• 1.

  Strandbad Nuenen a/d Enodedreef;

• 2.

  Van Goghplein in Nuenen;

• 3.

  Het Park in Nuenen;

• 4.

  Landgoed Gulbergen;

• 5.

  D’n Tip in Gerwen;

• 6.

  De Heuvel in Gerwen;

• 7.

  Terrein Hoekstraat/Koppeldreef in Nederwetten

Alleen landgoed Gulbergen is volgens het door de Raad op 2 oktober 2008 vastgesteld bestemmingsplan aangewezen als evenemententerrein.

Naast de hoofdfunctie die een locatie vanuit het ruimtelijk perspectief vervult, is het voorstel om die locaties waar jaarlijks meer dan één keer evenementen plaatsvinden (planologisch) mede te bestemmen als evenemententerrein. Uit de uitspraak inzake de Diepenheimse Schutterij blijkt dat evenementen die jaarlijks op dezelfde plaats terugkeren in het ter plaatse geldende bestemmingsplan moeten worden geregeld. Ook incidentele of ‘ad hoc-evenementen’ moeten planologisch geborgd worden. Dit geeft aan alle partijen duidelijkheid en heeft de gemeente in geval van bezwaren een sterkere uitgangspositie. Als het bestemmingsplan het evenement niet toestaat, vergt dit een ontheffing.(arikel 3.23. lid 1 Wet ruimtelijke ordening) of het opstellen van een projectbesluit (artikel 3.10 Wet ruimtelijke ordening). Ontheffing is mogelijk voor het gebruik van gronden of bouwwerken ten behoeve van evenementen met een maximum van drie per jaar en een duur van ten hoogste vijftien dagen per evenement (artikel 4.1.1 lid 1 onderdeel h Bro. Dit is de bandbreedte waarbinnen in de gemeente jaarlijks buitenplanse ontheffing mag worden verleend.

We mogen dus concluderen dat jurisprudentie en wetgeving het noodzakelijk maken om evenementen planologisch te toetsen en regelen. Een regeling voor het houden van evenementen op bepaalde locaties is mogelijk via bestemmingplan, rechtstreeks (bestemming/aanduiding) of indirect, met ontheffing. Voor de ontheffing ten behoeve van het gebruik van gronden of bouwwerken ten behoeve van evenementen, volgens artikel 4.1.1 lid 1 onderdeel h Bro,  zijn GÉÉN beleidsregels vastgesteld. In eerste instantie zal per verzoek een afweging worden gemaakt. Denkbaar is dat het college in de nabije toekomst beleidsregels laat vaststellen inclusief een lijst van “vaste” evenementen waarvoor ontheffing zal worden verleend.

3.6 Voorstellen

• 1.

  De gemeente mag een wat actievere rol spelen bij het stimuleren van initiatieven door verenigingen. Dit wil zeggen bereid zijn te investeren in de mensen, de vrijwilligers van ons verenigingsleven.

• 2.

  Bij de ontwikkeling van het centrum, dient de evenementenfunctie van het centrum een nadrukkelijke rol krijgen.

• 3.

  Locaties waar meerdere keer per jaar evenementen plaatsvinden (planologisch) mede te bestemmen als evenemententerrein, zodat geen ontheffing ex artikel 3.23 WRo is vereist.

• 4.

  beleidsregels vaststellen, die nadere invulling geven aan de ontheffingsmogelijkheid volgens artikel 4.1.1 lid 1 onderdeel h Bro.  

4.1 Uitgangspunten

Evenementenbeleid is complex en moet integraal worden opgezet en uitgevoerd. Voor alle betrokkenen dient het nieuwe beleid eenduidig te zijn en praktisch uitvoerbaar.

Het evenementenbeleid is niet primair gericht op beheersing van evenementen en het bestrijden van overlast, maar is gericht op het benutten van kansen op (in volgorde van belang) sociaal-cultureel, toeristisch-recreatief en economisch gebied.

Evenementen hebben een toegevoegde waarde voor zowel het culturele product, ook in sociaal-maatschappelijk oogpunt als mede het toeristisch-recreatieve product. Er wordt uitgegaan van de waarde van de huidige evenementen. Veel evenementen hebben een jarenlange traditie en zijn verbonden met de kern waarin ze plaatsvinden. Deze maatschappelijke evenementen leveren een fundamentele bijdrage aan de sociale waarden in onze samenleving.

Met de economische kansen doelen we op de mogelijkheden om de economische spin-off van met name grootschalige evenementen te vergroten. De horeca profiteert direct van bezoekers van evenementen en de detailhandel indirect; het genereert herhalingsbezoek en vergroot de aantrekkingskracht op langere termijn.

De uitgangspunten zijn:

• •

  Continueren en uitbreiden van het bestaande aanbod van evenementen;

• •

  Stimuleren van evenementen met een lokale uitstraling en een uniek karakter;

• •

  Richten op vooral de maatschappelijke waarde van het evenement voor Nuenen;

• •

  Evenementen moeten passen bij het imago van het dorp (groen, rustig, gastvrij, dorps)

• •

  Streven naar een evenwichtig evenementenaanbod (thema, locatie, periode);

• •

  Een groot deel van de evenementen vindt jaarlijks plaats; dit stimuleert herkenning, communicatieve kracht en herhalingsbezoek;

• •

  Streven naar professionalisering van de evenementenbranche (door bijv. een evenementen-organisatie in het leven te roepen).

4.2 Doelstellingen

Geheel in lijn met de visie en uitgangspunten zijn de doelstellingen van dit evenementenbeleid:

• •

  een evenwicht vinden tussen de aantrekkingskracht van een evenement, de leefbaarheid rondom en de bereikbaarheid van locaties waar evenementen worden gehouden;

• •

  aantrekkelijke evenementen bevorderen, zodat bezoekers worden aangetrokken en de onderlinge band tussen mensen in Nuenen wordt versterkt;

• •

  het imago van Nuenen positief beïnvloeden;

• •

  een kader bieden voor de afweging van belangen bij het verlenen dan wel weigeren van een evenementenvergunning.

De sociaal-culturele meerwaarde van evenementen vindt het bestuur van de gemeente Nuenen belangrijker dan de economische meerwaarde. 

4.4 Rol van de gemeente

Geheel in lijn met de doelstellingen van de andere beleidsterreinen (zie hoofdstuk 3.2), is voor de komende jaren wenselijk dat ten aanzien van het organiseren van evenementen de gemeente, naast de faciliterende rol, de beperkte actieve rol blijft vervullen en nieuwe initiatieven stimuleert. Onder de actieve rol wordt verstaan in dialoog blijven met organisatoren van evenementen en meedenken over het verbeteren van evenementen en ideeën aanleveren voor nieuwe evenementen.

De faciliterende rol houdt in het bieden van ruimte aan evenementen (terreinen, materieel, vrijwilligers ondersteunen, mede opstellen van de evenementenkalender, informatie verstrekken, evenementen-vergunning of vrijstelling). Ook het beschikbaar stellen van subsidies hoort bij de faciliterende rol. De gemeente wil in principe niet zelf evenementen organiseren, dat is primair een taak van het particuliere initiatief. Toch kan er zich een situatie voordoen, bijvoorbeeld naar aanleiding van signalen uit de samenleving, dat de gemeente gevraagd wordt een belangrijke rol te spelen bij de organisatie van een nieuw evenement (bijv. ‘jubileumjaar’ 2009. Dit project houdt in de viering van een groot aantal jubilea en het toevoegen van nieuwe evenementen zoals een historische optocht met als thema van Gogh).

4.5 Procedure

De procedure voor de aanvraag van een evenementenvergunning en de coördinatie tussen de diverse betrokken afdelingen binnen het gemeentehuis en externe diensten, dienen voortdurend kritisch bekeken te worden [in het kader van doelmatigheid]. De interne procedure voor het in behandeling nemen van de aanvraag moet uitvoerig beschreven zijn. Voor de aanvrager dienen de procedure en de eisen waaraan voldaan dient te worden helder en inzichtelijk te zijn. De gemeente verstrekt informatie over de procedure via de gemeentelijke website en een informatiefolder. Een organisator kan informatie verkrijgen bij de balie Wonen en Openbare Ruimte in het gemeentehuis of de medewerker vergunningverlening van de afdeling Openbare Werken. Ook kan telefonisch informatie gegeven worden. Een nieuw aanvraagformulier wordt door Publiekszaken verstrekt en zal te downloaden zijn via onze website. Dit nieuw te ontwikkelen uniforme formulier is voor de aanvrager eenvoudig te gebruiken. Het VNG komt dit voorjaar met een generiek digitaal evenementenformulier dat de organisator met behulp van een beslisboom leidt tot het al dan niet verrichten van een melding of een aanvraag voor een evenementenvergunning. Bij belastende evenementen wordt de organisator, zo nodig, uitgenodigd door de gemeente voor een afstemmingsoverleg. Dit overleg vindt plaats nadat de aanvraag is ingediend (in bijlage 2 wordt nader ingegaan op de aanvraagprocedure en het in behandeling nemen van de aanvraag).

4.6 Criteria

De aangebrachte wijzigingen in de APV hebben meer duidelijkheid gegeven wat wel en wat niet een evenement is. In sommige gevallen is het bepalen of een activiteit als een evenement moet worden aangemerkt waarvoor een vergunning noodzakelijk is, afhankelijk van de specifieke omstandigheden (aard, grootte uitstraling) van de activiteit. Om meer duidelijkheid te verstrekken aan organisatoren en inwoners kunnen in het beleid als richtlijnen de volgende uitgangspunten worden gehanteerd, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen een binnen- of buitenevenement.

4.6.1 Binnenevenementen

Bij binnenevenementen zijn de gebruiksmogelijkheden van het pand op basis van bestaande vergunningen van toepassing. Dat wil zeggen geluidsproductie en aantal bezoekers zijn op basis van andere regelgeving (Wet milieubeheer, Bouwverordening) dan APV reeds gelimiteerd. Voor een grote binnenevenementen (een voor het publiek toegankelijke gebeurtenis in een gebouw) is vergunning vereist.

Artikel 2.21 van het Besluit Algemene regels voor inrichtingen milieubeheer en APV-artikel 4.1.2 ‘aanwijzing collectieve festiviteiten’ maken het mogelijk om af te wijken van de geluidsvoorschriften van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer. In tegenstelling tot het oude Besluit horeca, sport en recreatie inrichtingen milieubeheer, wordt in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer geen maximum meer gesteld voor het aantal collectieve festiviteiten, zoals carnaval, kermis, Koninginnedag etc. Gemeenten zijn derhalve vrij om het maximum aantal dagen te bepalen waarvoor de voorschriften niet gelden. De gemeente Nuenen heeft geen maximum vastgelegd. De aanwijzing van collectieve festiviteiten wordt vier weken voor het begin van het nieuwe kalenderjaar bekendgemaakt.

APV-artikel 4.1.3 ‘kennisgeving incidentele festiviteiten’ maakt het mogelijk om in een inrichting incidentele festiviteiten te houden waarbij de voorschriften van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer niet van toepassing zijn. Het maximale aantal incidentele festiviteiten per kalenderjaar te houden is in de huidige APV gesteld op maximaal 10.

4.6.2 Buitenevenementen

Hiermee worden die evenementen bedoeld die plaatsvinden buiten vaste inrichtingen, zoals gebouwen en bouwwerken. Een activiteit wordt als buitenevenement aangemerkt waarvoor een evenementenvergunning op grond van artikel 2.2.2 dient te worden aangevraagd, indien:

• •

  de activiteit plaatsvindt in de buitenlucht of in een tent, of bouwwerk dat voor de activiteit wordt opgericht / ingericht en er meer dan één bepaling uit de APV of een vergunning/ontheffing op grond van andere bestaande regelgeving van toepassing is (bijvoorbeeld Drank- en horecawet, Brandbeveiligingsverordening). Een uitzondering hierop vormen bepaalde eendaagse kleine evenementen genoemd in artikel 2.2.2 onder lid 2, te weten een barbecue of straatfeest;

• •

  er sprake is van een snuffelmarkt als bedoeld artikel 5.2.4., voor zover deze op of aan de openbare weg plaatsvindt.

Voor het plaatsen van een terras of het uitbreiden van een bestaand terras bij evenementen is een vergunning nodig op grond van de APV. Voor het aanbieden van zwak alcoholhoudende dranken op een terras(uitbreiding) is ontheffing nodig op grond van de Drank- en horecawet. Er wordt nimmer vergunning verstrekt voor het aanbieden van sterk alcoholhoudende dranken op terrassen.

4.6.3 Categorie-indeling buitenevenementen

Zoals vermeld in hoofdstuk 2.3 kunnen evenementen die in de openlucht plaatsvinden worden ingedeeld in verschillende categorieën op basis van belasting voor de leefomgeving. Deze categorisering is nodig om duidelijkheid te scheppen in de vergunningverlening, voor voorlichtingsdoeleinden en voor maximalisatie van het aantal evenementen op een bepaalde locatie.

Tabel 2: categorie-indeling evenementen

4.6.4. Vrijstelling kleine eendaagse evenementen

Voor het organiseren van kleine evenementen zoals de barbecue en/of straatfeesten, is gekozen voor het toepassen van een algemene maatregel. Dat wil zeggen dat voor kleinschalige activiteiten (dit zijn activiteiten van categorie 1: kleine evenementen) die zich in de openbare ruimte afspelen met als doel vermaak en ontspanning te bieden geen evenementenvergunning vereist is. Er zijn wel algemene regels (artikel 2.2.2 lid 2, bijlage 2B) waaraan voldaan moet worden en er geldt een meldingsplicht. De meldingsplicht is nodig in het kader van de openbare orde en handhaving.

Indien een evenement niet voldoet aan de gestelde criteria dan zal de organisator alsnog via de reguliere procedure een vergunningaanvraag moeten indienen.

Voorbeelden van meldingsplichtige evenementen zijn:

• 1.

  buurt- en straatfeest en buurt- en straatbarbecue;

• 2.

  kleine optochten;

• 3.

  jeugd- en kindermiddag.

Een meldingsplichtig evenement, waar dus geen evenementenvergunning voor is vereist, blijft onderworpen aan de algemene voorschriften zoals die voor alle evenementen zijn opgesteld. Een uitgebreide versie waarin alle voorschriften zijn opgenomen is in bijlage 3 opgenomen. De naleving van deze voorschriften kan door de (gemeentelijke) toezichthouders en politie worden gecontroleerd.

4.6.5 Melding van kleine evenementen

De melding wordt gedaan door of namens de organisator van het evenement door middel van een zogeheten meldingsformulier. In dit meldingsformulier dat onder andere digitaal beschikbaar zal zijn, worden tevens de geldende regels en criteria opgenomen zodat de organisator het geplande evenement vooraf kan toetsen. Het meldingsformulier wordt conform de in de APV-artikel 2.2.2 genoemde termijn voordat het evenement zal plaatsvinden schriftelijk ingediend bij de gemeente. Ter advies kan de melding door de behandelende Medewerker vergunningverlening doorgestuurd worden naar andere afdelingen en/of externe partners. Indien de gemeente meer onderzoekstijd nodig heeft dan wordt dat binnen twee weken na ontvangst van het meldingsformulier meegedeeld aan de organisator.

4.7 Overige vergunningen

Op basis van hogere en andere wetgeving blijft een vergunning aanvraag wel van toepassing voor bijvoorbeeld het verstrekken van (zwak)alcoholhoudende dranken en tenten. Als er bij het evenement (zwak)alcoholhoudende dranken wordt verstrekt dan dient er een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en horecawet te worden aangevraagd. Een belangrijke voorwaarde bij vergunningverlening is dat er geen alcohol mag worden geschonken aan jongeren onder de 16. En als in het kader van een evenement een tent (inclusief overkappingen) voor meer dan 50 personen wordt geplaatst dan is een gebruiksvergunning vereist. Voor deze tenten zijn de bepalingen uit de gebruiksvergunning en de voorschriften genoemd in bijlage 3 van dit beleid van kracht.

4.8 Spreiding van evenementen

Gedurende de maanden mei en juni barst het van de activiteiten in Nuenen (en elders). Op zich wel logisch, echter gestreefd moet worden naar zoveel mogelijke spreiding en afwisselend aanbod van activiteiten, zodat ook de rest van het jaar Nuenen voldoende vertier biedt. Het is streven naar een meer evenwichtig aanbod van evenementen door het hele seizoen, waar organisatoren op alert moeten zijn. Opgelet moet worden dat er geen verdere versnippering optreedt. De indruk is dat door versnippering en lage communicatiegraad te weinig bewoners en bezoekers kennis hebben van alle evenementen. Clustering rond een bepaald thema is wel wenselijk.

Om te komen tot een betere spreiding van evenementen worden verschillende middelen ingezet:

• 1.

  een evenementenkalender. De jaarplanning maakt het mogelijk om evenementen te spreiden zowel in de tijd, als in de locaties, waardoor overlappingen worden voorkomen.

• 2.

  seizoensverlengende activiteiten. Dat wil zeggen bestaande evenementen kunnen mogelijk worden verschoven naar het voor- of naseizoen. Als het te druk wordt, nieuwe evenementen eventueel buiten het hoogseizoen houden. Onder het hoogseizoen wordt verstaan eind april tot en met medio september.

• 3.

  samenwerking tussen diverse partijen. Organisatoren van evenementen kunnen met elkaar overleggen over diverse zaken als het spreiden van data, tijd en locaties van evenementen, gebruikmaken van elkaars kennis en netwerken, verbeteren van de kwaliteit van evenementen, vergroten van het bereik van evenementen en de omgang met media. Het Evenementencomité Nuenen c.a., geleid door de burgemeester, heeft in deze de belangrijke taak om verschillende organisatoren en andere betrokken partijen van evenementen bijeen te brengen en de samenwerking te stimuleren. Voor het Evenementencomité ligt ook op andere vlakken binnen evenementenorganisaties een taak nl. als vraagbaak, coördinatie, behulpzaam bij financiering of organisatie.

• 4.

  via het maximumstelsel evenementen (zie paragraaf 4.11).

4.9 Kwaliteit van evenementen

Een knelpunt dat volgens het LTP ervaren wordt, is dat de meeste evenementen in het centrum te weinig bezoekers trekken. De gemeente wil (nieuwe) evenementen met kwaliteit stimuleren omdat ze een meerwaarde hebben voor het toeristisch-recreatieve product van de gemeente Nuenen (zie Economisch aktieplan Nuenen 2006-2010 en Toeristisch-recreatief actieplan 2005-2007 van de Stichting LTP Nuenen). Om de “kwalitatief goede evenementen” te kunnen toetsen dienen deze te voldoen aan de volgende kenmerken.

Het evenement:

• •

  is gericht op uitbreiding, vernieuwing of verbetering van het sociaal-maatschappelijke belang, het culturele en/of, toeristisch-recreatieve product;

• •

  sluit aan bij het karakter en de identiteit van de kernen;

• •

  is passend in de ruimtelijke omgeving;

• •

  biedt bij de start zicht op continuïteit;

• •

  is voor iedereen toegankelijk/of gericht op een specifieke doelgroep;

• •

  levert een bijdrage aan de seizoensverlenging;

• •

  is het resultaat van een samenwerking tussen het toeristisch-recreatieve bedrijfsleven en/of plaatselijke organisaties.

Een voorbeeld van het stimuleren van evenementen is de forse bijdrage (€ 50.000) van de gemeente voor de viering van het ‘jubileumjaar’ in 2009.

4.10 Nieuwe evenementen

Welke soort evenementen kunnen een uitbreiding zijn op het huidige aanbod in Nuenen? Dus, waar is er behoefte aan? Onder het huidige aanbod wordt verstaan het feitelijke aantal georganiseerde evenementen in 2008. Gedacht wordt aan twee soorten activiteiten: één op het gebied van cultuur en één op het gebied van sport of een combinatie van beiden. Dat kan zijn een cultureel festival, een themafestival op bijzondere locaties, een festival waarin cultuur en natuur samenkomen, een festival voor jongeren of ouderen. Een voorbeeld hiervan is het organiseren van een festival voor beroepskunstenaars of een multicultureel evenement.

Een van de ideeën die het LTP in het kader van cultuur heeft aangedragen en die in het Economisch Aktieplan Nuenen 2006-2010 is meegenomen betreft het organiseren van activiteiten rond het thema van Gogh in het centrum van Nuenen. In het voorjaar worden diverse evenementen gehouden: Buitenschilderdag, van Goghloop en van Goghmert. Deze evenementen hebben de ambitie om verder te groeien. Het ligt voor de hand om reeds bestaande evenementen met elkaar te verbinden en daar nieuwe activiteiten aan toe te voegen zoals is beoogd voor de viering van het jubilieumjaar in 2009. Voor de viering van het ‘jubileumjaar’ in 2009 hebben diverse verenigingen en organisaties de handen ineengeslagen. Het resultaat moet zijn een groot dorpsfeest met als centraal thema ‘125 jaar van Gogh’. Een feest voor en door Nuenenaren.

Door het binden van (deel)evenementen wordt ‘van Gogh” als een paraplu neergezet, waardoor het mogelijk wordt gezamenlijke promotie en vermarketing plaats te laten vinden. Het thema ‘van Gogh’ zal langzaam groeien tot een regionaal gebeurtenis en worden evenementen beter bezocht, opgewaardeerd en geeft verhoging van de sfeer in het dorp.

Dat het bruist van de ideeën rondom van Gogh blijkt uit het volgende.

• •

  Culinair aardappelen (Van Gogh), asperges, aardbeien, als rode draad door de week.

• •

  Start van het Zonnebloemseizoen. Deze start als een claim neerleggen en van daaruit ook ontwikkelen met miss Zonnebloem etc.

• •

  Van Gogh de musical: in samenwerking met de Lindespelers en eventueel toneelspelers uit Zundert een musical opzetten.

• •

  van Gogh aspergediner: een laagdrempelig evenement voor de bevolking van Nuenen. Dit kan gekoppeld worden aan de eerste asperges (eind maart/begin april) of de geboortedag van van Gogh (30-03-1853). Tijdens dit evenement kan de ‘van Gogh Award’ worden uitgereikt aan een amateurkunstenaar uit de regio.

• •

  van Gogh Hemelvaart dagen: Rond de Hemelvaart zijn er in Nuenen niet veel evenementen. Een kans om wat dagen rond van Gogh te organiseren.

• •

  van Gogh Nightlife: een mega groot evenement i.s.m. de horeca en muziekkorpsen in en rond het Park met daaraan de naam Van Gogh verbonden.

Nieuwe evenementen op het Landgoed Gulbergen

Bij de ontwikkeling van het Landgoed Gulbergen tot een van de evenemententerreinen van Nederland, ligt de nadruk vooral op het aantrekken van grote evenementen met regionale of landelijke uitstraling. Deze evenementen hebben weinig binding met Nuenen als een gemeente met een dorps karakter.

4.11 Maximumstelsel evenementen

Om overbelasting van locaties te voorkomen, mag de gemeente het aantal evenementen op een locatie beperken door een maximum in te stellen. In de oude ‘beleidsregels evenementen in de openbare ruimte 2006’ was het aantal te houden evenementen voor verschillende locatie gemaximeerd.

Tot op heden is niet gebleken dat er sprake is van overbelasting van een locatie. Het heeft daarom ook geen zin om het maximumstelsel te handhaven. Het voorstel is om hier van af te stappen, echter wel onder de voorwaarde dat de gemeente en de organisatoren van evenementen preventief te werk gaan om overbelasting te voorkomen door:

• 1.

  zoveel mogelijk spreiding van evenementen (zie 4.8).

• 2.

  (bijvoorkeur) een weekend rust te houden na twee achtereenvolgende weekenden met evenement.

• 3.

  een evenement in het weekend (bijvoorkeur) niet langer dan twee dagen laten duren (vr-za of za-zo), met uitzondering van evenementen op het landgoed Gulbergen;

• 4.

  een evenement niet langer dan één week laten duren.

4.12 Eindtijden evenement

Om voor alle partijen duidelijkheid te verkrijgen over de toegestane eindtijd zijn de eindtijden als volgt vastgesteld.  

Meldingsplichtige evenementen

Buitenevenementen

Binnenevenementen

Tabel 3: eindtijd evenementen

4 Inrichting zoals bedoeld in het “Besluit Algemene Regels voor Inrichtingen milieubeheer” met de toevoeging dat hieronder, voor wat betreft het evenementenbeleid, niet vallen: terrassen, open binnenplaatsen etc. behorende bij een inrichting.

5 Idem voetnoot 4.

• •

  Eindtijd evenement: er mogen géén bezoekers meer aanwezig zijn (zie tabel 3).

• •

  Eindtijd geluid / muziek / drank: half uur vóór eindtijd evenement.

Op vrijdag, zaterdag en op een dag voorafgaand aan een feestdag, is het voor evenementen in de buitenlucht of in een tent toegestaan langer muziek te draaien mits deze sterk gereduceerd wordt tot 40 dB(A) op de gevels van omliggende woningen. Zie over de geluidsnormen bijlage 4, tabel 4.1.

Voor de kermissen gelden andere eindtijden en geluidsnormen.

Voor zowel evenementen in een inrichting als voor evenementen in de buitenlucht wordt geen ontheffing na vergunningverlening verleend om het evenement tot een later tijdstip te laten doorgaan. De eindtijden in de vergunning worden strikt gehandhaafd.

Begintijden

In verband met de zondagsrust is het uitgangspunt dat op zondag vóór 13.00 uur geen evenementen worden gestart rondom gebedshuizen en kerken (Zondagswet) die de diensten kunnen verstoren. De opbouw mag eerder plaatsvinden mits dit rustig en met respect voor de gevoelens van anderen gebeurt en er geen mogelijkheid bestaat om een dag eerder al op te bouwen. Hierbij geldt echter wel dat het luid testen van geluidsapparatuur niet is toegestaan.

4.13 Evenemententerreinen

In de gemeente Nuenen zijn verschillende accommodaties en open terreinen die voor het houden van evenementen worden gebruikt. De vraag naar en het aanbod van accommodaties voor binnen-evenementen komen uitvoerig aan bod in de Accommodatienota 2007. Voor het houden van buiten-evenementen worden de onderstaande locaties gedurende het jaar voor meerdere evenementen gebruikt. Om overbelasting van een locatie tegen te gaan (zie par. 4.11) wordt, indien nodig, per locatie bepaald:

• -

  hoeveelheid belastende/niet-belastende evenementen;

• -

  soort/inhoud evenement: muziek, cultuur, sport etc.

Het Park en van Goghplein

In het centrum van Nuenen zijn Het Park en Van Goghplein de locaties bij uitstek voor het houden van evenementen. Hier is vooral een belangrijke taak weggelegd voor de horeca. Het centrum moet een levendige plek worden, wil Nuenen uitgroeien tot een toeristisch en recreatief dorp. Voorgesteld wordt om bij de verdere ontwikkeling van de Centrumvisie te bekijken hoe de locaties het Park en het van Goghplein als evenemententerrein kunnen worden ingepast. Het centrum (het Park, van Goghstraat, Berg en het van Goghplein) biedt mogelijkheden om activiteiten en locaties aan elkaar te verbinden zodat een groot evenement opgedeeld kan worden in meerdere kleine evenementen of dat meerdere kleinere evenementen een groot evenement vormen.

De Heuvel en d’n Tip in Gerwen en het terrein Hoekstraat/Koppeldreef in Nederwetten

Voor het houden van kleine lokale evenementen zijn deze locaties tot op heden zeer geschikt gebleken.

Terrein bij de bergkorenmolen ‘de Roosdonck’

Op het terrein bij de molen ‘Roosdonck’ is de afgelopen jaren met succes Rabo Nuenen proms gehouden. In 2009 wordt het terrein gebruikt voor het geven van een openluchtconcert. Dit terrein blijkt dus zeer geschikt voor het houden van concerten met maximaal 1.000 bezoekers.

Landgoed Gulbergen

Beheermaatschappij Gulbergen b.v. wil het Landgoed Gulbergen upgraden tot een groot evenemententerrein voorzien van alle faciliteiten voor het houden van mega-evenementen van o.a. MOJO concerts. Omdat het Landgoed Gulbergen een bijzondere positie inneemt m.b.t. evenementen wordt in hoofdstuk 6 een aparte paragraaf hieraan toegewijd.

Strandbad Nuenen a/d Enodedreef

Voor het houden van evenementen neemt het Strandbad Nuenen een tussenpositie in. In hoofdstuk 6 wordt hierop nader ingegaan.

4.14 Informatieverstrekking aan organisatoren

Bij de vergunningaanvraag voor een (middel)groot evenement vindt een gezamenlijk overleg met de organisator en de medewerker vergunningverlening en de medewerker Facilitaire Dienstverlening van de afdeling Openbare Werken. In de intakefase geven de medewerkers informatie aan de hand van het invulformulier en advies op maat. Een goede voorbereiding met een volledig ingevuld aanvraagformulier kan immers zorgen voor een snelle afhandeling.

Om de informatieverstrekking te verbeteren worden de volgende voorstellen gedaan.

• 1.

  Ontwikkelen van een folder (evenementenboekje) met algemene informatie waarin helder en beknopt de regels staan beschreven. Deze informatie wordt tevens op de gemeentelijke website geplaatst.

• 2.

  ontwikkelen van één aanvraagformulier voor een evenementenvergunning.

• 3.

  ontwikkelen van een meldingsformulier voor kleine evenementen.

4.15 Wervings-/reclameboren

De gemeente Nuenen is bezig met de formulering van reclamebeleid. Tot de vaststelling van dit beleid gelden naast de regels van de APV over reclame voor het plaatsen van borden aan of op de openbare weg nadere richtlijnen voor het gebruik van gemeentelijke aankondigingsborden. In hoofdstuk 8 wordt nader ingegaan op de beperkte mogelijkheden die de gemeente biedt voor het maken van reclame. In het nog vast te stellen reclamebeleid zullen de reclamemogelijkheden worden verruimd. Voor promotie van evenementen kan ook gedacht worden aan de gemeentelijke website en het burgerjaarverslag.

4.16 Controle en handhaving

Om overlast tegen te gaan is vooral handhaving van de eindtijden en openbare orde van belang. De evenementenkalender en de in deze nota voorgestelde beleidsuitgangspunten bij de vergunning-verlening zullen bijdragen aan een groter draagvlak voor het beleid en dus tot betere naleving en handhaafbaarheid van voorschriften. Daarnaast is de inzet van menskracht door politie en gemeente nodig voor handhaving. Om een goede handhaving te kunnen realiseren zijn duidelijke afspraken vereist over de rolverdeling van en de inzet tussen de verschillende betrokken instanties (gemeente, brandweer, politie, Milieudienst en Voedsel en Warenautoriteiten (VWA)) met organisatoren van evenementen en inwoners rondom evenementenlocaties. Aanbevolen wordt nadere afspraken te maken met betrokken instanties over repressieve6 handhaving met het accent op preventieve handhaving. Geluidshinder is één van de meest voorkomende irritaties bij evenementen. De gemeente Nuenen heeft geen richtlijnen/afspraken over het wanneer wel/niet uitvoeren van geluidscontroles tijdens evenementen (met als gevolg geen handhaving). Het voorstel is om de milieudienst (steekproefsgewijs) geluidsmetingen uit te laten voeren conform een jaarlijks vastgesteld meetplan. Voor controle op geluid tijdens de meest belastende evenementen en natuurlijk wanneer de gemeente het noodzakelijk acht kunnen naast de Politie ook de gemeentelijke opsporingsambtenaren worden ingezet. Bij de jaarprogrammering van de GOA’s moet hiermee rekening worden gehouden. De kosten van de geluidsmetingen komen ten laste van het gemeentelijke budget milieubeleid. Aan organisatoren van evenementen in de categorie Grote Evenementen (categorie 3) kan door de gemeente gevraagd worden om een risico-analyse. Een en ander afhankelijk van de te verwachting belasting van het betreffende evenement. In hoofdstuk 8 wordt nader ingegaan op het aspect van Toezicht en Handhaving.

6 Repressieve handhaving houdt in: een einde maken van een ongewenste/verboden toestand (een overtreding) en overgaan naar een gewenste toestand. Ook het uitschrijven van een proces-verbaal (het beboeten) is een vorm van repressieve handhaving.

4.17 Voorstellen

• 1.

  De gemeente speelt een actieve rol bij het organiseren van evenementen. De faciliterende rol van de gemeente versterken;

• 2.

  De procedure voor aanvraag van evenementenvergunning voortdurend kritisch bekijken;

• 3.

  Digitaal evenementenformulier op de website plaatsen;

• 4.

  Evenementen onderverdelen in kleine, middelgrote en grote evenementen;

• 5.

  Sturen op een meer evenwichtig aanbod van evenementen door het hele seizoen;

• 6.

  Sturen op nieuwe en kwalitatief goede evenementen;

• 7.

  Maximumstelsel voor aantal evenementen per locatie schrappen, maar wel regels vaststellen om overbelasting van een locatie te voorkomen;

• 8.

  Eindtijden voor evenementen vaststellen;

• 9.

  Voor goede voorlichting/informatieverstrekking aan organisatoren, ontwikkelen van een folder (evenementenboekje) met algemene informatie waarin helder en beknopt de regels staan beschreven en ontwikkelen van één aanvraagformulier voor een evene-mentenvergunning;

• 10.

  (bij de formulering van het reclamebeleid) de reclamemogelijkheden verruimen;

• 11.

  duidelijke afspraken maken met betrokken instanties over handhaving;

• 12.

  Steekproefsgewijs geluidsmetingen doen tijdens evenementen;

• 13.

  Inzet van VWA;

• 14.

  Inzet gemeentelijke opsporingsambtenaren verruimen.

5.1 Implementatie

Voor een betere dienstverlening en duidelijkheid extern en intern is een gestroomlijnd traject van vergunningbehandeling van groot belang. De huidige één loketfunctie functioneert naar tevredenheid. De Medewerker vergunningverlening blijft taken verrichten zoals het geven van informatie over evenementen aan organisatoren en het afhandelen van vergunningen en zorgt er voor dat deze op de juiste afdelingen terecht komen en op tijd worden afgehandeld. Dit bevordert een snelle afhandeling en bevordert de communicatie. Zij monitort de evenementen, heeft over de uitvoering van evenementenbeleid met de diverse betrokken afdelingen overleg en adviseert het college over voortzetting of bijstelling van het beleid. Zij verzamelt informatie en documentatie die betrekking heeft op wetten, voorschriften, verordeningen, ontwikkelingen van evenementen, rapporten en onderzoeken. Zij bepaalt samen met de Coördinator Buitendienst de inzet van de buitendienst voor het nemen van maatregelen en het leveren van materialen. Daarnaast houdt de Medewerker vergunningverlening het informatiesysteem bij. In de taak van de Medewerker vergunningverlening is besloten dat het integrale werken wordt gewaarborgd.

Omdat vergunningverlening een wezenlijke vorm van dienstverlening van de gemeente richting burger en bedrijf is, is het belangrijk dat de taakuitvoering bij langdurige afwezigheid van de Medewerker vergunningverlening gecontinueerd wordt.

Het uitvoeren van de in deze notitie genoemde maatregelen is niet alleen een verantwoordelijkheid van het aanspreekpunt, maar betreft alle disciplines die betrokken zijn bij het evenementenbeleid. Van de betrokken beleidsmedewerkers (Milieu, SoZaWe, Voorlichting, Economische Zaken, Integrale Veiligheid en Rampenbestrijding, Brandweer, Recreatie en Toerisme, Openbare Werken) wordt ook een actieve houding verwacht.

5.2 Evaluatie en onderzoek

De effecten van de te nemen acties die genomen worden om de doelstellingen uit deze notitie te realiseren zullen periodiek getoetst moeten worden. Het gaat hierbij om het resultaat van het geheel aan maatregelen als om de inzet van de afzonderlijke instrumenten. Voorgesteld wordt jaarlijks te bekijken welke effecten en neveneffecten het gevolg zijn van het evenementenbeleid. Bij de evaluatie dienen alle betrokken partijen vertegenwoordigd te zijn: evenementenorganisaties, LTP, evenementencomité, horeca, bewoners, brandweer, politie en gemeente. De evenementenkalender van het voorafgaande seizoen staat centraal. Zo kan tijdens het reguliere horecaoverleg onderwerpen als openbare orde en veiligheid bij evenementen worden geëvalueerd.

Op basis van deze evaluatie, kunnen voorstellen tot aanpassing en of wijziging van deze evenementenbeleidsnota worden voorgesteld.

5.3 Communicatie

Voor het kenbaar maken van de beleidslijn is het van belang dat de gemeente de inwoners van Nuenen goed informeert. Naast perspublicaties op de gemeentelijke pagina’s is informatie op de website geëigende middelen. Maar dit wordt niet gezien als een eenmalige actie. De gemeente vindt het van belang om voortdurend in gesprek te blijven met organisatoren en omwonenden. Een open communicatie wordt voorgestaan, waaronder een oproep in Rond de Linde (RdL) voor de opzet van de evenementenkalender.

Inwoners die last hebben van een evenement dienen te weten op welke wijze zij een klacht kunnen indienen. Ze kunnen gebruik maken van de meld- en klachtenlijn van de gemeente. Bij veel inwoners is dit niet bekend. Het voorstel is om dit te promoten. De klacht dient snel en klantvriendelijke te worden afgehandeld na overleg met andere betrokken partijen. Een ander mogelijkheid voor centrale afhandeling van klachten is om alle klachten over het milieu via de MDRE-Helmond te laten gaan. Hiervoor dient wel een overeenkomst afgesloten te worden met de MDRE.

5.4 Voorstellen

• 1.

  Vervanging van medewerker vergunningverlening regelen bij zijn afwezigheid langer dan 3 weken;

• 2.

  De effecten en neveneffecten (van de maatregelen) van het evenementenbeleid jaarlijks evalueren;

• 3.

  meld- en klachtenlijn van de gemeente promoten voor het melden van klachten over evenementen of klachten over evenementen via de MDRE-Helmond te laten lopen.

6.1 Strandbad Nuenen

Het Strandbad Nuenen neemt een bijzondere positie in, omdat:

• 1.

  het een horeca-gelegenheid betreft waar openlucht activiteiten plaatsvinden, en

• 2.

  voor de openlucht festiviteiten het hele terrein wordt gebruikt waarbij ook tenten worden geplaatst.

Strandbad Nuenen is open van april t/m oktober. Omdat carnaval en kermis buiten het openingsseizoen van het Strandbad vallen, kan deze horeca-inrichting geen gebruik maken van de collectieve ontheffingsregeling voor deze dagen. Dit betekent dat deze inrichting, conform artikel 4.1.3. van de APV, maximaal 10 dagen festiviteiten mag organiseren waarbij de geluidsnormen van Barim niet van toepassing zijn.

Enkele omwonenden van het Strandbad Nuenen hebben in 2007 geklaagd over geluidsoverlast en vinden dat als gevolg van het soort en aantal evenementen de leefbaarheid wordt aangetast. De geluidsoverlast wordt veroorzaakt door activiteiten, met name muziek, in tenten. De geluidsoverlast kan aanmerkelijk worden gereduceerd door de tent in een bepaalde richting te plaatsen en tentdoek met geluidsreducerend effect te gebruiken. Het voorstel is om deze aspecten ten aanzien van tenten in de vergunning op te nemen.

Op basis van een geluidsmeting aan de Spijkert 7 tijdens een evenement op 15 september 2007, zijn nadere regels/voorschriften opgesteld. Deze regels zijn opgenomen in hoofdstuk 4, artikel 4.1.3a van de APV en houden in, dat:

Op het Strandbad Nuenen zijn maximaal 10 incidentele festiviteiten per jaar toegestaan, waarbij de geluidsnormen van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer niet van toepassing zijn. Van de 10 mogen er 6 op het buitenterrein en 4 in de bestaande bebouwing worden gehouden.

Voor deze activiteiten geldt dat:

het geluidsniveau LAr, LT door muziek en activiteiten in de inrichting (buitenterrein en bebouwde gedeelte) op de gevel van de omliggende woningen niet meer bedragen dan 55 dB(A) tussen 07.00 en 24.00. Na 24.00 uur geldt een geluidsniveau LAr, LT van 40 dB(A).

Voor de reguliere activiteiten gelden de geluidsnormen van het Activiteitenbesluit.

Om de (verdere) aantasting van het woongenot zoveel als mogelijk te voorkomen en de evenementen, die nu op deze locatie plaatsvinden, te handhaven, geldt voor het Strandbad Nuenen als algemeen uitgangspunt de volgende regeling, conform paragraaf 4.11:

• 1.

  zoveel mogelijk spreiding van evenementen (met ontheffing van de geluidsnormen in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer);

• 2.

  een weekend rust te houden na twee achtereenvolgende weekenden met evenement waarvoor ontheffing van Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer is afgegeven;

• 3.

  een evenement in het weekend (met ontheffing van Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer) dat na 23.00 uur doorgaat bijvoorkeur niet langer dan twee dagen laten duren (vr-za of za-zo);

• 4.

  geen evenement (met ontheffing Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer) laten plaatsvinden aansluitend op een meerdaags evenement.

Het voorstel is om eventuele geluidsoverlast tegen te gaan via limitering van evenementen qua aantal. Dit betekent dat per kalendermaand maximaal twee evenementen met (versterkte) muziek en met een geluidsniveau zoals boven is vermeld.

Voor wat betreft de eindtijden van een evenement worden de volgende normtijden (zoals in tabel 3) gehanteerd.

Buitenevenementen

Binnenevenementen

Belangrijk is dat in de evenementenvergunning een voorschrift wordt opgenomen van de maximale geluidsnorm, zodat indien nodig gehandhaafd kan worden.

Verder dient men erop toe te zien dat bij iedere wijziging van de inrichting een akoestisch onderzoek door het Strandbad wordt uitgevoerd.

6.2 Landgoed Gulbergen

De ontwikkeling van dit terrein tot een evenemententerrein voor mega-events heeft bij het bestuur een lage prioriteit. Het bestuur is van mening dat het gemeenschapsbelang zeer betrekkelijk is alsook de verbinding met Nuenen. De ontwikkeling van Landgoed Gulbergen zal de verdere professionalisering van de evenementenbranche stimuleren.

Naast het realiseren van een noord-zuid gerichte natuurverbinding heeft de regio echter wel als randvoorwaarde gesteld dat Landgoed Gulbergen specifiek voorziet in een (boven)regionaal evenemententerrein.

Evenemententerrein Landgoed Gulbergen:

Dit evenemententerrein dat voor meerdere doeleinden kan worden gebruikt is circa 40 hectare groot. Het evenemententerrein wordt in twee verschillende delen opgesplitst (een zuidelijk deel en een noordelijk deel). Zuidelijk evenemententerrein: Het zuidelijke deel (circa 25 hectare) is bedoeld voor activiteiten die een intensief ruimtegebruik kennen. Noordelijke evenemententerrein: Het noordelijke deel (circa 10 hectare) krijgt een groene verschijningsvorm. Dit deel krijgt een besloten karakter door de aanplant van bosplantsoen.

Op deze twee terreinen zijn jaarlijks onderstaande bezoekersaantallen toegestaan (bestemmingsplan vastgesteld op 2/10/08) :

• •

  Een onbepaald aantal zeer kleinschalige evenementen/beurzen met maximaal 2.500 bezoekers per dag.

• •

  Kleinschalige evenementen met maximaal 10.000 bezoekers per dag, gedurende maximaal 20 dagen.

• •

  Maximaal 3 grootschalige meerdaagse evenementen met maximaal 50.000 bezoekers per evenement gedurende ten hoogste 10 dagen per jaar.

Activiteiten evenemententerrein:

Vooralsnog wordt gedacht aan ondermeer:

• •

  Beurzen (bijvoorbeeld Bloem & Tuin)

• •

  Hippische evenementen (bijvoorbeeld een concours hippique, polowedstrijden, slipjachten)

• •

  Openlucht popconcerten

• •

  Muziekevenementen

• •

  Sportevenementen

• •

  Meerdaagse festivals

• •

  Circus

• •

  Jamboree

• •

  Tentoonstellingen/shows (bijvoorbeeld hondenshows)

• •

  Etc.

Uiteraard moet het ook mogelijk zijn dat ondernemers uit het ontwikkelingsgebied Vaarle in het kader van hun bedrijfsactiviteiten gebruik kunnen maken van het evenemententerrein.

Vastleggen activiteiten evenemententerrein:

Voor wat betreft de zaken rondom de Ruimtelijke Ordening zijn in het bestemmingsplan Landgoed Gulbergen en de MER de evenemententerreinen opgenomen. Daarnaast zal Beheermaatschappij Gulbergen op termijn bij de gemeente Nuenen de benodigde milieuvergunning aanvragen. In deze milieuvergunning kunnen zaken zoals geluidsproductie e.d. worden opgenomen. In een evenementencontract kunnen de verantwoordelijkheden van de vergunninghouder worden neergelegd bij de organisator van een evenement. De organisator is weer verantwoordelijk voor het aanvragen van een APV-vergunning bij de gemeente.

Omdat Landgoed Gulbergen binnen de gemeente Nuenen een uitzonderingspositie geniet, zal in de nabije toekomst ten behoeve van het evenementenbeleid van de gemeente Nuenen een afzonderlijke notitie en een draaiboek voor “evenementen op Landgoed Gulbergen” door Beheermaatschappij Gulbergen BV worden opgesteld. Het spreekt voor zich dat dit in nauwe samenwerking met de gemeente Nuenen geschiedt. Bij het opzetten van de regels is het advies om tezijnertijd goed te kijken en te leren van de ervaringen van de gemeente Best met Aquabest als groot evenemententerrein.

Naast het bestemmingsplan stelt de gemeente ook eisen aan evenement die via dit evenementenbeleid (de APV) zijn vastgesteld. Veiligheidsplannen (toezicht tijdens evenementen, EHBO), Verkeersontsluiting (verkeersrouting plus bebording), Openingstijden (duur van festival), Overlast (geluid, afval), Verkoop van producten (detailhandel ter plaatse, horecavoorzieningen) Verblijf (kamperen tijdens meerdaagse festivals).  Via de APV kan geregeld worden dat de 3 grootschalige evenementen uitsluitend via een combi-regeling bezocht kunnen worden. Hierbij gaat het dan om het niet parkeren op Gulbergen maar om een bus- treinregeling en parkeren op satelietplaatsen. Binnen Gulbergen zijn maar 3500 parkeerplaatsen aanwezig, dit zijn er veel te weinig voor grootschalige evenementen.

6.3 Voorstellen

• 1.

  richtlijnen over richting van tent en gebruik van tentdoek opnemen in de vergunning aan Strandbad Nuenen;

• 2.

  regels vaststellen om de geluidsoverlast als gevolg van evenementen op het terrein van Strandbad Nuenen tegen te gaan;

• 3.

  aparte notitie en draaiboek vaststellen voor grote evenementen op Gulbergen;

• 4.

  Om de parkeerdruk te verlichten kan voor het vervoer van bezoekers van grote evenementen een combi-regeling van en naar station worden getroffen.

7.1 Subsidie

Evenementen organiseren kost veel geld. Naast het zoeken van sponsors en het aanschrijven van fondsen kan het voor de organisator lonen om via de medewerker vergunningverlening uit te zoeken of hij voor subsidie in aanmerking komt. Het uitgangspunt is wel dat evenementen zoveel mogelijk selfsupporting dienen te zijn.  

Het past binnen de visie van de gemeente Nuenen om maatschappelijke basisevenementen zoals carnaval, de intocht van St. Nicolaas, de viering van de bevrijdingsdag, jaarlijks een (vaste) bijdrage te blijven verstrekken om de continuïteit van deze evenementen te waarborgen. De gemeente kan overwegen om een subsidieregeling Bijzondere culturele evenementen in het leven te roepen. Onder een bijzonder cultureel evenement wordt verstaan: een bijzonder experimenteel, vernieuwend en nieuw initiatief op het gebied van amateuristische dan wel professionele kunstbeoefening, dat voldoende kwaliteit heeft en iets toevoegt aan het culturele aanbod van de gemeente Nuenen. Een andere manier om nieuwe evenementen mogelijk te maken is via een vorm van garantstelling of voorfinanciering.

In 2007 heeft de gemeente Nuenen in totaal € 1.877.469 aan subsidies verstrekt. Specifiek voor evenementen is € 1.000 aan subsidies verstrekt. Voor het houden van volksculturele activiteiten (gilden, carnavalsverenigingen, sint Nicolaas- en Oranje comités) is in 2007 € 5.800 aan subsidies verstrekt. Het mag duidelijk zijn dat het subsidie-budget voor evenementen erg minimaal is. Om evenementen met een lokale uitstraling te kunnen stimuleren, is verhoging van het budget wenselijk. Dit kan ook bijvoorbeeld via een Buurtpreventiefonds. Zoals is opgemerkt in de nota Cultuur in Nuenen c.a., is het belangrijk om ‘duidelijkheid te geven over welke culturele activiteiten wij in de toekomst gaan subsidiëren’.

Om te waarborgen dat subsidiebijdragen daadwerkelijk ook bijdragen aan het bereiken van de doelstellingen, is het van belang evenementen aan een kritische evaluatie te onderwerpen. Dit past geheel in het streven naar kwaliteit.

7.2 Legeskosten

De legeskosten voor een evenement worden via de Legesverordening jaarlijks vastgesteld. Tarieven voor leges mogen maximaal kostendekkend zijn. Omdat het ene evenement meer werk kost dan het andere is de hoogte van het bedrag afhankelijk van het soort evenement. Zo zijn kleine niet-commerciële evenementen gratis. Of de huidige tarieven kostendekkend zijn is niet vastgesteld. Op dit moment vindt er een inventarisatie plaats, zodat de toerekening van alle kosten inzichtelijker gemaakt kan worden (zie Basisnotitie Leges 2007 – Kosten en kostentoerekening / Lasten versus baten). Op basis van de volgende criteria kan de hoogte van de legeskosten worden bepaald:

• •

  Risico;

• •

  Verkeersmaatregelen en omleidingen;

• •

  Afstemming met omgeving;

• •

  Afstemming met andere overheidsdiensten;

• •

  Risico voor schade aan gemeente-eigendommen;

• •

  Beoordeling locatie.

Voor alle niet-commerciele (maatschappelijke) evenementen geldt dat voor de aanvraag van een vergunning o.g.v. artikel 2.2.2 geen legeskosten worden berekend.

7.3 Geen vermakelijkhedenretributie

In 2004 is de verordening op de vermakelijkhedenretributie vastgesteld. Het is gebleken dat de verordening in de praktijk (bijna) nooit wordt aangesproken. Tevens kan worden vastgesteld dat de huidige inkomsten uit evenementen een fractie zijn van de kosten die de gemeente hiervoor maakt (case Bloem en Tuin). Reden voor het bestuur om de verordening in te trekken en de kosten via een andere wijze rechtstreeks bij de organisator door te berekenen. Dit zou kunnen geschieden door het maken van meerjarenafspraken middels een convenant, zodat helder is wat de gemeentelijke bijdrage is en welke kosten de organisator tegemoet kan zien. Hierbij is het wel van belang dat de kosten die door gemeentelijke diensten worden gemaakt voor de ondersteuning/het faciliteren van evenementen inzichtelijk worden gemaakt. Dit geldt ook voor de “kosten” van het gebruik van gemeentelijke terreinen voor het houden van evenementen (in plaats van, zoals het nu gaat, het gebruik om niet van gemeentelijke terreinen).

Via de VVEM (de Vereniging voor EvenementenMakers) wordt nu uitgezocht waar de landelijke trends zijn. Met de cluster Belastingen zal gezocht worden naar oplossingen/-alternatieven voor het heffen van een vermakelijkhedenretributie.

7.4 Schade

Indien er schade ontstaat aan gemeente-eigendommen door het gebruik van de vergunning moet de vergunninghouder deze schade aan de gemeente vergoeden. De vergunninghouder moet het (evenementen)terrein in dezelfde staat opleveren als waarin het hem ter beschikking gesteld is. Voor grasvelden kan de gemeente hierop een uitzondering maken, voor zover de schade is veroorzaakt door normaal gebruik (lopen van bezoekers).

Voor schadeclaims van derden, die voortvloeien uit het houden van het evenement, is de organisator zelf aansprakelijk: de gemeente aanvaardt hiervoor geen aansprakelijkheid. Dit moet in de evenementenvergunning expliciet worden vermeld. Als de vergunninghouder handelt in strijd met de bepalingen uit de vergunning is dat een strafbaar feit, dat kan leiden tot intrekking van de vergunning. De vergunninghouder kan in zo’n geval geen aanspraak maken op schadevergoeding.

7.5 Waarborgsommen

De waarborgsom behelst een voorwaardelijke betaling, bedoeld om de financiële positie van de overheid te verzekeren. De vergunningverlener kan een waarborgsom in de vergunning opnemen om een overtreding van vergunningvoorschrift met schadelijke gevolgen aan te kunnen pakken. In de evenementenvergunning is doorgaans als voorschrift opgenomen dat het terrein schoon en opgeruimd wordt achtergelaten. Als blijkt dat niet (voldoende) is gebeurd, overtreedt de organisator een vergunningvoorschrift en kan het bestuur om de reparatiekosten te verhalen de waarborgsom aanspreken.

Voor evenementen en festiviteiten die plaatsvinden in het centrumgebied van Nuenen wordt een waarborgsom geheven. Buurt- en/of wijkverenigingen worden vrijgesteld van waarborgsommen. De waarborgsom wordt teruggestort nadat door de gemeente is vastgesteld dat het terrein schoon en zonder schade aan gemeentelijke eigendommen is opgeleverd. Door of namens de burgemeester kan hiervan worden afgeweken.

Voor het innen en terugstorten van waarborgsommen worden nogal wat administratieve handelingen verricht. Omdat organisatoren bij de gemeente bekend zijn is het voorstel om het principe van waarborgsommen als verzekering te schrappen.

7.6 Budget evenementen

Jaarlijks wordt het budget voor evenementen vastgesteld. Om in de toekomst de belasting op de gemeentelijke organisatie inzichtelijk te maken, dienen alle kosten ten laste van dit budget te worden geboekt. Het betreft de kosten voor:

• •

  electriciteit en water;

• •

  uren van interne medewerkers op basis van externe tarieven;

• •

  materialen

• •

  reiniging

Vanzelfsprekend dienen de opbrengsten (m.u.v. leges) ten gunste van dit budget te komen.

7.7 Evenementenondersteuning

Evenementenondersteuning houdt in dat de gemeente personeel of materieel inzet ten behoeve van kleinschalige niet-commerciële evenementen. Het uitgangspunt is zelfredzaamheid van de organisatie. De gemeente bepaalt of ondersteuning geboden wordt (zie ook hoofdstuk 8.8). Daar waar voorzieningen zijn voor electra en water, kunnen deze tegen de vastgestelde tarieven afgenomen worden van de gemeente.

7.8 Informatie aan bewoners/bedrijven

De gemeente informeert in bijna alle gevallen de inwoners door, vóórdat de vergunning voor een evenement wordt verleend, de aanvraag te publiceren en ter inzage te leggen. Belanghebbenden kunnen hun zienswijze indienen. Nadat de vergunning is verleend, wordt deze opnieuw door de gemeente gepubliceerd. Ook worden door de gemeente verkeersbesluiten bekendgemaakt in Rond de Linde. Het afsluiten van een weg is bijvoorbeeld zo’n verkeersbesluit.

Daarnaast moet de organisator het evenement bekendmaken aan bewoners en bedrijven die mogelijk hinder ondervinden van het evenement. Dit is een voorwaarde in de evenementenvergunning. De organisator dient:

• A.

  met een bewonersbrief de direct omwonenden te informeren. In deze brief staat in elk geval informatie over de aard en duur van het evenement, de eventuele (verkeers)maatregelen, de manier waarop de organisator probeert de overlast te beperken en bij wie men klachten kan indienen.

• B.

  een advertentie te plaatsen in Rond de Linde voor overige belanghebbenden. Een publicatie is bij grote evenementen altijd noodzakelijk. Bij kleine evenementen bekijkt de Medewerker vergunningverlening of het kleine evenement om bepaalde redenen toch gepubliceerd moet worden. Wanneer de medewerker van mening is dat publicatie in het specifieke geval onnodig is, is de publicatie niet vereist.

In geval van het informeren over wegafsluitingen gaat het met name om de gebruikers van panden die gelegen zijn in het afgesloten weggedeelte en bedrijven welke direct hinder ondervinden van de wegafsluiting omdat hun bedrijfspand onbereikbaar is tijdens de wegafsluiting.

Tijdelijke maatregelen, zoals wegafzettingen, parkeerverboden of het veranderen van de toegestane rijrichting, dienen 48 uur van tevoren aan belanghebbenden (omwonenden) te worden medegedeeld.

7.9 Communicatie aan bezoekers

Als de bezoekers uit andere delen van het land komen, is het wenselijk dat de organisator via bijvoorbeeld bewegwijzering aan de bezoekers duidelijk maakt hoe het evenement bereikt kan worden. De bewegwijzering dient binnen 24 uur na afloop van het evenement te zijn verwijderd.

7.10 Evenementenregistratie

Alle evenementen, grote en kleine, worden geregistreerd door de afdeling Openbare Werken van de gemeente. De registratie is van belang om te registreren hoeveel en wat voor evenementen er jaarlijks georganiseerd worden. De volgende gegevens worden per evenement bijgehouden:

• •

  datum

• •

  aantal dagen

• •

  eventueel het geluidsniveau

• •

  locatie

• •

  ingekomen klachten

• •

  eventueel de overtreden voorwaarden

• •

  contactpersoon

• •

  overige bijzonderheden

De Medewerker vergunningverlening kan vertellen hoeveel aanvragen er ingekomen zijn voor evenementen die gehouden worden in de periode dat een aanvrager een evenement wenst te organiseren. De gemeente is niet verantwoordelijk indien, vooraf of achteraf, blijkt dat er tegelijkertijd twee of meer evenementen worden gehouden.

7.11 Voorstellen

• 1.

  Subsidiebudget voor evenementen aan een kritische blik onderwerpen;

• 2.

  Nieuwe activiteiten mogelijk maken via garantstelling of voorfinanciering;

• 3.

  Duidelijkheid over activiteiten die wel in aanmerking komen voor subsidie van de gemeente;

• 4.

  Voor alle niet-commerciele (maatschappelijke) evenementen geldt dat voor de aanvraag van een vergunning o.g.v. artkel 2.2.2 geen legeskosten worden berekend;

• 5.

  Regionale afspraken maken via het SRE maken voor afschaffing van de vermakelijkheden-retributie;

• 6.

  Omdat organisatoren bij de gemeente bekend, kan het principe van waarborgsommen als verzekering worden geschrapt;

• 7.

  Alle kosten die voor evenementen worden gemaakt, centraal registreren, zodat inzichtelijk kan worden gemaakt wat evenementen nu de gemeente werkelijk kosten (hebben gekost).

• 8.

  De organisator van een evenement mede verantwoordelijk stellen voor informatie aan bewoners en bedrijven alsook voor bewegwijzering.

8.1 Geluidsnormen en eindtijden geluidsproductie

Bij een evenement dat buiten plaatsvindt en waarbij muziek ten gehore wordt gebracht, is altijd sprake van enige mate van geluidsoverlast. Op het moment dat een evenement wordt gehouden, is het verhinderen van overlast niet altijd realiseerbaar. De vraag is wat nog acceptabele geluidhinder is ten opzichte van de diverse functies van een evenement. Het aantal dB(A)’s is een constante aanleiding voor verwarring en discussie.

Voor de bepaling van geluidsnormen voor evenementen in Nuenen is gebruik gemaakt van de volgende informatie:

• 1.

  Nota ‘Evenementen met een luidruchtig karakter” : Inspectie Milieuhygiëne Limburg, 1996.

• 2.

  Advies geluidsaspecten evenementenbeleid gemeente Nuenen: SRE Milieudienst Regio Eindhoven d.d. 28 januari 2009, projectnr. 465817, G.H.L.J. Gijsbers.

De Inspectie Milieuhygiëne Limburg van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer heeft in de nota ‘Evenementen met een luidruchtig karakter’(1996) handzame richtlijnen gegeven om te komen tot normering die door veel gemeenten is overgenomen. De normering gaat uit van een gemiddelde gevelisolatie van een woning van 20 à 25 dB(A). De Milieudienst adviseert op grond van het Bouwbesluit bij deze normstelling uit te gaan van 20 dB.

Volgens de nota ‘Evenementen met luidruchtig karakter’ wordt, ondanks dat de achtergrondniveaus in woningen nogal variëren, als basisnorm voor het binnenniveau uitgegaan van 35 dB(A) overdag, in de avond 30 dB(A) en 's nachts 25 dB(A). De Milieudienst adviseert om uit te gaan van 35 dB(A) etmaalwaarde zoals die in de Wet Milieubeheer en Wet Geluidhinder wordt gesteld.

Volgens de nota ‘Evenementen met luidruchtig karakter’ dient, om de grens van het optreden van onduldbare hinder niet te overschrijden, zowel in het kader van een evenement als bij een ontheffing voor incidentele dan wel collectieve festiviteiten, als toelaatbaar geluidsniveau binnen te worden aangehouden een waarde van: 50 dB(A) (nacht 45 dB(A)). De Milieudienst adviseert uit het oogpunt van spraakverstaanbaarheid een stoorgeluid van 55 db(A) als toelaatbaar. Een norm voor het binnenniveau in de nachtperiode van hoger dan 25 dB(A) is uit oogpunt van slaapverstoring dus zeker niet gewenst.

Op grond van de nota ‘Evenementen met een luidruchtig karakter’(1996)’ en het advies van de Milieudienst Regio Eindhoven, hanteren wij de in de onderstaande tabel vastgelegde waarden als maximaal toegestane norm bij de vergunningverlening voor evenementen. In bijlage 4 wordt nader ingegaan op geluidsnormering. Daarin is eveneens informatie over de incidentele festiviteiten  en de collectieve ontheffingen inzake geluidsnormering opgenomen.

Tabel 4 Maximale geluidsnormering op basis van hinder/spraakverstaanbaarheid

* Bij wijze van hoge uitzondering (bijv. met Carnaval en kermis) mag de maximale gevelbelasting met

5 dB(A) worden verhoogd.

** Voor eindtijden geluid, zie tabel 3 paragraaf 4.12.

Conclusie ten aanzien van de normstelling voor Nuenen

• •

  Bij evenementen voor de duur van het evenement een grenswaarde voor het equivalente geluidniveau op de gevels van woningen van derden stellen van ten hoogste 75 dB(A). In de praktijk blijken gevelbelastingen boven de 75 dB(A) te leiden tot klachten.

• •

  Als eindtijd voor de muziek stellen 24:00 uur (23.30 voor meldingsplichtige) voor zondag t/m donderdag en 01:00 uur (24.00 uur voor meldingsplichtige) voor vrijdag en zaterdag of een dag voorafgaande aan een feestdag.

• •

  Eventueel na de eindtijd van het muziekprogramma, wanneer dat in de nachtperiode valt, nog achtergrondgeluidmuziek toestaan met een geluidniveau van ten hoogste 45 dB(A) op de gevels van woningen van derden tot een bepaald tijdstip.

De te stellen grenswaarde bij een ontheffing

Als grenswaarde bij een te verlenen ontheffing kan het beste gekozen worden voor een waarde waarbij het evenement goed kan functioneren. Dat is natuurlijk afhankelijk van de aard van de muziek en de afstand van de vergunningpunten (woningen van derden) tot de geluidbron. Deze waarde kan het beste bepaald worden aan de hand van meetgegevens van een soortgelijk evenement op dezelfde plek.

Als maximale grenswaarde geldt 75 dB(A). Hiervan kan afgeweken worden wanneer bekend is wat de gevelisolatie is van de woning(en) waarop de norm geldt. Is deze meer dan 20 dB dan kan een hogere grenswaarde worden verleend. Op plaatsen waar veelvuldig evenementen met een hoog geluidniveau gehouden worden kan bijvoorbeeld als maatregel overwogen worden woningen extra te laten isoleren.

Advies voorschriften

In de voorwaarden die gesteld worden in de ontheffing dienen de tijden waarop muziek ten gehore mag worden gebracht te worden vermeld (zie paragraaf 4.12 tabel 3 ).

Voor het geluidniveau kunnen de volgende voorwaarden worden opgenomen:

• •

  Het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau LAr,LT veroorzaakt door de activiteiten tijdens het evenement mag, ter plaatse van gevels van woningen van derden, niet meer bedragen dan …. dB(A).

• •

  Indien controle op of berekening van deze geluidsgrenswaarde plaatsvindt, moet dit geschieden overeenkomstig de “Handleiding meten en rekenen industrielawaai” van april 1999, op een hoogte van 1,50 meter boven plaatselijk maaiveld, zonder de eventuele reflectiebijdrage van een achterliggende gevel (invallend geluid) en zonder een strafcorrectie voor muziekgeluid van 10 dB(A). De beoordeling van de meet- en/of rekenresultaten moet dienovereenkomstig plaatsvinden.

Uitvoering

Bij de aanvraag om vergunning of ontheffing van geluidsnormen reeds toetsen of aan de te stellen normen kan worden voldaan. Indien nee: kiezen voor alternatief; andere locatie, ander orkest, andere opzet feest. Indien ja: In vergunningen en/of ontheffingen de uitgangspunten en de maximaal toelaatbare geluidsniveau’s vastleggen; de doelvoorschriften zonodig ondersteunen met middelvoorschriften om overtreding van de doelvoorschriften zoveel mogelijk te voorkomen.

Omwonenden van een “evenement” tijdig informeren omtrent de toegestane duur, sluitingstijden e.d. en deze afspraken ook handhaven. Voor wat betreft het centrum van Nuenen de omwonenden al vroeg in het jaar bekend maken welke evenementen gaan plaatsvinden. De acceptatiegrens kan op deze wijze worden verhoogd. Daarnaast, achteraf, bij voorbeeld door middel van een enquête, inwinnen van informatie bij de omwonenden kan voor de toekomst een betere afstemming tussen wensen, mogelijkheden en de inhoud van de vergunning of ontheffing mogelijk maken.

8.2 Plaatsen tent

Het plaatsen van een tent is, in verband met de brandveiligheid, verbonden aan een aantal veiligheidsvoorschriften. De brandweer beoordeelt voor welke tenten dit van toepassing is. De voorschriften zijn opgesteld door de brandweer. Op 1 november 2008 is het Besluit brandveilig gebruik Bouwwerken in werking getreden. Dit besluit bevat landelijk geldende regelgeving over het brandveilig gebruik van bouwwerken en is van toepassing op alle bouwwerken. De procedure bij ons werkt als volgt:

Uiterlijk 4 weken voor het plaatsvinden van het evenement dient de organisator van het evenement contact op te nemen met de medewerker preventie van de brandweer voor het maken van afspraken over het evenement, de controle en naleving.

Bijlage 5 van deze nota presenteert de brandveiligheidvoorwaarden met betrekking tot het plaatsen en in gebruik hebben van een tent. De brandweer beoordeelt aan de hand van het aanvraagformulier of voorschriften worden opgelegd7. De voorschriften worden voorafgaand aan en tijdens het evenement gecontroleerd8. Hiertoe is een checklist opgesteld (bijlage 6)

Er kan niet altijd een tent geplaatst worden in verband met kabels en leidingen of bepaalde soorten verhardingen. Daarom mag zonder toestemming van de gemeente niets in de grond geslagen worden.

7 Globaal kan gesteld worden dat veiligheidsvoorschriften o.b.v. de gebruiksvergunning worden opgelegd voor een tent voor minimaal 50 personen.

8 Bij risicoevenementen met meer dan 50 bezoekers (incl. medewerkers van het evenement) zijn bedrijfshulpverleners vereist. De brandweercommandant geeft aan of dit nodig is.

8.3 Verkoop alcoholhoudende dranken

Voor het verstrekken van zwak alcoholhoudende drank buiten een horeca-inrichting is op grond van artikel 35 van de Drank- en Horecawet een ontheffing van het College vereist. Hierbij wordt de eis gesteld dat de drankverstrekking van alcohol onder onmiddellijke leiding van een persoon geschiedt die voldoet aan artikel 8, lid 2 van de Drank- en Horecawet (leeftijd minimaal 21 jaar, niet onder curatele staan, en niet van slecht levensgedrag zijn) en een bewijsstuk heeft inzake sociale hygiëne.

Op aanvraag van de organisator van het evenement kan ontheffing worden verleend voor het schenken van zwak alcoholhoudende dranken. Deze ontheffing zal worden verleend tot uiterlijk een half uur voor de eindtijd van het evenement. De gemeente Nuenen heeft eigen beleid geformuleerd over het terugdringen van het alcoholgebruik onder jongeren. Ook neemt de gemeente deel aan het regionale project “Laat je niet flessen”.  

8.4 Verkeersveiligheid en verkeersmaatregelen

Ten behoeve van een evenement kan het noodzakelijk zijn tijdelijke verkeersmaatregelen te treffen. Voor verkeersmaatregelen van geringe omvang is de organisatie verantwoordelijk. Adviezen van politie, brandweer en gemeente dienen hierbij te worden betrokken c.q. opgevolgd. Over de benodigde materialen ten behoeve van deze verkeersmaatregelen kunnen in een aantal gevallen afspraken worden gemaakt met de afdeling Openbare Werken van de gemeente. In principe dient de organisator van het evenement zelf zorg te dragen voor de benodigde materialen.

Voor verkeersmaatregelen waarbij omleidingsroutes noodzakelijk zijn, hebben zowel de gemeente als de organisator een gezamenlijke verantwoordelijkheid. De afdeling Openbare Werken zorgt voor aanmaak en plaatsing van de daarvoor benodigde borden. In bijlage 7 staan de regels voor het treffen van verkeersmaatregelen bij grote evenementen.

8.4.1 Wegafsluitingen

Jaarlijks worden er verschillende straten afgesloten voor het verkeer ten behoeve van evenementen.

Dit veroorzaakt overlast voor bewoners en bedrijven gevestigd in deze straten. Een beperkte overlast moet getolereerd worden omdat evenementen ook een meerwaarde brengen. Maar als een straat -en vooral een straat waarin veel bedrijven gelegen zijn- vaak wordt afgezet, leidt dit tot een onevenredig grote overlast.

Op basis van artikel 1.8 van de Algemene Plaatselijke Verordening mag de gemeente de evenementenvergunning weigeren in het belang van de openbare orde en veiligheid. Er wordt een belangenafweging gemaakt. Daarin tellen mee het belang van de burger bij dat specifieke evenement en het belang van de aanvrager ten opzichte van de andere aanvragers die een wegafsluiting in dezelfde straat hebben aangevraagd. De volgende aspecten wegen mee in de belangenafweging:

• •

  kan het evenement ook plaatsvinden zonder die bepaalde weg af te sluiten?

• •

  hoe groot is de meerwaarde van dit evenement?

• •

  is het uit technische of uit veiligheidsoverwegingen mogelijk om een andere route / gebied te kiezen9?

9Te denken valt aan wielerevenementen waarbij:

• 1.

  een rechte sprintlengte van een x-aantal meters voor de finish is voorgeschreven en;

• 2.

  de bezoekers zich concentreren op een klein gebied (de finish).

Ook al zijn bepaalde wegafzettingen niet door de gemeente geplaatst, doch dienen deze op gezette tijden door de gemeente gecontroleerd te worden.

8.4.2 Bereikbaarheid hulpdiensten en belangrijke gebouwen

Een groot evenement dient bereikbaar te zijn voor hulpdiensten. De brandweer heeft van de hulpdiensten de grootste voertuigen, en stelt daarom de eisen met betrekking tot de bereikbaarheid van hulpdiensten tot het evenement. Voor meer informatie omtrent de eisen zie bijlage 9.

Daarnaast kan het voorkomen dat een evenement de bereikbaarheid van bepaalde gebouwen niet mag verhinderen. Voor een goede bereikbaarheid van gebouwen via het openbare wegennet heeft de Brandweer bepaalde wegen aangewezen als hoofdroute 1 of hoofdroute 2.

De wegen aangeduid als hoofdroute 1, moeten te allen tijde vrij gehouden blijven van alle vormen van obstakels. De wegen aangeduid als hoofdroute 2, zijn bedoeld om vanuit de hoofdroute 1 soepel de wijk in te kunnen. Tevens zijn ze ook bedoeld als alternatieve route wanneer een hoofdroute 1 is afgesloten.

Aanpassingen en/of afsluitingen van de wegen aangeduid als hoofdroute 1 en 2 dienen daarom in goed overleg met de Brandweer te geschieden. De aanvrager dient bij de aanvraag een alternatief aan te geven voor de brandweerroutes en de bereikbaarheid van objecten op/naast een evenemententerrein aan de brandweer.

Vastgesteld moet worden dat het Park en het van Goghplein op de hoofdroute 1 van de brandweer vallen. Een evenement op deze locaties heeft een negatieve invloed op de brandweerzorg in de gehele gemeente. Men dient hiermee rekening te houden bij het houden van evenementen in het centrum.

Met betrekking tot de hoofdroutes heeft de brandweer een kaart (bij het beleidsplan Bereikbaarheid en bluswatervoorziening) opgesteld met: doorgaande wegen, wegen en terreinen met een bijzondere bestemming (markt), evenemententerreinen en routes van de operationele diensten (brandweer, ambulance etc.).

8.4.3 Parkeren

Voor wat betreft de parkeersituatie dient de organisatie ervoor te zorgen dat er voldoende parkeergelegenheid voor bezoekers en deelnemers is. Bij de parkeergelegenheid dienen medewerkers aanwezig te zijn om het parkeren in goede banen te leiden en toezicht te houden. Tevens dient de organisatie ervoor te zorgen dat er voldoende bewegwijzering is aangebracht naar het parkeerterrein. Omwonenden mogen gedurende de evenementen geen overlast ondervinden van geparkeerde auto's van bezoekers. De hulpverleningsdiensten dienen te allen tijde vrije doorgang te hebben. De politie en de gemeente kunnen voorwaarden stellen aan de te creëren parkeergelegenheid.

8.4.4 Verkeersregelaars

Bij elke activiteit op de openbare weg, waarbij het verkeer voor de veiligheid van de deelnemers en weggebruikers geregeld moet worden, zijn, op grond van de ‘Regeling Verkeersregelaars’  verkeersregelaars vereist. Verkeersregelaars zijn vrijwilligers vanuit de organisatie van het evenement die instructie krijgen van de politie. Of er verkeersregelaars moeten worden ingezet wordt bepaald door de verkeerskundig medewerker van de gemeente in overleg met de politie. Aan de hand van de route wordt in samenspraak met de organisatie, het aantal verkeersregelaars vastgesteld. Het werven van verkeersregelaars is een eigen verantwoordelijkheid van de organisatie.

Verkeersregelaars die per evenement worden aangesteld krijgen hiervoor een instructie onder verantwoordelijkheid van een korpschef van het regionale politiekorps. De organisatie dient de verkeersregelaars verplicht te verzekeren. Een verzekering moet dekking geven voor Wettelijke Aansprakelijkheid, zaak- en persoonsschade en huishoudelijke hulp. De verkeersregelaar mag uitsluitend optreden gekleed in een oranje fluorescerende hes met daarop het woord verkeersregelaar, zowel op voor- als achterzijde. De verkeersregelaar wordt per evenement aangesteld namens de burgemeester door of namens de afdelingschef van de politie groep Geldrop-Mierlo – Nuenen. Aanstelling vindt plaats na controle van het verzekeringsbewijs en een lijst met de naam, adres en geboortedatum van elke verkeersregelaar. (zie bijlage 8 Regeling Verkeersregelaars). De aanstelling wordt vastgelegd in een aanstellingsbesluit. De medewerker van afdeling Openbare Werken die de aanvraag voor de evenementenvergunning behandelt, zal aan de aanvrager kenbaar maken of verkeersregulatie noodzakelijk is.

8.5 Fysieke (brand) veiligheid en gebruik van vuurwerk

De brandweer stelt nadere eisen op het gebied van fysieke veiligheid. Het is moeilijk om voor een grote verscheidenheid aan evenementen één richtlijn over veiligheid op te stellen. Het verzekeren van fysieke veiligheid is immers bijna altijd maatwerk. Echter, indien één van onderstaande objecten aanwezig is voor, tijdens of na het evenement, dan verhoogt het risico op brand:

• Gasflessen

• Barbecues

• Gasgevulde ballonnen

• Bakken en braden

• Tenten

• Kramen

• Plaatsing van objecten

• Gebruik van brandbare materialen

De Medewerker vergunningverlening vraagt dan een advies aan de brandweer. In andere gevallen kan een brandweeradvies ook noodzakelijk zijn.

Bij evenementen wordt soms vuurwerk afgestoken. Dit dient altijd te gebeuren door een erkend bedrijf. Afhankelijk van de hoeveelheid vuurwerk moet het erkende bedrijf daarvan bij de provincie Noord-Brabant melding doen of een vergunning aanvragen. De gemeente mag hiertoe geen vergunningen verlenen en heeft hierin geen rol. Wel dient de gemeente op de hoogte gebracht te worden van het gebruik van vuurwerk. Het ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu kan voorafgaand en tijdens het evenement controles uitvoeren inzake het gebruik van vuurwerk.

8.6 Toezicht en Handhaving

Bij verstoring van de openbare orde of bij ernstige vrees daarvoor, is de burgemeester bevoegd bevelen te geven die hij noodzakelijk acht voor de handhaving van de openbare orde. Om de veiligheid van bezoekers en omwonenden te garanderen, neemt de burgemeester voorschriften in de vergunning op waaraan de organisator zich dient te houden. De organisator fungeert als aanspreekpunt voor hulpdiensten en andere betrokkenen.

Het sluitstuk van het evenementenbeleid is handhaving. Er zijn vier belangrijke terreinen waar optreden van belang is: Openbare orde, brandveiligheid, geluid en verkeersveiligheid. Om overlast tegen te gaan is vooral de handhaving van de regels voor deze terreinen van belang.

Het opstellen van de evenementenkalender en de in deze nota voorgestelde beleidsuitgangspunten bij de vergunningverlening zullen bijdragen aan een groter draagvlak voor het beleid en dus tot betere naleving en handhaafbaarheid van voorschriften. Daarnaast is de inzet van menskracht door politie en gemeente nodig voor handhaving. Wanneer geconstateerd wordt dat voorschriften van een vergunning worden overtreden kan daartegen op twee manieren worden opgetreden:

1. Bestuursrechtelijk

Bij ernstige overtredingen van de voorschriften kan in principe bestuursdwang worden toegepast (op grond van artikel 125 van de Gemeentewet). Bij het constateren van een overtreding kan het college van burgemeester en wethouders een einde aan de overtreding maken. Zo mogelijk moet de overtreder eerst schriftelijk worden gewaarschuwd, maar bij ernstige overtredingen van geluidsvoorschriften bij evenementen waarbij uitstel niet kan worden getolereerd is dit niet noodzakelijk. Een dwangsomprocedure is bij kortdurende activiteiten hoe dan ook niet aan de orde omdat het een schriftelijke procedure betreft welke dus per definitie achter de feiten aanloopt.

2. Strafrechtelijk

Het overschrijden van een voorschrift van een vergunning of ontheffing op basis van de APV is ook strafbaar op basis van diezelfde APV. Politieambtenaren of onze Goa’s zijn bevoegd te bevelen of te vorderen dat de overtreding wordt beëindigd.

Organisatie van (preventieve) handhaving

Het is belangrijk dat er tijdig afstemming (vooroverleg) is tussen de politie, gemeente en organisator bij grote en risico-evenementen (evenementen die extra zorg behoeven, omdat ze eenmalig zijn of omdat ze bekend staan om hun risico) en evenementen in het grijs gebied (omvat evenementen die moeilijker te plaatsen zijn en evenementen die niet zijn aangemeld). Het is raadzaam om in de APV als weigeringsgrond voor het verstrekken van vergunning voor risico-evenementen op te nemen: het ontbreken van voldoende politiecapaciteit, mede gelet op andere evenementen in de regio.

Het lijkt daarmee wenselijk een grote inspanning te richten op preventieve handhaving om de noodzaak van repressieve handhaving te voorkomen. De basis voor preventieve handhaving zou moeten liggen in de vergunning of ontheffing zelf: de voorschriften in de vergunning of ontheffing dienen op handhaving ervan te zijn afgestemd en dienen bij dit soort activiteiten sterk te zijn gebaseerd op preventie van overtreding van de vergunning of ontheffing. Dat lijkt een open deur maar is het zeker niet. Vaak worden in de vergunning alleen geluidsnormen (doelvoorschriften) opgenomen zonder ondersteuning van deze doelen met middelvoorschriften. Het verdient aanbeveling om de gestelde doelvoorschriften te ondersteunen met middelvoorschriften zoals het installeren van geluidsbegrenzers, het gebruik van speciale tentdoeken, aangeven van de opstelling van luidsprekers, aangeven van plaats, opstelling en materiaal van afscherming voor luidsprekers eventueel in combinatie met afscherming van geluidsgevoelige objecten.

Daarnaast is het essentieel dat bij het verlenen van een vergunning of ontheffing reeds een toets plaatsvindt of het - gezien de aard van het feest en de locatie - in principe wel mogelijk is om bij normaal functioneren aan de te stellen normen te voldoen.

In individuele gevallen kan worden besloten geluidsmetingen te laten verrichten om op die wijze het maximale geluidsniveau te bepalen. Ook kan opdracht worden gegeven om controlemetingen uit te voeren om te bezien of aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan.

In de nota handhavingsbeleid 2006-2008 van de gemeente Nuenen werd aan de handhaving op het zonder of in afwijking van een vergunning houden van evenementen een hoge prioriteit toegekend. Echter, in de notitie uitvoering handhavingsnota, vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Nuenen c.a. op 26 februari 2008, wordt aan de toezicht op vergunning voor evenementen (zowel groot- als kleinschalig) en de controle op afwijken van ontheffing geluidhinder een lage prioriteit toegekend. Dit is natuurlijk niet wenselijk.    

Om een goede handhaving te kunnen realiseren is nodig:

• 1.

  duidelijkheid over de rolverdeling tussen de verschillende betrokkenen. De volgende rolverdeling wordt voorgesteld:

  • Politie: handhaving eindtijden, veiligheid en openbare orde.

  • SRE Milieudienst: handhaving van geluidsnormen.

  • Brandweer: controle van de brandveiligheid (gebruikersvergunning)

  • Afdeling Openbare Werken en politie/ GOA: o.a. toezicht en handhaving van de regels op het gebied van parkeren en afval, het signaleren van overtredingen, het gebruik van gemeentegrond. De GOA kan zowel bestuursrechtelijk toezicht houden als strafrechtelijk optreden.

  • VWA: rol in de handhaving op het gebied van alcohol en tabak.

• 2.

  verruiming van de inzetbaarheid van de GOA’s door andere prioritering, zodat bij vooral risicovolle evenementen na 21.00 uur gecontroleerd en gehandhaafd kan worden. Omdat de GOA’s niet na 21.00 uur werken, is de inzet van deze GOA’s bij evenementen zeer beperkt.

• 3.

  steekproefgewijze controle, indien er geen klachten of gevaar worden verwacht. Frequentie van controles opnemen in het jaarprogramma handhaving.

• 4.

  altijd controle, indien tijdens een evenement een klacht wordt geuit.

• 5.

  uitvoeren van metingen zowel naar aanleiding van klachten als preventief.

• 6.

  het doen van beroep op de eigen verantwoordelijkheid van de organisatie om ook de optredende

• 7.

  geluidsniveaus binnen de gestelde grenzen te houden.

• 8.

  actief optreden bij overtredingen van politie en/of gemeentefunctionarissen.

In het algemeen ontvangt de organisator bij een geconstateerde overtreding één waarschuwing. Indien daaraan niet onmiddellijk gevolg wordt gegeven volgt een proces-verbaal en wordt het evenement stilgelegd. Tijdens het evenement worden steekproefsgewijze geluidsmetingen uitgevoerd ter controle van de gestelde voorwaarden. Deze gegevens worden meegewogen bij de akoestische beoordeling van een volgend evenement van dezelfde organisator. Constateringen van overtredingen kunnen gevolgen hebben voor het organiseren van hetzelfde of een vergelijkbaar evenement in de toekomst. Te denken valt aan:

• •

  strengere voorschriften bij een volgend evenement (bijvoorbeeld meet- en rapportageverplichting,

• •

  geluidsbegrenzing),

• •

  het evenement niet meer toestaan,

• •

  het hanteren van een borgstelling.

Natuurlijk moet goed gedrag beloond worden. Organisatoren zouden een “premie” moeten ontvangen voor hun voorbeeldig gedrag.

Klachten

De meeste klachten tijdens een evenement gaan over geluidsoverlast en wegafsluitingen, maar ook klachten over (zwerf)afval, autoverkeer, beschadiging van bodem en groen en wildplassen komen voor.

Het spreekt voor zich dat de organisator verantwoordelijk is voor klachten. De klagende burger dient een klacht allereerst kenbaar te maken bij de organisatie van het evenement. Via een bewonersbrief of (een) andere publicatie(s) moet de organisator aangeven dat burgers in eerste instantie bij de organisator terecht kunnen met hun klacht. Pas indien, na herhaaldelijk verzoek, de organisatie van het evenement geen passende actie onderneemt, is het voor de burger mogelijk contact op te nemen met de politie en/of gemeente.

Als een klacht bij de gemeente wordt gemeld (piket), dan noteert de dienstdoende chef piketdienst de klacht en neemt hierover contact op met de organisatie. In een volgend jaar kan de klacht leiden tot aanscherping van de vergunningvoorwaarden voor dat evenement. Ook kan de klacht leiden tot gerichte controles en –mogelijk- maatregelen.

Vaak is het moeilijk tijdens het evenement direct actie te ondernemen. Indien de burger de problemen vooraf kan inschatten, kan hij daarom beter vooraf zijn opmerkingen doorgeven aan de gemeente. Dan kan nog actie worden ondernomen om klachten te voorkomen.

Het aantal klachten zal aanzienlijk minder zijn als mensen weten wat er gedaan wordt om de overlast te voorkomen. Voor organisatoren is het raadzaam omwonenden en omliggende bedrijven hierover tijdig te informeren. Begrip is altijd de beste weg!

8:7a Gezondheid

Op het gebied van de gezondheids- en hygiëneaspecten bij een evenement zal in bepaalde gevallen door de gemeente het advies ingewonnen van de GHOR (Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen) en GGD. De inzet van de EHBO kan voorgeschreven worden.

GHOR

De gemeente vult de GHOR-checklist in bij alle vergunningaanvragen. De GHOR brengt aan de hand van een landelijk model de risico’s in kaart. Op basis daarvan geeft zij een advies af over de in de vergunning op te nemen maatregelen. Die maatregelen hebben betrekking op de dagelijkse zorg, technisch-hygiënische aspecten en calamiteitenbestrijding. Naar de aard en de omvang van het evenement -waarbij de samenstelling van het publiek, de locatie en het tijdstip ook een rol spelen- beoordeelt de GHOR of de gezondheidsvoorzieningen (o.a. ambulancezorg, vrijwilligers van het Rode Kruis, ziekenhuizen en psychosociale nazorg) preventief moet worden gewaarschuwd of ingeschakeld. De GHOR stelt de MKA (Meldkamer Ambulancezorg) en de omliggende ziekenhuizen op de hoogte van het evenement.

Op basis van het GHOR-advies wordt ook de EHBO-inzet bepaald. De conclusie kan zijn dat er geen of juist wel EHBO-inzet nodig is. En zo ja, hoeveel.

Wanneer EHBO-inzet vereist is, schrijft de gemeente minimaal één EHBO’er voor. Het is echter bij veel EHBO-verenigingen zo dat de EHBO zelf de regel hanteert dat de inzet altijd uit koppels van twee personen moet bestaan. Daarover dient de organisator dan zelf afspraken te maken met de EHBO.

EHBO

Als geen GHOR-advies wordt opgevraagd, geldt als grove richtlijn dat één EHBO-er wordt voorgeschreven per 300 bezoekers mits er geen bijzondere omstandigheden zijn om hier vanaf te wijken. De Medewerker vergunningverlening bepaalt of er sprake is van bijzondere omstandigheden.

Daarnaast kunt u er zelf voor kiezen om toch de EHBO te benaderen.

Als wel een GHOR-advies wordt opgevraagd, kan de EHBO-inzet worden voorgeschreven bij grote en kleine evenementen. In de vergunningsvoorwaarden wordt dan opgenomen dat de EHBO aanwezig moet zijn tijdens het evenement. Hoe groot de inzet van de EHBO dient te zijn, wordt ook aangegeven.

In de EHBO-post dienen voldoende voorzieningen aanwezig te zijn, zoals een ruim gesorteerde EHBO-koffer met materiaal voor EHBO-hulpverlening, tafels, stoelen, drinkwater en communicatiemiddelen.

Afhankelijk van de aard en omvang van het evenement kunnen ook meer dan één EHBO-posten vereist zijn. Ook kan de vergunningverlener als voorwaarde stellen dat hulpverleners met specifieke expertise aanwezig zijn. De ervaring met evenementen is dat 0,1% van de aanwezigen geneeskundige zorg nodig heeft. Ca. 0,01% van de aanwezigen heeft ernstig letsel.

8:7b Calamiteiten- en organisatieplan

Bij evenementen met meer dan 5.000 gelijktijdige bezoekers, dient de organisatie een calamiteiten- en organisatieplan te overleggen. Evenementen van dit formaat kunnen alleen op Landgoed Gulbergen gehouden worden.  

8:8 Evenementenondersteuning

8.8.1 Beschikbaar stelling materialen

De organisator van een evenement is verantwoordelijk voor materialen. Ten behoeve van verkeersafzettingen, omleidingen e.d. stelt de gemeente, indien voorradig, materialen ter beschikking. Het betreft materialen zoals drang-/afzethekken, verkeersborden en vuilniscontainers. De materialen dienen door de organisatie zelf bij de gemeentewerf te worden afgehaald en teruggebracht. Om het materiaal in stand te houden wordt er huur gevraagd voor de materialen. Voor diensten en het verbruik van stroom en water wordt een vergoeding gevraagd. De vergoeding wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld.

8.8.2 Inzet gemeente-medewerkers

In het verleden werd voor zowel kleine als grote evenementen vaak een beroep gedaan op de gemeentemedewerkers van de buitendienst van de afdeling Openbare Werken. Het ging vooral om werkzaamheden zoals het plaatsen van aankondigingsborden, schoonmaak, herstel, verkeersmaatregelen, dranghekken e.d. Helaas wordt deze ondersteuning niet meer geleverd. Deze taak is nu een volledige verantwoordelijkheid van de organisator. Alleen in zeer uitzonderlijke gevallen is de gemeente bereid ondersteuning aan te bieden. Zoals bijvoorbeeld bij werkzaamheden die een gevaar voor het verkeer kunnen opleveren (denk hierbij aan de plaatsing van aankondigingsborden). Het bieden van gemeentelijke ondersteuning is geheel in lijn met de doelstellingen van het Wmo- en Accommodatiebeleid. Voor commerciële festiviteiten worden de uren van de buitendienst medewerkers tegen het jaarlijks vastgesteld uurtarief (2008 € 65,-/uur) in rekening gebracht bij de organisator. Voor ondersteuning die de gemeente verplicht dient te leveren (uitvoering kerntaken) worden geen kosten in rekening gebracht. Hieronder vallen ook werkzaamheden als wegafsluitingen en de controle op afzettingen en bebording. Het voorstel is om de controle op wegafsluitingen, bebording, bewegwijzering etc. door de piketdienst uit te laten voeren.

8:9 Reclame /spandoeken

Voor reclame-uitingen is in voorbereiding een notitie “Reclame nota” . Vooralsnog geldt dat voor reclame-uitingen binnen de gemeentegrenzen de groene gemeentelijke aankondigingsborden bij de invalswegen gebruikt kunnen worden. Verspreid over de gemeente staan ook speciale blauw/gele palen voor grote en kleine aankondigingsborden. Deze mogen alleen met de toestemming van de gemeente gebruikt worden voor het plaatsen van borden.

Verenigingen, (commerciële) instellingen en bedrijven hebben de mogelijkheid voor tijdelijke wegbewijzering bij evenementen. Hiervoor dient in acht te worden genomen de standaardregeling voor de tijdelijke bewegwijzering van evenementen. Een evenement komt in aanmerking voor tijdelijke wegbewijzering als er bezoekers van buiten de gemeentegrenzen worden verwacht. In bijlage 11  ‘notitie bewegwijzering’, zijn de uitgangspunten van deze regeling toegelicht.

Het is niet toegestaan op andere dan de daarvoor bestemde locaties borden te plaatsen of middels het zogenaamde “wildplakken” reclameposters op of aan gemeentelijke eigendommen te hangen. In de gemeente mogen spandoeken worden geplaatst alleen op afgesloten parcours en tegen gebouwen. De regels voor reclame-uitingen en locaties en afmetingen van reclameborden staan in de notitie ‘Nadere richtlijnen gebruik gemeentelijke aankondigingsborden’.

8:10 Opruimen van afval, schade

In de evenementenvergunning wordt een aantal voorwaarden opgelegd t.a.v. het opruimen van afval na afloop van een evenement. De vergunning bepaalt onder andere het volgende:

• 1.

  De organisatie dient ervoor zorg te dragen dat er voldoende afvalbakken geplaatst worden.

• 2.

  De organisatie dient bezoekers door middel van borden te attenderen op het voorkomen van straatvervuiling en schade aan de beplanting.

• 3.

  Na afloop dient de organisatie ervoor zorg te dragen dat het terrein wordt opgeruimd en in oorspronkelijke staat wordt gebracht.

• 4.

  Indien het terrein niet volledig is opgeruimd zal de gemeente dit doen op kosten van de organisatie.

• 5.

  Schade aan gemeente-eigendommen wordt op de organisatie verhaald.

Als service is er voor organisatoren van een niet-commercieel evenement de mogelijkheid om afval tegen betaling af te geven bij de milieustraat. Indien men hier gebruik van wenst te maken kan men een milieupas lenen bij de balie Wonen en Openbare Ruimte. Voor het aanbieden op de milieustraat dient men wel de regels van de milieustraat in acht te nemen.

Voor een aantal breed gedragen niet-commerciële evenementen wordt op deze regel een uitzondering gemaakt; de carnaval, de Koninginnedag, Bevrijdingsdag en de kermis. Bij deze evenementen wordt de schoonmaak verzorgd door de gemeente. Uiteraard blijft hier overeind hetgeen is vastgelegd in de Wet Milieubeheer en de afvalstoffenverordening van de gemeente Nuenen, namelijk dat horecaondernemers de zorg hebben voor het verwijderen van verontreinigingen binnen een afstand van 25 meter van de horecagelegenheid of standplaats.

8:11 Overige algemene beleidsuitgangspunten

• 1.

  Omwonenden dienen vooraf door de organisatie schriftelijk op de hoogte te worden gesteld van het evenement.

• 2.

  De organisatie is verantwoordelijk voor een goede gang van zaken en een ordelijk verloop van het evenement.

• 3.

  De organisatie dient voldoende personeel (door de gemeente te bepalen uitgangspunt per 50 bezoekers één toezichthouder (twee bij jeugd- en jongerenactiviteiten) uitsluitend belast met toezicht) in te zetten voor het houden van toezicht gedurende de festiviteiten. Deze toezichthouders dienen duidelijk herkenbaar te zijn.

• 4.

  Binnen de organisatie moet één persoon fungeren als aanspreekpunt.

• 5.

  Aan de politie en de gemeente moet worden doorgegeven welke personen voor bewaking en wie als aanspreekpunt worden ingezet.

• 6.

  De hulpverleningsdiensten dienen te allen tijde vrije doorgang te hebben.

• 7.

  Voorzieningen voor brandweer (bluswater) mogen nooit belemmerd worden. Deze voorzieningen moeten altijd bereikbaar zijn.

• 8.

  De beplanting dient zoveel mogelijk te worden ontzien. Eventuele schade komt voor rekening van de organisatie.

• 9.

  Er dienen voldoende sanitaire voorzieningen aanwezig te zijn.

• 10.

  Tijdens een evenement dient men bijvoorkeur gebruik te maken van evenementen glazen.

• 11.

  Eventuele schade welke voortvloeit uit het gebruik maken van de evenementenvergunning is voor rekening van vergunninghouder. Deze vrijwaart de gemeente geheel van aanspraken van derden op schadevergoeding.

• 12.

  Het in strijd handelen met een van de voorschriften uit de evenementenvergunning kan ertoe leiden dat de vergunning onmiddellijk wordt ingetrokken. Dit betekent dat het evenement moet worden beëindigd.

• 13.

  De gestelde sluitingstijden dienen strikt te worden gehanteerd.

• 14.

  Aanwijzingen van de (regio)politie, gemeente of brandweer dienen onmiddellijk te worden opgevolgd. Op eerste aanwijzing van de (regio)politie dienen alle activiteiten te worden stilgelegd.

8:12 Voorstellen

• 1.

  Vaststellen van geluidsnormen voor evenementen in Nuenen met als maximale grenswaarde 75 dB(A);

• 2.

  Omwonenden van een “evenement” altijd tijdig informeren;

• 3.

  Vaststellen van veligheidsvoorschriften voor het plaatsen van een tent of ander bouwwerk;

• 4.

  Vaststellen van regels voor het treffen van verkeersmaatregelen;

• 5.

  Wegafzettingen tijdens evenementen dienen te allen tijde door de gemeente gecontroleerd te worden;

• 6.

  Accepteren dat evenementen in het Park en het van Goghplein op de hoofdroute 1 van de brandweer vallen en dus deze een negatieve invloed op de brandweerzorg in de gehele gemeente hebben;

• 7.

  Opnemen in de APV als weigeringsgrond voor het verstrekken van vergunning voor risico-evenementen, het ontbreken van voldoende politiecapaciteit, mede gelet op andere evenementen in de regio;

• 8.

  Bij grote en risicovolle evenementen, ruim tevoren overleg met de politie over de aanpak;

• 9.

  Organisatoren met goed gedrag belonen door bijv. een premie te verstrekken;

• 10.

  Aandacht voor handhaving op het zonder of in afwijking van een vergunning houden van evenementen;   

• 11.

  Bij evenementen met meer dan 5.000 gelijktijdige bezoekers, dient de organisatie een calamiteiten- en organisatieplan voor te leggen;

• 12.

  De door de buitendienst gemaakte uren worden bij de evenementenorganisatie in rekening gebracht. Behalve voor de taken die de gemeente verplicht moet leveren;

• 13.

  De controle op wegafsluitingen, bebording, bewegwijzering etc. door de piketdienst uit te laten voeren.

Geraadpleegde literatuur en bronnen

• 1.

  Passie onder (regel)druk gemeenten; Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties

• 2.

  Evenementenbeleid van verschillende gemeenten

• 3.

  Evenementenvisie Eindhoven 2005-2008 “Een STAD met ambitie”, december 2004

• 4.

  Nota “Evenementen met een luidruchtig karakter” , Inspectie Milieuhygiene Limburg

• 5.

  Notitie Commissie Aansturing Politie (CAP) “Politie en evenementen”, 30-0902008

• 6.

  Nota Handhavingsbeleid 2006-2008 van de gemeente Nuenen. Vastgesteld door de raad 9 februari 2006.

• 7.

  Notitie uitvoering handhavingsnota van de gemeente Nuenen. Vastgesteld door het college op 12 februari 2008.

• 8.

  Diverse beleidsnota’s van de gemeente Nuenen.