Uitvoeringsbesluit graven, asbestemming en gedenkplaatsen 2013

Artikel 1

Begripsomschrijvingen

In de in dit uitvoeringsbesluit opgenomen nadere regelen wordt verstaan onder: a. de begraafplaats: de Nieuwe Algemene Begraafplaats aan de Wijkamplaan te Baarn; b. de verordening: de Beheersverordening Nieuwe Algemene Begraafplaats Baarn 2013;

• c.

  graf: een zandgraf of een keldergraf;

• d.

  grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin één of meerdere lijken worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;

• e.

  asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

• f.

  urn: een voorwerp ter berging van één of meer asbussen;

• g.

  particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

  • a.

    het doen begraven en begraven houden van lijken;

  • b.

    het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • c.

    het doen verstrooien van as;

• h.

  algemeen graf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

• i.

  particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

  • 1.

    het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • 2.

    het doen verstrooien van as;

• j.

  algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

• k.

  particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

• l.

  particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend om overledenen te gedenken;

• m.

  het register: het geheel van administratieve gegevens en bescheiden, geautomatiseerde verzamelingen van gegevens en bescheiden daaronder begrepen, waarin gegevens zijn opgenomen omtrent de door de gemeente uitgegeven graven alsmede van de rechten en verplichtingen die ten aanzien rechthebbenden of andere belanghebbenden zijn vastgelegd of overeengekomen.

Artikel 2

Indeling. uitgifte en maatvoering der graven

• 1.

  In algemene graven, algemene kindergraven daaronder begrepen, wordt gelegenheid gegeven om lijken te begraven voor de tijd van tien jaren.

• 2.

  De particuliere graven, particuliere kindergraven daaronder begrepen, worden onderverdeeld in: a. graven die worden uitgegeven voor de tijd van vijftien jaren, bestemd voor het begra-

  ven van ten hoogste twee lijken dan wel het plaatsen van twee asbussen met of zonder urnen of het verstrooien van as van twee overledenen;

• b.

  graven die worden uitgegeven voor de tijd van dertig jaren, bestemd voor het begraven

van ten hoogste twee lijken dan wel het plaatsen van twee asbussen met of zonder urnen of het verstrooien van as van twee overledenen.

• 3.

  De lengte- en breedtemaat van een graf bedraagt voor een:

• a.

  algemeen graf of een particulier graf, een algemeen kindergraf of een particulier kinder-

  graf daaronder begrepen: ten hoogste 200 x 100 cm;

• b.

  een algemeen urnengraf of een particulier urnengraf: ten hoogste 100 x 100 cm.

Artikel 3

Verplichte verlenging van de uitgiftetermijn

1.De rechthebbende van een particulier graf of van een particuliere urnennis die toestemming

verleent tot het doen begraven of het doen bijzetten van een lijk of van de overblijfselen van een lijk, wanneer de begrafenis of de bijzetting plaatsheeft op een tijdstip waardoor de resterende uitgiftetermijn minder bedraagt dan de geldende wettelijke grafrusttermijn, is tevens gehouden een verzoek in te dienen tot het verlengen van de uitgiftetermijn met een periode van vijftien jaren.

2.De verlengingsperiode als bedoeld in het eerste lid vangt aan op het moment dat de lopende uitgiftetermijn eindigt die voor het betreffende graf of de urnennis geldt op het moment van de begrafenis of de bijzetting als bedoeld in het vorige lid.

Artikel 4

De bezorging van as

• 1.

  In algemene urnengraven wordt gelegenheid gegeven tot bijzetten van asbussen met of zonder urnen, voor de tijd van tien jaren.

• 2.

  De particuliere urnengraven worden onderverdeeld in: a. urnengraven die worden uitgegeven voor de tijd van vijftien jaren, bestemd voor het

  bijzetten van ten hoogste twee asbussen met of zonder urnen;

• b.

  urnengraven die worden uitgegeven voor de tijd van dertig jaren, bestemd voor het bijzetten van ten hoogste twee asbussen met of zonder urnen.

• 3.

  De particuliere urnennissen worden onderverdeeld in:

• a.

  urnennissen die worden uitgegeven voor de tijd van vijftien jaren, bestemd voor het bijzetten van ten hoogste twee asbussen met of zonder urnen;

• b.

  urnennissen die worden uitgegeven voor de tijd van dertig jaren, bestemd voor het bijzetten van ten hoogste twee asbussen met of zonder urnen.

Artikel 5

Gedenkplaatsen

De particuliere gedenkplaatsen worden onderverdeeld in:

• a.

  gedenkplaatsen, die worden uitgegeven voor de tijd van vijftien jaren;

• b.

  gedenkplaatsen, die worden uitgegeven voor de tijd van dertig jaren.

Artikel 6

De verantwoordelijkheden ten aanzien van het register

• 1.

  Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor het bijhouden van het

  register.

• 2.

  De beheerder regelt de organisatie van de werkzaamheden die van belang zijn voor het tijdig, juist en volledig bijhouden van het register.

Artikel 7

De inhoud van het register

• 1.

  In het register wordt in ieder geval aantekening gehouden van: a. de aanduiding van het graf, de urnennis of de gedenkplaats, de plaats daarvan op de

  begraafplaats alsmede de aard en de grootte daarvan en verdere gegevens van be- lang in verband met het beheer van de begraafplaats of in verband met de uitgifte van het graf, de urnennis of de gedenkplaats;

• b.

  indien het een graf betreft, gegevens omtrent hoeveel stoffelijke overschotten in dit

  graf begraven kunnen worden, en voor welke periode dit graf door de gemeente is uitgegeven;

• c.

  indien het een particuliere urnennis betreft, gegevens omtrent hoeveel asbussen met of zonder urnen, in deze nis kunnen worden bijgezet alsmede de periode waarvoor de nis door de gemeente is uitgegeven;

• d.

  indien het een particuliere gedenkplaats betreft, voor welke periode de gedenkplaats door de gemeente is uitgegeven;

• e.

  de naam, het adres en verdere gegevens van de natuurlijk persoon of rechtspersoon die de rechthebbende is van een particulier graf;

• f.

  de naam, het adres en verdere gegevens van de natuurlijk persoon of rechtspersoon die de gebruiker is van een algemeen graf;

• g.

  voor welke graven, urnennissen en gedenkplaatsen vergunning is afgegeven voor het aanbrengen van grafbedekking of een gedenkteken.

• 2.

  In het register wordt per afzonderlijk graf of urnennis bijgehouden van welke personen de stoffelijke overschotten dan wel de overblijfselen in het graf of de urnennis zijn begraven of bijgezet, de geboortedatum of de leeftijd op het moment van overlijden alsmede de datum van de begraving of de bijzetting.

• 3.

  Bij het register wordt door de beheerder een archief bijgehouden, houdende:

• a.

  alle besluiten van de raad, het college van burgemeester en wethouders alsmede

van de door hem genomen besluiten;

• b.

  aanvraagformulieren, grafakten, andere documenten en verklaringen, al dan niet van rechthebbenden, gebruikers of andere belanghebbenden, betreffende de uitgifte van graven, urnennissen of gedenk plaatsen, dan wel van de beëindiging daarvan;

• c.

  correspondentie, verloven tot begraven en overige documenten;

voor zover van belang voor en betrekking hebbende op de begraafplaats in het algemeen en die van afzonderlijke graven, urnennissen en gedenkplaatsen in het bijzonder.

4.Het archief wordt geacht deel uit te maken van het register.

Artikel 8

De openbaarheid van het register

Het college van burgemeester en wethouders stelt bij afzonderlijke regels vast in hoeverre de gegevens in het register voor eenieder toegankelijk zijn.

Artikel 9

Inwerkingtreding

Deze nadere regels treden in werking op 1 juli 2013, of indien de bekendmaking op een later moment plaatsheeft, op de eerste dag na de datum van het gemeenteblad waarin zij is geplaatst.

Artikel 10

Citeertitel

Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als: “het Uitvoeringsbesluit graven, asbestemming en gedenkplaatsen 2013”.

Baarn, 7 mei 2013.

burgemeester en wethouders van Baarn,

secretaris burgemeester