Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR301357
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR301357/1
Regeling vervallen per 31-12-2013
Wijziging Verordening rioolheffing 2010, 2011, 2012 en 2013
Geldend van 27-06-2013 t/m 30-12-2013 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2010
Gemeenteblad 2013
Wijziging Verordening rioolheffing 2010, 2011, 2012 en 2013
De raad van de gemeente Rotterdam,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 4 juni 2013 (raadsvoorstel nr. AP012); raadsstuk 13GR1651;
gelet op artikel 228a, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
besluit:
tot wijziging van de Verordening rioolheffing 2010, 2011, 2012 en 2013
Artikel I
De Verordening rioolheffing 2010 wordt als volgt gewijzigd.
A
Artikel 5 en 6 komen te luiden:
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar de waarde in het economische verkeer van het perceel, waarbij geldt dat:
- a.
ingeval het perceel een onroerende zaak is, de waarde in het economische verkeer gelijk is aan de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde zoals deze voor het in artikel 7 bedoelde kalenderjaar geldt;
- b.
ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, de heffingsmaatstaf van dat perceel wordt bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Artikel 6 Tarief
- 1.
Het tarief voor woningen bedraagt per perceel per belastingjaar:
- a.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 40.000,-: € 36,-;
- b.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 40.000,-: € 180,-.
- 2.
Het tarief voor niet-woningen bedraagt per perceel per belastingjaar:
- a.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 40.000,-: € 36,-;
- b.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 40.000,- maar niet meer dan € 200.000,-: € 180,-;
c. indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 200.000,-: € 180,- verhoogd met 0,07466% van het deel van de waarde dat hoger is dan € 200.000,-, met dien verstande dat het tarief maximaal € 1.560,- bedraagt.
B
Aan de verordening wordt een toelichting toegevoegd die luidt als volgt.
Toelichting op de Verordening rioolheffing 2010
Verlaagd tarief
In het kader van de afwikkeling en om uitvoering te geven aan een aantal moties van de gemeenteraad, wordt met terugwerkende kracht een verlaagd tarief ingevoerd voor objecten die geacht worden een geringer profijt van de directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering te hebben.
Voorbeelden van objecten die onder dit objectieve criterium vallen, zijn garageboxen, bergingen, fietsenstallingen, kleine opslagloodsen en andere woning en niet-woning objecten met een geringe waarde.
Om redenen van:
- ·
juridische houdbaarheid;
- ·
objectieve meetbaarheid;
- ·
doelmatigheid (praktische uitvoerbaarheid);
- ·
kostenefficiëntie,
is een verlaagd tarief ingevoerd voor alle percelen met een op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde die lager is dan € 40.000,-.
Deze aanpassing van de verordening geschiedt met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2010.
Artikel II
De Verordening rioolheffing 2011 wordt als volgt gewijzigd.
A
Artikel 5 en 6 komen te luiden:
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar de waarde in het economische verkeer van het perceel, waarbij geldt dat:
- a.
ingeval het perceel een onroerende zaak is, de waarde in het economische verkeer gelijk is aan de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde zoals deze voor het in artikel 7 bedoelde kalenderjaar geldt;
- b.
ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, de heffingsmaatstaf van dat perceel wordt bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Artikel 6 Tarief
- 1.
Het tarief voor woningen bedraagt per perceel per belastingjaar:
- a.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 40.000,-: € 36,60;
- b.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 40.000,-: € 183,20.
- 2.
Het tarief voor niet-woningen bedraagt per perceel per belastingjaar:
- a.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 40.000,-: € 36,60;
- b.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 40.000,- maar niet meer dan € 200.000,-: € 183,20;
- c.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 200.000,-: € 183,20 verhoogd met 0,07291% van het deel van de waarde dat hoger is dan € 200.000,-, met dien verstande dat het tarief maximaal € 1.587,30 bedraagt.
B
Aan de verordening wordt een toelichting toegevoegd die luidt als volgt.
Toelichting op de Verordening rioolheffing 2011
Verlaagd tarief
In het kader van de afwikkeling en om uitvoering te geven aan een aantal moties van de gemeenteraad, wordt met terugwerkende kracht een verlaagd tarief ingevoerd voor objecten die geacht worden een geringer profijt van de directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering te hebben.
Voorbeelden van objecten die onder dit objectieve criterium vallen, zijn garageboxen, bergingen, fietsenstallingen, kleine opslagloodsen en andere woning en niet-woning objecten met een geringe waarde.
Om redenen van:
- ·
juridische houdbaarheid;
- ·
objectieve meetbaarheid;
- ·
doelmatigheid (praktische uitvoerbaarheid);
- ·
kostenefficiëntie,
is een verlaagd tarief ingevoerd voor alle percelen met een op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde die lager is dan € 40.000,-.
De aanpassing van de verordening geschiedt met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2011.
Artikel III
De Verordening rioolheffing 2012 wordt als volgt gewijzigd.
A
Artikel 5 en 6 komen te luiden:
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar de waarde in het economische verkeer van het perceel, waarbij geldt dat:
- a.
ingeval het perceel een onroerende zaak is, de waarde in het economische verkeer gelijk is aan de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde zoals deze voor het in artikel 7 bedoelde kalenderjaar geldt;
- b.
ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, de heffingsmaatstaf van dat perceel wordt bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Artikel 6 Tarief
- 1.
Het tarief voor woningen bedraagt per perceel per belastingjaar:
- a.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 40.000,-: € 37,50;
- b.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 40.000,-: € 187,70.
- 2.
Het tarief voor niet-woningen bedraagt per perceel per belastingjaar:
- a.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 40.000,-: € 37,50;
- b.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 40.000,- maar niet meer dan € 200.000,-: € 187,70;
- c.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 200.000,-: € 187,70 verhoogd met 0,07474% van het deel van de waarde dat hoger is dan € 200.000,-, met dien verstande dat het tarief maximaal € 1.627,- bedraagt.
B
Aan de verordening wordt een toelichting toegevoegd die luidt als volgt.
Toelichting op de Verordening rioolheffing 2012
Verlaagd tarief
In het kader van de afwikkeling en om uitvoering te geven aan een aantal moties van de gemeenteraad, wordt met terugwerkende kracht een verlaagd tarief ingevoerd voor objecten die geacht worden een geringer profijt van de directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering te hebben.
Voorbeelden van objecten die onder dit objectieve criterium vallen, zijn garageboxen, bergingen, fietsenstallingen, kleine opslagloodsen en andere woning en niet-woning objecten met een geringe waarde.
Om redenen van:
- ·
juridische houdbaarheid;
- ·
objectieve meetbaarheid;
- ·
doelmatigheid (praktische uitvoerbaarheid);
- ·
kostenefficiëntie,
is een verlaagd tarief ingevoerd voor alle percelen met een op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde die lager is dan € 40.000,-.
De aanpassing van de verordening geschiedt met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2012.
Artikel IV
De Verordening rioolheffing 2013 wordt als volgt gewijzigd.
A
Artikel 5 en 6 komen te luiden:
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting voor wordt geheven naar de waarde in het economische verkeer van het perceel, waarbij geldt dat:
- a.
ingeval het perceel een onroerende zaak is, de waarde in het economische verkeer gelijk is aan de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde zoals deze voor het in artikel 7 bedoelde kalenderjaar geldt;
- b.
ingeval voor het perceel geen waarde op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken is vastgesteld, de heffingsmaatstaf van dat perceel wordt bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Artikel 6 Tarief
- 1.
Het tarief voor woningen bedraagt per perceel per belastingjaar
- a.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 40.000,-: € 39,20;
- b.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 40.000,-: € 195,80.
- 2.
Het tarief voor niet-woningen bedraagt per perceel per belastingjaar:
- a.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer niet meer bedraagt dan € 40.000,-: € 39,20;
- b.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 40.000,- maar niet meer dan € 200.000,-: € 195,80;
- c.
indien de in artikel 5, bedoelde waarde in het economische verkeer meer bedraagt dan € 200.000,-: € 195,80 verhoogd met 0,07795% van het deel van de waarde dat hoger is dan € 200.000,-, met dien verstande dat het tarief maximaal € 1.696,90 bedraagt.
B
Aan de toelichting wordt de volgende alinea toegevoegd
Verlaagd tarief
In het kader van de afwikkeling en om uitvoering te geven aan een aantal moties van de gemeenteraad, wordt met terugwerkende kracht een verlaagd tarief ingevoerd voor objecten die geacht worden een geringer profijt van de directe of indirecte aansluiting op de gemeentelijke riolering te hebben.
Voorbeelden van objecten die onder dit objectieve criterium vallen, zijn garageboxen, bergingen, fietsenstallingen, kleine opslagloodsen en andere woning en niet-woning objecten met een geringe waarde.
Om redenen van:
- ·
juridische houdbaarheid;
- ·
objectieve meetbaarheid;
- ·
doelmatigheid (praktische uitvoerbaarheid);
- ·
kostenefficiëntie,
is een verlaagd tarief ingevoerd voor alle percelen met een op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor die onroerende zaak vastgestelde waarde die lager is dan € 40.000,-.
De aanpassing van de verordening geschiedt met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2013.
Artikel V
- 1.
Artikel I treedt in werking op de eerste dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2010.
- 2.
Artikel II treedt in werking op de eerste dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2011.
- 3.
Artikel III treedt in werking op de eerste dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2012.
- 4.
Artikel IV treedt in werking op de eerste dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2013.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 20 juni 2013.
De griffier,
J.G.A. Paans
De voorzitter,
A.Aboutaleb
Dit gemeenteblad is uitgegeven op 27 juni 2013 en ligt op werkdagen van 8.30 tot 16.00 uur ter inzage bij het Kenniscentrum Bestuursdienst Rotterdam (KBR), locatie Stadswinkel Centrum, Coolsingel 40 (zijde Doelwater, tegenover hoofdbureau politie)
(Zie ook: www.bds.rotterdam.nl – Gemeentebladen)
- 1.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl