Regeling vervallen per 01-04-2014

Verordening structurele subsidies peuterspeelzaalwerk 2009

Geldend van 22-10-2009 t/m 31-03-2014 met terugwerkende kracht vanaf 01-10-2009

Intitulé

Verordening structurele subsidies peuterspeelzaalwerk 2009

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    peuters: kinderen in de leeftijd van 2 tot en met 4 jaar;

  • b.

    peuterspeelzaalwerk: een geheel van samenhangende voorzieningen met als doelstelling het bevorderen van de sociale, creatieve en educatieve ontplooiing en de motorische ontwikkeling van peuters, onder meer door spel en omgang met leeftijdgenootjes;

  • c.

    dagdeel: drie aaneengesloten uren tijdens de ochtend of middag gedurende welke de peuterspeelzaal voor een groep peuters is opengesteld;

  • d.

    peuterspeelzaal: een ruimtelijke voorziening voor kinderopvang uitsluitend voor kinderen vanaf 2 jaar tot het moment waarop zij het basisonderwijs kunnen volgen, die minimaal 2 dagdelen per week, gedurende 40 weken per jaar geopend is;

  • e.

    functionaris: de krachtens een arbeidsovereenkomst in een peuterspeelzaal werkzame persoon die voldoet aan van toepassing zijnde opleidingseisen.

Artikel 2 Algemene bepaling

Op aanvragen voor een subsidie in het kader van deze verordening is het gestelde in de Algemene Subsidieverordening Heemstede onverkort van toepassing.

Artikel 3 Te subsidiëren instellingen

  • 1. Voor subsidie komen in aanmerking instellingen in Heemstede die zich bezighouden met peuterspeelzaalwerk en als zodanig door burgemeester en wethouders zijn aangewezen.

  • 2. Een instelling kan door burgemeester en wethouders worden aangewezen als zijnde een instelling die zich bezighoudt met peuterspeelzaalwerk, indien er een aantoonbare noodzaak toe bestaat in verband met een betere spreiding van de betreffende voorzieningen.

Artikel 4 Aanvullende voorschriften voor subsidiëring

  • 1. Een instelling brengt aan de ouders een ouderbijdrage in rekening op basis van een door burgemeester en wethouders vastgestelde tabel van ouderbijdragen. Een instelling kan, met instemming van de ouderraad, een aanvullende vrijwillige bijdrage aan de ouders verzoeken.

  • 2. Eenzelfde peuter mag de peuterspeelzaal bezoeken gedurende ten hoogste 2 dagdelen per week.

  • 3. Een groep bestaat tenminste uit 14 en ten hoogste 18 peuters; alvorens nieuwe groepen te vormen worden bestaande groepen aangevuld tot 18 peuters.

  • 4. Per groep dienen 2 functionarissen aanwezig te zijn.

  • 5. Van het totaal aantal kinderen dat een peuterspeelzaal bezoekt dient minimaal 80% woonachtig in Heemstede te zijn.

  • 6. In bijzondere omstandigheden kunnen burgemeester en wethouders gedurende de periode van één jaar ontheffing verlenen van de onder lid 5 van dit artikel gestelde voorwaarde.

Artikel 5 Grondslag en wijze van berekening van de subsidie

  • 1. Aan een instelling wordt een jaarlijkse subsidie verstrekt in de kosten van personeel, huisvesting, organisatie en activiteiten.

  • 2. Bij de berekening van de subsidie in de personeelskosten wordt uitgegaan van het Functieboek CAO Welzijn & Maatschappelijke Dienstverlening.

  • 3. Bij de berekening van de subsidie in de personeelskosten wordt ervan uitgegaan dat:

    • a.

      het aantal uren van een uitvoerende functie ten hoogste 4,0 per dagdeel per peutergroep bedraagt;

    • b.

      een functionaris in een uitvoerende functie wordt aangesteld als peuterspeelzaalleidster 1;

    • c.

      het aantal uren van een leidinggevende ten hoogste 0,75 per dagdeel van het totaal aantal peutergroepen bedraagt;

    • d.

      een functionaris die een leidinggevende taak vervult maximaal kan worden aangesteld als peuterspeelzaalleidster 2;

    • e.

      per instelling maximaal 1 functionaris met een leidingevende taak wordt gesubsidieerd;

    • f.

      de berekening betrekking heeft op een periode van maximaal 45 weken per jaar bij een openstelling van maximaal 40 weken per jaar.

  • 4. Bij de berekening van de subsidie in de kosten van huisvesting, organisatie en activiteiten wordt uitgegaan van een gemaximeerde bijdrage. Hierbij wordt jaarlijks niet meer dan een trendmatige verhoging toegestaan. Deze verhoging bedraagt maximaal het in de gemeentebegroting gebruikte indexcijfer.

  • 5. Bij de vaststelling van de hoogte van de in lid 4 genoemde gemaximeerde kosten wordt uitgegaan van de kosten die bij de subsidieverlening 2009 als grondslag dienden. In het geval sprake is van een eerste aanvraag is de vaststelling van de hoogte van de in lid 1 genoemde kosten ter beoordeling van burgemeester en wethouders.

  • 6. In bijzondere gevallen, dit ter beoordeling van burgemeester en wethouders, kan een andere subsidiegrondslag worden toegepast.

Artikel 6 Slotbepalingenen en overgangsregeling

  • 1. Voorzover deze verordening afwijkt van de Verordening kwaliteitsregels peuterspeelzalen Heemstede 2006 en de Nadere regels peuterspeelzalen 2006, gaat deze verordening voor.

  • 2. De verordening kan worden aangehaald als: “Verordening structurele subsidies peuterspeelzaalwerk 2009”.

  • 3. Zij treedt in werking op 1 oktober 2009.

  • 4. Op een aanvraag die is ingediend vóór de inwerkingtreding van deze verordening wordt op basis van de op het moment van ontvangst van de aanvraag geldende regels beslist.

  • 5. De “Deelverordening Peuterspeelzaalwerk 2006”, vastgesteld op 29 maart 2007, nr. 7, wordt ingetrokken op de in het derde lid van dit artikel genoemde datum.

Ondertekening

Vastgesteld bij raadsbesluit van 24 september 2009.