Nadere regels subsidiering jeugdsport

1. Om in aanmerking te komen voor subsidie moet het aantal actieve jeugdleden van de sportvereniging tenminste 14 bedragen.

2. De vaststelling van het aantal jeugdleden vindt plaats aan de hand van de door de sportorganisatie gewaarmerkte ledenlijst van het kalenderjaar voorafgaande aan het kalenderjaar waarvoor subsidie wordt gevraagd.

1. Bij de aanvraag voegt de sportvereniging een door de sportorganisatie gewaarmerkte ledenlijst als bedoeld in artikel 4, lid 2. Na overleg met het college kan de ledenlijst op een later tijdstip ingediend worden.

2. De aanvraag voor verlening van subsidie wordt tevens aangemerkt als een aanvraag voor vaststelling van de subsidie.

3. In afwijking van het bepaalde in artikel 20, lid 2 van de Algemene subsidieverordening, behoeft de aanvraag geen inhoudelijk verslag te bevatten, waaruit blijkt dat de activiteiten zijn verricht.

1. Het subsidiebedrag bedraagt een vast bedrag per jeugdlid.

2. Het subsidiebedrag bedraagt € 19,67 per jaar per jeugdlid. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast aan de hand van de door de gemeente gehanteerde indexcijfers.

3. Als de contributie minder bedraagt dan het vastgestelde subsidiebedrag per jeugdlid, dan wordt voor de berekening van het subsidiebedrag uitgegaan van het verschuldigde bedrag aan contributie in het jaar van de aanvraag van subsidie.

1. In alle gevallen waarin deze nadere regels niet voorzien, beslist het college.

2. Deze regeling treedt in werking de dag na publicatie en werkt terug tot en met 1 januari 2012.

3. De Beleidsregel jeugdsportsubsidie, vastgesteld bij besluit van 29 februari 2008, wordt ingetrokken.

4. Op subsidies die zijn verleend of vastgesteld op grond van de in lid 3 genoemde beleidsregel, blijven de bepalingen van deze beleidsregel van toepassing.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van Veenendaal, d.d. 27 maart 2012.

mevr. drs. A. van de Klift - secretaris

de heer mr. T. Elzenga - burgemeester