Regeling vervallen per 01-10-2016

Subsidieregeling Inburgering

Geldend van 14-06-2013 t/m 30-09-2016

Verordening

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • a.

    dagelijks bestuur (DB): het dagelijks bestuur van Stadsdeel Zuid;

  • b.

    gevestigd: een project is gevestigd als het een aantoonbaar succesvolle/beproefde methode betreft;

  • c.

    inburgering: het volgen van een traject waarin de Nederlandse taal en de deelname aan de Nederlandse samenleving centraal staan;

  • d.

    inburgeringsvoortraject: het aanbieden van begeleiding aan vrijwillige inburgeraars op het gebied van taal en deelname aan de samenleving, met als doelstelling, de inburgeraar aan een regulier inburgeringstraject te laten deelnemen;

  • e.

    vernieuwend: een project is vernieuwend door combinaties aan te gaan met andere leefvelden, of door het volgen van een aanpak met een experimentele aard;

  • f.

    verplichte inburgeraar: iemand die krachtens de Wet Inburgering (2007) verplicht is om een inburgeringstraject te volgen;

  • g.

    vrijwillige inburgeraar: iemand die onvoldoende Nederlands spreekt om te kunnen participeren in de samenleving, en gemotiveerd is om hierin verandering aan te brengen.

Artikel 2. Doel subsidieregeling

Deze subsidieregeling is van toepassing op het beleidsterrein diversiteit en burgerschap. Het doel van deze subsidieregeling is dat inburgeraars begeleiding ontvangen die er toe bijdraagt dat zij aan een inburgeringstraject gaan deelnemen met als doel dat mensen participeren in de samenleving en dat vrijwillige inburgeraars worden begeleid bij hun inburgeringstraject.

Artikel 3. Subsidiabele activiteiten

Het DB kan eenmalige en periodieke subsidie verlenen ten behoeve van aanvullende inburgeringsvoortrajecten, inburgeringsactiviteiten (flankerend inburgeringsbeleid) en trajectbegeleiding.

Hoofdstuk 2 Subsidieplafond

Artikel 4. Subsidieplafond

Het DB stelt voor de activiteiten die op grond van deze subsidieregeling voor subsidie in aanmerking komen, jaarlijks het subsidieplafond vast.

Hoofdstuk 3 Subsidieaanvraag

Artikel 5. Aanvraagtermijn eenmalige subsidies

Een aanvraag voor een eenmalige subsidie wordt acht weken voordat de activiteit aanvangt, ingediend.

Hoofdstuk 4 Verlening en weigering van de subsidie

Artikel 6. Verlening van de subsidie

  • 1. Aanvragen die voor periodieke subsidie in aanmerking komen, worden door het DB gerangschikt op een prioriteitenlijst.

  • 2. De rangschikking wordt bepaald door:

    • a.

      De mate waarin deze voldoen aan het doel van de regeling.

    • b.

      De mate waarin deze voldoen aan de subsidiecriteria.

    • c.

      De verhouding tussen de prijs en de kwaliteit.

    • d.

      De aansluiting bij de beleidsuitgangspunten zoals vastgelegd in het Beleidskader Sociaal Domein 2010 - 2014.

    • e.

      De mate waarin naar de mening van het DB kan worden voldaan aan de verplichtingen gesteld onder hoofdstuk 5.

  • 3. Het DB verleent slechts subsidie voor activiteiten die:

    • a.

      Bij een eenmalige subsidie een maximale looptijd hebben van twaalf maanden.

    • b.

      Worden uitgevoerd voor inwoners van Stadsdeel Zuid.

    • c.

      Geen winstoogmerk hebben.

    • d.

      Vernieuwend of gevestigd zijn.

  • 4. Indien de aanvrager de activiteit combineert met andere trajecten beoordeelt het DB of deze combinatie wenselijk is.

  • 5. Het DB kan bij het toekennen van subsidie aan gecombineerde projecten aanvullende voorwaarden stellen.

  • 6. Het DB kan afwijken van de voor deze regeling geldende maximumbedragen.

Hoofdstuk 5 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Artikel 7. Aanvullende verplichtingen

  • Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2012, zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

  • 1. Het DB kan de subsidieontvanger verplichten tot het maken van samenwerkingsafspraken met het Breed sociaal loket.

  • 2. De aanvrager moet in de aanvraag duidelijk maken hoe zij met eventuele klachten van deelnemers omgaat.

  • 3. De subsidieontvanger verschaft informatie die bijdraagt aan monitoring en onderzoek van de effecten van de activiteit.

  • 4. Het DB kan de subsidieontvanger verplichten tot het vaststellen van een stagebeleid.

Artikel 8. Overgangsbepaling

  • 1. Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 2. Op het ogenblik van inwerkingtreding van deze regeling, komt te vervallen: de subsidieregeling Inburgering eenmalig die vastgesteld is op 1 januari 2012.

Artikel 9. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Subsidieregeling Inburgering.