Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR28771
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR28771/1
Verordening Inrichting Antidiscriminatievoorziening Gemeente Hattem
Geldend van 28-01-2010 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 28-01-2010
Intitulé
VERORDENING INRICHTING ANTIDISCRIMINATIEVOORZIENINGDe raad van de gemeente Hattem;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 januari 2010;
gelet op artikel 1 van de Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen;
besluit vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING INRICHTING ANTIDISCRIMINATIEVOORZIENING GEMEENTE HATTEM
Artikel 1 Begripsbepalingen
- 1.
Wet : de Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen.
- 2.
Besluit : het Besluit gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen.
- 3.
Antidiscriminatievoorziening: antidiscriminatievoorziening als bedoeld in artikel 1 van de Wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen.
- 4.
Klacht : klacht bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder a, van de wet.
- 5.
Klachtbehandelaar: klachtbehandelaar als bedoeld in artikel 1 van het besluit.
- 6.
Klager : Klager als bedoeld in artikel 1 van het besluit.
- 7.
Ingezetene: ingezetene als bedoeld in artikel 2 van de Gemeentewet.
Artikel 2 Zorgplicht college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders biedt de ingezetenen toegang tot een antidiscriminatievoorziening.
Artikel 3 Inrichting antidiscriminatievoorziening
Bij de inrichting van de antidiscriminatievoorziening worden in ieder geval de deskundigheid van klachtbehandelaars en de toegankelijkheid van de voorziening gewaarborgd.
- 1.
De antidiscriminatievoorziening draagt er zorg voor dat de klachtbehandelaars voldoen aan de voor klachtenbehandeling vereiste deskundigheid en biedt de klachtbehandelaars de mogelijkheid hun deskundigheid te onderhouden en verder te ontwikkelen.
- 2.
De klager heeft in ieder geval de mogelijkheid om een klacht te melden:
- •
Per post;
- •
Per e-mail;
- •
Telefonisch;
- •
Op een door de gemeente beschikbaar gestelde locatie als bedoeld in artikel 5 van deze verordening.
- •
Artikel 4 Protocol klachtenbehandeling
Het protocol voor de behandeling van klachten als bedoeld in artikel 6 van de wet regelt in ieder geval:
- a
De afdoeningtermijn van klachten;
- b
De wijze van afdoening van klachten;
- c
De registratie van klachten.
Artikel 5 Laagdrempeligheid antidiscriminatievoorziening
- 1.
Ingezetenen worden in de gelegenheid gesteld een klacht in hun directe leefomgeving te melden.
- 2.
Het college draagt zorg voor de deskundigheid van de medewerkers van de antidiscriminatievoorziening.
- 3.
Het college draagt zorg voor de adequate opname en doorgeleiding van de meldingen.
- 4.
Klager wordt door de medewerkers doorgeleid naar de antidiscriminatievoorziening.
Artikel 6 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 28 januari 2010.
Artikel 7 Citeertitel
Deze verordening kan aangehaald worden als `Verordening Inrichting Antidiscriminatievoorziening Gemeente Hattem`.
Ondertekening
TOELICHTING
ALGEMEEN
Artikel 1 van de wet legt het college van burgemeester en wethouders op om toegang te bieden tot een antidiscriminatievoorziening. Zie ook de toelichting bij artikel 2 van deze verordening.
Artikel 2, tweede lid, van de wet wordt opgedragen dat de gemeenteraad stelt “met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens deze wet bij verordening regels vast omtrent de inrichting van de antidiscriminatievoorziening, bedoeld in artikel 1, en de uitvoering van de taak, bedoeld in het eerste lid, onder a.”
De wet is nader ingevuld in een Algemene Maatregel van Bestuur vastgesteld op 16 september 2009, het Besluit gemeentelijke antidiscriminatievoorziening.
Nu veel van de nadere invulling die de wet behoeft is geregeld in het besluit, kan deze verordening beknopt blijven.
ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING
Artikel 1
Geen toelichting.
Artikel 2
Zoals in het algemene deel van deze toelichting al aangegeven, is deze zorgplicht opgenomen in artikel 1 van de wet. In wetstechnische zin is het dan ook niet noodzakelijk om deze hier te herhalen. Er is voor gekozen om dat wel te doen, nu deze zorgplicht zozeer de kern van deze regelgeving uitmaakt, dat het opnemen ervan sterk bijdraagt aan de begrijpelijkheid van deze verordening.
Artikel 3
Met deze bepaling wordt nader invulling gegeven aan artikel 3 van het besluit, dat luidt: “Bij de inrichting van de antidiscriminatievoorziening worden in ieder geval de deskundigheid van de klachtbehandelaars en de toegankelijkheid van de antidiscriminatievoorziening gewaarborgd”. Ook op de verantwoordelijkheid met de omgang met gegevens zal worden toegezien. Er is gekozen voor een minimale invulling om gemeenten en antidiscriminatievoorziening alle ruimte te geven voor maatwerk.
De antidiscriminatievoorziening dient aan te geven of ze beschikt over een opleidingprotocol waar klachtbehandelaars gebruik van kunnen maken. Ook moet worden aangegeven hoe vaak van behandelaars wordt verwacht aan een opleiding deel te nemen. Het landelijke expertisebureau van Art.1 kan de opleidingen en cursussen verzorgen.
De gemeente draagt er zorg voor dat de burger zich zowel fysiek als niet-fysiek kan melden.
De mogelijkheid om zich fysiek op locatie te kunnen melden betekent tevens dat een burger redelijkerwijs op de hoogte kan zijn waar hij of zij terecht kan om te melden. De gemeente draagt zorg voor de aanwezigheid van een locatie. Daarbij kan gebruik worden gemaakt van een bestaande balie zoals het Algemeen Maatschappelijk Werk (zie ook de toelichting bij artikel 5). Uiteraard kan ook worden afgesproken dat de antidiscriminatievoorziening op locatie aanwezig is, zodat klachten direct bij de voorziening kunnen worden ingediend.
Bij niet-fysiek wordt verstaan dat de mogelijkheid bestaat voor de burger via sms, telefoon (0900 landelijk en 0900 ADV), brief of email om de klacht te melden of in te dienen.
Ook hier geldt dat op de gemeente een zorgplicht rust om ervoor zorg te dragen dat burgers kennis kunnen nemen van deze mogelijkheden.
Artikel 4
Met deze bepaling wordt invulling gegeven aan artikel 6 van het besluit dat luidt: “De antidiscriminatievoorziening heeft een protocol voor de behandeling van klachten”. Daarbij is gekozen voor een minimale invulling om gemeenten en antidiscriminatievoorziening alle ruimte te geven voor maatwerk.
Artikel 5
De wet vermeldt dat de antidiscriminatievoorziening zich in de leefomgeving van burgers moet bevinden. De memorie van toelichting geeft aan dat het gemeenten vrij staat om daar op een praktische wijze invulling aan te geven. De voorziening hoeft dan ook niet in de gemeente zelf aanwezig te zijn. Een gemeente kan zich bijvoorbeeld aansluiten bij een (bestaande) regionale antidiscriminatievoorziening. Ook kan de gemeente aansluiting zoeken bij het regionaal discriminatieoverleg (RDO) waar politie, openbaar ministerie en antidiscriminatievoorzieningen overleg voeren over discriminatie incidenten en deze in zaaksoverzichten opnemen.
Artikel 6
Geen toelichting.
Artikel 7
Geen toelichting.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl