Regeling vervallen per 01-01-2013

Precariobelasting- en legesverordening hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht

Geldend van 02-06-2005 t/m 31-01-2006

Inhoud

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    hoogheemraadschap: hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht;

  • b.

    ambtenaar belast met de heffing: de door het dagelijks bestuur van het hoogheemraadschap aangewezen ambtenaar, bedoeld in artikel 123, derde lid, sub b van de Waterschapswet;

  • c.

    ambtenaar belast met de invordering: de door het dagelijks bestuur van het hoogheemraadschap aangewezen ambtenaar, bedoeld in artikel 123, derde lid, sub c van de Waterschapswet.

Artikel 2 Aard van de heffing en belastbaar feit

  • 1. Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven voor het hebben van één of meer voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde grond of water van het hoogheemraadschap

  • 2. Onder de naam leges worden rechten geheven ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het door het hoogheemraadschap verlenen van diensten.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1. Belastingplichtig voor de precariobelasting is degene die één of meer voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde grond of water van het hoogheemraadschap heeft.

  • 2. Belastingplichtig voor de leges is degene die de dienst aanvraagt dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is aangevraagd.

Artikel 4 Belastingtijdvak precariobelasting

  • 1. Het belastingtijdvak voor de precariobelasting is gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het kalenderjaar aanvangt wordt de precariobelasting naar tijdevenredigheid berekend, waarbij het te betalen bedrag wordt gevonden door het jaartarief te delen door twaalf en vervolgens te vermenigvuldigen met het aantal volle kalendermaanden dat - op het aanvangstijdstip van de belastingplicht - nog van het belastingtijdvak overblijft.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het kalenderjaar eindigt wordt op aanvraag van de belastingplichtige gedeeltelijk ontheffing verleend van de precariobelasting, waarbij het retour te ontvangen bedrag wordt gevonden door het jaartarief te delen door twaalf en vervolgens te vermenigvuldigen met het aantal volle kalendermaanden dat - op het tijdstip waarop de belastingplicht eindigt - nog van het belastingtijdvak overblijft.

Artikel 5 Maatstaf en tarief

  • 1. Precariobelasting en leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven die zijn opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de toepassing van de tarieventabel worden gedeelten van de daarin genoemde eenheden als volle eenheid aangemerkt.

  • 3. Indien op grond van de tarieventabel meerdere legestarieven in rekening kunnen worden gebracht, wordt slechts éénmaal leges in rekening gebracht die - in geval er sprake is van verschillende tarieven - worden berekend naar het hoogste tarief.

  • 4. Indien de precariobelasting wordt geheven naar de oppervlakte van een voorwerp, geldt als maatstaf de oppervlakte van de projectie van dat voorwerp in een horizontaal vlak.

Artikel 6 Wijze van heffen

  • 1. Precariobelasting wordt geheven bij wege van aanslag.

  • 2. Leges worden geheven door middel van het vorderen van een bedrag, zoals dat blijkt uit een mondelinge of een gedagtekende schriftelijke kennisgeving of factuur door of namens de ambtenaar belast met de heffing, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, nota of andere schriftuur.

Artikel 7 Minimum aanslagen of te vorderen bedragen en afronding

  • 1. Aanslagen of bedragen die een bedrag van € 5,-- niet te boven gaan worden niet opgelegd of gevorderd.

  • 2. Aanslagen of bedragen worden steeds naar beneden afgerond op hele euro’s.

Artikel 8 Aanvang belastingplicht

  • 1. Precariobelasting is verschuldigd bij aanvang van het belastingtijdvak dan wel, indien de belastingplicht in de loop van het kalenderjaar aanvangt, op de datum van aanvang daarvan.

  • 2. Leges zijn verschuldigd op het tijdstip waarop de in artikel 1, tweede lid bedoelde, aanvraag wordt ingediend.

Artikel 9 Tijdstip van betaling en betalingstermijnen

  • 1. In afwijking in zoverre van het bepaalde bij artikel 9 van de Invorderingwet gelden bij de heffing van precariobelasting en leges de volgende betalingstermijnen:

    • a.

      Tenzij op het aanslagbiljet anders is vermeld, moet de precariobelasting worden betaald in één termijn, die vervalt op de laatste dag van de tweede maand, volgend op die van de dagtekening van het aanslagbiljet.

    • b.

      leges die worden geheven bij een mondelinge kennisgeving of bij een schriftelijke kennisgeving of factuur die wordt uitgereikt moeten worden betaald op het tijdstip waarop de kennisgeving wordt gedaan of uitgereikt;

    • c.

      leges die worden geheven bij een schriftelijke kennisgeving of factuur die wordt toegezonden moeten worden betaald in één termijn, die vervalt op de laatste dag van de tweede maand, volgend op die van de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De ambtenaar belast met de invordering kan, voor zover het de in het eerste lid sub a bedoelde precariobelasting en de in het eerste lid sub c bedoelde leges betreft, onder nader te stellen voorwaarden, meerdere betalingstermijnen toestaan voor zover de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kunnen worden afgeschreven.

Artikel 10 Vrijstellingen

  • 1. Precariobelasting wordt niet geheven terzake van het hebben van voorwerpen: 

    • a.

      waarvan het hoogheemraadschap genothebbende is krachtens eigendom, bezit of beperkt recht, met uitzondering van voorwerpen die in gebruik zijn bij een derde;

    • b.

      die behoren bij een woonschip waarvoor het hoogheemraadschap met de genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht van dat woonschip een schriftelijke of mondelinge overeenkomst ten behoeve van het ligplaats nemen van dat woonschip heeft gesloten of heeft aangeboden te sluiten.

  • 2. Leges worden niet geheven voor het in behandeling nemen van aanvragen voor het verlenen van diensten welke:

    • a.

      op grond van een wettelijk voorschrift kosteloos moeten worden verleend;

    • b.

      aan publiciteitsmedia worden verleend;

    • c.

      in het kader van informatie- of voorlichtingsdoeleinden worden verleend;

    • d.

      ten behoeve van overheidslichamen en de rechtelijke macht worden verleend;

    • e.

      ten behoeve van de uitvoering van werkzaamheden door of in opdracht van het hoogheemraadschap, dan wel van werkzaamheden die daarvan een direct gevolg zijn, moeten worden verleend.

Artikel 11 Gedeeltelijke teruggave leges

  • 1. Een gedeeltelijke teruggave van de leges wordt verleend voor het in behandeling nemen van een aanvraag welke:

    • a.

      ingevolge het bepaalde bij artikel 4:5 jo 3:18 Awb niet wordt behandeld;

    • b.

      binnen één maand nadat deze in behandeling is genomen wordt ingetrokken;

    • c.

      op een later tijdstip dan bedoeld onder b. wordt ingetrokken;

    • d.

      wordt geweigerd.

    • e.

      betrekking heeft op het wijzigen van een verleende vergunning of ontheffing.

  • 2. Het in het eerste lid van dit artikel bedoelde bedrag betreft in geval van:

    • het bepaalde sub a. 75%,

    • het bepaalde sub b. 50%,

    • het bepaalde sub c. 25%,

    • het bepaalde sub d. 15 %,

    • het bepaalde sub e. 50%,

    van de tarieven die zijn opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 12 Kwijtschelding

Van precariobelasting of leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Nadere regels

Het dagelijks bestuur kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de precariobelasting en de leges.

Artikel 14 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na die van de bekendmaking daarvan, welke datum tevens de datum van ingang van de heffing van de precariobelasting en de leges is.

  • 2. De Precario- en Rechtenverordening AGV 2002, laatstelijk gewijzigd bij besluit van het algemeen bestuur d.d. 30 september 2004, wordt ingetrokken met ingang van de in het eerste lid bedoelde datum, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 3. Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Precariobelasting- en legesverordening AGV.

Tarieventabel 2005 behorende bij de Precariobelasting- en legesverordening AGV

A. Leges

Hoofdstuk 1 Algemeen

  • Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot verstrekken van:

  • 1.1 afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina: € 0,30;

  • 1.2 kaarten en tekeningen, per stuk:

    • A-4 formaat, zwart-wit € 1,-, kleur € 2,-;

    • A-3 formaat, zwart-wit € 2,-, kleur € 4,-;

    • A-2 formaat, zwart-wit € 2,50, kleur € 5,-.

  • 1.3 diskettes of CD-Rom’s, per stuk: € 4,-.

  • Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het voldoen aan een verzoek:

  • 1.4 als bedoeld in de artikelen 39 en 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens (Stb. 2001, 305): de bedragen zoals genoemd in het Besluit kostenvergoeding rechten betrokkene Wbp;

  • 1.5 als bedoeld in de Wet openbaarheid van bestuur (STB 1991, 703): de bedragen zoals genoemd in het Besluit tarieven openbaarheid van bestuur.

Hoofdstuk 2 Bestuursstukken

  • Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot verstrekken van:

  • 2.1 een exemplaar van de Beleidsbegroting, inclusief meerjarenbegroting van het hoogheemraadschap: € 25,--;

  • 2.2 een exemplaar van de Jaarrekening van het hoogheemraadschap: € 25,--;

  • 2.3 een exemplaar van een verordening van het hoogheemraadschap: € 10,--;

  • 2.4 een exemplaar van de keur van het hoogheemraadschap; € 15,--;

  • 2.5 een exemplaar van een peilbesluit van het hoogheemraadschap: € 10,--;

  • 2.6 een exemplaar van het waterbeheersplan van het hoogheemraadschap: € 40,--;

  • 2.7 een uittreksel uit het kiesregister: € 2,--.

  • Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

  • 2.8 een (kalender) jaarabonnement op de vergaderstukken van het algemeen bestuur: € 75,--.

Hoofdstuk 3 Archief

  • Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

  • 3.1 het doen van nasporingen in het archief, per kwartier (met een minimum van een half uur): € 13,--, éénmalig vermeerderd met administratiekosten van € 6,--.

    Voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag wordt aan de aanvrager mededeling gedaan van een schatting van de hoeveelheid tijd die met de nasporing gemoeid zal zijn.

  • 3.2 het verstrekken van reproducties van archiefstukken, zoals kaarten, tekeningen, foto’s, en van afschriften van of uittreksels uit een in het archief berustend stuk of gedeelte daarvan: de werkelijke kosten.

    Voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag wordt aan de aanvrager mededeling gedaan van een schatting van die werkelijke kosten.

  • 3.3. het verlenen van publicatierechten ter zake van archiefstukken, zoals kaarten, tekeningen, foto’s, en afschriften van een in het archief berustend stuk: het bedrag hiervan wordt - gelet op de aard en oplage van de publicatie waarop de aanvraag betrekking heeft - vastgesteld.

    Voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag wordt aan de aanvrager mededeling gedaan van het vastgestelde bedrag.

Hoofdstuk 4 Schutgeld sluizen

  • Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor het schutten van een schip, drijvend vaartuig of drijvende inrichting:

  • 4.1 in de Groote Zeesluis Muiden, met een afmeting:

    • a.

      kleiner dan 10 meter: € 2,50 per keer of € 68,-- per kalenderjaar;

    • b.

      gelijk aan of groter dan 10 meter: € 5,-- per keer of € 90,-- per kalenderjaar.

  • 4.2 in de overige sluizen, per vaartuig met een afmeting:

    • a.

      kleiner dan 3 meter: € 1,--;

    • b.

      gelijk aan  of groter dan 3 meter en kleiner dan 8 meter: € 2,50;

    • c.

      gelijk aan of groter dan 8 meter: € 3,50.

Hoofdstuk 5 Inlaten of uitmalen van water

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor:

het inlaten of uitmalen van water: € 0,45 per 100 m3 per kalenderjaar met een minimum van € 45,-.

Hoofdstuk 6 Vergunningen en ontheffingen

  • Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen of wijzigen van een vergunning of ontheffing krachtens de keur van AGV of de provinciale Verordening waterhuishouding Amstel, Gooi en Vecht 2002:

  • 6.1.1 voor het aanleggen, verleggen of verwijderen van kabels en leidingen door één waterkering of watergang: € 60,-;

  • 6.1.2 voor het aanleggen, verleggen of verwijderen van kabels en leidingen door twee of meer waterkeringen of watergangen: € 120,-.

  • 6.1.3 de onder 6.1.1 en 6.1.2 opgenomen bedragen worden verhoogd met het bedrag van de kosten voor het  inwinnen van extern advies, blijkend uit een begroting die door of vanwege het dagelijks bestuur van het hoogheemraadschap is opgesteld of uit de opgave van de externe adviseur aan het dagelijks bestuur, welk bedrag voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager is medegedeeld.

  • 6.2.1 voor de aanleg van bouwwerken en kunstwerken in, op of boven waterstaatswerken, indien de bouwkosten:

    • a.

      minder dan € 100.000,-- bedragen: 0,3.% van de bouwkosten met een minimum van €  125,-;

    • b.

      € 100.000,- bedragen of meer, doch minder dan € 250.000,-: 0,2.% van de bouwkosten met een minimum van €  300,-;

    • c.

      € 250.000,- bedragen of meer: 0,1 % van de bouwkosten met een minimum van € 500,-.

  • 6.2.2 onder bouwkosten als bedoeld onder 6.2.1 wordt verstaan de aanneemsom (exclusief omzetbelasting) als bedoeld in paragraaf 1 van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten (exclusief omzetbelasting) als bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979 of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd.

  • 6.3 voor het maken, wijzigen of vervangen van dammen of dammen met duikers in watergangen: € 60,-;

  • 6.4 voor het maken, wijzigen of vervangen van overige werken, daaronder begrepen beplantingen, alsmede voor het verrichten van activiteiten in, op of boven waterstaatswerken: € 60,-; 

  • 6.5. voor het graven, verbreden, verdiepen of dempen van watergangen: € 60,-;

  • 6.6 voor het lozen van water in of onttrekken van water aan oppervlaktewater en voor het maken, wijzigen of vervangen van daarvoor bestemde werken: €  155,-;

  • 6.7 voor het instellen van peilwijzigingen en het maken, wijzigen of vervangen van daarvoor bestemde werken: € 155.;

  • 6.8 voor werken of handelingen, voor zover daarvoor niet elders in dit hoofdstuk een tarief is opgenomen: € 60,-.

    Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen of wijzigen van een vergunning of ontheffing krachtens de Scheepvaartwegen-verordening Noord-Holland of de Scheepvaartwegenverordening provincie Utrecht

  • 6.9 voor werken of handelingen: € 60,-.

  • Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen of wijzigen  van een vergunning of ontheffing krachtens het Verkeersbesluit Vaarwegen AGV I (besluit DB nr 97/49 I) of  het Verkeersbesluit Vaarwegen AGV II (besluit DB nr 98/28) of het verkeersbesluit vaarwegen AGV III (besluit DB nr 02/002, nader gewijzigd bij besluit DB nr 2002/166):

  • 6.10 voor het innemen van een ligplaats, of voor het gebruik van een motorboot of voor het varen met een vaartuig met een grotere afmeting dan is toegestaan of met een hogere snelheid dan is voorgeschreven:  €  60,-.

B. Precariobelasting

Hoofdstuk 7 Het hebben of afmeren van een schip...

...met een afmeting gelijk aan of groter dan 4 meter of van steigers, vlotten of andere voorwerpen met een totaal oppervlak gelijk aan of groter dan 7,2 m2.

Het tarief bedraagt per m2 voor de jaren:

2004:  € 5,45

2005:  € 5,50

2006:  € 6,50  

2007:  € 8,00

2008:  € 8,50

2009:  € 8,50

Hoofdstuk 8 Het hebben van meerpalen

Het tarief bedraagt voor het hebben één of meer meerpalen, per meerpaal, voor de jaren:

2004:  € 13,61

2005:  € 14,00

2006:  € 14,00

2007:  € 14,00

2008:  € 14,00

2009:  € 14,00

Hoofdstuk 9 Het hebben van een schuur of bouwwerk

9.1 Het tarief bedraagt voor het hebben van een schuur of bouwwerk met een oppervlakte kleiner dan of gelijk aan 10 m2, per m2, voor de jaren:

2004:  € 3,45

2005:  € 3,00

2006:  € 1,50

2007:  € 0,00  

2008:  € 0,00

2009:  € 0,00

9.2 Het tarief bedraagt voor het hebben van een schuur of bouwwerk met een oppervlakte groter dan 10 m2, per m2, voor de jaren:

2004:  €  3,45

2005:  €  5,50

2006:  €  6,50

2007:  €  8,00

2008:  €  9,50 

2009:  € 11,00

Hoofdstuk 10 Het hebben van een inlaat

Het tarief bedraagt per inlaat € 12,--.

Hoofdstuk 11 Het hebben van kabels en leidingen

Het tarief bedraagt per strekkende meter: € 0,25, met een minimum van € 12,--.