Regeling vervallen per 01-01-2016

Legesverordening waterschap Reest en Wieden

Geldend van 01-01-2003 t/m 31-12-2006

Het  algemeen bestuur van het waterschap Reest en Wieden;

gelet op de artikelen 110, 113 en 115 van de Waterschapswet;

B E S L U I T :

vast te stellen de Legesverordening waterschap Reest en Wieden.

Aard van de heffing en belastbaar feit

Legesverordening waterschap Reest en Wieden

Artikel 1

Onder de naam leges worden rechten geheven ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het  door het waterschap verlenen van de diensten, genoemd in de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte tabel.

1

Belastingplicht

Artikel 2

Belastingplichtig zijn de aanvrager van de dienst en degene ten behoeve van wie de dienst wordt aangevraagd. met dien verstande dat het bedrag wordt gevorderd van één van hen.

2

Maatstaf en tarief

Artikel 3

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaf en het tarief, die zijn opgenomen in de bij deze verordening behorende en als zodanige gewaarmerkte tabel.

  • 2. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van de in de tarieventabel genoemde eenheid als volle eenheid aangemerkt.

  • 3

  • Wijze van heffing

Artikel 4

  • 1. De leges worden geheven bij wege van het vorderen van een bedrag. zoals dat blijkt uit een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, nota of andere schriftuur.

  • 2. Na het ontstaan van de belastingplicht kunnen aan de belastingplichtige één of meer voorlopig gevorderde bedragen worden opgelegd tot ten hoogste het bedrag waarop de leges vermoedelijk zal worden vastgesteld.

  • 4

  • Tijdstip van betaling

Artikel 5

  • 1. De leges moeten worden betaald op het tijdstip waarop de kennisgeving als bedoeld in artikel 4 wordt gedaan.

  • 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid dient, ingeval de kennisgeving wordt toegezonden, betaling plaats te vinden binnen vier weken na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 5

  • Vrijstelling

Artikel 6

Er worden geen leges geheven voor stukken die worden afgegeven voor educatieve doeleinden.

Nadere regels door het dagelijks bestuur

Artikel 7

Het dagelijks bestuur van het waterschap kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Teruggaaf

Artikel 8

  • 1. Enkel in het geval dat:

    • a.

      de aanvraag tot het verlenen van een vergunning of ontheffing als bedoeld in de bij deze verordening behorende tabel, binnen vier weken na ontvangst wordt ingetrokken;

    • b.

      de aanvraag tot het verlenen van een vergunning of ontheffing als bedoeld in de bij deze verordening behorende tabel op een later tijdstip dan onder a wordt ingetrokken;

    • c.

      op de aanvraag tot het verlenen van een vergunning of ontheffing als bedoeld in de bij deze verordening behorende tabel, afwijzend wordt beschikt;

    • d.

      een aangevraagde vergunning of ontheffing achteraf blijkt niet te zijn vereist,

    • e.

      wordt gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges verleend op verzoek en overeenkomstig artikel 132 van de Waterschapswet.

  • 2. In de gevallen genoemd in het eerste lid, onder a, wordt een teruggaaf van 50% en in de gevallen genoemd in het eerste lid, onder b en c, wordt een teruggaaf van 25% en  in de gevallen genoemd in het eerste lid, onder d, wordt een teruggaaf van 100% van het verschuldigde bedrag aan leges verleend.

  • 6

  • Overgangsbepalingen

Artikel 9

De legesverordening waterschap Reest en Wieden van 4 januari 2000, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11 genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij, met uitzondering van artikel 7 van die verordening, van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Inwerkingtreding

Artikel 10

Deze verordening treedt in werking op de achtste dag volgende op die van haar bekendmaking.

Tijdstip van ingang van de heffing

Artikel 11

De heffing van leges ingevolge deze verordening vindt plaats met ingang van 1 januari 2003.

7

Citeertitel

Artikel 12

Deze verordening kan worden aangehaald als de Legesverordening waterschap Reest en Wieden.

Aldus vastgesteld door het  algemeen bestuur van het waterschap

Reest en Wieden in de openbare vergadering van 19 december 2002.

M.M. Kool, dijkgraaf mr. A.K. Schuttinga, secretaris-directeur

Tarieventabel Legesverordening waterschap Reest en Wieden

Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in deze tabel genoemde eenheid als

een volle eenheid gerekend.

Hoofdstuk 1 Algemeen

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

Zie tabel A

Het tarief bedraagt voor het:

Zie tabel B

Hoofdstuk II  Bestuursstukken

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

Zie tabel C

Het tarief bedraagt voor een abonnement voor een kalenderjaar:

Zie tabel D

Hoofdstuk III Archief

Zie tabel E

Hoofdstuk IV  Ontheffingverlening en vergunningverlening

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning of een ontheffing inzake de taken Waterkeringszorg en Waterkwantiteitsbeheer:

Zie tabel F

Toelichting

Algemeen

De bevoegdheid tot het heffen van leges is verankerd in de artikelen 113 en 115, eerste lid, van de Waterschapswet. Het begrip 'leges' is vooral in de gemeentelijke sfeer tot ontwikkeling gekomen. Uit de jurisprudentie van de Hoge Raad blijkt een ruime uitleg van dit begrip. In de visie van de Hoge Raad behoeft legesheffing niet beperkt te blijven tot de kosten die zijn verbonden aan het op schrift stellen van bij bepaalde administratieve diensten behorende stukken, doch gaat het om heffingen die op de vergoeding van die diensten zelf zijn gericht. Bovendien heeft de Hoge Raad uitgesproken dat voor de verschuldigdheid van leges wegens het verlenen van een vergunning niet vereist is dat door de gemeente meer of andere diensten worden verricht dan de administratieve dienst, bestaande uit de enkele verlening van de vergunning.

Legesheffing vindt een begrenzing in het begrip 'dienst'. Hieronder worden verstaan de activiteiten die zijn gericht op de bevordering van het individuele belang van de aanvrager. Alle kosten die rechtstreeks samenhangen met de dienstverlening komen voor verhaal door middel van legesheffing in aanmerking. Tariefsdifferentiatie is alleen geoorloofd als er een verschil in dienstverlening aan ten grondslag ligt.

In artikel 115, derde lid, van de Waterschapswet is een norm opgenomen. De strekking hiervan is dat de geraamde opbrengst van de leges niet boven de uitgaven mag uitgaan.

Toelichting op de tabel

In hoofdstuk 1 is de legesheffing opgenomen voor het verstrekken van diensten die niet in de andere hoofdstukken van de tabel zijn omschreven. Dit houdt in dat hoofdstuk 1 van toepassing is, tenzij een van de andere hoofdstukken anders bepaalt.

In hoofdstuk IV is overeenkomstig artikel 115, eerste lid, onder c, van de Waterschapswet gekozen voor de verschuldigdheid van de leges bij het in behandeling nemen van de aanvraag van een ontheffing of vergunning en niet voor de verschuldigdheid in het kader van de afgifte van de ontheffing of vergunning. Dit betekent dat de leges ook verschuldigd is in een situatie waarin de aangevraagde ontheffing of vergunning uiteindelijk wordt geweigerd. In dit geval wordt ingevolge artikel 8, lid 2, de mogelijkheid geboden teruggaaf te vragen, gebaseerd op artikel 132 van de Waterschapswet. Uit het aangehaalde artikelonderdeel vloeit tevens voort dat bij het ambtshalve wijzigen van ontheffingen of vergunningen geen ruimte bestaat voor het heffen van leges.

afbeelding binnen de regeling
afbeelding binnen de regeling
afbeelding binnen de regeling
afbeelding binnen de regeling
afbeelding binnen de regeling
afbeelding binnen de regeling

Noot
1

[Toelichting: Dit artikel bevat de aanduiding van het belastbare feit "het verlenen van diensten". De concretisering vindt plaats in de bij de verordening behorende tabel.]

Noot
2

[Toelichting: Deze bepaling bevat de aanwijzing van de belastingplichtige. De aanvrager van de dienst en degene ten behoeve van wie de dienst wordt aangevraagd, zijn beiden hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de verschuldigde leges. ]

Noot
3

[Toelichting: Deze bepaling verwijst naar de tabel voor de heffingsmaatstaf en het tarief van de leges.]

Noot
4

[Toelichting: De formulering van het eerste lid van deze bepaling verwoordt de keuze voor heffing "op andere wijze". Op basis van artikel 125 van de Waterschapswet worden de op andere wijze geheven belastingen voor de toepassing van de Algemene wet aangemerkt als bij wege van aanslag geheven belastingen.

De dagtekening van de kennisgeving is onder meer van belang voor de termijn van zes weken, waarbinnen bezwaar kan worden gemaakt tegen de verschuldigdheid van de leges.

In het tweede lid van dit artikel is de mogelijkheid opgenomen om ter zake van de legesheffing met voorlopig gevorderde bedragen te werken.]

Noot
5

[Toelichting: Uitgangspunt is dat de leges moeten worden betaald op het tijdstip, waarop de - schriftelijke of mondelinge - kennisgeving wordt gedaan. In de gevallen waarin een kennisgeving wordt toegezonden, is dit niet mogelijk. De betaling van de leges moet dan plaatsvinden binnen een bepaalde, in het tweede lid van artikel 6 genoemde termijn van vier weken.]

Noot
6

[Toelichting: Dit artikel bevat een hardheidsclausule ten aanzien van gevallen, waarin de betrokkene geen gebruik maakt, of kan maken, van de vergunning of ontheffing.]

Noot
7

[Toelichting: De bevoegdheid tot vaststelling van de legesverordening  ligt  bij het algemeen bestuur.]