Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR271736
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR271736/3
Regeling vervallen per 31-01-2016
Bezwaarschriftenverordening Hoogheemraadschap van Delfland
Geldend van 15-06-2012 t/m 08-07-2015
Bezwaarschriftenverordening
Hoofdstuk 1 Algemeen
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
wet: De Wet van 4 juni 1992, houdende algemene regels van bestuursrecht (Algemene wet bestuursrecht);
- b.
bestuursorgaan: de verenigde vergadering, het college van dijkgraaf en hoogheemraden, de dijkgraaf of een ander orgaan of persoon met enig openbaar gezag bekleed, ieder voorzover hun bevoegdheid betreffende;
- c.
beschikking: een beschikking als bedoeld in artikel 1:3, lid 2 van de wet;
- d.
bezwaar: een bezwaar als bedoeld in artikel 1:5 van de wet.
Artikel 2 Commissie
Er is een commissie als bedoeld in artikel 7:13 van de wet ten behoeve van de voorbereiding van de beslissing op de ingebrachte bezwaren, met uitzondering van de bezwaren, bedoeld in artikel 23, eerste lid, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen.
Artikel 3 Beslissing op bezwaren
Het bestuursorgaan beslist op de ingediende bezwaren na advies van de commissie.
Artikel 4 Samenstelling van de commissie
1. De commissie bestaat uit een voorzitter en ten minste 2 leden, die worden benoemd, geschorst en ontslagen door het college van dijkgraaf en hoogheemraden.Op dezelfde wijze wordt een voldoende aantal plaatsvervangende leden benoemd, op wie de voor de leden gegeven bepalingen van deze verordening van overeenkomstige toepassing zijn.
2. Tot voorzitter of (plaatsvervangend) lid is niet benoembaar een persoon, die deel uitmaakt of werkzaam is onder verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan.
3. De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.
Artikel 5 Zittingsduur
De voorzitter en de leden van de commissie worden benoemd voor een periode van maximaal vier jaar. Zij kunnen slechts éénmalig voor een periode van maximaal vier jaar worden herbenoemd.
1. In bijzondere omstandigheden kan van het in het eerste lid bepaalde worden afgeweken.
2. De voorzitter en de leden van de commissie kunnen te allen tijde ontslag nemen.
3. De aftredende voorzitter en leden van de commissie blijven hun functie waarnemen totdat in hun opvolging is voorzien.
Artikel 6 Secretariaat
1. Het secretariaat van de commissie wordt gevoerd dooreen door het college van dijkgraaf en hoogheemraden aan te de wijzen ambtenaar.
2. Het college van dijkgraaf en hoogheemraden kan één of meer plaatsvervangers van de secretaris aanwijzen.
Hoofdstuk 2 Behandeling bezwaren
Artikel 7 Ontvangst bezwaarschrift
1. Op het ingediende bezwaarschrift als bedoeld in artikel 6:4, eerste lid van de wet wordt de datum van ontvangst aangetekend.
2. Het bestuursorgaan stelt het bezwaarschrift zo spoedig mogelijk in handen van de commissie.
Artikel 8 Inlichtingen en advies
1. De voorzitter van de commissie kan ten behoeve van de voorbereiding van het advies rechtstreeks alle inlichtingen inwinnen of doen inwinnen.
2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verzoek van de leden van de commissie bij deskundigen advies inwinnen. Indien aan het inwinnen van advies kosten zijn verbonden, is daartoe vooraf machtiging van het dagelijks bestuur vereist.
Artikel 9 Plaats en tijdstip zitting
1. De commissie belegt een hoorzitting als bedoeld in artikel 7:13, derde lid, van de wet.
2. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de in het voorgaande artikellid genoemde hoorzitting, waarin de belanghebbenden en het bestuursorgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te doen horen.
Artikel 10 Uitnodiging
1. De voorzitter van de commissie deelt de belanghebbenden en het bestuursorgaan ten minste drie weken voor de zitting schriftelijk mee, dat zij in de gelegenheid worden gesteld zich te doen horen tijdens de zitting.
2. De voorzitter kan de in artikel 8, tweede lid, van deze verordening bedoelde deskundigen zonodig eveneens uitnodigen ter hoorzitting te verschijnen.
3. Indien een belanghebbende of het bestuursorgaan wijziging wenst van het tijdstip van de zitting, dient zulks binnen drie dagen na ontvangst van de in het eerste lid bedoelde mededeling, onder opgaaf van redenen, te worden verzocht aan de voorzitter van de commissie.
4. De beslissing van de voorzitter op een verzoek als bedoeld in het derde lid wordt zo spoedig mogelijk doch ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk aan de belanghebbenden en het bestuursorgaan meegedeeld.
Artikel 11 Overdracht bevoegdheden
De bevoegdheden van het bestuursorgaan op grond van artikel 2:1, tweede lid, artikel 6:6 en artikel 7:6, vierde lid, van de wet worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie.
Artikel 12 Quorum
Voor het houden van de zitting is vereist, dat de meerderheid van het aantal leden van de commissie, waaronder de voorzitter van de commissie, aanwezig is.
Artikel 13 Onpartijdigheid
De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de voorbereiding van en de beraadslaging over het advies inzake de beslissing op het bezwaar, indien sprake is of zou kunnen zijn van vooringenomenheid of persoonlijk belang bij de beslissing.
Artikel 14 Openbaarheid
1. De zitting is openbaar.
2. De deuren worden gesloten, indien de commissie - al dan niet naar aanleiding van een daartoe strekkend verzoek van een belanghebbende - van oordeel is, dat gewichtige redenen zich tegen de openbaarheid van de zitting verzetten.
Artikel 15 Verslaglegging zitting
1. Het verslag van de zitting als bedoeld in artikel 7:7 van de wet vermeldt de namen van de aanwezige belanghebbenden en/of hun vertegenwoordigers alsmede de namen van de vertegenwoordigers van het bestuursorgaan en hun hoedanigheid. Het verslag vermeldt voorts kort hetgeen tijdens de zitting is gezegd en voorgevallen.
2. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk niet openbaar was of indien belanghebbenden respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars aanwezigheid zijn gehoord op grond van het bepaalde in artikel 7:6, tweede lid, van de wet, wordt dit in het verslag vermeld.
3. Het verslag verwijst naar de tijdens de zitting overgelegde bescheiden die bij het verslag worden gevoegd.
4. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.
Artikel 16 Nader onderzoek
1. Indien na afloop van de zitting doch vóór het uitbrengen van het advies nader onderzoek wenselijk is kan de voorzitter van de commissie uit eigen beweging of op verzoek van de commissie dit onderzoek houden. Verkregen informatie of adviezen worden in afschrift aan de leden van de commissie, het bestuursorgaan en de belanghebbenden toegezonden.
2. De leden van de commissie, het bestuursorgaan en de belanghebbenden kunnen een week na verzending van de in het eerste lid bedoelde nadere informatie of adviezen door tussenkomst van de voorzitter de commissie verzoeken een nieuwe zitting te beleggen. De commissie beslist op een dergelijk verzoek.
3. Op een nieuwe zitting als bedoeld in het vorige lid zijn de in deze verordening opgenomen bepalingen betreffende de hoorzitting zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.
Artikel 17 Advies aan bestuursorgaan
1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar aan het bestuursorgaan uit te brengen advies.
2. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies. Van minderheidsstandpunten wordt bij het advies melding gemaakt, indien de betreffende minderheid dat verlangt.
3. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel aan het bestuursorgaan voor de te nemen beslissing op het bezwaar.
4. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris ondertekend.
Artikel 18 Verdaging beslissing
Indien naar het oordeel van de voorzitter van de commissie de termijn van 12 weken als bedoeld in artikel 7:10 van de wet ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van het advies door de commissie en het nemen van de beslissing door het bestuursorgaan, verzoekt hij tijdig het bestuursorgaan de beslissing op het bezwaar te verdagen overeenkomstig het gestelde in het derde en vierde lid van meergenoemd artikel 7:10 van de wet.
Van de beslissing tot verdaging ontvangt de commissie een afschrift.
Hoofdstuk 3 Slotbepaling
Artikel 19 Citeertitel en inwerkingtreding
1. Deze verordening treedt in werking op 15 juni 2012 en wordt aangehaald als: Bezwaarschriftenverordening Hoogheemraadschap van Delfland.
2. Op het in het eerste lid genoemde tijdstip wordt de Bezwaarschriftenverordening Hoogheemraadschap Delfland”, vastgesteld bij besluit van de Verenigde Vergadering van 17 december 2009 ingetrokken.
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl