Kostentoedelingsverordening waterschap Brabantse Delta 2004

Artikelen

Toelichting bij de Kostentoedelingsverordening waterschap Brabantse Delta 2004

Het algemeen bestuur van het waterschap dient ingevolge artikel 119 van de Waterschapswet een verordening vast te stellen waarin zoveel naar onderscheid van de taken die het waterschap ter behartiging zijn opgedragen, voor elk van de categorieën van belanghebbenden die in dat bestuur zijn vertegenwoordigd, de toedeling van het kostendeel is opgenomen.  Deze kostentoedelingsverordening heeft betrekking op de waterkeringszorg en het waterkwantiteitsbeheer. Bij het bepalen van de kostenaandelen moeten de aard en de omvang van het belang bij de betreffende taken in aanmerking worden genomen. Het vaststellen van de kostentoedelingsverordening is een bevoegdheid van het algemeen bestuur van het waterschap. Op grond van artikel 119, derde lid, van de Waterschapswet kunnen provinciale staten in het reglement uitgangspunten vaststellen die het waterschap bij het vaststellen van de kostenaandelen in acht dient te nemen. In artikel 18 van het Reglement voor het waterschap Brabantse Delta zijn de uitgangspunten voor de kostentoedelingsverordening opgenomen. Voor het waterschap Brabantse Delta zijn deze uitgangspunten gebaseerd op de methode Delfland. De kosten voor het waterkwantiteitsbeheer en de waterkeringszorg worden verdeeld over de algemene taakbelangen en de specifieke taakbelangen.  Per taak wordt eerst het kostenaandeel van de categorie ingezetenen bepaald op basis van de bevolkingsdichtheid. Per taak worden vervolgens de resterende kosten aan de categorieën ‘ongebouwd’ en ‘gebouwd’ toegedeeld op basis van de totale waarde in het economisch verkeer van ieder van die categorieën. Deze totale  waarden zijn berekend door Grontmij A & T d.d. 25 september 2002. In artikel 5 wordt uitvoering gegeven aan artikel 119, lid 1, tweede volzin Waterschapswet. De taakgebonden kostentoedelingen op basis van de artikelen 3 en 4 van deze verordening worden gecorrigeerd voor de rechtstreeks aan de categorieën toe te rekenen kosten van heffen/invorderen en de verkiezingskosten. Deze correctie volgt jaarlijks uit de begroting.

Artikel 119, vijfde lid, van de  Waterschapswet schrijft voor dat de kostentoedelingsverordening eenmaal in de vijf jaren herzien wordt. Het ligt in de bedoeling evenwel deze herziening voorafgaande aan iedere verkiezing voor het algemeen bestuur te laten plaatsvinden, zodat het nieuwe bestuur een juiste afspiegeling vormt van de verhoudingen tussen de diverse categorieën in het beheersgebied.

Het ontwerp-besluit heeft gedurende vier weken van 13 november 2003 tot en met 11 december 2003 voor een ieder ter inzage gelegen op de kantoren van de fusie-waterschappen. Gedurende deze termijn konden ingezetenen en in het gebied belanghebbende natuurlijke en rechtspersonen hun gemotiveerde zienswijze omtrent het ontwerp-besluit naar keuze schriftelijk of mondeling kenbaar maken. Er zijn vier zienswijzen ontvangen.