Regeling vervallen per 31-12-2022

Subsidieverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2006

Geldend van 22-12-2006 t/m 30-12-2022

Intitulé

Subsidieverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2006

Aanhef, Inleidende bepalingen

Datum

september 2006

Registratienummer

06.9276

Inleidende bepalingen

Artikel 1 - Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • subsidie: de aanspraak op financiële middelen, door het college van dijkgraaf en hoogheemraden (dagelijks bestuur) verstrekt met het oog op bepaalde activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier geleverde goederen en diensten;

  • activiteiten: een overzicht van activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd, vertaald naar meetbare prestaties, de nagestreefde doelstellingen en hun beoogde effecten, alsmede de relatie met het beleid van het hoogheemraadschap;

  • subsidieplafond: het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak in de begroting ten hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies krachtens een bepaald wettelijk voorschrift voor een bepaald beleid;

  • dagelijks bestuur: het college van dijkgraaf en hoogheemraden van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier;

  • algemeen bestuur: het college van hoofdingelanden van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier.

Artikel 2 - Reikwijdte

  • 1. Deze verordening is niet van toepassing op de aanspraak op financiële middelen die worden verstrekt op grond van een wettelijk voorschrift dat uitsluitend voorziet in verstrekking aan rechtspersonen die krachtens publiekrecht zijn ingesteld.

  • 2. Subsidie kan worden verleend aan een rechtspersoon of een natuurlijk persoon voor zover er een direct belang is tussen de te subsidiëren activiteit(en) en één of meer taken van het hoogheemraadschap, tot ten hoogste het subsidieplafond. De te subsidiëren activiteit vormt een afgeleide van een door het hoogheemraadschap daartoe vastgestelde regeling dan wel vastgesteld beleid.

Artikel 3 - Bevoegdheden

Het dagelijks bestuur beslist omtrent de aanvraag om subsidie.

Artikel 4 - Subsidiejaarverslag

Jaarlijks stelt het dagelijks bestuur het algemeen bestuur op de hoogte van het beleid dat in het kader van deze verordening in het voorafgaande begrotingsjaar is gevoerd. De aanbieding aan het algemeen bestuur gebeurt gelijktijdig met de aanbieding van de jaarrekening.

Aanvraag

Artikel 5 - Behandelingsvolgorde

Subsidieaanvragen worden behandeld in volgorde van binnenkomst, tenzij in het subsidiebeleid anders is bepaald.

Artikel 6 - Aantal in te dienen subsidieaanvragen

Per subsidieactiviteit kan één verzoek worden ingediend.

Artikel 7 - Over te leggen gegevens

De aanvraag is voorzien van een begroting van uitgaven en inkomsten die betrekking hebben op de activiteiten waarvoor subsidie gevraagd wordt, vergezeld van een toelichting. Daarnaast dienen de gegevens te worden vermeld die zijn opgenomen in het Subsidiebeleid Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2006.

Artikel 8 - Indieningstermijn

  • 1. Subsidieaanvragen met een looptijd korter dan één jaar, worden ten minste twaalf weken vóór de aanvang van de activiteit waarop het verzoek betrekking heeft, ingediend.

  • 2. Subsidieaanvragen met een looptijd langer dan één jaar worden ingediend vóór 1 juli van het jaar voorafgaand aan het eerste jaar waarin het te subsidiëren project zal plaatsvinden.

Subsidieverlening

Artikel 9 - Beslistermijn verlening

Het dagelijks bestuur besluit op de aanvraag binnen acht weken nadat een complete aanvraag om subsidie is ontvangen.

Artikel 10 - Gedeeltelijke honorering

Indien een aanvraag aan de criteria voldoet, maar het beschikbare budget ontoereikend is om een aanvraag geheel te honoreren, honoreert het dagelijks bestuur de aanvraag voor het gedeelte dat budgettair aanwezig is.

Artikel 11 - Bekendmaking

Het dagelijks bestuur maakt de beslissing over het al dan niet verlenen van een subsidie terstond nadat de beslissing is genomen bekend aan de aanvrager.

Artikel 12 - Verplichtingen

Het dagelijks bestuur kan aan een subsidieverlening verplichtingen verbinden anders dan ter verwezenlijking van het doel genoemd in artikel 2, lid 2 van deze verordening. Deze verplichtingen kunnen rechtstreeks betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteiten. De verplichtingen moeten strekken ter verwezenlijking van het doel van de subsidie.

Artikel 13 - Verantwoording

Subsidies worden verleend onder de voorwaarde dat bij subsidies met een looptijd korter dan één jaar, binnen zes maanden na afloop van de activiteit een inhoudelijke en financiële rapportage wordt ingediend.

Subsidievaststelling

Artikel 14 - Indieningstermijn

De subsidieontvanger dient binnen twaalf weken na afloop van de periode waarvoor de subsidie is verleend, bij het dagelijks bestuur een aanvraag tot het vaststellen van de subsidie in.

Bij de hierboven bedoelde aanvraag verstrekt de subsidieontvanger de gegevens die het dagelijks bestuur nodig acht voor het vaststellen van de subsidie. Deze zijn opgenomen in het Subsidiebeleid Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2006.

Artikel 15 - Beslistermijn vaststelling

  • 1. Binnen acht weken beslist het dagelijks bestuur op de in artikel 14 bedoelde aanvraag tot vaststelling.

  • 2. Het dagelijks bestuur kan de in het eerste lid bedoelde termijn met ten hoogste vier weken verlengen.

Artikel 16 - Ambtshalve vaststelling

Indien de subsidieontvanger niet binnen de in artikel 14 genoemde termijn een aanvraag tot subsidievaststelling heeft ingediend, kan het dagelijks bestuur binnen 16 weken, gerekend vanaf het verstrijken van deze indieningstermijn, de subsidie geheel of gedeeltelijk ambtshalve vaststellen.

Artikel 17 - Intrekking / wijziging

Het dagelijks bestuur kan de subsidievaststelling intrekken of ten nadele van de ontvanger wijzigen, indien:

  • a.

    deze bij rechterlijk vonnis geacht wordt geen rechtspersoon meer te zijn;

  • b.

    deze bij rechterlijk vonnis wordt ontbonden;

  • c.

    bij hem conservatoir of executoriaal beslag is gelegd op het vermogen of een deel daarvan;

  • d.

    aan hem surséance van betaling is verleend;

  • e.

    zijn faillissement is uitgesproken.

Betaling

Artikel 18 - Voorschot

Het dagelijks bestuur kan de subsidieontvanger voorschotten verlenen. De beschikking tot voorschotverlening vermeldt het bedrag van het voorschot, dan wel de wijze waarop dit bedrag wordt bepaald.

Artikel 19 - Betaaltermijn

Het subsidiebedrag wordt binnen vier weken na de beschikking tot subsidievaststelling betaald met verrekening van de reeds betaalde voorschotten.

Per boekjaar verstrekte subsidies Artikel 20 - Verantwoording afgelopen boekjaar

Van een subsidie met een looptijd langer dan één jaar, wordt telkens uiterlijk 31 januari over het voorafgaande boekjaar een verslag uitgebracht over de geleverde prestaties, gerelateerd aan de doelstellingen, en een prognose voor het vervolg van het project.

Slotbepalingen

Artikel 21 - Hardheidsclausule

Het dagelijks bestuur kan in bijzondere gevallen afwijken van het bepaalde in deze verordening, voorzover toepassing ervan zou leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 22 - Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na de bekendmaking.

Tegelijkertijd wordt de Subsidieverordening Uitwaterende Sluizen 1998 ingetrokken.

Artikel 23 - Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als 'Subsidieverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2006'.

Toelichting

op de Subsidieverordening Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier 2006

Algemene toelichting

Een subsidie moet ingevolge titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) berusten op een wettelijke grondslag. Hiermee wordt een wettelijke regeling bedoeld. Dit kan een verordening als bedoeld in artikel 78, eerste lid van de Waterschapswet zijn. Door middel van een verordening wordt inzichtelijk gemaakt wanneer een beroep op een subsidie kan worden gedaan en welke procedure daarvoor geldt.

De zeer uitvoerige regeling in de Awb heeft ertoe bijgedragen dat deze subsidieverordening beperkt van omvang kan zijn. Voor het verloop van een subsidieprocedure en de invulling van verschillende rechten en plichten is het gebruik van de Awb wél noodzakelijk.

Artikelgewijze toelichting Inleidende bepalingen Artikel 1 - Begripsbepalingen

Subsidiebegrip

In artikel 1 wordt het begrip subsidie gedefinieerd. Het begrip subsidie geldt niet alleen voor de Algemene wet bestuursrecht (Awb) maar ook daarbuiten. De definitie is uit de Awb overgenomen.

Artikel 2 - Reikwijdte

Lid 1

In artikel 4:21, derde lid van de Awb is opgenomen dat de subsidietitel niet van toepassing is op uitkeringen aan overheden. De uitzondering heeft betrekking op de algemene uitkeringen uit het provincie- of gemeentefonds, specifieke uitkeringen aan gemeenten, provincies, waterschappen etc. en voorts op uitkeringen aan zelfstandige bestuursorganen met eigen rechtspersoonlijkheid. Geldstromen binnen één publiekrechtelijke rechtspersoon kunnen niet als subsidiëring worden beschouwd.

Het woord ‘uitsluitend’ in de definitie betekent dat bijdragen waar zowel overheden als burgers voor in aanmerking komen, wél onder de subsidietitel vallen. Verder is bij financiering op basis van beleidsregels, wél sprake van een subsidie in de zin van de Awb.

Lid 2

Beleidsvrijheid

Dit artikel geeft aan dat het bestuursorgaan een grote mate van beleidsvrijheid heeft ten aanzien van het toekennen van een subsidie. Er is geen wettelijke verplichting tot het verstrekken van een subsidie. Een aanvrager kan niet op basis van de verordening zondermeer aanspraak op een subsidie maken. Subsidies worden alleen voor concrete activiteiten en projecten verstrekt, niet voor algemene doeleinden.

Subsidieplafond

Als in de praktijk het aantal aanvragen en daarmee de omvang van het beroep op een subsidieregeling vooraf onbekend is (open-eind-regeling), kan ingevolge artikel 4:25 Awb een subsidieplafond worden ingesteld. Ingeval de begroting onvoldoende budget voor het betreffende beheersonderdeel biedt, is het ontbreken van voldoende middelen een onderdeel van de beleidsvrijheid om een subsidie te weigeren.

Verband met taken van het hoogheemraadschap

De activiteit dient direct verband te houden met een of meer waterschapstaken en in principe plaats te vinden in het beheersgebied van het hoogheemraadschap. Deze koppeling komt voort uit de wijze waarop de taken van een waterschap worden gefinancierd. De reglementair opgedragen taken dienen op grond van de Waterschapswet betaald te worden door degene die een rechtstreeks en continue belang hebben bij die taak.

Nadere beleidsregels

Het hoogheemraadschap kan nader beleid ontwikkelen met betrekking tot subsidies. In dat beleid kan worden vastgelegd ten aanzien van welke activiteit het hoogheemraadschap subsidie verleent. Ook kunnen normen, toetsingskaders en voorwaarden worden aangegeven.

Artikel 3 - Bevoegdheden

Het algemeen bestuur heeft beslissingen, in het kader van de Awb, gemandateerd aan het dagelijks bestuur. De subsidietitel is neergelegd in titel 4.2 Awb. Het dagelijks bestuur beslist over alle besluiten ten aanzien van subsidies. Ook de uitvoering van de subsidieverordening is aan het dagelijks bestuur gemandateerd.

Artikel 4 - Subsidiejaarverslag

Jaarlijks wordt aan het algemeen bestuur door het dagelijks bestuur een verslag van de subsidieverstrekking gedaan. Het verslag verschaft inzicht aan welke activiteiten en waarvoor het afgelopen jaar, subsidie is gegeven. Dit past bij besturen op hoofdlijnen. Het overzicht van de subsidieverstrekking is gekoppeld aan de presentatie van de jaarrekening.

Aanvraag

Artikel 5 - Behandelingsvolgorde

Voor de toekenning van subsidies wordt het principe gehanteerd dat degene die het eerst komt het eerste recht heeft op subsidie. Het systeem vergt wel dat in de begroting wordt aangegeven hoeveel gelden voor het desbetreffende begrotingsjaar beschikbaar is voor subsidies.

Artikelen 6, 7 en 8 - Indiening

Deze artikelen bevatten de voorwaarden die aan een aanvraag worden gesteld. Het betreffen hier zaken als de binnenkomst en behandeling van verzoeken, eisen waaraan een aanvraag moet voldoen en termijnen voor indiening. Hiermee wordt bereikt dat de behandeling van de subsidieaanvragen op een snelle en éénduidige wijze plaatsvindt. Subsidies met een looptijd langer dan 1 jaar (periodieke subsidies) moeten vóór 1 juli van het jaar voorafgaand aan dát jaar worden ingediend (zie artikel 8). Hierdoor worden meerjarige subsidies bij het begrotingstraject in beeld gebracht.

Subsidieverlening

Artikel 9 - Beslistermijn verlening

De Awb schrijft voor dat in ieder geval binnen 8 weken op een aanvraag moet worden beslist; korter mag natuurlijk altijd. In de praktijk zal over eenvoudige algemene subsidieaanvragen veelal (ruim) binnen deze termijn kunnen worden beslist.

Artikel 10 - Gedeeltelijke honorering

Ten aanzien van subsidieverstrekking bestaat een grote mate van beleidsvrijheid. Strikt genomen is het dus niet noodzakelijk een subsidieplafond vast te stellen. Aangezien een subsidie op beleidsmatige gronden kan worden geweigerd, zal dat dus ook kunnen op basis van het feit dat er niet voldoende middelen (meer) beschikbaar zijn. Het plafond geeft een oplossing voor het probleem dat een begroting geen ruimte kan bieden voor (meer) subsidiëring terwijl anderzijds de wet of algemene beginselen van behoorlijk bestuur weigering of intrekking van de subsidie niet zondermeer toelaten. Het budget vormt de grens voor wat jaarlijks aan subsidie verleend mag worden.

A rtikel 12 - Verplichtingen

Afdeling 4.2.4 van de Awb (artikel 4:37 tot en met 4:41 Awb) bevat verplichtingen die gelden voor de subsidieontvanger. Artikel 12 geeft naast de eisen die in artikel 4:38 Awb kunnen worden opgelegd, de mogelijkheid andere voorschriften op te leggen die strekken ter verwezenlijking van het doel van de subsidie. Deze verplichtingen kunnen rechtstreeks betrekking hebben op de gesubsidieerde activiteiten. Bijvoorbeeld om bepaalde activiteiten ten behoeve van derden uitsluitend te laten verzorgen door personen die aan bepaalde opleidingseisen voldoen. De verplichtingen kunnen dan ook een meer afgeleid en ondersteunend karakter hebben. Dat is bijvoorbeeld het geval bij verplichtingen met betrekking tot de wijze waarop aan de subsidieverlener over de verrichte activiteiten moet worden gerapporteerd.

Artikel 13 - Verantwoording

Voor subsidies met een looptijd korter dan één jaar moet binnen zes maanden na het aflopen van de betreffende activiteit, een inhoudelijke en financiële rapportage worden ingediend.

Subsidievaststelling

Artikel 14 - Indieningstermijn

Om de subsidie daadwerkelijk te kunnen vaststellen is het noodzakelijk dat gecontroleerd wordt of aan alle verplichtingen is voldaan.

Daartoe moet de aanvrager binnen twaalf weken na afloop van de periode waarvoor de subsidie is verleend, bij het hoogheemraadschap een aanvraag doen tot vaststelling van de subsidie. Bij deze aanvraag moet een aantal gegevens worden overgelegd.

Het verschil met artikel 8, lid 1, is dat bij subsidieverlening vooraf een aanvraag wordt ingediend en bij subsidievaststelling achteraf (na de periode van verlening) daarvoor een aanvraag wordt ingediend.

Artikel 17 - Intrekking / wijziging

In dit artikel staan de situaties waarin het dagelijks bestuur besluit tot intrekking van de subsidie aan een rechtspersoon. Op deze wijze heeft het college de mogelijkheid de subsidiestroom in te trekken indien er geen sprake meer is van een normale voortzetting van de activiteiten door de subsidieontvanger. Tevens wordt voorkomen dat een curator nog openstaande bedragen kan vorderen.

In afdeling 4.2.6 van de Awb zijn ook een aantal intrekkings- en wijzigingsgronden opgenomen.

Betaling

Artikel 18 - Voorschot

Voorschotverlening is mogelijk in geval van een subsidieverlening. De omvang van de voorschotten en de wijze van betaling kunnen bij afzonderlijk besluit worden bepaald.

Artikel 19 - Betaaltermijn

De subsidieaanvrager moet er op kunnen vertrouwen dat de gelden ook binnen een redelijke termijn betaalbaar worden gesteld.

Per boekjaar verstrekte subsidies Artikel 20 - Verantwoording afgelopen boekjaar

De subsidieontvangende instelling moet jaarlijks inzicht geven in de stand van zaken. Daardoor wordt de controle op de uitstaande subsidies geborgd.

Slotbepalingen

Artikel 21 - Hardheidsclausule

Het bestuur heeft de vrijheid in bijzondere gevallen gemotiveerd van de bepalingen uit de subsidieverordening af te wijken.

Artikel 22 - Inwerkingtreding

De inwerkingtreding van de verordening is gekoppeld aan de bepalingen van de Waterschapwet en de Algemene wet bestuursrecht.

Intrekking van de voorgaande verordening is vereist omdat anders beide verordeningen blijven werken.