LANDSVERORDENING van de 25ste november 1959, houden regelen met betrekking tot personen, die het verlenen van rechtsbijstand als beroep uitoefenen (Advocatenlandsverordening 1959)

Geldend van 01-01-1986 t/m heden

Algemeen

Overheidsorganisatie Nederlandse Antillen
Organisatietype overheidrg:NederlandseAntillen
Officiële naam regeling LANDSVERORDENING van de 25ste november 1959, houden regelen met betrekking tot personen, die het verlenen van rechtsbijstand als beroep uitoefenen (Advocatenlandsverordening 1959)
Citeertitel Advocatenlandsverordening 1959
Vastgesteld door Gouverneur van de Nederlandse Antillen
Onderwerp bestuur en recht
Eigen onderwerp
Indeling regeling Overig
Regeling onder de Omgevingswet Nee
Externe bijlagen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De geldende tekst van deze regeling is in P.B. 1985, no. 142 geplaatst in een doorlopende nummering en met herstel van kennelijke misslagen. De wijzigingsverordening van 30-8-1985 (P.B. 1985, no. 118) bevatte de volgende overgangsbepalingen: Artikel 3 Degene die op de dag van de inwerkingtreding van deze landsverordening als advocaat beëdigd en ter griffie ingeschreven is en de praktijk anders dan in dienst van de landelijke of eilandelijke overheid daadwerkelijk uitoefent, wordt geacht in het bezit te zijn van de verklaring, bedoeld in artikel 9H [thans artikel 16], eerste lid van de door deze landsverordening gewijzigde Advocatenlandsverordening 1959.Voor advocaten die op de dag van de inwerkingtreding van deze landsverordening de praktijk in dienst van de landelijke of eilandelijke overheid uitoefenen is, zolang het dienstverband met de betrokken overheid voortduurt, het bepaalde in artikel 9B [thans artikel 10], eerste lid van de door deze landsverordening gewijzigde Advocatenlandsverordening niet van toepassing. Artikel 4 Iedere Nederlander, die vóór 1 januari 1983 met goed gevolg een examen als bedoeld in artikel 44 [thans artikel 54], derde lid van de door deze landsverordening gewijzigde Advocatenlandsverordening 1959 afgelegd heeft, wordt geacht aan de vereisten voor het indienen van een verzoek als in artikel 1 van de laatstgenoemde landsverordening bedoeld te hebben voldaan, met dien verstande evenwel, dat het derde lid van dat artikel van toepassing blijft. Artikel 5 Overal waar in wettelijke regelingen in de Nederlandse Antillen geldend een rechtsgevolg verbonden wordt aan of anderszins melding gemaakt wordt van het met goed gevolg afgelegde examen, omschreven in artikel 3 van de Advocatenlandsverordening 1959 (P.B. 1959, no. 177), wordt geacht dat dit rechtsgevolg verbonden wordt aan of melding gemaakt wordt van het met gunstig gevolg afgelegde examen als omschreven in artikel 44 [thans artikel 54], derde lid van de door deze landsverordening gewijzigde Advocatenlandsverordening 1959, mits het examen vóór 1 januari 1983 afgelegd is. Artikel 6 Het landsbesluit houdende algemene maatregelen van de 8ste februari 1973 ter uitvoering van artikel 36 [thans artikel 46], eerste en derde lid, van de Advocatenlandsverordening 1959 (P.B. 1973, no. 20), wordt met ingang van de inwerkingtreding van deze landsverordening geacht te zijn vastgesteld ter uitvoering van artikel 36 [thans artikel 46], eerste en vijfde lid van de Advocatenlandsverordening 1959.Het landsbesluit houdende algemene maatregelen van de 22ste maart 1960 ter uitvoering van artikel 3 lid 2 van de Advocatenlandsverordening 1959 (P.B. 1960, no. 54) wordt met ingang van het in het vorige lid bedoelde tijdstip geacht te zijn vastgesteld ter uitvoering van artikel 36 [thans artikel 46], derde lid van de Advocatenlandsverordening 1959.De ministeriële beschikking van de 30ste maart 1960 ter uitvoering van artikel 3 lid 3 van de Advocatenlandsverordening 1959 (P.B. 1960, no. 55) wordt met ingang van het in het eerste lid bedoelde tijdstip geacht te zijn uitgevaardigd ter uitvoering van artikel 36 [thans artikel 46], vierde lid van de Advocatenlandsverordening 1959. Artikel 7 De Gouverneur is bevoegd de tekst van de Advocatenlandsverordening 1959, zoals deze zal luiden na de inwerkingtreding van deze landsverordening, in een doorlopend genummerde reeks artikelen en onder wijziging dienovereenkomstig van de aanhalingen daarin van artikelen of gedeelten daarvan, alsmede met herstel van kennelijke misslagen in het Publicatieblad bekend te maken.Overal waar in wettelijke regelingen in de Nederlandse Antillen geldende aanhalingen van artikelen of gedeelten daarvan van de Advocatenlandsverordening 1959 voorkomen, wordt daarin de aanduiding van het artikelnummer geacht te zijn vervangen door die van het nummer dat het overeenkomstige artikel in de in het voorgaande lid bedoelde geldende tekst verkregen heeft. Bij die wijzigingsverordening zijn de artikelen van de Advocatenlandsverordening als volgt vernummerd: artikel 1 was genummerd 1 artikel 2 was genummerd 2 artikel 3 was genummerd 4 artikel 4 was genummerd 5 artikel 5 was genummerd 6 artikel 6 was genummerd 7 artikel 7 was genummerd 8 artikel 8 was genummerd 9 artikel 9 was genummerd 9A artikel 10 was genummerd 9B artikel 11 was genummerd 9C artikel 12 was genummerd 9D artikel 13 was genummerd 9E artikel 14 was genummerd 9F artikel 15 was genummerd 9G artikel 16 was genummerd 9H artikel 17 was genummerd 9I artikel 18 was genummerd 9J artikel 19 was genummerd 9K artikel 20 was genummerd 10 de artikelen 21 t/m 55 waren genummerd 11 t/m 45 Op het tijdstip van inwerkingtreding van deze landsverordening vervalt de Rechtsbijstandsverordening (P.B. 1944, no. 61), behoudens het in artikel 55 van deze regeling bepaalde. Niet alle gegevens over de ontstaansbron en de vermelde wijzigingen van de regeling zijn compleet. Mogelijk zijn ook wijzigingen niet vermeld.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

De datum van inwerkingtreding van de oorspronkelijke regeling is vastgesteld bij landsbesluit van de 4e januari 1960 (P.B. 1960, no. 3)

Krachtens landsbesluit van de 31e oktober 1985 is een doorlopende tekst van deze regeling geplaatst in P.B. 1985, no. 142

Artikel 53, derde lid, van deze landsverordening:

Op het tijdstip van inwerkingtreding van deze landsverordening wordt het besluit van de 13de mei 1939 (P.B. 1939, no. 32), ter uitvoering van het eerste en laatste lid van artikel 14 der Rechtsbijstandsverordening (P.B. 1937, no. 80), geacht te zijn vastgesteld ter uitvoering van artikel 46 dezer landsverordening

LANDSBESLUIT HOUDENDE AALGEMENE MAAT­REGELEN van de 22ste maart 1960 ter uitvoering van artikel 3 lid 2 van de Advocatenlandsverordening 1959 (P.B. 1960, no. 54)

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 8ste februari 1973 ter uitvoering van artikel 36, eerste en derde lig, van de Advocatenlandsverordening 1959 (P.B. 1959, no. 177) (P.B. 1973, no. 20)

MINISTERIËLE BESCHIKKING van de 30ste maart 1960 ter uitvoering van artikel 3 lid 3 van de Advocatenlandsverordening 1959 (P.B. 1960, no. 55)

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen Dit overzicht bevat alleen gepubliceerde versies.

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-1986 Paragraaf 3

31-12-1985

P.B. 1985, no. 190

1985-1986-42