Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR22762
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR22762/1
Regeling vervallen per 01-10-2010
Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2010
Geldend van 22-12-2009 t/m 30-09-2010
Intitulé
Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2010De raad van de gemeente Landsmeer;
gelezen het voorstel van 24 november 2009;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet;
besluit:
vast te stellen de:
Verordening op de heffing en de invordering van leges 2010.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Deze verordening verstaat onder:
- a.
'dag': de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;
- b.
'week': een aaneengesloten periode van zeven dagen;
- c.
'maand': een aaneengesloten periode van 30 dagen;
- d.
'kwartaal': een aaneengesloten periode van 91 dagen;
- e.
'half jaar': een aaneengesloten periode van 183 dagen;
- f.
'jaar': een aaneengesloten periode van 365 dagen;
- g.
'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Artikel 2 Belastbaar feit
Onder de naam 'leges' worden rechten geheven ter zake van het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.
Artikel 3 Belastingplicht
Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.
Artikel 4 Vrijstellingen
Leges worden niet geheven voor:
- a.
het afgeven van bewijzen van onvermogen;
- b.
het afgeven van stukken nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten, wachtgelden, loon en bezoldiging;
- c.
de aan belanghebbende uitgereikt wordende beschikking of afschrift daarvan, houdende een beslissing op een aanvraag subsidie van de gemeente;
- d.
openbare besturen, ambtenaren of instellingen voor de diensten door hen in het openbaar belang verzocht met uitzondering van de leges genoemd in de hoofdstukken 5 en 6 en hoofdstuk 18, onderdeel 18.6.4, van de tarieventabel en voor zover daarin niet reeds op andere plaatsen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is voorzien.
Artikel 5 Tarieven
- 1.
De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
- 2.
Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 6 Wijze van heffing
De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 7 Termijnen van betaling
-
1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:
- a.
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;
- b.
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen acht dagen na de dagtekening van de kennisgeving.
- a.
-
2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Artikel 8 Kwijtschelding
Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.
Artikel 9 Teruggaaf
Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
- 1.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.
- 2.
Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het redactioneel aanpassen van de legesverordening en de bijbehorende tarieventabel alsmede het wijzigen van de tarieven die voortvloeien uit hogere regelingen of wetgeving.
Artikel 11 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel
- 1.
De 'Verordening Legesverordening 2009' van 15 december 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
- 2.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
- 3.
In afwijking in zoverre van het in de voorgaande leden bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover terzake daarvan de heffing van de leges in die periode plaatsvindt
- 4.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2010.
- 5.
Deze verordening wordt aangehaald als 'Legesverordening 2010'.
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 14 december 2009.
De voorzitter,
De griffier,
tarieven |
||
2010 |
||
Tarieventabel |
||
Tarieventabel, behorende bij de legesverordening 2010 |
||
Indeling tarieventabel |
||
Hoofdstuk 1 Algemeen |
||
Hoofdstuk 2 Bestuursstukken |
||
Hoofdstuk 3 Burgelijke stand |
||
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens |
||
Hoofdstuk 5 Bouwvergunningen |
||
Hoofdstuk 6 Exploitatievergunningen seksinrichtingen/escortbedrijven |
||
Hoofdstuk 7 Gemeentearchief |
||
Hoofdstuk 8 Kiezersregistratie |
||
Hoofdstuk 9 Kadaster |
||
Hoofdstuk 10 Reisdocumenten |
||
Hoofdstuk 11 Rijbewijzen |
||
Hoofdstuk 12 Wet op de kansspelen |
||
Hoofdstuk 13 Drank- en Horecawet |
||
Hoofdstuk 14 Winkeltijdenwet |
||
Hoofdstuk 15 Huisvestingswet |
||
Hoofdstuk 16 Verkeer en vervoer |
||
Hoofdstuk 17 Wet op de openluchtrecreatie (vervallen) |
||
Hoofdstuk 18 Diversen |
||
Hoofdstuk 19 Werkzaamheden telecommunicatiewet |
||
Hoofdstuk 1 Algemeen |
||
1.1 |
het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verstrekken van: |
||
1.1.2 |
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet |
|
elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen |
||
1.1.2.1 |
per pagina op papier van A4-formaat |
€ 0,25 |
1.1.2.2 |
per pagina op papier van een ander formaat |
€ 0,25 |
1.1.3 |
kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onder- |
|
delen genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in |
||
een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen: |
||
1.1.3.1 |
per kaart tekening of lichtdruk |
€ 5,85 |
1.1.3.1 |
voor elke 1000 cm² waarmee de oppervlakte van de kaarten, tekening of lichtdruk |
|
de 1000 cm² te boven gaat vermeerderd met |
€ 1,00 |
|
1.1.4 |
een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of |
|
in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen voor een: |
||
1.1.4.1 |
dag |
€ 3,20 |
1.1.4.2 |
week |
€ 6,45 |
1.1.4.3 |
maand |
€ 13,60 |
1.1.4.4 |
half jaar |
€ 18,50 |
1.1.4.5 |
jaar |
€ 24,95 |
1.1.5 |
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden |
|
opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere |
||
wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina |
€ 3,20 |
|
Hoofdstuk 2 Bestuursstukken |
||
2.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verstrekken van: |
||
2.1.1 |
een afschrift van de gemeentebegroting met toelichting, meerjarenbegroting |
|
en beleidstoelichting |
€ 35,85 |
|
2.1.2 |
een afschrift van de gemeenterekening met bijlagen |
€ 21,15 |
2.1.3 |
het beleidsplan/de perspectiefnota |
€ 7,05 |
2.1.4 |
betrekking hebbende op een bestemmingsplan bestaande uit |
|
plankaarten, toelichting bij het plan en voorschriften van het plan |
€ 23,00 |
|
2.1.4.1 |
verhoging per zwart-wit pagina op papier van A4 |
€ 0,25 |
2.1.4.2 |
verhoging per zwart-wit pagina op papier van A3 |
€ 0,25 |
2.1.4.3 |
verhoging per zwart-wit pagina boven de 1000 cm² |
€ 6,00 |
2.1.4.3.1 |
voor elke 1000 cm² waarmee de oppervlakte van dagkaart, tekening |
|
of lichtdruk de 1000 cm² te boven gaat vermeerderd met |
€ 1,00 |
|
2.1.4.4 |
verhoging per kleur pagina op papier van A4 |
€ 1,55 |
2.1.4.5 |
verhoging per kleur pagina op papier van A3 |
€ 2,05 |
2.1.4.6 |
verhoging per kleur pagina op papier van A0 |
€ 23,00 |
2.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
2.2.1 |
tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar op de: |
|
2.2.1.1 |
voorstellen aan de raad |
€ 47,30 |
2.2.1.2 |
notulen van de openbare raadsvergaderingen |
€ 16,25 |
2.2.1.3 |
agenda's van de raadsvergaderingen |
€ 3,20 |
2.3 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
2.3.1 |
tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar op de: |
|
2.3.1.1 |
agenda's, al dan niet met toelichting, van de vergaderingen van |
|
raadscommissies, per commissie, per vergadering |
€ 2,20 |
|
2.3.1.2 |
besluitennota's van de vergaderingen van raadscommissies, |
|
per commissie, per vergadering |
€ 2,20 |
|
Hoofdstuk 3 Burgerlijke stand |
||
3.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk, de registratie |
|
van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een |
||
huwelijk tussen 9.00 en 12.00 uur of tussen 14.00 en 16.00 uur op: |
||
3.1.1 |
dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag |
€ 265,95 |
3.1.2 |
maandag tussen 9.00 en 10.00 uur |
nihil |
3.1.3 |
maandag tussen 10.00 en 12.00 uur of tussen 14.00 en 16.00 uur |
€ 265,95 |
3.1.4 |
zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdagen |
€ 459,00 |
3.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van de voltrekking van een huwelijk, de registratie |
|
van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een |
||
huwelijk in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1,van het Burgelijk |
||
Wetboek op: |
||
3.2.1 |
maandag tot en met vrijdag, |
€ 265,95 |
3.2.2 |
zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdagen |
€ 459,00 |
3.3.1 |
De ingevolge het eerste lid berekende leges worden bij voltrekking van twee |
|
of meer huwelijken, de registratie van twee of meer partnerschappen of de omzetting |
||
van twee of meer geregistreerde partnerschappen in huwelijken op eenzelfde tijdstip |
||
verminderd met 25% per huwelijk, partnerschap of omzetting |
||
3.3.2 |
Algemeen erkende feestdagen in de zin van lid 3.1. en lid 3.2 zijn de dagen |
|
die zijn vermeld in artikel 3, tweede lid, van de verordening betreffende de |
||
verdeling van werkzaamheden van de ambtenaren van de burgerlijke stand |
||
en de openstelling van het bureau van de burgerlijke stand. |
||
3.4 |
Het tarief bedraagt ter zake van het verstrekken van: |
|
3.4.1 |
een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een normale uitvoering |
€ 8,80 |
3.4.2 |
een trouwboekje of een partnerschapsboekje in een luxe uitvoering |
€ 35,90 |
3.4.3 |
een duplicaat trouwboekje of partnerschapsboekje |
€ 14,00 |
3.5 |
Het tarief bedraagt voor het bijschrijven van een kind in een trouwboekje |
|
in een luxe uitvoering |
€ 3,10 |
|
3.6 |
Het tarief bedraagt ter zake van het doen van nasporingen in de |
|
registers van de Burgerlijke stand, per 5 minuten of gedeelte daarvan |
€ 9,35 |
|
3.7 |
Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken |
|
van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand |
||
(Stb. 1879, 72) geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit |
||
akten burgerlijke stand (Stb. 1969, 36) of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen |
||
of gewijzigd. |
||
3.7.1 |
Uittreksel burgerlijke stand |
€ 11,10 |
3.7.2 |
Verklaring huwelijksbevoegdheid |
€ 20,00 |
3.8 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een |
|
aanvraag voor een huwelijkslocatie, niet zijnde het gemeentehuis |
€ 102,00 |
|
3.9 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor een |
€ 183,00 |
éénmalige Bijzondere ambtenaar burgerlijke stand (Babs) |
||
Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie- |
||
persoonsgegevens |
||
4.1 |
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 4.3 |
|
en 4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één |
||
persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratiepersoonsgegevens moet |
||
worden geraadpleegd. |
||
4.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking |
€ 9,35 |
|
4.3 |
Voor de toepassing van onderdeel 4.4 wordt onder één verstrekking verstaan |
|
één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de |
||
gemeentelijke basisadministratiepersoonsgegevens |
||
4.4 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking |
€ 9,35 |
|
4.5 |
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief ter zake van |
|
het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens |
||
als bedoeld in artikel 6, zevende lid, van het Besluit gemeentelijke |
||
basisadministratiepersoonsgegevens |
€ 2,85 |
|
4.6 |
Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doornemen van de |
|
gemeentelijke basisadministratie, per 5 minuten of gedeelte daarvan |
€ 9,35 |
|
4.7 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
tot het verstrekken van gegevens n.a.v. een GBA "No hit": per verstrekking |
€ 2,27 |
|
Hoofdstuk 5 Bouwgerelateerde leges |
||
Bouwkosten |
||
5.1 |
Onder bouwkosten wordt in dit hoofdstuk verstaan de aannemingssom (inclusief BTW) |
|
als bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor |
||
uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uitvoeren van werk, of voor zover deze |
||
ontbreekt een raming van de bouwkosten (inclusief BTW) als bedoeld in het normblad |
||
NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. |
||
Bouwvergunningen |
||
5.2 |
het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van: |
|
5.2.1 |
een verzoek tot beoordeling van een principeverzoek met betrekking tot |
|
de vraag of op een, op basis van genoemd principeverzoek, uitgewerkt |
||
bouwplan een vergunning kan worden verleend: |
€ 223,25 |
|
5.2.2 |
een aanvraag tot het verkrijgen van een lichte bouwvergunning als |
|
bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel q, van de Woningwet: |
||
2,47 % van de bouwkosten met een minimum van |
€ 236,00 |
|
5.2.3 |
een aanvraag tot het verkrijgen van een reguliere bouwvergunning als |
|
bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel p, van de Woningwet: |
||
5.2.3.1 |
2,83 % van de bouwkosten met een minimumtarief van |
|
indien de bouwkosten minder of gelijk aan € 500.000,-- bedragen |
€ 295,00 |
|
5.2.3.2 |
voor de bouwkosten hoger dan € 500.000,- tot en met € 1.000.000,-- |
|
2,59 % over het meerdere boven de € 500.000,-- verhoogd |
||
met een bedrag van |
€ 14.150,00 |
|
5.2.3.3 |
voor de bouwkosten hoger dan € 1.000.000,-- |
|
2,36% over het meerdere boven de € 1.000.000,-- verhoogd |
||
met een bedrag van |
€ 27.100,00 |
|
5.2.4 |
een aanvraag tot het verkrijgen van bouwvergunning eerste fase, als |
|
bedoeld in artikel 56a, tweede lid, van de Woningwet: |
||
5.2.4.1 |
0,82 % van de bouwkosten met een minimumtarief van |
€ 236,00 |
indien de bouwkosten minder of gelijk aan € 500.000,-- bedragen. |
||
5.2.4.2 |
voor de bouwkosten hoger dan € 500.000,- tot en met € 1.000.000,-- |
|
0,70 % over het meerdere boven de € 500.000,-- verhoogd |
||
met een bedrag van |
€ 4.100,00 |
|
5.2.4.3 |
voor de bouwkosten hoger dan € 1.000.000,-- |
|
0,59 % over het meerdere boven de € 1.000.000,-- verhoogd |
||
met een bedrag van |
€ 7.600,00 |
|
5.2.5 |
een aanvraag tot het verkrijgen van een gewijzigde bouwvergunning |
|
eerste fase, als bedoeld in artikel 56a, achtste lid, van de Woningwet: |
||
een bedrag naar het tarief en berekend op de wijze als in 5.2.4 bepaald en |
||
verminderd met de voor de primaire bouwvergunning eerste fase berekende |
||
leges met dien verstande dat in elk geval |
€ 236,00 |
|
is verschuldigd en geen restitutie van de voor de primaire bouwvergunning |
||
eerste fase betaalde leges plaatsvindt; |
||
5.2.6 |
een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning tweede fase, als |
|
bedoeld in artikel 56a, derde lid, van de Woningwet: |
||
5.2.6.1 |
2,47 % van de bouwkosten met een minimumtarief van |
€ 295,00 |
indien de bouwkosten minder of gelijk aan € 500.000,-- bedragen. |
||
5.2.6.2 |
voor de bouwkosten hoger dan € 500.000,- tot en met € 1.000.000,-- |
|
2,36 % over het meerdere boven de € 500.000,-- verhoogd |
||
met een bedrag van |
€ 12.350,00 |
|
5.2.6.3 |
voor de bouwkosten hoger dan € 1.000.000,-- |
|
2,24 % over het meerdere boven de € 1.000.000,-- verhoogd |
||
met een bedrag van |
€ 24.150,00 |
|
Teruggaaf |
||
5.3.1 |
Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning betrekking heeft |
|
op het bouwen in afwijking van een eerder ingediend bouwplan, waarvoor reeds |
||
een vergunning is verleend, maar waarvan nog geen gebruik is gemaakt, worden |
||
de voor de oorspronkelijke vergunning geheven leges verrekend met het bedrag |
||
dat verschuldigd is door toepassing van het tarief als vermeld in artikel 5.2.2, |
||
onderscheidelijk 5.2.3, 5.2.4, 5.2.5 of 5.2.6, |
||
met dien verstande dat zij niet minder zal bedragen dan |
€ 236,00 |
|
Het vorenstaande vindt geen toepassing indien de afwijking zodanig is, |
||
dat naar de omstandigheden beoordeeld van een nieuw bouwplan sprake is. |
||
5.3.2 |
Indien op een tijdstip na het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verkrijgen van een vergunning, doch voor het beslissen op de aanvraag |
||
voor de vergunning, deze aanvraag binnen 4 weken na indiening wordt ingetrokken, |
||
wordt op aanvraag teruggaaf verleend van 75 % van de geheven leges. |
||
5.3.3 |
Indien op een later tijdstip dan in artikel 5.3.2 bedoeld na het in behandeling nemen |
|
van een aanvraag tot het verkrijgen van vergunning doch voor het beslissen op de |
||
aanvraag voor vergunning, deze aanvraag wordt ingetrokken, wordt op aanvraag |
||
teruggaaf verleend van 50 % van de geheven leges. |
||
5.3.4 |
Indien de aanvrager zijn aanvraag overeenkomstig het gestelde in artikel 4:5 |
|
van de Algemene wet bestuursrecht niet compleet indient en de aanvraag |
||
wordt niet in behandeling genomen, wordt 10 % van de te heffen leges in |
||
rekening gebracht, met een minimum van |
€ 88,65 |
|
Overschrijven bouwvergunning |
||
5.4 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot overschrijven van een verleende bouwvergunning als bedoeld in artikel |
||
10.3 van de bouwverordening: |
€ 111,80 |
|
Verhoging in verband met, wijziging, ontheffing of afwijking van het bestemmingsplan |
||
i.s.m. een aanvraag bouwvergunning |
||
5.5.1 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een vergunning moet |
|
worden verleend met toepassing van artikel 3.6, eerste lid, onder c, 3.22, 3.23 of 3.38, |
||
vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening of artikel 50, derde lid, onder b, van de |
||
Woningwet, wordt het overeenkomstig 5.2.2 onderscheidenlijk 5.2.3, 5.2.4 of 5.2.5 |
||
berekende bedrag verhoogd met: |
€ 984,30 |
|
5.5.2 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een lichte |
|
bouwvergunning moet worden verleend en gelegen is in een gebied waarvan |
||
de bebouwing is gerealiseerd met toepassing van artikel 3.23 van de Wet |
||
ruimtelijke ordening en waarvoor geen aangepast bestemmingsplan van |
||
kracht is, wordt het overeenkomstig artikel 5.2.2 berekende bedrag |
||
verhoogd met: |
€ 300,05 |
|
5.5.3 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een |
|
vergunning moet worden verleend met toepassing van artikel 50, derde lid, |
||
onder a, van de Woningwet en tevens een ontwerp-bestemmingsplan voor het |
||
betreffende gebied ter inzage is gelegd, wordt het overeenkomstig 5.2.2. |
||
onderscheidenlijk artikelen 5.2.3., 5.2.4. of 5.2.5 berekende bedrag |
||
verhoogd met: |
€ 300,05 |
|
5.5.3.1 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een |
|
vergunning moet worden verleend met toepassing van artikel 3.6 |
||
eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening wordt het overeen- |
||
komstig artikel 5.2.2 onderscheidenlijk artikelen 5.2.3, 5.2.4 of |
||
5.2.5 berekende bedrag verhoogd met |
€ 5.905,75 |
|
Verhoging in verband met projectbesluit / buiten toepassingverklaring |
||
5.5.4 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een ontheffing |
|
moet worden verleend met toepassing van artikel 3.10 (projectbesluit) of |
||
3.40 (buiten toepassingverklaring) van de Wet ruimtelijke ordening wordt het over- |
||
eenkomstig artikel 5.2.2 onderscheidenlijk artikelen 5.2.3, 5.2.4 of 5.2.5 berekende |
||
bedrag verhoogd met |
€ 5.905,75 |
|
5.5.4.1 |
Indien de aanvraag genoemd in artikel 5.5.4 leidt tot een bestemmings- |
|
planwijziging, wordt het tarief genoemd in artikel 5.5.4 van deze |
||
verordening verhoogd met |
€ 3.924,65 |
|
Verhoging in verband met vaststelling bestemmingsplan op aanvraag |
||
5.5.5 |
indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.1 |
|
Wet ruimtelijke ordening op aanvraag wordt van de toegepast, wordt het |
||
overeenkomstig artikel 5.2.2 onderscheidenlijk artikelen 5.2.3, 5.2.4 of 5.2.5 berekende |
||
bedrag verhoogd met |
€ 5.905,75 |
|
Dit onderdeel vindt geen toepassing indien de met de ontheffing of de toetsing gepaard |
||
gaande kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) |
||
zijn of worden verhaald. |
||
Verhoging in verband met ontheffing of toetsing exploitatieplan |
||
5.5.6 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan: |
|
een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, van de Wet ruimtelijke |
||
ordening wordt verleend, wordt het overeenkomstig 5.2.2 onderscheidenlijk 5.2.3, |
||
5.2.4 of 5.2.5 berekende bedrag verhoogd met verhoogd met |
€ 984,30 |
|
5.5.7 |
Artikel 50a, derde lid, van de Woningwet wordt toegepast, wordt het |
|
overeenkomstig 5.2.2. onderscheidenlijk artikelen 5.2.3., 5.2.4. of 5.2.5 |
||
berekende bedrag verhoogd met |
€ 984,30 |
|
Dit onderdeel vindt geen toepassing indien de met de ontheffing |
||
of de toetsing gepaard gaande kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet. |
||
ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald |
||
Verhoging in verband met vrijstelling hogere grenswaarde |
||
5.5.8 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor met toepassing |
|
van artikel 82a of 83 van de Wet geluidhinder een hogere toelaatbare geluidsbelasting |
||
op de gevel moet worden vastgesteld, wordt het overeenkomstig artikel 5.2.2 |
||
berekende bedrag verhoogd met |
€ 149,55 |
|
Verhoging in verband met welstand |
||
5.6.1 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een lichte bouw- |
|
vergunning moet worden verleend en toetsing aan welstandscriteria als bedoeld in |
||
artikel 12A van de Woningwet moet plaatsvinden wordt, indien hierover niet het advies |
||
van de Stichting Welstandszorg Noord Holland behoeft te worden ingewonnen, |
||
het overeenkomstig artikel 5.2.2 berekende bedrag |
||
verhoogd met |
€ 37,20 |
|
5.6.2 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor |
|
een lichte bouwvergunning moet worden verleend en hierover het advies van de |
||
Stichting Welstandszorg Noord-Holland moet worden ingewonnen, wordt het |
||
overeenkomstig artikel 5.2.2 berekende bedrag verhoogd met 0,20 % |
||
van de bouwkosten, vermeerderd met |
€ 40,50 |
|
5.6.3 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een reguliere |
|
bouwvergunning moet worden verleend en hierover het advies van de Stichting |
||
Welstandszorg Noord-Holland moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig |
||
artikel 5.2.3 berekende bedrag verhoogd met 0,20 % van |
||
de bouwkosten, vermeerderd met |
€ 36,80 |
|
met een maximum van |
€ 2.455,30 |
|
5.6.4.a |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een |
|
bouwvergunning eerste fase moet worden verleend en hierover het advies |
||
van de Stichting Welstandszorg Noord-Holland moet worden ingewonnen, |
||
wordt het overeenkomstig artikel 5.2.4, onderscheidenlijk 5.2.5 berekende |
||
bedrag verhoogd met 0,20 % van de bouwkosten, vermeerderd met |
€ 36,80 |
|
tot een maximum van |
€ 2.455,30 |
|
5.6.4.b |
Indien een principeverzoek als bedoeld in artikel 5.2.1. ter beoordeling is |
|
ingediend en hierover het advies van de Stichting Welstandszorg |
||
Noord-Holland wordt ingewonnen, wordt het overeenkomstig artikel 5.2.1. |
||
berekende bedrag verhoogd met 0,20 % van de bouwkosten, vermeerderd met |
€ 36,80 |
|
tot een maximum van |
€ 2.455,30 |
|
5.6.5 |
Indien over een aanvraag voor een bouwvergunning of voor een |
|
principeverzoek meerdere malen advies door de Stichting Welstandszorg |
||
Noord-Holland moet worden uitgebracht worden de onder artikel 5.6.2 |
||
onderscheidenlijk artikelen 5.6.3 of 5.6.4.berekende bedragen per advies |
||
verhoogd met 40%. |
||
Aanlegvergunningen |
||
5.7.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een |
|
aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel |
||
3.3, aanhef en onder a, of artikel 3.38, derde lid aanhef en onder a, van |
||
de Wet ruimtelijke ordening (aanlegvergunning) |
€ 111,80 |
|
5.7.2 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op werken of werkzaamheden waarvoor |
|
een aanlegvergunning moet worden verleend met toepassing van artikel 3.6, |
||
eerste lid, onder a of c, 3.22, 3.23 of 3.38, vierde lid, van de Wet ruimtelijke |
||
ordening, wordt het overeenkomstig artikel 5.7.1 berekende bedrag |
||
verhoogd met |
€ 984,30 |
|
5.7.3 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien |
|
waarvan artikel 3.10 (projectbesluit) of 3.40 (buiten toepassing verklaring) van de |
||
Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, wordt het overeenkomstig artikel 5.7.1 |
||
bedrag verhoogd met |
€ 5.905,75 |
|
5.7.3.1 |
Indien de aanvraag genoemd in artikel 5.7.3 leidt tot een |
|
bestemmingsplanwijziging, wordt het tarief genoemd in artikel 5.7.3 |
||
verhoogd met |
€ 3.924,65 |
|
5.7.4 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien |
|
waarvan artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt toegepast, |
||
wordt het overeenkomstig artikel 5.7.1 bedrag verhoogd met |
€ 5.905,75 |
|
5.7.5 |
Indien de aanvraag betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien |
|
waarvan een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, van de |
||
Wet ruimtelijke ordening wordt verleend, wordt het overeenkomstig artikel 5.7.1 |
||
bedrag verhoogd met |
€ 984,30 |
|
Deze verhoging vindt geen toepassing indien de met de ontheffing |
||
gepaard gaande kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening |
||
(grondexploitatie) zijn of worden verhaald. |
||
5.7.6 |
Het tarief bedraagt terzake van het behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot overschrijven van een verleende aanlegvergunning als bedoeld in artikel |
||
3.3, aanhef en onder a, of artikel 3.38, derde lid aanhef en onder a, van |
||
de Wet ruimtelijke ordening |
€ 111,80 |
|
Ontheffing wijziging van het bestemmingsplan, of nieuw bestemmingsplan |
||
5.8.1 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verkrijgen van ontheffing van het geldende bestemmingsplan als bedoeld |
||
in artikel 3.6, eerste lid, onder c, 3.22, 3.23 of 3.38, vierde lid, van de |
||
Wet ruimtelijke ordening, waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor |
||
een bouwvergunning als bedoeld in artikel 5.2.2, onderscheidenlijk artikelen |
||
5.2.3, 5.2.4, 5.2.5 of 5.2.6 is vereist en geen sprake is van werken of |
||
werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning vereist is als bedoeld in |
||
artikel 5.7.1 onderscheidenlijk artikel 5.7.2 |
€ 984,30 |
|
5.8.2 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verkrijgen van een wijziging of uitwerking van het geldende bestemmingsplan |
||
als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a of b, van de Wet ruimtelijke ordening, |
||
waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor een bouwvergunning als bedoeld in |
||
artikel 5.2.2, onderscheidenlijk artikelen 5.2.3, 5.2.4, 5.2.5 of 5.2.6 is vereist en geen |
||
sprake is van werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning vereist is als |
||
bedoeld in artikel 5.7.1 onderscheidenlijk artikel 5.7.2 |
€ 5.905,75 |
|
Dit onderdeel vindt geen toepassing indien de met de ontheffing of |
||
de toetsing gepaard gaande kosten krachtens afdeling 6.4 van de |
||
Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald. |
||
5.8.3 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verkrijgen van een besluit als bedoeld in artikel 3.10 (projectbesluit) of 3.40 |
||
(buiten toepassingverklaring) van de Wet ruimtelijke ordening, waarbij geen |
||
sprake is van een bouwplan waarvoor een bouwvergunning als bedoeld |
||
in artikel 5.2.2, onderscheidenlijk artikelen 5.2.3, 5.2.4, 5.2.5 of 5.2.6 is vereist |
||
en geen sprake is van werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning |
||
vereist is als bedoeld in artikel 5.7.1 onderscheidenlijk artikel 5.7.2 |
€ 5.905,75 |
|
Dit onderdeel vindt geen toepassing indien de met de ontheffing of |
||
de toetsing gepaard gaande kosten krachtens afdeling 6.4 van de |
||
Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald. |
||
5.8.3.1 |
Indien de aanvraag genoemd in artikel 5.8.2 leidt tot een |
|
bestemmingsplanwijziging, wordt het tarief genoemd in artikel 5.8.2 |
||
verhoogd met |
€ 3.924,65 |
|
5.8.4 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot |
|
het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, |
||
van de Wet ruimtelijke ordening, waarbij geen sprake is van een bouwplan |
||
waarvoor een bouwvergunning als bedoeld in artikel 5.2.2, onderscheidenlijk artikelen |
||
5.2.3, 5.2.4, 5.2.5 of 5.2.6 is vereist en geen sprake is van werken of |
||
werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning vereist is als bedoeld in |
||
artikel 5.7.1 onderscheidenlijk artikel 5.7.2 |
€ 5.905,75 |
|
Dit onderdeel vindt geen toepassing indien de met de ontheffing of |
||
de toetsing gepaard gaande kosten krachtens afdeling 6.4 van de |
||
Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald. |
||
Ontheffing verbodsbepaling in exploitatieplan |
||
5.8.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een ontheffing van het |
|
verbod om bepaalde werken of werkzaamheden uit te voeren als bedoeld in |
||
artikel 6.12, zesde lid, van de Wet ruimtelijke ordening |
€ 984,30 |
|
Dit onderdeel vindt geen toepassing indien de met de ontheffing of |
||
de toetsing gepaard gaande kosten krachtens afdeling 6.4 van de |
||
Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald. |
||
Ontheffing verbodsbepaling in voorbereidingsbesluit |
||
5.8.6 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een |
|
ontheffing van het verbod tot wijziging van het gebruik van gronden of bouwwerken |
||
als bedoeld in artikel 3.7, vierde lid, van de Wet ruimtelijke ordening |
€ 984,30 |
|
Bodemgesteldheidsonderzoek |
||
5.9 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het beoordelen van de onderzoeksopzet van een onderzoeksrapport |
||
inzake de gesteldheid van de bodem, als bedoeld in artikel 2.1.5 van de |
||
bouwverordening: |
||
5.9.1 |
indien de aanvraag uitsluitend een vooronderzoek als bedoeld in NEN 5740, |
|
uitgave 1999, naar historisch gebruik en bodemgesteldheid betreft |
€ 111,80 |
|
5.9.2 |
indien de aanvraag verkennend bodemonderzoek volgens NEN 5740, |
|
uitgave 1999, naar bodemgesteldheid betreft |
€ 139,00 |
|
5.9.3 |
indien de aanvraag een nader onderzoek als bedoeld in de Leidraad |
|
bodembescherming betreft |
€ 166,50 |
|
Sloopvergunning en sloopmelding |
||
5.10.1 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van aanvraag |
|
tot het verkrijgen van een sloopvergunning als bedoeld in artikel 8.1.1 |
||
van de bouwverordening |
€ 173,90 |
|
5.10.2 |
Indien de aanvraag tot het verkrijgen van een sloopvergunning betrekking |
|
heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan een ontheffing |
||
als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, van de Wet ruimtelijke ordening wordt verleend, |
||
wordt deze verhoogd met |
€ 173,90 |
|
Deze verhoging vindt geen toepassing indien de met de ontheffing |
||
gepaard gaande kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening |
||
(grondexploitatie) zijn of worden verhaald. |
||
5.10.3 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een |
|
sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de bouwverordening |
€ 88,35 |
|
5.10.4 |
Het tarief bedraagt terzake van het behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot overschrijven van een verleende sloopvergunning als bedoeld in artikel |
||
8.1.1 van de bouwverordening |
€ 111,80 |
|
Gebruiksvergunning in verband met brandveiligheid |
||
5.11.1 |
Vervallen |
|
5.11.2 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verstrekken van een gebruiksvergunning voor een inrichting als bedoeld |
||
in artikel 2 1e lid, van de Brandbeveiligingsverordening, voor een: |
||
5.11.2.a |
tijdelijk bouwsel of braderie |
€ 484,55 |
5.11.2.b |
circus of kermis |
€ 484,55 |
5.11.2.c |
evenement |
€ 484,55 |
5.11.2.d |
kampeerterrein of jachthaven |
€ 558,25 |
verhoogd met per stand- of ligplaats |
€ 1,40 |
|
5.11.2.e |
hotel- of restaurantboot |
€ 2.365,80 |
5.11.3 |
Vervallen |
|
5.11.4 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verstrekken van een gebruiksvergunning met betrekking tot het brandveilig |
||
gebruik van een bouwwerk, zoals bedoeld in de bouwverordening artikel 6.1.1, |
||
lid 1 een vast bedrag van |
€ 368,75 |
|
vermeerderd met voor een bouwwerk: |
||
a.tot 100 m² een vast bedrag van |
€ 247,65 |
|
van 100 tot 500 m² te vermeerderen met een bedrag per m² van |
€ 2,48 |
|
b.van 500 tot 2000 m² een vast bedrag van |
€ 780,75 |
|
te vermeerderen met een bedrag per m² van |
€ 0,79 |
|
c.van 2.000 tot 5.000 m² een vast bedrag van |
€ 1.915,90 |
|
te vermeerderen met een bedrag per m² van |
€ 0,21 |
|
d.van 5.000 tot 50.000 m² een vast bedrag van |
€ 2.670,90 |
|
te vermeerderen met een bedrag per m² van |
€ 0,05 |
|
e.groter dan 50.000 m² |
€ 3.660,60 |
|
te vermeerderen met een bedrag per m² van |
€ 0,04 |
|
5.11.5 |
Indien de aanvrager zijn aanvraag overeenkomstig het gestelde in artikel 4:5 |
|
van de Algemene wet bestuursrecht niet compleet indient en de aanvraag |
||
derhalve niet ontvankelijk is, wordt een bedrag in rekening gebracht van |
€ 184,30 |
|
5.11.6 |
Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor |
|
het overschrijven van een verleende vergunning als bedoeld in 5.11.4 |
€ 124,75 |
|
5.11.7 |
Indien op een tijdstip na het in behandeling nemen van een aanvraag tot het |
|
verkrijgen van een vergunning, doch voor het beslissen op de aanvraag voor |
||
de vergunning, deze aanvraag wordt ingetrokken, wordt het in artikel 5.11.4 |
||
genoemde bedrag verminderd met 50%. |
||
Overig |
||
5.12 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verkrijgen van een vergunning, een ontheffing, een vrijstelling of een |
||
andere beschikking voor zover daarvoor niet elders in dit hoofdstuk een tarief |
||
is opgenomen |
€ 72,80 |
|
Hoofdstuk 6 Exploitatievergunningen seksinrichtingen/escortbedrijven |
||
6.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verkrijgen van een vergunning voor het exploiteren van een seks- |
||
inrichting of een escortbedrijf als bedoeld in artikel 3.2.1. van de Algemene |
||
Plaatselijke Verordening voor de gemeente Landsmeer |
€ 1.698,20 |
|
6.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen |
|
van een aanvraag tot het overschrijven van een vergunning |
||
als bedoeld onder 6.1 |
€ 95,10 |
|
Hoofdstuk 7 Gemeentearchief |
||
7.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het op verzoek doen van nasporingen met |
|
betrekking tot de genealogie van de in het gemeentearchief berustende |
||
stukken, per 5 minuten of gedeelte daarvan |
€ 4,90 |
|
Hoofdstuk 8 Kiezersregister |
||
8.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager |
||
als kiezer, bedoeld in artikel D4 van de Kieswet (Stb. 1989, 423) |
€ 5,40 |
|
Hoofdstuk 9 Kadaster- vervallen |
||
Hoofdstuk 10 Reisdocumenten |
||
10.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
10.1.1 |
tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor |
|
vluchtelingen, een reisdocument voor vreemdelingen of een reisdocument |
||
ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de |
||
positie van Molukkers van 9 september 1976 (Stb. 468) als Nederlander |
||
wordt behandeld (faciliteitenpaspoort) |
€ 50,10 |
|
10.1.2 |
tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden |
|
bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 10.1.1 (zakenpaspoort) |
€ 56,10 |
|
10.1.3 |
tot het verstrekken van een Nederlandse Identiteitskaart |
|
10.1.3.1 |
Jeugdtarief (t/m 13 jaar) |
€ 8,95 |
10.1.3.2 |
Tarief vanaf 14 jaar |
€ 42,15 |
10.1.4 |
tot het bijschrijven van een kind of tot het aanbrengen van andere wijzigingen |
|
in een reisdocument als bedoeld in artikelen 10.1.1, 10.1.2 en 10.1.3 |
||
10.1.4.1 |
direct bij aanvraag van een nieuw document |
€ 8,95 |
10.1.4.2 |
met bijschrijvingssticker in een bestaand document |
€ 20,35 |
10.1.5 |
tot het afgeven van een reisdocument als bedoeld in 10.1.1, 10.1.2 en 10.1.3, |
|
indien aan de aanvrager reeds eerder een reisdocument werd verstrekt dat bij |
||
het verzoek - anders dan door overmacht - niet compleet kan worden |
||
overgelegd, de ter zake verschuldigde leges, verhoogd met |
€ 11,40 |
|
10.2 |
Indien het voor de aanvrager noodzakelijk is dat de in het eerste lid |
|
bedoelde werkzaamheden met spoed worden verricht en aan het verzoek hiertoe |
||
gevolg wordt gegeven, worden de in het eerste lid genoemde leges verhoogd: |
||
10.2.1 |
per reisdocument, inclusief het bijschrijven van kinderen met |
€ 41,00 |
10.2.2 |
voor het bijschrijven van kinderen met bijschrijvingssticker met |
€ 19,50 |
Hoofdstuk 11 Rijbewijzen |
||
11.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
11.1.1 |
tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs |
€ 41,45 |
11.1.2 |
tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs met spoed |
€ 74,95 |
11.1.3 |
tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs, indien aan de |
|
aanvrager reeds eerder een rijbewijs werd verstrekt dat bij het verzoek niet |
||
compleet kan worden overgelegd |
€ 52,85 |
|
11.1.4 |
tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen |
€ 4,95 |
Hoofdstuk 12 Wet op de kansspelen |
||
12.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b |
||
van de Wet op de kansspelen (Stb. 1964, 483) voor een periode van twaalf |
||
maanden voor: |
||
12.1.1 |
één speelautomaat |
€ 56,50 |
12.1.2 |
voor twee of meer speelautomaten, voor de eerste speelautomaat |
€ 56,50 |
en voor iedere volgende speelautomaat |
€ 22,50 |
|
12.2 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de |
||
Wet op de kansspelen (loterijvergunning) |
€ 19,70 |
|
Hoofdstuk 13 Drank en Horecawet |
||
13.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3, eerste lid, van de |
||
Drank- en Horecawet (Stb. 1964, 386) |
€ 184,75 |
|
13.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
voor het wijzigen van de persoon van de leidinggevende, niet zijnde |
||
de houder van de inrichting, op een verleende vergunning ingevolge artikel 3 |
||
van de Drank- en Horecawet (Stb. 1964, 364) |
€ 60,85 |
|
13.3 |
Ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen |
|
van een ontheffing of een verklaring als bedoeld in de artikelen 37 tot en met 44 |
||
en 74 van de Drank- en Horecawet geldt het tarief zoals dat is opgenomen in |
||
het Algemeen uitvoeringsbesluit Drank- en Horecawet (Besluit van |
||
13 juli 1967, Stb. 404) of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd. |
||
13.4 |
Het tarief voor een stel aanvraagformulieren ter verkrijging van een vergunning |
|
als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Drank- en Horecawet bedraagt |
€ 4,40 |
|
13.5 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een |
|
aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning horeca |
€ 379,80 |
|
13.6 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
€ 7,00 |
tot het verkrijgen van een vergunning ontheffing ingevolge artikel 35 van de |
||
Drank- en Horecawet |
||
Hoofdstuk 14 Winkeltijdenwet |
||
14.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
14.1.1 |
voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet (Stb. 1996, 182) |
|
of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet (Stb. 1996, 183) |
€ 20,65 |
|
14.1.2 |
tot het verlenen van toestemming om een in onderdeel 14.1.1 |
|
bedoelde ontheffing over te dragen aan een ander |
€ 20,65 |
|
14.1.3 |
tot het intrekken of wijzigen van een in onderdeel 14.1.1 |
|
bedoelde ontheffing |
€ 20,65 |
|
Hoofdstuk 15 Huisvestingswet |
||
15.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
15.1.1 |
tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 7, |
|
eerste lid, van de Huisvestingswet (Stb. 1992, 548) |
€ 15,25 |
|
15.1.2 |
tot het inschrijven in een register van woningzoekenden als bedoeld in |
|
artikel 14 van de Huisvestingswet voor één periode van een jaar |
€ 30,45 |
|
15.1.2.1 |
indien de woningzoekende, gedurende het jaar van inschrijving, een toegewezen |
|
woning accepteert is woningzoekende het volledige inschrijfgeld voor dat jaar |
||
verschuldigd. |
||
15.1.2.2 |
indien de overgang naar Woningnet gerealiseerd wordt is woningzoekende inschrijfgeld |
|
verschuldigd voor de maanden tot de maand waarin de overgang plaatsvindt. |
||
Woningzoekende betaald dan zoveel twaalfde gedeelten van het inschrijfgeld. |
||
15.1.3 |
tot het inschrijven in een register van woningzoekenden als bedoeld in |
|
artikel 14 van de Huisvestingswet met het doel een voorrangsverklaring |
||
te verkrijgen |
€ 55,95 |
|
15.2 |
Het tarief ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tijdelijke (ver)huur |
€ 190,00 |
op grond van de Leegstandswet bedraagt |
||
Hoofdstuk 16 Verkeer en vervoer |
||
16.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verkrijgen van een: |
||
16.1.1 |
ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en |
|
verkeerstekens (RVV 1990, Stb.459) en tevens registratie in het register |
||
van ontheffingen van het inrijverbod: |
||
16.1.1.a |
Purmerland per belastingjaar |
€ 72,00 |
Purmerland per belastingmaand |
€ 6,00 |
|
16.1.1.b |
Den Ilp per belastingjaar |
€ 72,00 |
Den Ilp per belastingmaand |
€ 6,00 |
|
16.1.1.c |
Purmerland en Den Ilp per belastingjaar |
€ 123,00 |
Purmerland en Den Ilp per belastingmaand |
€ 10,25 |
|
16.1.1.1 |
Heffing naar tijdsgelang: |
|
16.1.1.2 |
indien de ontheffing van het inrijverbod in de loop van het |
|
belastingjaar aanvangt, is belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde |
||
gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat |
||
jaar, met inbegrip van de de maand van aanvang van ontheffing, |
||
nog kalendermaanden overblijven. |
||
16.1.2 |
ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het RVV 1990 en tevens |
|
registratie in het register van ontheffingen van het inrijverbod: |
||
Purmerland/Den Ilp voor een zo kort mogelijke periode: per dag |
€ 13,00 |
|
met een maximum voor een aaneengesloten periode van meerdere |
||
dagen per ontheffing van |
€ 123,00 |
|
16.1.3 |
registratie van een kenteken behorend bij een inwoner van Landsmeer in |
|
het register van ontheffingen van het inrijverbod Purmerland en/of van |
||
het inrijverbod Den Ilp |
nihil |
|
16.1.4 |
ontheffing bedoeld in artikel 87 van het RVV 1990 en tevens registratie in |
|
het register ontheffingen van het inrijverbod Purmerland en/of Den Ilp, |
||
indien het gaat om een bedrijfsvoertuig behorende bij het bedrijf of |
||
instelling zoals genoemd in artikel 3, lid. 2 van de “ Verordening |
||
ontheffingen inrijverbod Purmerland en/of Den Ilp” vastgesteld |
||
d.d. 19 september 2006 |
nihil |
|
16.1.5 |
In tegenstelling tot artikel 4, Vrijstellingen, van de Verordening op de |
|
heffing en de invordering van leges 2010, worden geen leges geheven |
||
voor een ontheffing zoals bedoeld in 16.1.1., indien het gaat om |
||
bedrijfsvoertuigen volgens artikel 4, derde lid, letters g en h, en artikel 4a, |
||
derde lid, letters f en g van de Verordening voor het verlenen van ontheffingen |
||
van het inrijverbod bij Purmerland of van het inrijverbod Den Ilp d.d. |
||
19 september 2006, van nooddiensten, nutsbedrijven, openbaar vervoer |
||
en ambulante hulpverleners zoals opgesomd in de beleidsnotitie behorend |
||
bij de Verordening voor het verlenen van ontheffingen van het inrijverbod |
||
Purmerland van 20 juli 1999. |
nihil |
|
16.1.6 |
In tegenstelling tot artikel 4, Vrijstellingen, van de Verordening op de |
|
heffing en de invordering van leges 2010, worden geen leges geheven |
||
voor een ontheffing zoals bedoeld in 16.1.1., indien het gaat om |
||
voertuigen van personeel dat werkzaam is bij de gemeente Landsmeer |
||
of een andere gemeente of dienst waarmee een samenwerkingsverband |
||
is voorgenomen en/of afgesloten, waarvoor werkzaamheden moeten |
||
worden verricht in de gemeente Landsmeer. |
nihil |
|
16.2.1 |
gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit |
|
administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (Stb. 1990, 460) |
€ 48,45 |
|
16.2.2 |
duplicaat gehandicaptenparkeerkaart |
€ 14,45 |
16.2.3 |
autoruitetui (zelfklevend) ten behoeve van een gehandicaptenparkeerkaart |
€ 0,70 |
16.3.1 |
ontheffing voor het berijden van voet en/of fietspaden voor een: |
|
16.3.1.a |
dag |
€ 3,25 |
16.3.1.b |
week |
€ 6,55 |
16.3.1.c |
maand |
€ 13,05 |
16.3.1.d |
half jaar |
€ 18,50 |
16.3.1.e |
jaar |
€ 23,50 |
16.3.2 |
ontheffing voor het berijden van wegen waarvoor een breedte- of |
|
wiel(as)drukbeperking geldt voor een: |
||
16.3.2.a |
dag |
€ 9,25 |
16.3.2.b |
jaar |
€ 60,00 |
16.4 |
duplicaatkaart ex artikel 7 van de Ministeriële Beschikking |
€ 31,50 |
16.5 |
parkeervergunning als bedoeld in artikel 9 van de Parkeerverordening |
€ 31,50 |
16.6 |
gewone parkeerkaart |
€ 1,25 |
16.7 |
een ontheffing voor parkeren in de Blauwe Zone |
|
Hoofdstuk 17 Vervallen |
||
Hoofdstuk 18 Diversen |
||
18.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
18.1.1 |
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag |
€ 30,05 |
18.1.2 |
tot het verkrijgen van een attestatie de vita |
€ 9,35 |
18.2 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
18.2.1 |
tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening |
€ 3,55 |
18.2.2 |
voor het ter legalisatie zenden van stukken naar een andere gemeente |
|
in Nederland in het persoonlijk belang van de aanvrager (de kosten van |
||
porto wel, doch de kosten ter zake van het in behandeling nemen van |
||
een aanvraag tot legalisatie niet inbegrepen) |
€ 4,10 |
|
18.3 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente |
||
gegarandeerde hypothecaire geldlening |
€ 65,75 |
|
18.4 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
18.4.1 |
tot het verkrijgen van een bericht als bedoeld in de artikelen 29 en 32 van de |
|
Wet persoonsregistraties (Stb. 1988, 665) |
€ 4,95 |
|
18.4.2 |
voor naturalisatie (standaard) |
€ 563,00 |
18.4.3 |
voor naturalisatie (bijzonder) |
€ 513,00 |
18.4.4 |
voor naturalisatie gezin (standaard) |
€ 712,00 |
18.4.5 |
voor naturalisatie gezin (bijzonder) |
€ 662,00 |
18.4.6 |
meenaturaliserende minderjarige kinderen |
€ 85,00 |
18.4.7 |
voor optie (individueel) |
€ 144,00 |
18.4.8 |
voor optie (gezin) |
€ 246,00 |
18.5 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor |
|
een vent-, opkopers- of standplaatsvergunning om in de gemeente ijs, patates frites, |
||
vis,bloemen en dergelijke te mogen verkopen of het opkopen |
||
of ophalen van oude materialen voor een: |
||
18.5.a |
dag |
€ 6,45 |
18.5.b |
week |
€ 13,05 |
18.5.c |
maand |
€ 20,10 |
18.5.d |
jaar |
€ 73,30 |
18.5.e |
onbepaalde duur |
€ 127,80 |
18.6 |
Het tarief bedraagt voor het waarmerken van een opkopersregister, |
|
de kosten van het register niet meegerekend |
€ 15,25 |
|
18.7 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag: |
|
18.7.1 |
voor een ontheffing van het algemeen sluitingsuur: |
|
18.7.1.a |
voor een dag: |
€ 3,20 |
18.7.1.b |
voor een jaar tot 1.00 uur |
€ 26,65 |
18.7.1.c |
voor een jaar tot 2.00 uur |
€ 131,00 |
18.7.1.d |
voor een jaar na 2.00 uur |
€ 200,00 |
18.7.2.1 |
tot het afgeven van een vergunning voor het aanbrengen van reclame |
|
voor commerciële activiteiten |
€ 26,65 |
|
18.7.2.2 |
indien over de aanvraag als bedoeld in onderdeel 18.7.2.1. het advies |
|
van de Stichting Welstandszorg Noord-Holland moet worden ingewonnen, |
||
wordt het bedrag van onderdeel 18.7.2.1. verhoogd met |
€ 55,90 |
|
18.7.3 |
tot het verstrekken van een nachtverblijfregister |
€ 13,05 |
18.8 |
Vervallen. |
|
18.9.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
voor een lozingsvergunning |
€ 242,40 |
|
18.9.2 |
Indien na het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen |
|
van een lozingsvergunning doch voor het verlenen van de vergunning |
||
deze aanvraag wordt ingetrokken, bedragen de leges |
€ 63,05 |
|
18.10 |
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van formulieren ter verkrijging van |
|
een bijdrage voor woningverbetering en/of verbetering woonbuurten |
€ 4,35 |
|
18.11 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
voor een vergunning voor de verkoop van vuurwerk |
€ 31,50 |
|
18.12 |
Het tarief bedraagt ter zake van: |
|
18.12.1 |
het in behandeling nemen van een aanvraag voor een vergunning tot |
|
het laten liggen van een vaartuig in openbaar gemeentewater |
€ 5,95 |
|
18.12.2 |
het verstrekken van twee registratiestickers voor vaartuigen |
€ 1,05 |
18.13 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag |
|
tot het verkrijgen van een uittreksel uit het register van kinderopvangorganisaties, |
||
per pagina |
€ 3,20 |
|
18.14 |
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter verkrijging van |
|
een vergunning ingevolge artikel 2.25 van de Algemene Plaatselijke |
||
Verordening Landsmeer voor het organiseren van een evenement: |
||
18.14.1 |
Voor een evenement zonder commercieel karakter dat niet voldoet |
|
aan de uitzonderingscriteria van artikel 2.25 lid 2 van de APV |
€ 26,05 |
|
18.14.2 |
Voor een evenement met een commercieel karakter met minder dan |
|
1.000 deelnemers of bezoekers |
€ 78,20 |
|
18.14.3 |
Voor een evenement met een commercieel karakter met meer dan |
|
1.000 deelnemers of bezoekers |
€ 521,50 |
|
18.14.4 |
Voor een evenement met een commercieel karakter met meer dan |
|
5.000 deelnemers of bezoekers |
€ 3.067,50 |
|
Hoofdstuk 19 Werkzaamheden telecommunicatiewet |
||
19.1 |
Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een melding |
|
in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en |
||
werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.2, |
||
derde lid, van de Telecommunicatiewet |
€ 255,80 |
|
19.2 |
Het in 19.1 genoemde bedrag wordt: |
|
19.2.1 |
indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen |
|
gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van |
||
het netwerk, verhoogd met |
€ 511,55 |
|
19.2.2 |
indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van |
|
de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand |
||
aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder |
||
meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die terzake door het |
||
college van burgemeester en wethouders is opgesteld. |
||
19.3 |
Indien een begroting als bedoeld in 19.2.2. is uitgebracht, wordt een |
|
melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag |
||
waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de |
||
melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken. |
||
Behoort bij raadsbesluit van 14 december 2009 |
||
De griffier, |
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl