Regeling vervallen per 01-01-2015

Verordening participatie schoolgaande kinderen WWB gemeente Kaag en Braassem 2012

Geldend van 27-09-2012 t/m 31-12-2014 met terugwerkende kracht vanaf 01-04-2012

Intitulé

Verordening participatie schoolgaande kinderen WWB gemeente Kaag en Braassem 2012

Paragraaf 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. Wet: de Wet werk en bijstand;

b. Maatschappelijke participatie: het deelnemen aan activiteiten met een sportief, educatief, sociaal dan wel cultureel karakter door schoolgaande kinderen van ouders met een laag inkomen;

c. Voorzieningen: een vorm van financiële ondersteuning of ondersteuning in natura, gericht op de maatschappelijke participatie van schoolgaande kinderen van ouders met een laag inkomen, ter bevordering van maatschappelijke participatie;

d. Schoolgaand kind: ten laste komend kind van een ouder met een laag komen, voor wie de leer- of kwalificatieplicht, bedoeld in artikel 4 van de Leerplichtwet, geldt;

e. Laag inkomen: een inkomen tot 110% van de van toepassing zijnde bijstandnorm;

f. College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kaag en Braassem;

g. Raad: de gemeenteraad van de gemeente Kaag en Braassem.

Artikel 2 Toepassingsbereik

  • 1 De raad beschouwt het als zijn taak om de maatschappelijke participatie te bevorderen en het aantal schoolgaande kinderen dat belemmeringen ondervindt in die participatie door de financiële positie van hun ouders, terug te dringen.

  • 2 Deze verordening stelt regels over de wijze waarop de in het eerste lid genoemde taak door het college wordt uitgevoerd, met inbegrip van de wijze waarop invulling wordt gegeven aan het begrip maatschappelijke participatie.

Paragraaf 2 Beleid met betrekking tot maatschappelijke participatie

Artikel 3 Verantwoordelijkheid college

  • 1 Het college zet zich in voor het tot stand komen en ondersteunen van diensten door rechtspersonen die naar zijn oordeel bijdragen aan maatschappelijke participatie.

  • 2 Het college biedt voorzieningen aan, die gericht zijn op maatschappelijke participatie.

  • 3 Indien een voorziening, bedoeld in het tweede lid, het rechtskarakter heeft van categoriale bijzondere bijstand, bedoeld in artikel 35, vijfde lid van de wet, draag het college er zorg voor dat deze bijstand uitsluitend wordt verstrekt aan een belanghebbende met een inkomen tot 110% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm.

  • 4 Het college werkt bij het bevorderen van maatschappelijke participatie samen met natuurlijke en rechtspersonen, voor zover die samenwerking naar het oordeel van het college daaraan bijdraagt.

Artikel 4 Beleid en voorzieningen

Het college geeft uitvoering aan het volgende beleid ter bevordering van de maatschappelijke participatie van schoolgaande kinderen:

a. Categoriale bijzondere bijstand ten behoeve van de bekostiging van een computer. Deze bijstand is bestemd voor schoolgaande kinderen in de leeftijd van 7 tot 18 jaar en wordt verstrekt in natura.

b. Categoriale bijzondere bijstand ten behoeve van de bekostiging van deelname aan sport en culturele activiteiten. Deze bijstand is bestemd voor schoolgaande kinderen tot 18 jaar. De bijstand bedraagt € 100,- per jaar per kind.

c. Categoriale bijzondere bijstand ten behoeve van de kosten die gepaard gaan met de overgang van de basisschool naar het voortgezet onderwijs van het schoolgaande kind. Deze bijstand is bedoeld voor kinderen die voor het eerst naar het voortgezet onderwijs gaan en bedraagt eenmalig € 230,- in het jaar dat het kind naar het voortgezet onderwijs gaat.

d. Categoriale bijzondere bijstand ten behoeve van indirecte schoolkosten (deelname werkweek, schoolreisjes etc). Deze bijstand is bestemd voor schoolgaande kinderen in de leeftijd van 4 tot 18 jaar en wordt verstrekt in natura.

Artikel 5 Vorm van een voorziening

  • 1 Tenzij de raad anders heeft bepaald, stelt het college de vorm van een voorziening vast.

  • 2 Bij het bepalen van de vorm van de voorziening kiest het college voor de vorm die naar zijn oordeel het meest doeltreffend is om de maatschappelijke participatie te bevorderen.

Paragraaf 3 Slotbepalingen

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze verordening vervangt de "Verordening participatie schoolgaande kinderen Wet werk en bijstand gemeente Kaag en Braassem 2012", die is vastgesteld op 12 maart 2012 en treedt in werking op de dag volgende op de publicatie en heeft terugwerkende kracht tot 1 april 2012.

Artikel 7 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Verordening participatie schoolgaande kinderen WWB gemeente Kaag en Braassem 2012.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Kaag en Braassem gehouden op 10 september 2012
de griffier,                                              de voorzitter,
drs. B.S.M. Sepers                              mr. K.M. van der Velde-Menting

Toelichting 1 Nieuwe Toelichting