Regeling vervallen per 01-01-2019

Subsidieverordening Stadsvernieuwing 1994

Geldend van 25-03-2005 t/m 31-12-2018

Intitulé

Subsidieverordening Stadsvernieuwing 1994

Het vaststellen van de Subsidieverordening Stadsvernieuwing 1994.

De raad van de gemeente Schijndel;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 8 maart 1994;

gelet op artikel 41 van de Wet op de Stads- en Dorpsvernieuwing;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht;

besluit:

I vast te stellen de navolgende verordening: "Subsidieverordening Stadsvernieuwing 1994".

Artikel 1

Voor de toepassing van deze verordening wordt onder stadsvernieuwing verstaan: de stelselmatige inspanning, zowel op stedebouwkundig als op sociaal, economisch, cultureel en milieu-hygiënisch gebied, gericht op behoud, herstel, verbetering, herindeling of sanering van bebouwde gedeelten van het gemeentelijk grondgebied.

Artikel 2

  • 1. De gemeenteraad neemt jaarlijks een besluit waarin wordt aangegeven welk bedrag in het belang van de stadsvernieuwing beschikbaar wordt gesteld aan natuurlijke of rechtspersonen voor de verschillende sectoren van de samenleving, waaronder in elk geval de bewoners van huur- en eigen woningen, en in het bijzonder ten behoeve van de versterking van de positie van de bewoners, het bedrijfsleven en sociale en culturele instellingen.

  • 2. Het besluit wordt genomen binnen drie maanden, nadat van het provinciaal bestuur de aan de gemeente krachtens de wet toekomende bijdrage bekend is gemaakt.

Artikel 3

De gemeenteraad is bevoegd een voor een bepaalde sector van de samenleving bestemd bedrag, als bedoeld in artikel 2, tussentijds te herzien.

Artikel 4

De gemeenteraad kan de werkingssfeer van deze verordening of onderdelen daarvan naar tijd en plaats beperken.

Artikel 5

  • 1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om in het belang van de stadsvernieuwing en met inachtneming van het bepaalde in deze verordening steun toe te kennen.

  • 2. Burgemeester en wethouders houden bij hun beslissing op grond van het eerste lid rekening met steun die op grond van deze verordening of enige andere regeling is of kan worden toegekend.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen aan het toekennen van steun voorwaarden verbinden.

Artikel 6

Burgemeester en wethouders kennen slechts steun toe voorzover de op grond van artikel 2 en 3 begrote financiële middelen voor de desbetreffende sector van de samenleving toereikend zijn.

Artikel 7

  • 1. In bijzondere gevallen kunnen burgemeester en wethouders in het belang van de stadsvernieuwing afwijken van de bepalingen van deze verordening.

  • 2. Zij gaan daartoe niet over, dan nadat de commissie Grondgebiedszaken is gehoord.

Artikel 8

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere regels te stellen met betrekking tot het verlenen van bijdragen en het behandelen van aanvragen om een bijdrage.

Artikel 9

Op aanvragen om bijdragen ingediend vóór het in werking treden van deze verordening is de "Subsidieverordening Stadsvernieuwing" van toepassing, tenzij burgemeester en wethouders in een concreet geval op verzoek van een belanghebbende deze verordening van toepassing verklaren.

Artikel 10

Deze verordening kan worden aangehaald als "Subsidieverordening Stadsvernieuwing 1994". Zij treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van haar bekendmaking.

Ondertekening

II De Subsidieverordening Stadsvernieuwing wordt ingetrokken mét ingang van de

inwerkingtreding van deze verordening.

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Schijndel in zijn openbare vergadering van 24 maart 1994.

De secretaris, De voorzitter,