Regeling vervallen per 27-04-2017

Verordening voor de instelling en het toekennen van Ereburgerschap en Erepenning gemeente Schijndel 2009

Geldend van 18-12-2009 t/m 26-04-2017

Intitulé

Verordening voor de instelling en het toekennen van Ereburgerschap en Erepenning gemeente Schijndel 2009

De raad van de gemeente Schijndel;

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 oktober 2009;

gelet op het bepaalde in artikel 108 en 160 van de Gemeentewet;

Besluit

I.vast te stellen de navolgende Verordening, regelende de instelling en het toekennen van Ereburgerschap

I. en Erepenning gemeente Schijndel 2009:

Artikel 1

Ingesteld worden de navolgende onderscheidingen:

  • a.

    het Ereburgerschap van de gemeente Schijndel;

  • b.

    de Erepenning van de gemeente Schijndel.

Artikel 2

  • 1. het Ereburgerschap kan worden toegekend als een blijk van buitengewone waardering en erkentelijkheid jegens hen die zich op uitzonderlijke en baanbrekende wijze hebben ingezet en zich daarmee bijzonder verdienstelijk hebben gemaakt voor de Schijndelse samenleving.

  • 2. het Ereburgerschap wordt verleend aan natuurlijke personen die woonachtig zijn of zijn geweest in de gemeente Schijndel.

  • 3. de Erepenning kan worden toegekend aan natuurlijke en rechtspersonen die zich op uitzonderlijke wijze hebben ingezet op bestuurlijk, sociaal, cultureel, maatschappelijk, educatief, charitatief, sportief, economisch of wetenschappelijk terrein en daarmee de gemeenschap, hetzij individueel, hetzij collectief hebben gediend. De Erepenning kan voorts worden toegekend aan natuurlijke personen die blijk hebben gegeven van bijzonder moedig of menslievend gedrag.

Artikel 3

De raad beslist in een besloten raadsvergadering, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders, over het toekennen van het Ereburgerschap

Artikel 4

Het college van burgemeester en wethouders beslist over de toekenning van de Erepenning, nadat het Raadspresidium over het voornemen is geraadpleegd.

Artikel 5

Gelet op het bepaalde in de artikelen 2, 3 en 4 van deze verordening zal in de motivering van het besluit ingegaan worden op de navolgende zaken:

  • ·

    om welke activiteiten gaat het en op welke wijze heeft de kandidaat zich ingezet?

  • ·

    over welke tijdspanne hebben de activiteiten betrekking en met welke intensiteit?

  • ·

    de actuele maatschappelijke waarde (zijn de activiteiten gericht op zaken en sectoren die momenteel in de belangstelling staan)?

  • ·

    de maatschappelijke invloed van de activiteiten (hoe ervaart de samenleving de activiteiten, wat is de uitstraling en invloed daarvan)?

  • ·

    wat was of is de mate van verantwoordelijkheid?

  • ·

    hoe groot is of zijn de organisatie(s) waarin de kandidaat actief is of actief is geweest?

  • ·

    worden de activiteiten buiten de werkkring betaald?

  • ·

    is de kandidaat van onbesproken gedrag?

Artikel 6

Het besluit aangaande het Ereburgerschap wordt aan betrokkene door of vanwege de voorzitter van de raad medegedeeld op een, naar het oordeel van de voorzitter van de raad, passende gelegenheid.

Artikel 7

Het besluit aangaande de toekenning van de Erepenning wordt door het college aan betrokkene medegedeeld op een, naar het oordeel van het college, passende gelegenheid.

Uitreiking van de Erepenning geschiedt door de burgemeester of diens plaatsvervanger.

Artikel 8

De uitvoering van het draaginsigne, behorende bij het Ereburgerschap, wordt aan het college van burgemeester en wethouders overgelaten.

Artikel 9

De uitvoering van de Erepenning wordt aan het college van burgemeester en wethouders overgelaten.

Artikel 10

De begiftigde van het Ereburgerschap of de Erepenning ontvangt naast het draaginsigne of de Erepenning tevens een oorkonde waarin de uitzonderlijke verdiensten staan vermeld, alsmede de datum van het besluit tot verlening.

Artikel 11

  • 1. Indien zeer bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, kan de raad, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders, besluiten de begiftigde van het Ereburgerschap vervallen te verklaren en de uitgereikte eerbewijzen terugvorderen.

  • 2. Het college van burgemeester en wethouders is, indien zeer bijzondere omstandigheden daartoe aanleiding geven, bevoegd het besluit tot toekenning van de Erepenning in te trekken. De uitgereikte eerbewijzen kunnen worden teruggevorderd.

Artikel 12

  • 1. Van elke toekenning van het Ereburgerschap of van de toekenning van de Erepenning wordt door het college van burgemeester en wethouders aantekening gehouden in een ereboek.

  • 2. In het ereboek worden mede vermeld de bijzonderheden die hebben geleid tot de toekenning.

  • 3. Bij vervallenverklaring van het Ereburgerschap of intrekking van het besluit tot toekenning van de Erepenning geschiedt daarvan eveneens aantekening, met vermelding van de beweegredenen die daartoe aanleiding hebben gegeven.

Artikel 13

Aan de toekenning van het Ereburgerschap of van de Erepenning zijn geen andere rechten en verplichtingen verbonden, dan vermeld in deze verordening.

Artikel 14

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening, regelende de instelling en het toekennen van Ereburgerschap en Erepenning Gemeente Schijndel 2009”

Artikel 15

Deze verordening treedt in werking op de dag na de dag waarop zij bekend is gemaakt.

Ondertekening

II.dat de kosten voor de uitvoering van het bepaalde in deze verordening, voor zover zij betrekking hebben op het dienstjaar 2009, ten laste dienen te worden gebracht van de post “Eenmalig onvoorzien” en dat voor het overige een voorstel van het college van burgemeester en wethouders wordt afgewacht ten aanzien van de structurele kosten.

Aldus besloten door de raad in zijn openbare vergadering van 10 december 2009,

de griffier,

De voorzitter,

F.G.T.W. van Kessel–van Erp

H.Th.H. Opsteegh