Regeling vervallen per 01-01-2010

Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2009

Geldend van 01-01-2009 t/m 28-02-2009

De raad der gemeente Aa en Hunze;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Aa en Hunze,

d.d. 21 oktober 2008, nummer 2008/61;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel b van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de:

“Verordening op de heffing en de invordering van leges 2009” (Legesverordening 2009)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a

    ‘dag’ : de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b

    ‘week’ : een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c

    ‘maand’ : het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n–1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d

    ‘jaar’ : het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n–1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e

    ‘kalenderjaar’ : de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven ter zake van het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten, genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend.

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • 1.

    stukken, inlichtingen of nasporingen in hun persoonlijk belang benodigd door personen, die door een verklaring, afgegeven door de burgemeester hunner woon- of verblijfplaats, of op andere wijze, van hun onvermogen doen blijken;

  • 2.

    attestaties de vita, strekkende tot betaling van pensioenen, lijfrenten en andere periodieke uitkeringen ten laste van de staat, provinciën, gemeenten, waterschappen of andere publiekrechtelijke lichamen;

  • 3.

    de stukken en legalisaties van handtekeningen op stukken betreffende militaire zaken;

  • 4.

    de stukken, inlichtingen of nasporingen door openbare besturen, ambtenaren en instellingen in het openbaar belang aangevraagd;

  • 5.

    de agenda’s voor de vergaderingen van de raad, zowel met als zonder bijbehorende voorstellen, wanneer deze worden gevraagd ten behoeve van de pers of indien deze worden gevraagd ten behoeve van een in de gemeente Aa en Hunze gevestigde politieke formatie; aan een politieke formatie zullen ten hoogste 5 exemplaren kosteloos worden verstrekt;

  • 6.

    bewijzen van onvermogen;

  • 7.

    stukken door ambtenaren benodigd tot het bekomen van pensioen en voor die, benodigd tot het verkrijgen van weduwen- en wezenpensioen;

Artikel 5 Tarieven

  • 1

    De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2

    Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven bij wege van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Artikel 7 Termijnen van betaling

  • 1

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges

  • worden

     betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan

    • wel

      in geval van toezending daarvan, binnen 14 dagen na de dagtekening van

    • de

      kennisgeving.

  • 2

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 11. Inwerkingtreding en citeertitel.

  • 1.

    De ‘Verordening op de heffing en de invordering van rechten 2008”, vastgesteld bij besluit van 7 november 2007 en voor het laatst gewijzigd bij besluit van 30 januari 2008, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2009.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als ”Legesverordening 2009”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad der gemeente Aa en Hunze, gehouden op 7 november 2007.

De griffier,                      De voorzitter,

T. Santes.                      Drs. H.F. van Oosterhout.

Tarieventabel behorende bij de “Verordening op de heffing en de invordering van Leges 2009”

Hoofdstuk 1. Algemeen

1.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:  

 

 

1.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voorzover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina: 

€

3,50

1.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voorzover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€

0,25

 1.1.3

een beschikking op aanvraag, voorzover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

€ 

5,00 

 1.1.4

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voorzover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina:

€ 

5,00 

Hoofdstuk 2. Bestuurstukken

2.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

 

2.1.1

een afschrift van de gemeentebegroting

€

56,20

2.1.2

een afschrift van de gemeenterekening met bijbehorende bijlagen

€

66,75

2.1.3

een afschrift van de gemeenterekening

€

30,40

2.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

 

 

2.2.1

op de stukken behorende bij de raadsvergaderingen en marktplaatsen

€

40,00

2.3

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van de algemene plaatselijke verordening, per exemplaar 

€

24,35

Hoofdstuk 3. Burgerlijke stand

3.1

Het tarief bedraagt terzake van de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

 

 

3.1.1

maandagmorgen en dinsdagmorgen om 9.30 uur

€

0,00

3.1.2

maandagmorgen en dinsdagmorgen om 10.30 en 11.30 uur

€

224,75

3.1.3

maandagmiddag, dinsdagmiddag, woensdag, donderdag en vrijdag:

€

 224,75

3.1.4

zaterdag, zondag en algemeen erkende feestdagen

€

 561,95

3.2

Indien de voltrekking van een huwelijk dan wel de registratie van een partnerschap plaatsvindt op een andere locatie dan het gemeentehuis dan wordt het tarief als bedoeld onder 3.1 verhoogd met:

€

164,00

3.3

Het tarief voor de omzetting van een huwelijk of een geregistreerd partnerschap bedraagt:

€

45,40

3.3.1

Indien de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk plaatsvindt op een:

 

 

 

vrijdag bedraagt het tarief:

€

 224,75

 

zaterdag, zondag en algemeen erkende feestdag bedraagt het tarief:

€

 561,95

3.4

Indien de omzetting van een huwelijk of een geregistreerd partnerschap plaatsvindt op een andere locatie dan het gemeentehuis dan wordt het tarief als bedoeld onder 3.3 verhoogd met:

€

 164,00

3.4.1

Voor het luiden van de klok wordt geheven

€

 20,65

3.5

Het tarief bedraagt terzake van het verstrekken van:

 

 

3.5.1

een trouwboekje of een partnerschapsboekje

€

 14,10

3.5.2

een duplicaat trouwboekje of partnerschapsboekje

€

 14,10

3.6

Het tarief bedraagt terzake van het door de gemeente toewijzen van getuigen, in verband met de voltrekking van een huwelijk dan wel de registratie van een partnerschap, welke in dienst zijn van de gemeente voor iedere getuige

€

 28,00

3.7

Het tarief bedraagt terzake van het doen van nasporingen in de registers van de Burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€

 11,35

3.8

Terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand of zoals dit Besluit laatstelijk is vervangen of gewijzigd

 

 

Hoofdstuk 4. Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 4.3 en 4.4, wordt onder een verstrekking verstaan een of meer gegevens omtrent een persoon waarvoor de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens moet worden geraadpleegd.

 

 

4.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking:

€

5,05

4.2.1.2

tot het verstrekken van een internationaal uittreksel, per verstrekking

€

 7,55

4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende periode van een jaar

 

 

4.2.2.1

voor 100 verstrekkingen

€

 91,30

4.2.2.2

voor 500 verstrekkingen

€

 304,00

4.2.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€

 456,05

4.2.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

€

 1.520,75

4.2.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€

 3.041,55

4.3

Voor de toepassing van onderdeel 4.4 wordt onder een verstrekking verstaan een of meer gegevens omtrent een persoon die niet zijn opgenomen in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

 

 

4.4

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag

 

 

4.4.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€

 5,05

4.4.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van een jaar:

 

 

4.4.2.1

voor 100 verstrekkingen

€

 91,30

4.4.2.2

voor 500 verstrekkingen

€

 304,00

4.4.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€

 456,05

4.4.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

€

 1.502,75

4.4.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€

 3.041,55

4.5

Het tarief bedraagt terzake van het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier

€

 11,35

Hoofdstuk 5. Bouwvergunningen

5.1

Bouwverordening

 

 

 

De bouwverordening van de gemeente Aa en Hunze is digitaal ontsloten via de website www.aaenhunze.nl. Deze is voor iedereen kosteloos te downloaden.

 

 

 5.2.1

Algemeen

 

 

 

Op grond van onderdeel 5.2 worden leges geheven, die samenhangen met het in behandeling nemen van aanvragen tot beoordeling van een schetsplan, lichte bouwvergunning, reguliere bouwvergunning eerste fase, bouwvergunning tweede fase, wijziging eerste fase. Wanneer de gemeente deze aanvragen in behandeling neemt, toetst zij onder meer op criteria die geformuleerd staan in het bestemmingsplan, de beheersverorderdening en het Bouwbesluit. Voor een toetsing aan welstand geldt de verhoging van leges genoemd in artikel 5.3.2

 

 

 5.2.1.1

Onder bouwkosten wordt in dit hoofdstuk verstaan de aannemingssom (exclusief omzetbelasting) als bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor uitvoering van werken 1989 (UAV 1989), voor het uit te voeren werk, of voorzover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten (exclusief omzetbelasting) als bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. ndien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt, wordt in dit hoofdstuk onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moetenworden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft. De belastingplichtige is gehouden bij de aanvraag om een bouwvergunning c.q. bij de melding een opgave van de bouwkosten, de gehele afwerking inbegrepen, te overleggen. Blijft de aanvrager in gebreke de totale bouwkosten in de aanvraag c.q. melding te vermelden of de gevraagde begroting te overleggen of kunnen burgemeester en wethouders zich met de opgegeven bouwkosten niet verenigen dan stellen zij het bedrag van de bouwkosten vast en wordt het naar uitkomst daarvan geheven.

 

 

5.2.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een verzoek tot beoordeling van een schetsplan met betrekking tot de vraag of op een, op basis van genoemd schetsplan, uitgewerkt bouwplan een vergunning zou kunnen worden verleend:

€

75,00  

5.2.3

Het tarief terzake van het in behandeling nemen van een concreet principeverzoek bedraagt

€

175,00  

 

 

 

 

5.2.4

Aanvraag lichte bouwvergunning

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een lichte bouwvergunning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel q, van de Woningwet, indien de bouwkosten:

 

 

5.2.4.1

minder dan € 5.000,-- bedragen

€

112,65

5.2.4.2

€ 5.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 25.000,-- vermeerderd met 1,87% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 5.000,-- te boven gaan

€

112,65

5.2.4.3

€ 25.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 50.000,-- vermeerderd met 1,71% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 25.000,-- te boven gaan

€

516,45

5.2.4.4

€ 50.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 115.000,-- vermeerderd met 1,54 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000,-- te boven gaan

€

955,15

5.2.4.5

meer bedragen dan € 115.000,-- vermeerderd met 1,39 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 115.000,-- te boven gaan

€

2.171,45

 

 

 

 

5.2.5

Aanvraag reguliere bouwvergunning

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een reguliere bouwvergunning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel p, van de Woningwet, indien de bouwkosten:

 

 

5.2.5.1

minder dan € 5.000,-- bedragen

€

112,65

5.2.5.2

€ 5.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 25.000,-- vermeerderd met 1,87% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 5.000,-- te boven gaan

€

112,65

5.2.5.3

€ 25.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 50.000,-- vermeerderd met 1,71% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 25.000,-- te boven gaan

€

516,45

5.2.5.4

€ 50.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 115.000,-- vermeerderd met 1,54 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000,-- te boven gaan

€

955,15

5.2.5.5

meer bedragen dan € 115.000,-- vermeerderd met 1,39 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 115.000,-- te boven gaan

€

2.171,45

 

 

 

 

5.2.6

Aanvraag bouwvergunning eerste fase

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning eerste fase als bedoeld in artikel 56a, tweede lid van de Woningwet, indien de bouwkosten:

 

 

5.2.6.1

minder dan € 5.000,-- bedragen

€

84,50

5.2.6.2

€ 5.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 25.000,-- vermeerderd met 1,87% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 5.000,-- te boven gaan

€

84,50

5.2.6.3

€ 25.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 50.000,-- vermeerderd met 1,71% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 25.000,-- te boven gaan

€

387,35

 

5.2.6.4 € 50.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 115.000,-- vermeerderd met 1,54 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000,-- te boven gaan

€

716,35

 

5.2.6.5 meer bedragen dan € 115.000,-- vermeerderd met 1,39 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 115.000,-- te boven gaan

€

1.628,55

 

 

 

 

 5.2.7

Aanvraag bouwvergunning tweede fase

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning tweede fase als bedoeld in artikel 56a, derde lid van de Woningwet, indien de bouwkosten:

 

 

 5.2.7.1

minder dan € 5.000,-- bedragen

€

84,50

 5.2.7.2

€ 5.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 25.000,-- vermeerderd met 1,87% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 5.000,-- te boven gaan

€

84,50

 5.2.7.3

€ 25.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 50.000,-- vermeerderd met 1,71% van het bedrag waarmee die bouwkosten € 25.000,-- te boven gaan

€

387,35

 5.2.7.4

€ 50.000,-- bedragen of meer, doch minder dan € 115.000,-- vermeerderd met 1,54 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 50.000,-- te boven gaan

€

716,35

 5.2.7.5

meer bedragen dan € 115.000,-- vermeerderd met 1,39 % van het bedrag waarmee die bouwkosten € 115.000,-- te boven gaan

€

1.628,55

 

 

 

 

 5.2.8

Aanvraag wijziging bouwvergunning eerste fase

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gewijzigde bouwvergunning eerste fase, als bedoeld in artikel 56a, achtste lid, van de Woningwet:

 

 

 

 Een bedrag naar het tarief en berekend op de wijze als in 5.2.6 is bepaald en verminderd met de voor de primaire bouwvergunning eerste fase berekende leges, met dien verstande dat in elk geval is verschuldigd en dat geen restitutie van de voor de primaire bouwvergunning in eerste fase betaalde leges plaatsvindt

€

78,70

 

 

 

 

5.3

Verhoging/aanvullende leges

 

 

5.3.1

Algemeen

 

 

 

Wanneer de gemeente bij de behandeling van de aanvraag bouwvergunning een extra toets moet uitvoeren voordat een besluit over het verlenen van de vergunning kan worden genomen, worden de leges genoemd in onderdeel 5.2 verhoogd, dan wel worden aanvullende leges geheven. Het gaat om de volgende extra toetsingen: toetsing welstand (5.3.2), beoordeling bodemrapport (5.3.3), beoordeling bedrijfsrapport (5.3.4), achteraf ingediende aanvraag (5.3.5), projectbesluit/buiten toepassingverklaring (5.3.6), wijziging of ontheffing bestemmingsplan (5.3.7), toetsing of ontheffing in het kader van een exploitatieplan (5.3.8)

 

 

 

 

 

 

  5.3.2

Toetsing aan welstandscriteria

 

 

 

 In verband met de toetsing aan de welstandcriteria als bedoeld in artikel 12a van de Woningwet, wordt het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.2 verhoogd met:

 

 

 

Indien de bouwkosten minder dan € 2.500,00 bedragen

€

0,00

 

Indien de bouwkosten € 2.500,-- bedragen of meer, doch minder dan € 10.000,--

€

35,00

 

Indien de bouwkosten € 10.000,-- bedragen of meer vermeerderd met:

€

25,00

 

2‰ over de bouwkosten tot € 250.000,-- en

 

 

 

1‰ over de bouwkosten van € 250.001,-- tot € 450.000,-- en

 

 

 

½‰ over de bouwkosten van € 450.001,-- tot € 2.250.000,-- en

 

 

 

¼‰ over de bouwkosten vanaf € 2.250.001,-- (niet aan maximum gebonden)

 

 

 

Voor woningen worden de verhogingen per woning berekend.

 

 

 

Etage en galerij worden beschouwd als een bouwplan

 

 

 

De bedragen in dit onderdeel worden rekenkundig afgerond op hele euro's.

 

 

 

 

 

 

5.3.3

Beoordeling bodemrapport

 

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.2 wordt verhoogd met:

 

 

 

indien de aanvraag van een bouwvergunning krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer

 

 

5.3.3.1

Het een historisch bodemonderzoek conform NEN 5725 betreft

€

56,15

5.3.3.2

Het een verkennend bodemonderzoek conform NEN 5740 betreft

€

112,40

5.3.3.3

Het een nader onderzoek naar aanleiding van een verkennend bodemonderzoek betreft

€

56,15

5.3.3.4

Het een archeologisch bodemrapport betreft

€

62,15

 

 

 

 

5.3.4

Beoordeling bedrijfsrapport

 

 

 

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het beoordelen van een bedrijfsrapport € 413,30

 

 

 

 

 

 

5.3.5

Achteraf ingediende aanvraag (legalisatie)

 

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.2 wordt verdubbeld, indien de aanvraag van een bouwvergunning wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouw, of anderszins ter legalisatie van een illegale situatie, met dien verstande dat de verhoging niet meer bedraagt dan

€

1.085,35

 

 

 

 

5.3.6

Projectbesluit/buiten toepassingverklaring

 

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.2 wordt verhoogd met:

 

 

 

indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan artikel 3.10 (project-besluit) of 3.40 (buiten toepassingverklaring) van de Wet Ruimtelijk Ordening wordt toegepast

€

 6.400,00

 

 

 

 

5.3.7

Wijziging of ontheffing bestemmingsplan

 

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.2 wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan:

 

 

5.3.7.1

Artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet Ruimtelijke Ordening (artikel 11 WRO) wordt toegepast, verhoogd met:

€

2.500,00

5.3.7.2

Artikel 3.6, eerste lid, onder c (binnenplanse ontheffing) of 3.38, vierde lid van de Wet Ruimtelijke Ordening (ontheffing beheersverordening) wordt toegepast, verhoogd met:

€

140,85

5.3.7.3

Artikel 3.22 van de Wet Ruimtelijke Ordening (tijdelijke ontheffing) wordt toegepast, verhoogd met:

€

145,00

5.3.7.4

Artikel 3.23 van de Wet Ruimtelijke Ordening wordt toegepast, verhoogd met:

 

 

 

Indien de bouwkosten minder dan € 5.000,-- bedragen

€

145,00

 

Indien de bouwkosten € 5.000,-- of meer, doch minder dan € 25.000,-- bedragen

€

187,15

 

Indien de bouwkosten € 25.000,-- of meer, doch minder dan € 50.000,-- bedragen

€

355,95

 

Indien de bouwkosten € 50.000,-- of meer bedragen

€

543,10

 

 

 

 

5.3.8

Toetsing of ontheffing in het kader van een exploitatieplan

 

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.2 wordt, indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwwerk ten aanzien waarvan:

 

 

5.3.8.1

Toetsing aan een exploitatieplan dient plaats te vinden, verhoogd met:

€

341,80

5.3.8.2

Een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid van de Wet Ruimtelijke Ordening wordt verleend, verhoogd met:

€

341,80

 

 

 

 

5.4

Slopen

 

 

 

 

 

 

5.4.1

Sloopvergunning

 

 

 

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een sloopvergunning als bedoeld in artikel 3.3, aanhef en onder b of artikel 3.38, derde lid, aanhef en onder b van de Wet Ruimtelijke Ordening, artikel 37 van de Monumentenwet 1988 en in hoofdstuk 8 van de Bouwverordening bedraagt:

€

155,35

 

 

 

 

5.4.2

Sloopmelding

 

 

 

Voor het in behandeling nemen van een sloopmelding als bedoeld in artikel 8.2.1 van de Bouwverordening worden geen leges geheven

 

 

 

 

 

 

5.4.3

Verhogingen

 

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.4.1 wordt, indien de aanvraag van een sloopvergunning:

 

 

5.4.3.1

krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer er een archeologisch bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met:

€

62,15

5.4.3.2

betrekking heeft op een bouwwerk waarin asbest of een astbesthoudend product aanwezig is, verhoogd met:

€

62,15

5.4.3.3

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid van de Wet Ruimtelijke Ordening wordt verleend, verhoogd met:

€

341,80

5.4.3.4

waarvoor een sloopveiligheidsplan moet worden ingediend, verhoogd met:

€

141,45

 

 

 

 

5.5

 Aanlegvergunning

 

 

5.5.1

Begripsbepaling aanlegkosten

 

 

 

Onder aanlegkosten wordt in dit hoofdstuk verstaan:

 

 

 

de aanneemsom exclusief omzetbelasting als bedoeld in paragraaf 1, lid 1 van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de sloopkosten, de omzet-belasting niet inbegrepen. Indien het aanleggen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaam-heid geschiedt, wordt in dit hoofdstuk onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft

 

 

 

 

 

 

5.5.2

Aanvraag aanlegvergunning

 

 

 

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van vergunning als bedoeld in artikel 3.3, aanhef en onder a, of artikel 3.38, derde lid, aanhef en onder a van de Wet Ruimtelijke Ordening 1,39% van de aanlegkosten, met een minimumbedrag van

€

140,80

 

Per aanlegvergunning geldt een maximum aan leges van

€

10.358,00

 

 

 

 

5.5.3

Verhogingen

 

 

 

Het verschuldigde bedrag op grond van onderdeel 5.5.2 wordt, indien de aanvraag van een aanlegvergunning:

 

 

5.5.3.1

krachtens wettelijk voorschrift slechts kan worden afgehandeld wanneer er een archeologisch bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met:

€

62,15

5.5.3.2

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.10 (projectbesluit) of 3.40 (buiten toepassingverklaring) van de Wet Ruimtelijke Ordening wordt toegepast, verhoogd met:

€

6.400,00

5.5.3.3

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan artikel 3.6, eerste lid, onder a of c, 3.22, 3.23 of 3.38, vierde lid van de Wet Ruimtelijke Ordening wordt toegepast, verhoogd met:

€

281,60

5.5.3.4

betrekking heeft op een werk of werkzaamheid ten aanzien waarvan een ontheffing als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid van de Wet Ruimtelijke Ordening wordt verleend, verhoogd met:

€

341,80

 

 

 

 

5.6

Overig/Administratief

 

 

5.6.1

Algemeen

 

 

 

Op grond van dit onderdeel worden leges geheven voor dienstverlening die doorgaans een relatie heeft met bouwactiviteiten, of gerelateerd is aan (extra) administratieve handelingen. Tot slot komt teruggaaf van een deel van de leges aan de orde.

 

 

 

 

 

 

5.6.2

Overschrijven vergunningen of ontheffingen

 

 

 

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de tenaamstelling van een verleende bouw-, sloop-, of aanlegvergunning of ontheffing bedraagt

€

84,50

 

 

 

 

5.6.3

Aanvraag wijziging vergunning als gevolg van wijziging bouwplan

 

 

 

Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een bouwvergunning betrekking heeft op het bouwen in afwijking van een eerder ingediend bouwplan, waarvoor reeds een vergunning is verleend, maar waarvan nog geen gebruik is gemaakt, worden de voor de oorspronkelijke vergunning geheven rechten verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van het tarief als vermeld in paragraaf 5.2, met dien verstande dat zij niet minder dan € 70,75 zullen bedragen. Het vorenstaande vindt geen toepassing als de afwijking zodanig is, dat naar de omstandigheden beoordeeld van een nieuw bouwplan sprake is.

 

 

 

 

 

 

5.6.4

Bestemmingsplanwijzigingen

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid onder c, 3.22, 3.38, vierde lid, van de Wet Ruimtelijke Ordening, waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor een bouwvergunning is vereist en geen sprake is van werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning is vereist

€

281,60

5.6.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een ontheffing als bedoeld in 3.23, eerste lid, van de Wet Ruimtelijke Ordening, waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor een bouwvergunning is vereist

€

563,25

5.6.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een besluit als bedoeld in artikel 3.10 (projectbesluit) of 3.40 (buiten toepassingverklaring) van de Wet Ruimtelijke Ordening, waarbij geen sprake is van een bouwplan waarvoor een bouwvergunning is vereist en geen sprake is van werken of werkzaamheden waarvoor een aanlegvergunning is vereist

€

6.400,00

5.6.4.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet Ruimtelijke Ordening

€

6.400,00

 

 

 

 

5.6.5

Ontheffing verbodsbepaling in voorbereidingsbesluit

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing van het verbod tot wijziging van het gebruik van gronden of bouwwerken als bedoeld in artikel 3.7, vierde lid, van de Wet Ruimtelijke Ordening

€

341,80

 

 

 

 

5.6.6

Ontheffing verbodsbepaling in exploitatieplan

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een ontheffing van het verbod om bepaalde werken of werkzaamheden uit te voeren als bedoeld in artikel 6.12, zesde lid, van de Wet Ruimtelijke Ordening

€

341,80

 

 

 

 

5.6.7

Toetsen bepaalde werken of werkzaamheden aan exploitatieplan

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag te toetsen of voorgenomen werken of werkzaamheden voor het bouwrijp maken van het exploitatiegebied, de aanleg van nutsvoorzieningen of het inrichten van de openbare ruimte in het exploitatiegebied voldoen aan de eisen en regels van een exploitatieplan

€

341,80

 

 

 

 

5.6.8

Monumentenvergunning

 

 

 

 Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een vergunning als bedoeld in artikel 11, tweede lid, van de Monumentenwet 1988 of artikel 10 van de Monumentenverordening Aa en Hunze 2004

€

150,20

 

 

 

 

5.6.9

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag bouw-, sloop-, of aanlegvergunning

 

 

 

Wanneer een aanvrager zijn aanvraag om bouw-, sloop-, of aanlegvergunning intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, wordt een deel van de leges teruggegeven. De teruggaaf bedraagt:

 

 

5.6.9.1

Indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van vier weken na het in behandeling nemen ervan, 75% van de voor het in behandeling nemen van een aanvraag verschuldigde leges

 

 

5.6.9.2

Indien de aanvraag wordt ingetrokken na een termijn van vier weken na het in behandeling nemen ervan, 50% van de voor het in behandeling nemen van een aanvraag verschuldigde leges

 

 

5.6.9.3

Indien de aanvraag om een vergunning niet-ontvankelijk wordt verklaard, dan wel buiten behandeling wordt gesteld, 50% van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag verschuldigde leges

 

 

5.6.9.4

Indien de aanvraag wordt ingetrokken op verzoek van Bouw- en Woningtoezicht, in het belang van de procedure, 100% van de voor het in behandeling nemen van de aanvraag verschuldigde leges

 

 

 

 

 

 

5.6.10

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende bouw-, sloop-, of aanlegvergunning

 

 

 

Wanneer de gemeente een verleende bouw-, sloop-, of aanlegvergunning intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, wordt een deel van de leges teruggegeven mits deze aanvraag is ingediend binnen 26 weken na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaag bedraagt 50% van de verschuldigde basisleges bedoeld in de onderdelen 5.2.4 tot en met 5.2.8, onderscheidenlijk 5.4.1 of 5.5.2

 

 

5.6.10.1

De teruggaaf bedraagt 100% indien de bovengenoemde intrekking het gevolg is van bijzondere omstandigheden in de privesfeer.

 

 

 

 

 

 

5.6.11

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een bouw-, sloop-, of aanlegvergunning

 

 

 

Wanneer de gemeente een bouw-, sloop-, of aanlegvergunning weigert, wordt een deel van de verschuldigde leges teruggegeven. De teruggaaf bedraagt 50% van de verschuldigde basisleges bedoeld in de onderdelen 5.2.4 tot en met 5.2.8, onderscheidenlijk 5.4.1 of 5.5.2

 

 

 

 

 

 

5.7

Brandbeveiligingsvergunningen

 

 

 

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gebruiksvergunning voor:

 

 

5.7.1

inrichtingen, al dan niet gebouwd, met een bruto vloeroppervlakte tot 100 m2

€

166,70

 

van 100 m2 tot 500 m2

€

166,35

 

vermeerderd met € 1,10 per m2 voorzover het bruto vloeroppervlak de 100 m2 te boven gaat

 

 

 

van 500 m2 tot 2.000 m2

€

656,75

 

vermeerderd met € 0,55 per m2 voorzover de bruto vloeroppervlak de 500 m2 te boven gaat

 

 

 

van 2.000 m2 tot 5.000

€

1.567,15

 

vermeerderd met € 0,28 per m2 voorzover de bruto vloeroppervlak de 2.000 m2 te boven gaat

 

 

 

van 5.000 m2 tot 50.000 m2

€

2.477,45

 

vermeerderd met € 0,02 per m2 voorzover de bruto vloeroppervlak de 5.000 m2 te boven gaat

 

 

 

boven 50.000 m2

€

3.488,90

5.7.2

Inrichtingen vermeld in de Brandbeveiligingsverordening met een tijdelijk karakter voor een periode van maximaal drie dagen

€

164,80

 

voor een periode van meer dan drie dagen, doch minder dan acht dagen

€

440,80

 

voor een periode van acht dagen of langer vermeerderd met € 4,80 per dag boven de acht dagen

€

440,80

5.7.3

Het tarief voor het overschrijven van de vergunning op een andere naam, zonder dat de vergunning wordt gewijzigd, bedraagt

€

123,50

5.7.4

Voor inrichtingen vermeld in de Brandbeveiligingsverordening met een tijdelijk karakter waarmee geen commercieel belang gemoeid is geldt, ongeacht het aantal dagen een bijzonder tarief van

€

16,35

Hoofdstuk 6 Gemeentearchief

6.1

Het tarief bedraagt terzake van het op verzoek doen van nasporingen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier € 11,35

 

 

6.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

 

6.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk per pagina:

€

0,25

6.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk:

€

6,00

6.3

 Het tarief bedraagt terzake van het op verzoek doen van nasporingen in het gemeentearchief voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan

 €

11,35

Hoofdstuk 7. Kadaster

7.1

Het tarief bedraagt terzake van het op verzoek doen van nasporingen in het gemeentelijk kadaster voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan:

€

11,35

7.2

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

7.2.1

tot het verstrekken van een fotokopie

€

0,25

7.2.2

tot het verstrekken van een lichtdruk

€

3,25

Hoofdstuk 8. Reisdocumenten

8.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een een aanvraag:

 

 

8.1.1

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen:

€

49,60

8.1.2

tot het verstrekken van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 8.1.1 (zakenpaspoort):

€

55,40

8.1.3

tot het bijschrijven van een kind in een reisdocument als bedoeld in 8.1.1 en 8.1.2 direct bij de aanvraag van dit nieuwe reisdocument

€

8,70

8.1.4

tot het bijschrijven van een kind middels een bijschrijvingssticker in een reeds uitgegeven reisdocument als bedoeld in 8.1.1 en 8.1.2

€

20,35

8.1.5

tot het verstrekken van een Nederlandse identiteitskaart (NIK)

€

41,75

8.1.6

tot het verstrekken van een verklaring van vermissing reisdocument

€

14,45

8.2.1

de tarieven als bedoeld in de onderdelen 8.1.1 en 8.1.2 alsmede in 8.1.5 worden bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€

41,00

8.2.2

het tarief als genoemd in 8.2.1 wordt bij een gecombineerde spoedlevering van een nieuw reisdocument als bedoeld in 8.1.1 en 8.1.2 en het bijschrijven van één of meerdere kinderen als bedoeld in 8.1.3 slechts één keer per reisdocument berekend

 

 

8.2.3

het tarief als genoemd in 8.1.4 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag per bijschrijvingssticker van

€

19,50

Hoofdstuk 9. Rijbewijzen en Wegenverkeersreglement

9.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€

34,00

9.1.1

tot het verstrekken van een verklaring van vermissing rijbewijs

€

14,75

9.2

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van gegevens uit het Centraal Register Rijbewijzen

€

3,85

9.3

Het tarief als genoemd in 9.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met een bedrag van

€

30,00

Hoofdstuk 10. Wet op de kansspelen

10.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van eenaanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen (Stb. 1964,483):

 

 

10.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor een speelautomaat

€

56,50

10.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer speelautomaten:

€

22,50

 

vermeerderd met het product van het aantal speelautomaten, waarvoor de vergunning geldt, en een bedrag

€

34,00

10.1.3

voor een speelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd:

€

226,50

10.1.4

voor twee of meer speelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd:

€

90,50

 

vermeerderd met het product van het aantal speelautomaten, waarvoor de vergunning geldt, en een bedrag van

€

136,00

10.2

Er wordt geen tarief meer in rekening gebracht voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

 

10.2.1

een loterijvergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen

 

 

10.2.2

een prijsvraagvergunning als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de kansspelen

 

 

Hoofdstuk 11. Drank- en Horecawet

11.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€

227,15

11.2

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet wordt geen tarief in rekening gebracht

 

 

Hoofdstuk 12. Winkeltijdenwet

12.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag voor een ontheffing inhet kader van de winkeltijdenwet 1996 of het vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet 1996

 

nihil

Hoofdstuk 13. Verkeer en vervoer

13.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

13.1.1

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (Stb. 459) voorzover noodzakelijk voor en direct samenhangend met de uitvoering van bijzondere transporten:

€

34,75

13.1.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 anders dan bedoeld in 13.1.1:

€

34,75

13.1.3

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 7.1 van het Voertuigenreglement (Stb. 1994, 450)

€

34,75

13.1.4

tot het verkrijgen van een invalidenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (Stb. 1990, 460)

 

 

13.1.5

tot het verkrijgen van een vergunning tot het maken of veranderen van een uitweg op grond van artikel 2.1.5.3 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€

34,75

Hoofdstuk 14. Ventvergunningen

14.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

 

14.1.1

 een niet-commerciële ventvergunning

€

0,00

Hoofdstuk 15. Standplaatsvergunningen

15.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

 

15.1.1

een niet-commerciële standplaatsvergunning:

€

0,00

15.1.2

een commerciële standplaatsvergunning

€

139,40

Hoofdstuk 16. Muziekvergunningen

16.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken vaneen vergunning tot het maken van muziek op straat of het doen van vertoningen op de openbare weg

 

nihil

Hoofdstuk 17. Kapvergunningen

17.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een kapvergunning tot het kappen van bomen

 

nihil

Hoofdstuk 18. Handelsreclame

18.1.1

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4.7.2 van de Algemene Plaatselijke Verordening (het maken van handelsreclame met behulp van opschrift, aankondiging of afbeelding):

€

33,60

18.1.2

Indien de onder 19.1.1 bedoelde aanvraag voor advies wordt voorgelegd aan de Stichting "Het Drentse Welstandstoezicht”, wordt het onder 19.1.1 genoemde bedrag verhoogd met

€

16,60

Hoofdstuk 19. Legalisatie

19.1

Het tarief tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening of ter legalisatie opzenden van een stuk bedraagt, voor ieder daaraan besteed kwartier

€

11,35

 

 

 

 

Hoofdstuk 20. Diversen

20.1

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

20.1.1

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

€

31,10

20.1.2

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het in leven zijn

€

6,15

20.1.3

tot het verkrijgen van iedere andere verklaring omtrent een persoon

€

6,15

20.1.4

tot het verkrijgen van een bewijs van Nederlanderschap, dat niet bestemd is om als reisdocument te dienen

€

6,15

20.1.5

tot het verkrijgen van een vergunning tot het onttrekken van een woning aan het woningbestand als bedoeld in artikel 30, eerste lid, onderdeel a van de Huisvestingswet

€

30,20

20.2

De vergoeding voor de kosten van het bericht bedoeld in de artikelen 29 en 32 van de Wet persoonsregistraties bedraagt:

 

 

20.2.1

ten hoogste € 4,80 indien het afschrift bestaat uit ten hoogste 49 pagina's

 

 

20.2.2

ten hoogste € 24,05 indien het afschrift bestaat uit ten hoogste 50 tot 100 pagina's

 

 

20.2.3

ten hoogste € 36,05 indien het afschrift bestaat uit meer dan 100 pagina's

 

 

20.2.4

De vergoeding voor het bericht dat op een andere gegevensdrager wordt verstrekt dan papier bedraagt ten hoogste

€

45,95

20.2.5

De vergoeding voor het bericht, bestaande uit een afschrift van een vanwege de aard van de vastlegging, moeilijk toegankelijke registratie, bedraagt ten hoogste

€

45,95

20.2.6

Indien voor hetzelfde bericht op grond van lid 21.2 tot en met 21.2.5 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

 

 

20.3

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3.2.1 van de Algemene Plaatselijke Verordening

€

546,55

20.4

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent tijdstip, plaats en werkwijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4 eerste lid van de Telecommunicatiewet

€

 136,60

20.4.1

Het tarief bedoeld in onderdeel 21.4 wordt verminderd met de van de melder verkregen of te verkrijgen privaatrechtelijke vergoeding voor beheerskosten in verband met de werkzaamheden, met dien verstande dat de uitkomst van de vermindering niet minder dan nihil kan bedragen

 

 

Behorende bij raadsbesluit van 12 november 2008

De griffier, T. Santes