Aanwijzingsbesluit categorieën van gevallen vergunningvrij te plaatsen voorwerpen op of aan de weg

Geldend van 13-09-2022 t/m heden

Intitulé

Aanwijzingsbesluit categorieën van gevallen vergunningvrij te plaatsen voorwerpen op of aan de weg

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Rotterdam, ieder voor zover het zijn bevoegdheden betreft,

gelezen het voorstel van de wethouder Verkeer, Vervoer en Organisatie van 24 april 2008, 17687;

overwegende dat het – mede in het kader van deregulering - wenselijk is categorieën van gevallen aan te wijzen waarop de vergunningplicht ex artikel 2.1.9 van de Algemene Plaatselijke Verordening Rotterdam 2008 niet van toepassing is;

gelet op artikel 2.1.9, tweede lid, onder f, van de Algemene Plaatselijke Verordening Rotterdam 2008;

Besluiten vast te stellen:

Aanwijzingsbesluit categorieën van gevallen vergunningvrij te plaatsen voorwerpen op of aan de weg

Artikel 1

Het verbod om zonder vergunning de weg of weggedeelten anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan, geldt niet voor de volgende categorieën van gevallen:

  • a.

    het uitsteken van vlaggen, wimpels en vlaggenstokken, indien deze geen gevaar of hinder kunnen opleveren voor personen of goederen en niet voor commerciële doeleinden worden gebruikt;

  • b.

    zonneschermen, mits deze zijn aangebracht boven het voor voetgangers bestemde gedeelte van de weg en mits:

    • geen onderdeel zich minder dan 2,2 meter boven dat gedeelte bevindt;

    • geen onderdeel van het scherm, in welke stand dat ook staat, zich op minder dan 0,5 meter van het voor het rijverkeer bestemde gedeelte van de weg bevindt; en

    • geen onderdeel verder dan 1,5 meter buiten de opgaande gevel reikt;

  • c.

    voorwerpen of stoffen, die noodzakelijkerwijze kortstondig op de weg gebracht worden in verband met laden of lossen ervan, mits degene die de werkzaamheden verricht of doet verrichten ervoor zorgt, dat onmiddellijk na het beëindigen daarvan, in elk geval voor zonsondergang, de voorwerpen of stoffen van de weg verwijderd zijn en de weg daarvan gereinigd is;

  • d.

    het gedurende een werkdag uitvoeren van kleinschalige onderhoudswerkzaamheden op de weg mits degene die de onderhoudswerkzaamheden verricht of doet verrichten er voor zorgt, dat het veilig en doelmatig gebruik van de weg niet wordt belemmerd en dat direct na de beëindiging van de onderhoudswerkzaamheden, in elk geval voor zonsondergang, de voorwerpen of stoffen van de weg verwijderd zijn;

  • e.

    het gedurende een periode van maximaal vijf dagen (laten) plaatsen van een:

    • 1°.

      verhuiscontainer met als maximum afmeting 6 meter in de lengte, 2,5 meter in de breedte en 2,5 meter in de hoogte, welke aan alle zijden gesloten is, of

    • 2°.

      container voor sloopafval met een inhoud van maximaal 10 m3, die voorzien moet zijn van een dekzeil of een net waarmee de inhoud is afgedekt;

    Voor beide typen containers geldt tevens dat:

    • 1°.

      deze voorzien moeten zijn van de naam en het telefoonnummer van de eigenaar of de verhuurder;

    • 2°.

      de container niet zodanig geplaatst mag worden dat het veilig en doelmatig gebruik van de weg of weggedeelten wordt belemmerd (bijvoorbeeld in winkel- of uitgaansgebieden);

    • 3°.

      een container niet binnen een cirkel met een straal van 50 meter met als middelpunt een reeds geplaatste container mag worden geplaatst;

    • 4°.

      het plaatsen op de stoep is toegestaan indien de stoep ter plaatste, gemeten van de gevel tot en met de stoeprand, minimaal 3,50 meter breed is en op de stoep een obstakelvrije ruimte van minimaal 1,80 meter beschikbaar is;

    • 5°.

      het plaatsen op betaald parkeerplaatsen niet is toegestaan.

  • f.

    warenautomaten;

  • g.

    een uitstalling van zitplaatsen aan de voorgevel van de winkel gedurende de openingstijden van de winkel, indien op de stoep een obstakelvrije ruimte van minimaal 1,80 meter overblijft en de uitstalling van zitplaatsen maximaal 1 meter, gemeten uit de gevel van de winkel, en 1 meter hoog beslaat en niet breder is dan de voorgevel van de winkel;

  • h.

    het gedurende een periode van maximaal vier weken (laten) plaatsen van een steiger die gebruikt wordt in het kader van bouwactiviteiten enwerkzaamheden mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

    • 1.

      na de termijn van vier weken dienen tenminste drie maanden te verstrijken voordat opnieuw vergunningvrij een bouwsteiger om en nabij dezelfde plek kan worden geplaatst;

    • 2.

      op de weg is een obstakelvrije ruimte van minimaal 1,80 meter breed beschikbaar, plaatsing van een bouwsteiger mag het doelmatig en veilig gebruik van de weg niet belemmeren en vormt geen belemmering voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg;

    • 3.

      het plaatsen van de bouwsteiger levert door de omvang of vormgeving, constructie, plaats van bevestiging geen gevaar, schade of overmatige hinder op voor gebruikers van nabijgelegen onroerende zaken, het milieu en de groenvoorzieningen;

    • 4.

      brandkranen, bluswaterwinplaatsen, nutsvoorzieningen, nooduitgangen, invalideparkeerplaatsen en dergelijke dienen op zodanige wijze vrijgehouden te worden dat hiervan onbelemmerd gebruik kan worden gemaakt;

    • 5.

      plaatsing van een bouwsteiger is niet toegestaan op dagen waarop dat wegdeel gebruikt wordt voor evenementen, markten, kermissen, andere festiviteiten en/of gebeurtenissen van algemeen belang;

    • 6.

      de bouwsteiger dient voorzien te zijn van naam en telefoonnummer van de verantwoordelijke voor het (ver)plaatsen en verwijderen van de steiger.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op het moment dat de Algemene Plaatselijke Verordening Rotterdam 2008 in werking treedt.

Artikel 3

Dit besluit wordt aangehaald als: Aanwijzingsbesluit categorieën van gevallen vergunningvrij te plaatsen voorwerpen op of aan de weg.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 6 mei 2008.

De secretaris

A.H.P. van Gils

De burgemeester

J. Kriens, l.b.