Regeling vervallen per 11-11-2023

Verordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie

Geldend van 01-01-2004 t/m 10-11-2023

Intitulé

Verordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie

De raad van de gemeente Zeewolde,

gelezen het voorstel van de werkgroep Duale Financiën d.d. 16 oktober 2003;

gelet op artikel 213 van de Gemeentewet en het Besluit accountantscontrole gemeenten;

Besluit

vast te stellen de volgende Controleverordening

Verordening voor de controle op het financieel beheer en op de inrichting van de financiële organisatie.

Artikel 1. Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    accountant:een door de raad aangewezen organisatie waarin voor de accountantscontrole bevoegde accountants samenwerken, belast met de controle van de in artikel 197 Gemeentewet bedoelde jaarrekening;

  • b.

    accountantscontrole de controle van de in artikel 197 Gemeentewet bedoelde jaarrekening, uitgevoerd door de accountant, van:

    • 1.

      het getrouwe beeld van de in de jaarrekening gepresenteerde baten en lasten en de grootte en samenstelling van het vermogen;

    • 2.

      het rechtmatig tot stand komen van de baten en lasten en balansmutaties;

    • 3.

      het in overeenstemming zijn van de jaarrekening met de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels bedoeld in artikel 186 Gemeentewet;

    • 4.

      de inrichting van het financieel beheer en de financiële organisatie gericht op de vraag of deze een getrouwe en rechtmatige verantwoording mogelijk maken;

      waarbij de nadere regels die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden gesteld op grond van het zesde lid van artikel 213 Gemeentewet, in acht worden genomen.

  • c.

    rechtmatigheid in het kader van de accountantscontrole: het overeenstemmen van het tot stand komen van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan met de relevante wet- en regelgeving, zoals bedoeld in het Besluit accountantscontrole gemeenten.

Artikel 2. Opdrachtverlening accountantscontrole

  • 1. De aanbesteding van de accountantscontrole wordt door het college voorbereid in overleg met de raad.

  • 2. 2. De raad stelt vóór de opdrachtverlening aan de accountant het programma van eisen voor de accountantscontrole vast. In het programma van eisen worden voor de jaarlijkse accountantscontrole opgenomen:

    • a.

      de toe te passen goedkeuringstoleranties (en afwijkende rapporterings­toleranties) bij de controle van de jaarrekening;

    • b.

      de apart te controleren deelverantwoordingen en de daarbij toe te passen goedkeuringstoleranties (en afwijkende rapporteringstoleranties);

    • c.

      de inrichtingseisen voor het verslag van bevindingen;

    • d.

      de eventueel aanvullende uit te voeren tussentijdse controles;

    • e.

      de frequentie en inrichtingseisen van de aanvullende tussentijdse rapportering;

      en voor ieder afzonderlijk te controleren begrotingsjaar:

    • f.

      de posten van de jaarrekening en deelverantwoordingen met bijbehorende afwijkende rapporteringstoleranties, waaraan de accountant bij zijn controle specifiek aandacht moet besteden;

    • g.

      de gemeentelijke producten en of organisatieonderdelen met bij­behorende afwijkende rapporteringstoleranties, waaraan de accountant bij zijn controle specifiek aandacht dient te besteden.

  • 3. In afwijking van het gestelde in lid 2, letters f en g, kan de raad in het programma van eisen opnemen, dat de raad jaarlijks voorafgaand aan de accountantscontrole in overleg met de accountant vaststelt de posten van de jaarrekening, de posten van de deelverantwoordingen, de gemeentelijke functies en de gemeentelijke organisatieonderdelen, waaraan de accountant bij zijn controle specifiek aandacht moet besteden en welke rapporterings­toleranties hij daarbij dient te hanteren.

  • 4. In geval van Europese aanbesteding van de accountantscontrole stelt de raad vóór de selectie van de accountant de selectiecriteria vast en per selectiecriterium de bijbehorende weging vast.

  • 5. De raad wijst de accountant aan die wordt belast met de accountants­controle van de jaarrekening als bedoeld in artikel 213, lid 2, Gemeentewet.

  • 6. Het college verleent de opdracht aan de accountant, ter uitvoering van de eisen en criteria bedoeld in het tweede tot en met het vierde lid en het aanwijzingsbesluit bedoeld in het vijfde lid van dit artikel. De opdracht aan de accountant heeft een looptijd van maximaal vijf jaar.

Artikel 3. Informatieverstrekking door het college

  • 1. Het college is verantwoordelijk voor de samenstelling van de jaarrekening conform de geldende interne en externe wet- en regelgeving en legt de jaarrekening aan de accountant voor ter controle.

  • 2. Het college draagt er zorg voor, dat alle aan de jaarrekening ten grondslag liggende verordeningen, nota’s, collegebesluiten, deelverantwoordingen, administraties, plannen, overeenkomsten, berekeningen e.d. voor de accountant ter inzage liggen en goed toegankelijk zijn.

  • 3. Bij de jaarrekening bevestigt het college schriftelijk aan de accountant, dat alle hem bekende informatie van belang voor de oordeelsvorming van de accountant is verstrekt.

  • 4. Alle informatie die na afgifte van de accountantsverklaring en vóór behandeling van de jaarrekening in de raad beschikbaar komt en die van invloed is op het beeld dat de jaarrekening geeft, wordt terstond door het college schriftelijk aan de raad en de accountant gemeld.

Artikel 4. Inrichting accountantscontrole

  • 1. De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de wijze, waarop de accountantscontrole wordt ingericht, alsmede de aard en de omvang van de daarbij behorende werkzaamheden.

  • 2. De accountant bepaalt binnen het kader van de opdrachtverlening de frequentie van de uit te voeren controles. De accountant kan de controlewerkzaamheden zonder voorafgaande kennisgeving uitvoeren.

Artikel 5. Toegang tot informatie

  • 1. De accountant is bevoegd tot het opnemen van alle kassen, waardepapieren en voorraden en het inzien van alle boeken, notulen, brieven, computerbestanden en overige bescheiden waarvan hij inzage voor de accountantscontrole nodig oordeelt. Het college draagt er zorg voor, dat de accountant voor de uitvoering van zijn controlewerkzaamheden een onbelemmerde toegang heeft tot alle kantoren, magazijnen, werkplaatsen, terreinen en informatiedragers van de gemeente.

  • 2. De accountant is bevoegd om van alle ambtenaren mondelinge en schriftelijke inlichtingen en verklaringen te verlangen die hij voor de uitvoering van zijn opdracht denkt nodig te hebben. Het college draagt er zorg voor, dat de desbetreffende ambtenaren hieraan hun medewerking verlenen.

  • 3. Het college draagt er zorg voor, dat de ambtenaren van de gemeente zijn gehouden de accountant alle informatie te verstrekken, opdat de accountant zich een juist en volledig oordeel kan vormen over de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties en het gevoerde beheer en over de getrouwheid van de daarover verstrekte informatie.

Artikel 6. Overige controles en opdrachten

  • 1. Het college verleent de door de raad aangewezen accountant geen opdrachten tot het uitvoeren van specifieke werkzaamheden met betrekking tot de rechtmatigheid, de doelmatigheid en de doeltreffendheid, tenzij voldoende is gewaarborgd dat de onafhankelijkheid van de accountant daarmee niet in het geding komt. Het college vraagt de raad vooraf toestemming over deze aan de accountant te verstrekken opdrachten.

  • 2. Het college draagt de zorg voor de uitvoering van het beleid betreffende de specifieke uitkeringen volgens de eisen van rechtmatigheid van de ministeries. Het college verleent de controle van de rechtmatige besteding van specifieke uitkeringen aan de door de raad aangewezen accountant, tenzij het in het belang van de gemeente is de opdracht te verlenen aan een andere accountant.

  • 3. Het college draagt de zorg voor de verantwoording aan derden (Belastingdienst, ABP, Sociale verzekeringsbank, CBS, e.d.) en neemt hierbij de gestelde controle-eisen in acht. Indien een deel van deze verantwoording dient te worden uitgevoerd door een accountant, verleent het college de opdracht daartoe aan de door de raad aangewezen accountant, tenzij het in het belang van de gemeente is de opdracht te verlenen aan een andere accountant.

Artikel 7. Rapportering

  • 1. De accountant zendt de accountantsverklaring en het verslag van bevindingen aan het college en in afschrift aan de raad. Alvorens hiertoe over te gaan legt de accountant de accountantsverklaring en het verslag van bevindingen aan het college, en in afschrift aan de raad, voor met de mogelijkheid voor het college om op deze stukken te reageren.

  • 2. Indien de accountant bij een controle afwijkingen constateert die leiden tot het niet afgeven van een goedkeurende verklaring, meldt hij deze terstond schriftelijk aan de raad en zendt een afschrift hiervan aan het college.

  • 3. In aanvulling op het in de wet voorgeschreven verslag van bevindingen brengt de accountant over de door hem uitgevoerde (deel-)controles verslag uit over zijn bevindingen van niet van bestuurlijk belang aan de ambtenaar van wie het geldelijk beheer, de administratie en of de beheersdaden zijn gecontroleerd, aan diens direct leidinggevende, de concerncontroller en het hoofd van de ambtelijke organisatie.

Artikel 8. Overleg

  • 1. Ter bevordering van een efficiënte en doeltreffende accountantscontrole vindt ten minste jaarlijks (afstemmings-)overleg plaats tussen de accountant en (een vertegenwoordiger van) de raad, (een vertegenwoordiger van) de rekenkamer(functie), (een vertegenwoordiger van) het college, het hoofd van de ambtelijke organisatie en de concern-controller.

  • 2. De raadscommissie Bestuur en Middelen of een specifiek voor dit doel door de raad ingestelde vertegenwoordiging van de raad bespreekt voorafgaand aan de raadsbehandeling van de jaarstukken het verslag van bevindingen met de accountant.

Artikel 9. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2004, met dien verstande dat zij van toepassing is op de accountantscontrole van de jaarrekening (en deelverantwoordingen) van het verslagjaar 2004 en later.

  • 2. Bij de inwerkingtreding van deze verordening vervallen het Reglement financiële organisatie, vastgesteld d.d. 30 maart 1995 en het Reglement geldelijk beheer en de boekhouding, vastgesteld d.d. 30 maart 1995.

Artikel 10. Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald onder de naam "Controleverordening".

Ondertekening

Aldus besloten door de raad van de gemeente Zeewolde in zijn openbare vergadering van 18 december 2003.
de griffier, de voorzitter,
C.E.A. Witmer T.A. Viezee