LANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 2de augustus 1977 houdende overdracht van disciplinaire strafbevoegdheid als bedoeld in artikel 83, lid 2 van de Landsverordening Materieel Ambtenarenrecht (P.B. 1964, no. 159), aan de Gevolmachtigde Minister van de Nederlandse Antillen krachtens het bepaalde in artikel 5 van de Landsverordening van de 8ste december 1964 houdende regelen betreffende de rechtstoestand van de landsdienaren ten Kabinette van de Gevolmachtigde Minister van de Nederlandse Antillen in Nederland (P.B. 1964, no.160)

Geldend van 19-08-1977 t/m heden

Intitulé

LANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 2de augustus 1977 houdende overdracht van disciplinaire strafbevoegdheid als bedoeld in artikel 83, lid 2 van de Landsverordening Materieel Ambtenarenrecht (P.B. 1964, no. 159), aan de Gevolmachtigde Minister van de Nederlandse Antillen krachtens het bepaalde in artikel 5 van de Landsverordening van de 8ste december 1964 houdende regelen betreffende de rechtstoestand van de landsdienaren ten Kabinette van de Gevolmachtigde Minister van de Nederlandse Antillen in Nederland (P.B. 1964, no.160)

Artikel 1.

  • 1. De Gevolmachtigde Minister van de Nederlandse Antillen is bevoegd tot het opleggen van de straffen bedoeld in artikel 83, lid 1 onder a, b en c van de Landsverordening Materieel Ambtenarenrecht (P.B. 1964, no. 159) voor wat betreft de onder hem ressorterende ambtenaren;

  • 2. De in het vorige lid bedoelde bevoegdheid blijft gehandhaafd ten aanzien van een plichtsverzuim waaraan een ambtenaar ten Kabinette van de Gevolmachtigde Minister van de Nederlandse Antillen in Nederland zich schuldig heeft gemaakt voordat hij naar een andere betrekking is overgegaan.

Artikel 2.

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van de dag na die van zijn afkondiging.