Handhaving van parkeerexcessen: aanhangwagens en voertuigwrakken

Geldend van 23-11-2005 t/m heden

Intitulé

Handhaving van parkeerexcessen: aanhangwagens en voertuigwrakken

Handhaven van parkeerexcessen; voertuigwrakken en aanhangwagens

Inhoud

  • 1.

    Aanleiding

  • 2.

    Procedure

  • 3.

    Begripsomschrijving

  • 4.

    Wettelijk kader

1. Aanleiding

Bij de gemeente komen steeds vaker meldingen binnen van geparkeerde aanhangers die de vaak toch al schaarse parkeerruimte onnodig lang bezet houden. Deze meldingen komen van burgers en van medewerkers van de gemeente.

Elke constatering is aanleiding voor de afdeling Vergunningen en Handhaving om opnieuw de mogelijkheden voor handhaving te bezien. Politie en de afdeling Aannemersbedrijf werden steeds weer geconfronteerd met ad-hoc oplossingen en maatregelen om de overlast weg te nemen.

Vanuit het Wijk- en Buurtbeheer is aangegeven dat een procedure wenselijk is om eenduidig en krachtig te kunnen optreden tegen dergelijke overlast.

De afdeling Bestuursondersteuning, groep Bestuurlijke en Juridische Zaken heeft deze geluiden opgepakt en voorliggende procedure, in samenwerking met de betrokken afdelingen en politie, ontwikkeld.

In Gilze en Rijen geldt sinds jaar en dag op grond van de APV een verbod op het langer dan drie dagen parkeren van caravans, aanhangwagens en andere niet-reguliere voertuigen op de openbare weg. De regels op grond waarvan eventueel ontheffing mogelijk is, zijn door middel van deze procedure aangescherpt en verduidelijkt. Om onnodig beslag op de beschikbare parkeerruimte tegen te gaan of het straatbeeld overzichtelijk te houden, is er sprake van terughoudendheid als het gaat om ontheffingen.

Een ontheffing is in de eerste plaats alleen mogelijk als de eigen grond geen ruimte biedt voor parkeren. In uitzonderlijke gevallen kan een tijdelijke ontheffing worden verleend, bijvoorbeeld wanneer een inwoner zijn caravan aan het verbouwen is of als een burger regelmatig een aanhangwagen nodig heeft in het dagelijks leven. Voor reclamevoertuigen wordt in heel Gilze en Rijen geen vergunning verleend. Ook het op de openbare weg te koop aanbieden van voertuigen is in principe verboden.

2. Procedure

Onder voertuigwrak verstaan we “een anders dan een niet-rijklaar voertuig”. Wanneer een dergelijk wrak geparkeerd staat binnen de bebouwde kom, kan het in relatie tot het tekort aan parkeerruimte, een parkeerexces opleveren. Een voertuigwrak geeft daardoor in de eerste plaats aanstoot, doordat het een ontsierend element in het straatbeeld vormt. Een voertuigwrak kan tevens een gevaar opleveren voor spelende kinderen en/of andere weggebruikers. Het voertuig valt vaak in dergelijke toestand niet meer onder een ‘voertuig’ volgens de Wegenverkeerswet. De bepalingen van parkeerexcessen zijn echter wel van toepassing. Het belangrijkste kenmerk voor een voertuigwrak is dat het niet is voorzien van een kenteken. We spreken in deze procedure van “voertuigwrakken”.

Ook defecte voertuigen kunnen vallen onder deze procesbeschrijving. Defecte voertuigen zijn voertuigen waarmee als gevolg van andere dan eenvoudig te verhelpen gebreken niet kan of mag worden gereden. Dit zijn zogenoemde ‘niet-rijklare’ voertuigen. Bijvoorbeeld een auto waarbij een wiel ontbreekt.

Aanhangwagens kunnen ook aan de meeste van de bovenstaande eigenschappen voldoen. Onder aanhangwagens verstaan we: woonwagen, kampeerwagen, caravan, camper, magazijnwagen, aanhangwagen, keetwagen of ander dergelijk voertuig dat voor de recreatie dan wel anderszins uitsluitend of mede voor andere dan verkeersdoeleinden wordt gebezigd. Ook artikel 1, lid 1,onder d van de Wegenverkeerswet is van toepassing. In deze procedure wordt gesproken van “aanhangwagens”

De afdeling Vergunning en Handhaving (V&H) is belast met de coördinatie van deze procedure en het handhaven van wetten en regels. De afdeling Aannemersbedrijf (AB) is verantwoordelijk voor het beheer van de openbare ruimte. Tevens verzorgd de afdeling de opslag en verwijdering van voertuigwrak / aanhangwagen.

Verwijderen

De verwijderingstermijn is de termijn van twee weken, waarin de eigenaar van een voertuigwrak, dit voertuigwrak van de openbare weg moet verwijderen. Deze termijn wordt gerekend vanaf de dagtekening van de aanschrijving, c.q. vanaf de datum waarop het voertuigwrak voorzien is van een waarschuwingssticker (bijlage). Als de eigenaar het voertuigwrak binnen deze termijn verwijdert, dan wordt er geen proces-verbaal van de overtreding van de APV opgemaakt.

De afdeling AB zorgt, binnen de procedure en in samenwerking met de politie en afdeling V&H, voor de verwijdering van de voertuigwrak/ aanhangwagen van de openbare weg. Afdeling AB doet dit in eigen beheer of geeft hiertoe opdracht aan een gecertificeerde afvalverwerker of sleepbedrijf (De firma Van Eijk uit Hulten draagt zorg voor dergelijke voertuigen in verband met mogelijk schadelijke stoffen (wet Milieubeheer)). Van de verwijdering wordt door de politie een proces-verbaal (met foto’s) van bevindingen opgemaakt, overeenkomstig het gestelde in artikel 5:29 van de Algemene wet bestuursrecht.

Opslag

De opslag vindt in plaats aan de gemeentewerf (Parallelweg te Rijen) onder toezicht van de afdeling AB. Na het weghalen van het object kost teruggave minimaal € 155,-. Eventuele kosten van een sleepbedrijf (indien nodig) worden hierbij opgeteld. Na 12 uur opslag kost teruggave € 180,- en voor elk volgend etmaal of deel daarvan komt er € 17,- bij. De kosten worden voldaan bij de gemeentebalie in het gemeentehuis te Rijen. Met een kwitantie kan de aanhangwagen/voertuigwrak worden opgehaald bij de gemeentewerf.

De opslagtermijn is maximaal dertien weken (conform artikel 5:30 Algemene wet bestuursrecht). Dit is de tijd dat een voertuigwrak/ aanhangwagen na de verwijdering van de openbare weg onder de verantwoordelijkheid van de gemeente wordt opgeslagen. Indien de kosten voor de verwijdering, bewaring en vernietiging van het voertuigwrak in verhouding tot de waarde van het voertuigwrak onevenredig hoog worden, dan kan deze opslagtermijn worden bekort. Deze termijn bedraagt minimaal twee weken, gerekend vanaf de datum waarop de verwijdering van de voertuigwrak/ aanhangwagen bekend is gemaakt aan de eigenaar van de voertuigwrak/ aanhangwagen , of waarop publicatie van de verwijdering op de gemeentepagina van een plaatselijk nieuwsblad heeft plaatsgevonden.

Aan de hand van de kostenafweging bepaalt het hoofd van de afdeling AB per geval hoelang de opslagtermijn dient te duren.

Het tijdsbestek tussen het moment van aantreffen of aanmelden van een voertuigwrak en het opstarten van het onderzoek, is maximaal twee weken. Indien de aanwezigheid van een voertuigwrak door een derde is gemeld, dan wordt deze melder in deze periode in kennis gesteld van het feit dat het onderzoek is gestart.

Vernietiging

Als zich binnen de opslagtermijn geen eigenaar van een opgeslagen voertuigwrak/ aanhangwagen bekend maakt, of indien een wel bekende eigenaar van de voertuigwrak/ aanhangwagen geen zorg draagt voor de voertuigwrak/ aanhangwagen, dan wordt de voertuigwrak/ aanhangwagen in eigendom overgedragen aan een gecertificeerde afvalverwerker met het doel vernietigd te worden. De kosten voor het verwijderen, opslaan en vernietigen van een voertuigwrak/ aanhangwagen worden bij de eigenaar in rekening gebracht, tenzij de kosten redelijkerwijze niet of niet geheel te zijner lasten behoren te komen (artikel 2.25 Awb). Tegen de eigenaar kan alsnog strafrechtelijk proces-verbaal van de overtreding van artikel 5.1.5 APV worden opgemaakt door de politie. De genoemde termijnen zijn overeenkomstig het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht.

Bezwaar

De bezwaartermijn is een termijn van zes weken, waarin bezwaar kan worden aangetekend tegen het aanmerken van een voertuigwrak/ aanhangwagen overeenkomstig artikel 5.1.5 van de APV. Deze termijn wordt gerekend vanaf de dag na de bekendmaking van het aanmerken als zodanig door middel van de aanschrijving, c.q. door middel van voertuigwrak/ aanhangwagen voorzien van een waarschuwingssticker. Bezwaar kan schriftelijk worden aangetekend bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Gilze en Rijen. Het bezwaar heeft geen opschortende werking voor de verwijdering. Verdere bezwaarprocedure conform de Algemene wet bestuursrecht.

3. Begripsomschrijvingen

Aanhangwagen

Artikel 1, lid 1,onder d Wegenverkeerswet van toepassing:

Aanhangwagen: voertuig dat kennelijk is bestemd om te worden voortbewogen door een motorrijtuig. In het bepaalde krachtens deze wet kan onder aanhangwagen tevens worden verstaan een voertuig dat door een ander voertuig wordt voortbewogen of kennelijk is bestemd om door een ander voertuig te worden voortbewogen;

Weg

Conform de APV omvat het begrip “weg”:

  • 1.

    de weg, als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede de daaraan liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen;

  • 2.

    de – al dan niet met enige beperking – voor het publiek toegankelijke pleinen en open plaatsen, parken, plantsoenen, speelweiden, bossen en andere natuurterreinen, ijsvlakten en aanlegplaatsen voor vaartuigen;

  • 3.

    de voor het publiek toegankelijke stoepen, trappen, portieken, gangen, passages en galerijen, die uitsluitend tot voor bewoning in gebruik zijnde ruimte toegang geven en niet afsluitbaar zijn;

  • 4.

    andere voor het publiek toegankelijke, al dan niet afsluitbare stoepen, trappen, portieken, gangen, passages en galerijen; de afsluitbare alleen gedurende de tijd dat zij niet door of vanwege degene die daartoe naar burgerlijk recht bevoegd is, zijn afgesloten.

Wettelijk kader voor de handhaving

De Algemene wet bestuursrecht regelt in afdeling 5.3 (artikel 5.21 e.v.) de handelswijze van het bestuursorgaan omtrent de toepassing van dergelijk bestuursdwang. De gemeentelijke verordening die regels stelt is de Algemene plaatselijke verordening (APV)

Artikel 5.1.3 Defecte voertuigen

Het is verboden een voertuig waarmee als gevolg van andere dan eenvoudig te verhelpen gebreken niet kan of mag worden gereden, langer dan op drie achtereenvolgende dagen op de weg te parkeren.

Artikel 5.1.4 Voertuigwrakken

  • 1. Het is verboden een voertuigwrak op de weg te plaatsen of te hebben.

  • 2. Onder voertuigwrak wordt verstaan: een voertuig dat rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en tevens in een kennelijk verwaarloosde toestand verkeert.

  • 3. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor zover de Wet milieubeheer van toepassing is.

Artikel 5.1.5 Caravans e.d.

  • 1.

    Het is verboden een woonwagen, kampeerwagen, caravan, camper, magazijnwagen, aanhangwagen, keetwagen of ander dergelijk voertuig dat voor de recreatie dan wel anderszins uitsluitend of mede voor andere dan verkeersdoeleinden wordt gebezigd:

    • a.

      langer dan gedurende drie achtereenvolgende dagen binnen de bebouwde kom op de weg te plaatsen of te hebben;

    • b.

      op een door het college aangewezen plaats te parkeren, waar dit naar zijn oordeel schadelijk is voor het uiterlijk aanzien van de gemeente.

  • 2.

    Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid, aanhef en onder a, gestelde verbod.

  • 3

    Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voorzover de Provinciale caravan- en tentenverordening, het Provinciaal wegenreglement of de provinciale landschapsverordening van toepassing is.

  • 4.

    Handhavingprotocol

Dit protocol beschrijft hoe de handhaving verloopt bij een constatering of melding van een geparkeerde voertuigwrak/ aanhangwagen op de weg.