LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 21ste april 1966 t.u.v. artikel 8 leden 2 en 5 van de Landsverordening Ziekteverzekering

Geldend van 01-05-1966 t/m heden

Intitulé

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 21ste april 1966 t.u.v. artikel 8 leden 2 en 5 van de Landsverordening Ziekteverzekering

Artikel 1

De reserve bedoeld in artikel 8 lid 2 van de Landsverordening Ziekteverzekering (P.B. 1966, no. 15) wordt bepaald op ten minste 50% en ten hoogste 70% van de gemiddelde kosten per jaar, verbonden aan de uitvoering van de landsverordening, over een periode van vijf jaren.

Artikel 2

  • 1. De gelden van het ziektefonds, bedoeld in artikel 8 lid 5 van de Landsverordening Ziekteverzekering (P.B. 1966, no. 15) kunnen worden belegd in:

    • a.

      schatkistpapier;

    • b.

      prima bank-accepten;

    • c.

      termijn deposito's of verhandelbare certificaten van termijn deposito's;

    • d.

      ter beurze verhandelbare prima aandelen en obligaties.

  • 2. Ten minste 20% van de gelden moet worden belegd in waarden, die binnen een jaar na belegging aflosbaar gesteld worden.

  • 3. In aandelen wordt ten hoogste 35% van de reserve belegd.

Artikel 3

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van 1 mei 1966.