LANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 3de maart 1960 ter uitvoering van de artikelen 1 en 6 van de Uitvoerverbodenverordening 1944 (P.B. 1944, no. 117).

Geldend van 26-06-1970 t/m heden

Intitulé

LANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 3de maart 1960 ter uitvoering van de artikelen 1 en 6 van de Uitvoerverbodenverordening 1944 (P.B. 1944, no. 117).

Artikel 1

Het is verboden uit de Nederlandse Antillen uit te voeren:

  • a.

    goederen van archeologische of andere cultuur-historische waarde;

  • b.

    voortbrengselen van natuur-historische waarde, dood of levend, welke in de Nederlandse Antillen danwel in de wateren van de Nederlandse Antillen aanwezig zijn.

Artikel 2

De Minister van Cultuur en Opvoeding kan van het in artikel 1 bedoelde uitvoerverbod op daartoe strekkend verzoek dispensatie verlenen. Aan een dispensatie kunnen voorwaarden worden verbonden, alsmede de eis, dat zekerheid voor de nakoming dier voorwaarden wordt gesteld.

Artikel 3

Behalve de ambtenaren, bedoeld in artikel 6 van de Uitvoerverbodenverordening 1944, zijn het Hoofd van het Bureau Cultuur en Opvoeding en de bij dat bureau werkzaam gestelde ambtenaren belast met het opsporen der in de artikelen 4 en 5 van voren aangehaalde landsverordening strafbaar gestelde feiten.

Artikel 4

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van de dag na die zijner afkondiging.