BESCHIKKING van de 28ste Februari 1950, no. 1521, houdende een instructie voor de belastingdeskundige.

Geldend van 08-04-1950 t/m heden

Intitulé

BESCHIKKING van de 28ste Februari 1950, no. 1521, houdende een instructie voor de belastingdeskundige.

Artikel 1

De belastingdeskundige heeft tot taak:

  • a.

    het ontwerpen van een stelsel van belastingen voor de Nederlandse Antillen dat beantwoordt aan de eisen van een moderne en rechtvaardige fiscale wetgeving en daarnaast volledig is aangepast aan de structuur van de samenleving van de Nederlandse Antillen;

  • b.

    het voorbereiden van de herziening van die fiscale regelingen welke daarvoor in aanmerking komen, o.m. omvattende:

    • 1e.

      het met inachtneming van hetgeen het internationaal verkeer eist voorbereiden van de herziening van de bepalingen betreffende de in- en uitvoerrechten en de accijnzen, alsmede alles wat daarmede verband houdt;

    • 2e.

      het voorbereiden van de herziening van de Zegelverordening, de Registratieverordening en de Successiebelastingverordening, hetgeen volgens moderne opvattingen dient te geschieden.

Artikel 2

De belastingdeskundige zal ter uitvoering van zijn taak in artikel 1 bedoeld, de nodige voorstellen doen aan de Gouverneur.

Artikel 3

De belastingdeskundige zal terzake de hem opgedragen taak te allen tijde de Administrateur van Financiën kunnen raadplegen, die gehouden is daartoe alle gewenste inlichtingen te verstrekken.

Artikel 4

De belastingdeskundige zal alle voorlichting welke hij behoeft alsmede inzage van alle stukken welke hij nodig oordeelt ter juiste volbrenging van zijn in artikel 1 omschreven taak van de Inspecteur der Belastingen alsmede van de Gouvernementsaccountantsdienst kunnen verkrijgen.