Permanente link
Naar de actuele versie van de regeling
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR150702
Naar de door u bekeken versie
http://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR150702/1
Regeling vervallen per 04-07-2013
Toeslagenverordening WWB
Geldend van 15-03-2012 t/m 31-12-2011 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2012
Intitulé
Toeslagenverordening WWBDe raad van de gemeente Nieuwegein;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 januari 2012;
gelet op de bepalingen van de Gemeentewet, Algemene wet bestuursrecht en de Wet werk en bijstand;
besluit vast te stellen de verordening “Toeslagenverordening WWB”
Hoofdstuk I Begripsbepalingen
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
-
1. In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
de wet: de Wet werk en bijstand;
- b.
gezinsnorm: de norm bedoeld in artikel 21, eerste lid van de wet;
- c.
bijstandspartij: een persoon die tot de kring van rechthebbenden behoort in het kader van de wet.
- d.
college: het college van burgemeester en wethouders;
- e.
woning: een woning als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, Wet op de huurtoeslag, als mede een woonwagen of woonschip, als bedoeld in artikel 3, zesde lid, Wet werk en bijstand;
- f.
woonkosten:
- indien een huurwoning wordt bewoond, de per maand geldende huurprijs, bedoeld in artikel 1, onderdeel d, van de Wet op de huurtoeslag;
- indien een eigen woning wordt bewoond, de tot een bedrag per maand omgerekende som van de verschuldigde hypotheekrente en de in verband met het in eigendom hebben van de woning te betalen zakelijke lasten en een naar omstandigheden vast te stellen bedrag voor onderhoud;
- a.
-
2. Voor zover niet anders is bepaald worden begrippen in deze verordening gebruikt in dezelfde betekenis als in de wet.
Artikel 2 Toepassingsbereik
Deze verordening is van toepassing op bijstandspartijen met recht op een uitkering op grond van de Wet werk en bijstand van de gemeente Nieuwegein.
Hoofdstuk II Criteria voor het verhogen van de norm
Artikel 3 Toeslagen alleenstaande (ouder)
-
1. De toeslag bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de wet bedraagt 20 procent van de gezinsnorm voor de alleenstaande of alleenstaande ouder in wiens woning geen ander zijn hoofdverblijf heeft;
-
2. De toeslag bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de wet bedraagt 10 procent van de gezinsnorm voor de alleenstaande of alleenstaande ouder die met één of meer anderen zijn hoofdverblijf in dezelfde woning heeft;
-
3. De toeslag bedoeld in artikel 25, eerste lid, van de wet bedraagt 10 procent van de gezinsnorm voor de alleenstaande die voor de tot zijn laste komende kinderen een co-ouderschap heeft. Die bijstandspartij zien we als een alleenstaande ouder.
-
4. Voor de toepassing van dit artikel wordt een kind als bedoeld in artikel 4, tweede lid, van de wet, niet aangemerkt als een ander die in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft.
Hoofdstuk III Criteria voor het verlagen van de norm
Artikel 4 Verlaging gezin
-
1. De verlaging bedoeld in artikel 26 van de wet bedraagt 10 procent van de gezinsnorm voor het gezin dat met één of meer anderen hun hoofdverblijf in dezelfde woning hebben;
-
2. In afwijking van het eerste lid wordt de uitkering niet verlaagd indien het gezin bestaat uit drie of meer meerderjarige gezinsleden.
Artikel 5 Verlaging woonsituatie
De verlaging bedoeld in artikel 27 van de wet bedraagt 20 procent van de gezinsnorm indien een woning wordt bewoond waaraan voor alleenstaande of de alleenstaande ouder of het gezin geen woonkosten verbonden zijn.
Artikel 6 Verlaging toeslag van alleenstaanden van 21 en 22 jaar
-
1. De verlaging bedoeld in artikel 29 van de wet bedraagt:
- a.
20 procent van de gezinsnorm indien het een jongere van 21 jaar betreft;
- b.
10 procent van de gezinsnorm indien het een jongere van 22 jaar betreft.
- a.
-
2. De in lid 1 vastgestelde verlaging bedraagt maximaal de op grond van artikel 3 toegekende toeslag.
Artikel 7 Cumulatie van verlagingen
De maximale verlaging als bedoeld in dit hoofdstuk bedraagt voor een gezin het in artikel 25, lid 2, van de wet genoemde maximumbedrag.
Hoofdstuk IV Slotbepalingen
Artikel 8 Hardheidsclausule
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Artikel 9 Intrekking oude regeling
De Verordening gemeentelijke bijstandsnormen (2003-390) en de Toeslagenverordening WIJ 2010 (2009-570) wordt ingetrokken.
Artikel 10 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2012.
Artikel 11 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Toeslagenverordening WWB.
Ondertekening
Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 29 februari 2012.
de griffier de voorzitter
Ziet u een fout in deze regeling?
Bent u van mening dat de inhoud niet juist is? Neem dan contact op met de organisatie die de regelgeving heeft gepubliceerd. Deze organisatie is namelijk zelf verantwoordelijk voor de inhoud van de regelgeving. De naam van de organisatie ziet u bovenaan de regelgeving. De contactgegevens van de organisatie kunt u hier opzoeken: organisaties.overheid.nl.
Werkt de website of een link niet goed? Stuur dan een e-mail naar regelgeving@overheid.nl