LANDSVERORDENING van de 18de april 1980 tot aanwijzing van een rechter op grond van artikel 54 van het Verdrag van Washington van 18 maart 1965, inzake de beslechting van geschillen met betrekking tot investeringen tussen Staten en onderdanen van andere Staten (Trb. 1966, 152)

1. Als autoriteit aan welke, teneinde erkenning en tenuitvoerlegging hier te lande te verkrijgen van een uitspraak, gewezen ingevolge het Verdrag van Washington van 18 maart 1965 inzake beslechting van geschillen met betrekking tot investeringen tussen Staten en onderdanen van andere Staten, de betrokken partij een door de Sekretaris-Generaal van het Internationaal Centrum voor Beslechting van Investeringsgeschillen gewaarmerkt afschrift van de beslissing dient over te leggen, wordt aangewezen de rechter in eerst aanleg op het eiland waar die uitspraak moet worden tenuitvoer gelegd.

2. Artikel 306, derde en vierde lid van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van de Nederlandse Antillen is op uitspraken, ingevolge het in het vorige lid bedoelde Verdrag, van overeenkomstige toepassing.

3. Geschillen over tenuitvoerlegging worden gebracht voor de rechter van de plaats van tenuitvoerlegging of, indien op verschillende eilanden tenuitvoer gelegd, voor de rechter in eerste aanleg op één van deze eilanden.

1. Deze landsverordening kan worden aangehaald als „Landsverordening beslechting van investeringsgeschillen tussen Staten en onderdanen van andere Staten”.

2. Zij treedt in werking met ingang van haar afkondiging.