LANDSVERORDENING van de 21ste augustus 1968 tot regeling van de uitgifte in eigendom of pacht en van het beheer der domaniale gronden, zomede die van de uitoefening van andere domiale rechten

1. Alleen wanneer het in het belang van het land wenselijk is, worden domaniale gronden of andere domaniale rechten vervreemd.

2. Vervreemding van domaniale gronden of andere domaniale rechten geschiedt door of namens de Gouverneur met inachtneming der voorschriften bij of krachtens deze landsverordening gesteld.

1. Verkoop van domaniale gronden of andere domaniale rechten geschiedt in het openbaar wanneer de verkoopwaarde meer dan ƒ 10.000,— (tienduizend gulden) bedraagt, en behoeft de goedkeuring bij landsverordening.

2. Bedraagt de verkoopwaarde ƒ 10.000,— (tienduizend gulden) of minder, dan kan een domaniale grond of een ander domaniaal recht ondershands worden verkocht.

3. In afwijking van het bepaalde in lid 1, is de goedkeuring bij landsverordening niet vereist voor de verkoop van domaniale gronden of andere domaniale rechten, waarvan de verkoopwaarde meer dan ƒ 10.000,— (tienduizend gulden) bedraagt, aan:

• a.

  een eilandgebied;

• b.

  Nederland, mits de bij de verkoop betrokken domaniale grond of het betrokken domaniale recht uitsluitend bestemd is voor en ten behoeve van de verdediging van de Nederlandse Antillen.

1. Onverminderd een canon van tenminste 6% (zes ten honderd) van de grondwaarde per jaar, worden de voorwaarden, waaronder erfpachtsrecht op domaniale gronden wordt verleend, bij landsbesluit houdende algemene maatregelen vastgesteld.

2. Van de in lid l vermelde canon kan worden afgeweken bij verlening van erfpachtsrecht op domaniale gronden aan:

• a.

  een eilandgebied;

• b.

  Nederland, mits de in erfpacht uit te geven domaniale grond voor en ten behoeve van de verdediging van de Nederlandse Antillen wordt bestemd;

• c.

  een privaatrechtelijke rechtspersoon, in welks aandelenkapitaal de rechtspersoon de Nederlandse Antillen deelneemt;

• d.

  andere privaatrechtelijke rechtspersonen, mits de in erfpacht uit te geven domaniale grond voor de bouw van werken ter bevordering van het toerisme en de industrialisatie wordt bestemd.

1. Verhuur of op enig andere wijze in gebruik geven van domaniale gronden met een oppervlakte van drieduizend vierkante meter of meer aan eenzelfde persoon voor onbepaalde tijd of voor langer dan vijf jaar, behoeft de goedkeuring bij landsverordening.

2. Alle overeenkomsten van verhuur of enig andere vorm van gebruik van domaniale gronden of andere domaniale rechten worden bij geschrift aangegaan.

3. Onverminderd het bepaalde in lid 2 worden de voorschriften voor verhuur van landswoningen bij landsbesluit houdende algemene maatregelen vastgesteld.

4. De goedkeuring bedoeld in lid l is niet vereist indien de verhuurde of op enig andere wijze in gebruik gegeven domaniale grond of het domaniale recht bestemd is voor het hebben van opstallen ten algemenen nutte op de betrokken grond.

1. De Administratie van de domaniale gronden en andere domaniale rechten geschiedt volgens de door de Minister van Financiën te geven voorschriften.

2. Eenmaal 's jaars uiterlijk op de 31ste maart, doet de Minister van Financiën aan de Staten van de Nederlandse Antillen schriftelijk verslag met betrekking tot de uitgifte in eigendom en het beheer der domaniale gronden en andere domaniale rechten in het afgelopen jaar.

1. Deze landsverordening treedt in werking met ingang van een nader bij landsbesluit te bepalen datum.

2. Met ingang van de dag harer inwerkingtreding vervallen:

• a.

  de Verordening van de 8ste mei 1867 op de uitgifte in eigendom of pacht van publieke gronden (P.B. 1867, no. 4);

• b.

  de Woningregeling 1938 (P.B. 1938, no. 76).

3. Bij de inwerkingtreding van deze landsverordening blijven alle krachtens de Verordening van de 8ste mei 1867 op de uitgifte in eigendom of pacht van publieke gronden in de Kolonie Curaçao genomen besluiten en beschikkingen, alsmede alle overeenkomsten, krachtens de Woningregeling 1938 gesloten, van kracht en worden deze geacht op grond van deze landsverordening te zijn genomen.