BESCHIKKING van de Minister-President, Minister van Algemene Zaken, en de Minister van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken van de 1ste februari 2000, houdende de taakstelling en organisatie van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken (Beschikking taak en organisatie Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken)

Geldend van 10-10-2010 t/m heden

Intitulé

BESCHIKKING van de Minister-President, Minister van Algemene Zaken, en de Minister van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken van de 1ste februari 2000, houdende de taakstelling en organisatie van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken (Beschikking taak en organisatie Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken)

Artikel 1

  • 1. Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken is belast met:

    • a.

      de uitvoering van al hetgeen krachtens medeondertekening onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken valt;

    • b.

      de uitvoering van hetgeen bij of krachtens wettelijke regeling aan het Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken in het bijzonder is opgedragen of geacht moet worden daartoe te behoren;

    • c.

      de voorbereiding van wetgeving betreffende aangelegenheden het Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken rakende.

  • 2. Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken is voorts belast met aangelegenheden, voor zover niet behorende tot de zorg van de eilandgebieden en niet aan een ander ministerie opgedragen, betreffende:

    • a.

      het onderwijs;

    • b.

      een landelijk, voorwaardenscheppend en stimulerend cultuurbeleid, waaronder de behartiging van aangelegenheden van culturele aard, voor zover het internationale en interinsulaire aspecten betreft;

    • c.

      de zorg voor de opsporing, het behoud en archivering van historisch van belang zijnde materialen met uitzondering van archiefbescheiden in de zin van de Archieflandsverordening (P.B. 1989, no. 64);

    • d.

      de niet-justitiële jeugdzorg;

    • e.

      een landelijk, voorwaardenscheppend en stimulerend sportbeleid, waaronder de behartiging van sportaangelegenheden, voor zover het internationale en interinsulaire sportzaken betreft;

    • f.

      de verlening van landsstudietoelagen, voor zover betreffende de eilandgebieden Bonaire, Saba en St. Eustatius;

    • g.

      het mediabeleid.

Artikel 2

  • 1. Ter uitvoering van de opgedragen taken omvat het Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken de volgende organisatorische eenheden:

    • a.

      het Bureau voor het Nationaal Jeugdbeleid, c.q. Secretariaat Task Force Antilliaanse Jongeren;

    • b.

      het Departement van Onderwijs;

    • c.

      de Universiteit van de Nederlandse Antillen;

    • d.

      Tel Antil.

  • 2. De taken en organisatie van elk der in het eerste lid genoemde organisatorische eenheden afzonderlijk worden, behoudens voor zover deze zijn of worden vastgesteld bij of krachtens landsverordening, vastgesteld door de Minister van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken, handelende in overeenstemming met het gevoelen van de Raad van Ministers.

Artikel 3

De beschikking van 14 oktober 1998, P.B. 1998, no. 199, wordt ingetrokken, met dien verstande dat voorschriften gegeven ter uitvoering van artikel 2 van voornoemde beschikking, geacht worden te strekken ter uitvoering van artikel 2 van de onderhavige beschikking. .

Artikel 4

  • 1. Deze beschikking wordt in het Publicatieblad geplaatst.

  • 2. Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Publicatieblad waarin het is geplaatst, en werkt terug tot en met 8 november 1999.

Artikel 5

Deze beschikking kan worden aangehaald als: Beschikking taak en organisatie Ministerie van Onderwijs, Cultuur, Jeugd- en Sportzaken.