LANDSVERORDENING van de 23ste december 1997 houdende regels met betrekking tot de overdracht van vermogensbestanddelen aan de naamloze vennootschap Post Nederlandse Antillen N.V.

Artikel 2

• 1. De Minister bepaalt in overeenstemming met de Minister van Financiën welke vermogensbestanddelen van het Land, die aan de Dienst der Posterijen worden toegerekend, worden overgedragen aan Post Nederlandse Antillen N.V.

• 2. De in het eerste lid bedoelde vermogensbestanddelen gaan op een bij landsbesluit te bepalen tijdstip onder algemene titel over, tegen een door de Minister in overeenstemming met de Minister van Financiën te bepalen waarde.

• 3. De in de vorige leden bedoelde beschrijvingen van de vermogensbestanddelen dienen betrekking te hebben op de toestand van hetgeen overgaat op een dag die niet eerder dan twaalf maanden voor de datum van overgang ligt.

• 4. De overgang, bedoeld in het tweede lid, vindt niet plaats voordat de openingsbalans van de vennootschap door een onafhankelijke accountant is goedgekeurd.

• 5. De rechtsbetrekkingen die ten gevolge van het bepaalde in het eerste en tweede lid ontstaan tussen Post Nederlandse Antillen N.V. en een derde die tot het tijdstip van overgang van de in het eerste lid bedoelde vermogensbestanddelen gebruik maakte van de diensten van de Dienst der Posterijen blijven, voor zolang tussen Post Nederlandse Antillen N.V. en de derde geen andere voorwaarden van toepassing zijn, op overeenkomstige wijze beheerst door de voorwaarden die op het tijdstip van overgang op die rechtsbetrekkingen van toepassing waren.

• 6. Tenzij het tegendeel uitdrukkelijk blijkt uit het elders bij of krachtens landsverordening bepaalde, worden de bevoegdheden in de voorwaarden, bedoelde in de laatste zinsnede van het vijfde lid, gegeven aan organen van het Land als rechten uitgeoefend door Post Nederlandse Antillen N.V.