LANDSVERORDENING van de 24ste juli 1980 houdende bepalingen met betrekking tot de toekenning van vrije overtocht en reis- en verblijfkosten aan de woordvoerders van de afdelingen Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten van de Eilandsraad van het Eilandgebied de Bovenwindse Eilanden in de Staten van de Nederlandse Antillen

Geldend van 18-10-1980 t/m heden

Intitulé

LANDSVERORDENING van de 24ste juli 1980 houdende bepalingen met betrekking tot de toekenning van vrije overtocht en reis- en verblijfkosten aan de woordvoerders van de afdelingen Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten van de Eilandsraad van het Eilandgebied de Bovenwindse Eilanden in de Staten van de Nederlandse Antillen

Artikel 1

  • 1. De woordvoerders van de afdelingen Saba, Sint Eustatius en Sint Maarten van de Eilandsraad van het Eilandgebied de Bovenwindse Eilanden in de Staten van de Nederlandse Antillen genieten vrije overtocht;

    • a.

      voor het bijwonen van vergaderingen der Staten of van hun krachtens het Reglement van Orde gevormde of benoemde Commissies, indien zij op een ander eiland woonachtig zijn, dan dat, alwaar de vergadering wordt gehouden, dan wel indien zij door omstandigheden tijdelijk op een zodanig eiland verblijven;

    • b.

      voor reizen, tot welke de woordvoerders door de Staten uitgenodigd zijn.

Artikel 2

Bij reizen, als in artikel 1 bedoeld, wordt de overtocht verleend in de 1ste klasse van het vervoermiddel, waarmede gereisd wordt.

Artikel 3

Tot het bekomen van vrije overtocht, als in artikel 1 bedoeld, wenden de woordvoerders zich tot de Gezaghebber, c.q. de Administrateur.

Artikel 4

Bij een der reizen, als bedoeld in artikel 1, genieten zij bovendien een vergoeding voor vervoerskosten ten belope van de werkelijk gemaakte kosten.

Artikel 5

  • 1.

    De woordvoerders genieten bij reizen, als bedoeld in artikel 1, lid 1, sub a, indien van een openbare logeergelegenheid gebruik wordt gemaakt een vergoeding wegens verblijfkosten tot een door de Voorzitter, in overleg met de Centrale Commissie, te bepalen bedrag per dag.

Bij reizen, als bedoeld sub b van evenbedoeld artikellid, wordt voor ieder geval afzonderlijk de grootte van het bedrag der vergoeding vastgesteld.

  • 2.

    Indien bij reizen als in het eerste lid bedoeld niet van een openbare logeergelegenheid gebruik wordt gemaakt, wordt een vergoeding genoten naar reden van de helft van de in het eerste lid bedoelde bedragen.

Artikel 6

  • 1. Bij reizen, die 12 uur of korter hebben geduurd, wordt vergoeding wegens verblijfkosten berekend over een halve dag, overeenkomstig het bepaalde in artikel 5.

  • 2. Bij reizen, die langer dan 12 uur doch ten hoogste 24 uur hebben geduurd, wordt de vergoeding berekend over een gehele dag, overeenkomstig het bepaalde in artikel 5.

  • 3. Bij reizen, die langer dan 24 uur hebben geduurd, wordt een halve dag in rekening gebracht voor de dag, waarop de reis na 12 uur 's middags is aangevangen, zomede voor de dag, waarop de terugkeer vóór 12 uur 's middags plaats vindt.

Artikel 7

Bij het maken van een reis op de voet van de bepalingen dezer landsverordening worden de premiekosten van een vrijwillige verzekering tegen reisongevallen vergoed. De voor landsdienaren ter zake geldende regelingen zijn ten deze van overeenkomstige toepassing, met dien verstande, dat premievergoeding plaats vindt voor een verzekering tot ten hoogste ƒ 75.000,—.

Artikel 8

Deze landsverordening treedt in werking met ingang van de dag na die harer afkondiging.