LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 27ste december 2004 ter regeling van het gewicht en de afmetingen van postzendingen en tot vaststelling van de bedragen ter limitering van de aansprakelijkheid, bedoeld in de artikelen 2, tweede lid, onder a, en 7, vierde lid, van de Postlandsverordening 1998 (P.B. 1997, no. 319)

Geldend van 22-01-2005 t/m heden

Intitulé

LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, van de 27ste december 2004 ter regeling van het gewicht en de afmetingen van postzendingen en tot vaststelling van de bedragen ter limitering van de aansprakelijkheid, bedoeld in de artikelen 2, tweede lid, onder a, en 7, vierde lid, van de Postlandsverordening 1998 (P.B. 1997, no. 319)

Artikel 1

Het gewicht en de afmetingen van binnenlandse postzendingen, die de houder van de concessie ingevolge artikel 2, tweede lid, onder a, van de Postlandsverordening 1998 (P.B. 1997, no. 319) verplicht is te vervoeren, bedragen, behoudens het in artikel 2 bepaalde:

  • a.

    tien kilogram;

  • b.

    wat grootste afmeting betreft honderd centimeter en wat de overige afmetingen betreft vijftig centimeter, zulks met een tolerantie van twee millimeter.

Artikel 2

  • 1.

    Tot vijf jaar na het in werking treden van dit landsbesluit worden van binnenlandse postzendingen zwaarder dan tweehonderdvijftig gram, die door één aanbieder bij tenminste vijfentwintig exemplaren gelijktijdig, dan wel bij ten minste vijfhonderd exemplaren in een periode van drie maanden als partij ter verzending worden aangeboden, het gewicht en de afmetingen, bedoeld in artikel 1, met inachtneming van het tweede lid, berekend over het gemiddelde van die postzendingen.

  • 2.

    Het bepaalde in het eerste lid is slechts van toepassing op zendingen, waarvan:

    • a.

      het gewicht ten hoogste twintig kilogram bedraagt;

    • b.

      de afmetingen ten hoogste honderdveertig centimeter bij zeventig centimeter bij vijftig centimeter zijn;

    • c.

      in rolvorm de middellijn niet meer dan vijftig centimeter is.

Artikel 3

De aansprakelijkheid van de houder van de concessie bedoeld, in artikel 7, vierde lid, van de Postlandsverordening 1998, strekt zich niet verder uit dan tot:

  • a.

    een bedrag van vijfenzeventig gulden bij registratie als aangetekende postzending;

  • b.

    een bedrag van negentig gulden bij registratie als postpakket;

  • c.

    het bedrag van de aangegeven waarde bij registratie met aangifte van de waarde van een postzending met dien verstande dat de aansprakelijkheid een bedrag van twaalfduizend gulden niet te boven gaat.

Artikel 4

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van de dag na die van de datum van uitgifte van het Publicatieblad, waarin het geplaatst is.

Artikel 5

Dit landsbesluit kan worden aangehaald als: Landsbesluit postzendingen.

NOTA VAN TOELICHTING

behorende bij het Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, van de 27ste december 2004 ter uitvoering van de artikelen 2, tweede lid, onder a, en 7, vierde lid, van de Postlandsverordening 1998 (P.B. 1997, no. 319) (Landsbesluit postzendingen)

In de artikelen 2, tweede lid, onder a, en 7, vierde lid, van de Postlandsverordening 1998 (P.B. 1997, no. 319) is bepaald dat nadere regelgeving bij landsbesluit, houdende algemene maatregelen, wordt vastgesteld. Sedert de inwerkingtreding van genoemde landsverordening is evenwel geen uitvoering gegeven aan deze delegatiebepalingen. Thans echter wordt het gewenst geacht mede in het kader van de nakoming van de verplichtingen die de Regering op zich genomen heeft in het kader van de op 12 november 2001 met Canada Post International Ltd. (CPIL) gesloten overeenkomst, alsnog uitvoering te geven aan deze opdrachten tot het tot stand brengen van in de Postlandsverordening 1998 gedelegeerde regelgeving. Het onderhavige landsbesluit strekt hiertoe.

Artikel 1

Dit artikel geeft het gewicht en de afmetingen aan tot welke de houder van de concessie, bedoeld in artikel 2 van de Postlandsverordening 1998, verplicht is om brieven en andere geadresseerde zendingen als postzending te vervoeren.

Artikel 2

De regeling in artikel 2 van dit landsbesluit, houdende algemene maatregelen, strekt ertoe om de verzending van pakjes en postpakketten, die daartoe in feite te groot dan wel te zwaar zijn, onder een aantal beperkende voorwaarden mogelijk te maken gedurende vijf jaren na het in werking treden van dit landsbesluit, houdende algemene maatregelen, te handhaven. Aangezien de houder van de concessie, bedoeld in artikel 2 van de Postlandsverordening 1998, in tegenstelling tot de voormalige landsdienst, de Dienst der Posterijen, het vervoer van goederen ook op een andere wijze dan als postzendingen kan gaan verzorgen bestaat, nadat deze wijze van vervoer aan de klanten kan worden aangeboden hetgeen enige tijd van voorbereiding vergt - aan een uitzondering als hier geregeld na enige tijd geen behoefte meer.

Teneinde te verzekeren, dat ook in dit geval de gebruikers van de postale dienstverlening na de verzelfstandiging van de Dienst der Posterijen dezelfde mogelijkheden behouden als voordien, is de termijn van vijf jaren bepaald.

Artikel 3

Dit artikel voorziet ingevolge artikel 7, vierde lid, van de Postlandsverordening 1998 in de vaststelling van de bedragen tot welke de aansprakelijkheid van de houder van de concessie zich ten hoogste uitstrekt.

Voor de hoogte van de beperking van de aansprakelijkheid is aansluiting gezocht bij het ontwerp van de algemene voorwaarden van de houder van de concessie. In de algemene voorwaarden zullen voorts in overeenstemming met artikel 7, eerste lid, van de Postlandsverordening 1998 regels worden vastgesteld waaraan moet worden voldaan teneinde registratie als aangetekende postzending dan wel als postpakket al dan niet met aangifte van de waarde te doen geschieden.