LANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 7de maart 1977 ter uitvoering van artikel 8 lid 6 van de Regeling Vakantie en Vrijstelling van Dienst Ambtenaren (P.B. 1969, no. 44)

Geldend van 26-03-1977 t/m heden

Intitulé

LANDSBESLUIT HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN van de 7de maart 1977 ter uitvoering van artikel 8 lid 6 van de Regeling Vakantie en Vrijstelling van Dienst Ambtenaren (P.B. 1969, no. 44)

Artikel 1

Artikel 8 lid 1 van de Regeling Vakantie en Vrijstelling van Dienst Ambtenaren (P.B. 1969, no. 44), zoals gewijzigd, wordt gelezen als volgt:

  • I.

    vanaf 1 juli 1971:

    • 1.

      Het aantal vakantiedagen waarop de ambtenaar per kalenderjaar aanspraak heeft bedraagt:

  • a.

    19 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van minder dan ƒ 8640,— 's jaars indien gehuwd, of minder dan ƒ 6912,— 's jaars indien ongehuwd;

  • b.

    22 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 8640,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 6912,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 15.420,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 12.336,— ’s jaars indien ongehuwd;

  • c.

    25 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 15.420,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 12.336,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 25.200,— ’s jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 20.160,— 's jaars indien ongehuwd;

  • d.

    28 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 25.200,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 20.160,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 34.800,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 27.840,— ’s jaars indien ongehuwd;

  • e.

    30 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 34.800,— 's jaars indien gehuwd of van tenminste ƒ 27.840,— 's jaars indien ongehuwd.";

  • II.

    vanaf 1 juli 1972:

  • 1.

    Het aantal vakantiedagen waarop de ambtenaar per kalenderjaar aanspraak heeft bedraagt:

    • a.

      19 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van minder dan ƒ 9060,— 's jaars indien gehuwd, of van minder dan ƒ 7248,— 's jaars indien ongehuwd;

    • b.

      22 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 9060,— 's jaars indien gehuwd of van tenminste ƒ 7248,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 16.140,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 12.912,— ’s jaars indien ongehuwd;

    • c.

      25 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 16.140,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 12.912,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 26.400,— ’s jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 21.120,— 's jaars indien ongehuwd;

    • d.

      28 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 26.400,— 's jaars indien gehuwd of van tenminste ƒ 21.120,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 36.420,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 29.136,— ’s jaars indien ongehuwd;

    • e.

      30 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 36.420,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 29.136,— 's jaars indien ongehuwd.";

  • III.

    vanaf 1 juli 1973:

  • 1.

    Het aantal vakantiedagen waarop de ambtenaar per kalenderjaar aanspraak heeft bedraagt:

    • a.

      19 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van minder dan ƒ 9660,— 's jaars indien gehuwd, of minder dan ƒ 7728,— 's jaars indien ongehuwd;

    • b.

      22 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 9660,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 7728,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 17.220,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 13.776,— 's jaars indien ongehuwd;

    • c.

      25 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 17.220,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 13.776,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 28.080,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 22.464,— 's jaars indien ongehuwd;

    • d.

      28 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 28.080,— 's jaars indien gehuwd of van tenminste ƒ 22.464,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 38.100,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 30.480,— ’s jaars indien ongehuwd;

    • e.

      30 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 38.100,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 30.480,— 's jaars indien ongehuwd.";

  • IV.

    vanaf 1 januari 1974:

  • 1.

    Het aantal vakantiedagen waarop de ambtenaar per kalenderjaar aanspraak heeft bedraagt:

    • a.

      19 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van minder dan ƒ 10.320,— 's jaars indien gehuwd, of minder dan ƒ 8256,— 's jaars indien ongehuwd;

    • b.

      22 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 10.320,— 's jaars indien gehuwd, of van. tenminste ƒ 8256,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 18.360,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 14.688,— 's jaars indien ongehuwd;

    • c.

      25 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 18360,— 's jaars indien gehuwd of van tenminste ƒ 14.688,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 30.000,— ’s jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 24.000,— 's jaars indien ongehuwd;

    • d.

      28 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 30.000,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 24.000,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 41.400,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 33.120,— ’s jaars indien ongehuwd;

    • e.

      30 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 41.400,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 33.120,— 's jaars indien ongehuwd.";

  • V.

    vanaf 1 juli 1974:

  • 1.

    Het aantal vakantiedagen waarop de ambtenaar per -kalenderjaar aanspraak heeft bedraagt:

    • a.

      19 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van minder dan ƒ 11.700,— 's jaars indien gehuwd, of van minder dan ƒ 9.360,— 's jaars indien ongehuwd;

    • b.

      22 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 11.700,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 9.360,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 20,880,— ’s jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 16.704,— 's jaars indien ongehuwd;

    • c.

      25 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 20.880,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 16.704,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 34.080,— ’s jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 27.264,— 's jaars indien ongehuwd;

    • d.

      28 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 34.080,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 27.264,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 47.100,— ’s jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 37.680,— 's jaars indien ongehuwd;

    • e.

      30 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 47.100,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 37.680,— 's jaars indien ongehuwd.";

  • VI.

    vanaf 1 januari 1975:

  • 1.

    Het aantal vakantiedagen waarop de ambtenaar per kalenderjaar aanspraak heeft bedraagt:

    • a.

      19 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van minder dan ƒ 12.540,— 's jaars indien gehuwd, of van minder dan ƒ 10.032,— 's jaars indien ongehuwd ;

    • b.

      22 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 12.540,— 's jaars indien gehuwd of van tenminste ƒ 10.032,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 22.080,— ’s jaars indien gehuwd, of minder dan ƒ 17.664,— 's jaars indien ongehuwd;

    • c.

      25 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 22.080,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 17.664,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 35.640,— ’s jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 28.512,— 's jaars indien ongehuwd;

    • d.

      28 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 35.640,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 28.512,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 48.900,— 's jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 39.120,— 's jaars indien ongehuwd;

    • e.

      30 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 48.900,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 39.120,— 's jaars indien ongehuwd.";

  • VII.

    vanaf 1 juli 1975:

  • 1.

    Het aantal vakantiedagen waarop de ambtenaar per kalenderjaar aanspraak heeft bedraagt:

    • a.

      19 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van minder dan ƒ 13.440,— 's jaars indien gehuwd, of van minder dan ƒ 10.752,— 's jaars indien ongehuwd;

    • b.

      22 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 13.440,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 10.752,-—- 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 23.400,— ’s jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 18.720,— 's jaars indien ongehuwd;

    • c.

      25 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een aanvangsbezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 23.400,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 18.720,—• 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 37.260,— ’s jaars indien gehuwd of minder dan ƒ 29.808,— 's jaars indien ongehuwd;

    • d.

      28 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 37.260,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 29.808,— 's jaars indien ongehuwd, doch minder dan ƒ 50.820,— 's jaars indien gehuwd of minder dan 40.656,— 's jaars indien ongehuwd;

    • e.

      30 werkdagen voor de ambtenaar die een betrekking bekleedt waaraan een bezoldiging is verbonden van tenminste ƒ 50.820,— 's jaars indien gehuwd, of van tenminste ƒ 40.656,— 's jaars indien ongehuwd.".

Artikel 2

Dit landsbesluit treedt in werking met ingang van de dag na die van zijn afkondiging.